1 Samuel 16, 1 - 13: God kiest voor David
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 423-424)
De Heer zei tegen Samuel: ‘Je weet wat ik besloten heb: Saul mag niet langer koning van Israël zijn. Jij hoeft dus geen verdriet meer over hem te hebben. Ik stuur je naar Betlehem, daar wonen Isaï en zijn zonen. Eén van die zonen heb ik uitgekozen. Hem moet je koning maken.’
Maar Samuel zei: ‘Dat kan ik toch niet zomaar doen? Als Saul dat hoort, zal hij mij vermoorden.’ Toen zei de Heer: ‘Zeg dat je een offer aan mij moet brengen. En neem daarvoor een jonge koe mee. Nodig ook Isaï uit voor dat offer. Dan zal ik je laten weten wie ik uitgekozen heb om koning te zijn.’
Samuel deed wat de Heer gezegd had. De leiders van Betlehem schrokken toen Samuel daar aankwam. Ze gingen naar hem toe en vroegen: ‘Is het een slecht teken dat u hier komt?’ Maar Samuel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik ben gekomen om een offer te brengen aan de Heer. Jullie moeten je voorbereiden volgens de regels in de wet van de Heer. Dan gaan we daarna samen naar de plaats waar het offer gebracht wordt.’ Samuel nodigde ook Isaï en zijn zonen uit. En hij hielp hen om zich voor te bereiden op het offer.
Eén van de zonen van Isaï was Eliab. Toen Samuel hem zag, dacht hij: Dit is de man die de Heer uitgekozen heeft. Maar de Heer zei tegen Samuel: ‘Let niet op zijn uiterlijk. Kijk niet hoe groot hij is. Ik heb hem niet uitgekozen. Wat je van buiten ziet, is niet belangrijk. Daar kijken mensen altijd het eerst naar, maar ik let erop hoe een mens van binnen is.’
Toen riep Isaï zijn zoon Abinadab, en hij stelde hem aan Samuel voor. Maar Samuel zei: ‘De Heer heeft hem ook niet uitgekozen.’
Toen stelde Isaï zijn zoon Samma aan Samuel voor. En weer zei Samuel: ‘De Heer heeft hem ook niet uitgekozen.’ Zo stelde Isaï zeven zonen aan Samuel voor.
Samuel zei tegen Isaï: ‘De Heer heeft niet één van hen uitgekozen. Heb je nog meer zonen?’ En Isaï zei: ‘Ja, mijn jongste zoon, David. Hij past op de schapen en de geiten.’ Toen zei Samuel tegen Isaï: ‘Laat hem dan hier komen. We gaan pas eten van het offer als hij er is.’
Isaï liet zijn zoon David komen. David was een knappe jongen met rood haar en mooie ogen. Toen zei de Heer tegen Samuel: ‘Dit is degene die ik uitgekozen heb om koning te zijn.’ Toen nam Samuel een kruikje met olie. Hij goot de olie over het hoofd van David terwijl al zijn broers erbij waren. Vanaf dat moment was de geest van de Heer in David.
Daarna ging Samuel terug naar de stad Rama.
Dichter bij de tijd
(C. LETERME, Map Bijbel in 1000 seconden, fiche die hoort bij 1 Samuel 16, 1-13)
Saül is koning van Israël. God heeft hem als koning gekozen
en Samuël heeft hem tot koning gezalfd.
Maar Saül doet niet wat God van hem vraagt.
Op een dag zegt God tegen Samuël:
‘Vul een hoorn met olie
en ga naar Isaï. Die woont in Betlehem.
Ik wil dat één van zijn zonen koning van Israël wordt.’
Samuël doet wat God vraagt.
Wanneer hij in Betlehem komt, schrikken de mensen.
Ze vragen: ‘Er is toch niets ergs gebeurd?’
Samuël zegt: ‘Nee, nee, ik heb alleen goed nieuws.
Ik wil graag de zonen van Isaï zien.’
Wanneer Isai aankomt met zijn zonen,
ziet Samuel Eliab.
Hij denkt: ‘Eliab wordt zeker koning!’
Maar God zegt tegen Samuël:
‘Het is niet belangrijk of iemand knap is of groot.
Want Ik kijk niet zoals een mens.
Een mens kijkt naar het uiterlijke,
maar Ik kijk naar het hart van iemand.’
Daarna roept Isaï Abinadab en stelt hem aan Samuël voor.
Maar Samuël zegt: ‘Ook hem heeft God niet uitgekozen.’
Dan stelt Isaï Samma voor.
Maar Samuël zegt: ‘Ook hem heeft God niet uitgekozen.’
Zo stelt Isaï zeven van zijn zonen aan Samuël voor.
Dan vraagt Samuël aan Isaï: ‘Zijn dat al uw zonen?’
Isaï antwoordt: ‘Nee, de jongste is er niet bij.
Die zorgt nog voor de schapen.’
Samuël zegt: ‘Laat hem halen.
We gaan niet aan tafel voordat hij hier is.’
Isaï stuurt iemand weg om zijn jongste zoon te halen.
Hij heeft rosse haren, mooie ogen en een prettig voorkomen.
God zegt tegen Samuël: ‘Die moet u zalven: hij is het.’
Samuël neemt de hoorn met olie en zalft er David mee.
Stilstaan bij ...
Heer
Gewoonlijk is ‘Heer ‘ een respectvolle manier om iemand aan te spreken.
De joden gebruiken het woord ‘Heer’ wanneer ze over God spreken. Want uit eerbied voor God willen ze zijn eigen naam niet uitspreken.
Samuël
Samuel was profeet, priester en de laatste en belangrijkste rechter van Israël. Hij was een zoon van Elkana en Hanna, die geen kinderen kon krijgen. Toen Samuel oud genoeg was, bracht zijn moeder hem naar Silo om te dienen in de tempel bij de priester Eli. Na de dood van Eli werd Samuel de religieuze leider van Israël. Hij zalfde Saul en David tot koning van Israel.
Aan hem dankt Israël een geestelijk reveil en een groeiende eenheid van de stammen.
Hoorn met olie
De geurende olie die Samuël mee had, werd bewaard in de hoorn van een ram. Later werd die olie bewaard in kostbare flesjes.
Isaï
(= man van God)
Isaï woonde in Betlehem en had acht zonen. David, de jongste, werd later de tweede koning van Israël.
Koningschap
Pas na lang aandringen ging de profeet Samuel op zoek naar een geschikte koning voor Israël. Profeten stelden zich in Israël altijd terughoudend op tegenover koningen. Ze vonden dat alleen God het in Israël voor het zeggen had. Daarom vonden ze alleen die koningen goed, die het woord van God lieten horen en er rekening mee hielden in hun leven en in het bestuur van hun land.
Jongste
Het is niet ongewoon dat in de Bijbel de jongste de voorkeur krijgt. Bijvoorbeeld: Kaïn en Abel, Ismaël en Isaak, Ezaü en Jacob, Ruben en Jozef.
Niet de leeftijd blijkt belangrijk, wel of men voor iets geschikt is.
Bovendien blijkt de jongste zoon de achtste zoon te zijn. Acht (= 7+ 1) is in de Bijbel het getal van de volmaaktheid. Eén meer duidt op een nieuw begin. (vgl. Jezus is verrezen op de achtste dag: zondag, de dag na de zevende dag: sabbat) Acht is ook het getal van de Messias.
Schapen hoeden
Een herder werkte meestal in opdracht van een eigenaar. Hij was maanden achtereen weg van huis en moest het hoofd bieden aan allerlei gevaren die hem en zijn kudde bedreigden (vooral wilde dieren: wolven en leeuwen op zoek naar voedsel). Zijn belangrijkste wapen was een slinger, een leren riem waarin hij een steen legde. Een goede herder kon hiermee nauwkeurig mee omgaan.
Een herder die goed voor zijn kudde kan zorgen, is volgens de Bijbel ook geschikt om een volk te leiden. Mozes was aanvankelijk een herder. De psalmen spreken over God als over een herder. Jezus noemt zich ‘de goede Herder’.
‘Herder’ was in het Oude Oosten een populaire beeldspraak om de koning en andere leiders van het volk aan te duiden.
Zalven
(Zalf = Chrisma)
Na de reinigingsrituelen werd een uitverkoren persoon in Israël tot koning gezalfd: een priester goot olie / zalf over het hoofd van de koning uit. Die olie werd gemaakt van fijne kruiden.
Deze symbolische handeling betekent: zoals zalf de huid van de mens doordringt, zo doordringt de kracht van God de mens die in Hem gelooft en wordt hij door de Geest van God geïnspireerd.
Bij de tekst
Spreken met beelden
Zalf | Zoals zalf de huid van de mens doordringt, zo doordringt de kracht van God de mens die in Hem gelooft. Een koning die gezalfd wordt, wordt nadrukkelijk geplaatst in de dienst van God. | |
Herder | In het Oude Oosten is ‘herder’ een populaire beeldspraak voor een koning of andere leiders van het volk. Hiermee wordt gezegd: een koning / leider is er voor het volk, zoals een herder er is voor zijn schapen. | |
De achtste zoon | 8 = 7 + 1, 8 = het getal van de volmaaktheid. Eén meer duidt op een nieuw begin. (vgl. Jezus is verrezen op de achtste dag: op zondag, de dag na de zevende dag: sabbat) |
Betekenis van de tekst
'Iemand zijn' hangt niet af van wat iemand heeft.
'Groot zijn' hangt niet af van uiterlijke maatstaven (rijkdom, macht… )
God ervaart men als Iemand die niet uit is op macht en majesteit, maar die ziet wat er omgaat in het hart van de mens.
David (= de geliefde)
David was zo belangrijk dat de naam die zijn vader hem bij de geboorte gaf niet meer bekend is. De mensen noemden hen: de geliefde.
Over David wordt geschreven in 1 en 2 Samuël, 1 Koningen, 1 Kronieken. Zowat 4% van het Oude Testament handelt dus over hem. Hieruit blijkt het belang van David in de Bijbel.
Dit verhaal van de zalving van de jonge David wil aantonen dat David niet door list of wapengeweld als opstandeling het koningschap veroverd heeft.
Lees meer
Relatie met het Nieuwe testament
David | herder | afkomstig uit Betlehem |
Jezus | goede Herder | geboren te Betlehem |
In Jezus zag men een nieuwe David: Hij wordt ‘Zoon van David’ genoemd. Deze titel die gegeven werd aan de komende Messias,toont aan hoe de hoop van Israël verbonden was met de naam en de familie van David.
Suggesties
Kleine kinderen
EVEN TESTEN
Een man met een goed hart
Vertel het verhaal met de tekeningen die je hier hier kunt vinden.
Schud de tekeningen nadien door elkaar.
Vraag daarna aan de kinderen om ze in de juiste volgorde te plaatsen. Hierbij vertellen ze ook wat bij elke plaat hoort.
VERDIEPEN
De roeping van David
Isaï woont in Betlehem. Hij heeft acht zonen. Eén van hen zal koning worden.
Wie zou jij kiezen?
O de grootste
O de sterkste
O de dikste
O de slimste
O de knapste
O de dunste
O de snelste
O de kleinste
Bespreek met de kinderen wie zij een goede koning vinden.
Waarom vindt God dat David een goede koning wordt?
O Hij is heel knap
O Hij woont in een groot huis
O Hij zorgt goed voor de schapen
O Hij heeft heel mooie kleren
Grote kinderen
KENNISMAKEN MET DE TEKST UIT DE BIJBEL
God kiest voor David
(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2008 nr 6)
Samuel had een probleem: hij moest een nieuwe koning vinden. Luister goed wie hij gekozen heeft en waarom.
Lees de tekst voor onder de titel: 'Dichter bij de tijd' (zie hoger). (Verwerk bij het vertellen ook de info die je erbij vindt)
- Wie kan het verhaal in enkele zinnen navertellen?
- Wat wordt gezegd van de zeven zonen van Isaï?
- Waarom had niemand gedacht aan David?
- Hoe wordt David in dit verhaal beschreven?
- Wat is er zo verrassend aan het verhaal?
- Als je de keuze van God voor David vergelijkt met de koning die wij zouden kiezen, wat valt er dan op?
- Zouden jullie dezelfde keuze maken? Waarom?
- Wat wil de schrijver van dit verhaal duidelijk maken over God?
- Wat treft jou het meest in dit verhaal?
Tip bij het bespreken van een Bijbelverhaal
De vragen die bij het bespreken van verhalen aangeboden worden, zijn richtvragen. Dit betekent dat je ze zeker moet aanpassen aan de kinderen die je bij het vertellen voor je hebt.
Vragen bij kleine kinderen
Betreffen eerder het verhaal zelf.
Vragen bij grote kinderen
Betreffen ook de vele variaties van 'waarom'-vragen, waardoor het kind, via het verhaal, uitgenodigd wordt om over de eigen manier van leven te reflecteren en te filosoferen.
EVEN TESTEN
Invuloefening: Een man met een goed hart
De invuloefening die je hier hier kunt vinden, is een middel om na te gaan of de kinderen het verhaal goed hebben beluisterd.
VERDIEPEN
Gesprek: 'Vul de hoorn met olie'
(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2008 nr 6)
Als Samuel naar de toekomstige koning van Israël gaat, neemt hij een hoorn vol olie mee.
Sta eerst stil bij de verschillende kwaliteiten van olie (o.a.: zacht maken, energie geven, fit maken, genezen, soepel maken...)
Sta er bij stil dat vormelingen tijdens het sacrament van het vormsel gezalfd worden met chrisma.
Vormelingen zijn dan wel geen koningen, maar ze krijgen wel een opdracht, een koning waardig.
Welke mogelijke opdrachten zien de kinderen voor de toekomende vormelingen?
Stille discussie: kwaliteiten van een leider
(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2008 nr 6)
Materiaal
Zorg voor drie grote vellen papier (bv. A3). Schrijf er in het midden op met een dikke stift:
1e vel:
kandidaat nummer
STERK ALS EEN REUS
2e vel:
kandidaat nummer 2
SLIM ALS EEN SLANG
3e vel:
kandidaat nummer 3
BEZORGD ALS EEN HERDER
Vertel
Samuël heeft genoeg van koning Saül. Hij gaat een andere koning zoeken. Hij kent een herder: Isaï, die acht zonen heeft. David, de jongste zoon, is een herder die meestal bij de schapen is. Samuël vindt dat een van die zonen koning moet worden. Maar welke?
Bespreek
- Hoe zouden wij te werk gaan, moesten wij Samuel zijn?
- Welke kwaliteiten vinden wij belangrijk voor een leider?
Start een stille discussie.
Op drie grote bladen papier worden drie kandidaten gepresenteerd.
De kinderen bespreken de drie types kandidaat één na één:
Kandidaat nummer 1 : Sterk als een reus!
- Wat roept dit bij jou op?
- Wat is aantrekkelijk bij zo'n leider?
- Zijn er ook gevaren?
De kinderen schrijven op het papier de woorden die dit bij hen oproept.
Staat er al een woord dat ze zelf ook hadden bedacht, dan zetten ze er een uitroepteken achter.
Achter een woord dat ze niet snappen zetten ze een vraagteken.
Kandidaat nummer 2: Slim als een slang.
Volg dezelfde werkwijze als bij kandidaat nummer 1.
Kandidaat nummer 3: Bezorgd als een herder.
Volg weer dezelfde werkwijze.
Gesprek
Laat eerst de woorden met een vraagteken verduidelijken. Weeg daarna de voor- en nadelen van de drie kandidaten af. Dan wordt er gestemd.
Eventueel verklaren de kinderen hun stem: ik koos voor die, omdat ...
Bijbel
De kinderen maken kennis met de tekst uit de Bijbel.
Sta daarna stil bij de volgende vragen:
- Wat was David? Vanwaar was hij afkomstig?
- Waarom koos Samuël hem als koning?
Vergelijk met de eigen keuze.
Belangrijk
. Stuur de kinderen niet naar een bepaalde keuze!
. Het zou kunnen dat kinderen kiezen voor een sterke leider. Dit geeft je later de kans om uit te leggen dat Samuël tot een andere keuze komt.
INLEVEN
Simulatiespel: wie wordt de koning(in)?
(C. LETERME in Samuel Plus, uitgeverij Averbode, 2008 nr 6)
Geef de opdracht: beeld je in dat je inwoner bent van een land waarvan de koning(in) gestorven is. Nu moet er een nieuwe koning of koningin gekozen worden uit de inwoners van de stad.
Verdeel de groep kinderen in groepen van vier. Elke groep mag een kandidaat koning(in) voorstellen. Elke groep maakt een affiche om zijn kandidaat voor te stellen en aan te bevelen. Op die affiche schrijven de kinderen ook de kwaliteiten die de groep belangrijk vindt voor een koning(in).
Intussen krijgt de kandidaat-koning(in) de opdracht te werken aan een korte verkiezingsrede om zichzelf bij de bevolking aan te bevelen.
Om beurt worden de verschillende kandidaten voorgesteld.
Daarna worden alle affiches midden de kring gelegd. In een kring wordt het proces en de inhoud van de campagne in de verschillende groepen besproken aan de hand van vragen als:
- Waarom hebben jullie X gekozen als kandidaat?
- Waren er nog andere kandidaten?
- Hoe komt het dat uiteindelijk X de kandidaat werd?
- Welke kwaliteiten vinden we hier belangrijk voor een koning?
- Zijn die kwaliteiten in de verschillende groepen dezelfde?
BELEVEN
Men ziet alleen maar goed met zijn hart
(A.-D. DERROITE, C. LETERME in Samuel, uitgeverij Averbode, 2008 nr 6 p. 9)
God ziet verborgen kwaliteiten in David. En wij?
Zijn wij in staat om te zien wat bij anderen niet met de ogen te zien is?
Omcirkel met blauw wat je kunt zien met je ogen, omcirkel met rood wat je alleen met je hart kunt zien.
een gouden hart
lichaamskracht
een mooie stem om psalmen te zingen
schoonheid
vrijgevigheid
een goede herder
luisterend oor voor anderen
snelheid
een trouwe vriend
een moedig man
Ken je mensen die deze hoedanigheden hebben? Schrijf hun voornaam erbij.
Wat zijn de kwaliteiten waarvoor jij gekozen wordt (of zou willen gekozen worden?)
Schrijf hier de drie belangrijkste neer.
VERTELLEN
De parel
(C.LETERME, Een parel voor elke dag, uitgeverij Averbode, 2007)
Er was eens een prinses die wilde trouwen.
Ze zei: ‘Mijn prins moet een goed hart hebben,
en mij de parel geven, die licht geeft in de nacht.’
Twee prinsen gingen op weg.
De oudste kwam in een dorp dat bijna overstroomd was.
De mensen zeiden hem:
‘Alleen de gouden pompoen van de draak kan ons redden.’
‘Die zal ik voor jullie meebrengen,’ zei de prins.
Wat later kwam de jongste prins in datzelfde dorp
en ook hij beloofde aan de mensen de gouden pompoen.
Beide prinsen kwamen in het paleis van de draak.
De oudste prins vond er een prachtige witte parel.
Hij nam die en reed er snel mee naar de prinses.
Wat later kwam ook de jongste prins in het drakenpaleis
en vond daar de gouden pompoen.
Hij reed er snel mee naar het overstroomde dorp.
Wanneer de burgemeester de pompoen in het water legde,
daalde het water in de straten en op het veld.
Toen gaf de burgemeester aan de jongste prins een zwarte parel.
‘Neem deze parel als teken van onze dankbaarheid’ zei hij.
De jonge prins nam de parel aan
en reed daarna snel naar het paleis van de prinses.
Intussen was het donker geworden.
Vol verwachting keek de prinses
naar de parel in de hand van de oudste prins.
‘Dit is niet de echte parel’ zei ze treurig.
Toen gaf de jongste prins haar de zwarte parel.
De parel begon te stralen in haar handen.
‘Dit is de parel die licht geeft in de nacht!’ zei de prinses,
‘Met jou wil ik trouwen! Jij zult een goede koning zijn!’
(Naar een Chinees Sprookje)
Drie vragen
(C.LETERME, Een parel voor elke dag, uitgeverij Averbode, 2007)
Natchiketa was de zoon van de koning van de Gangesvlakte.
Op een dag had hij ruzie met zijn vader, de koning.
Die zei: ‘Loop naar de hel.’
Natchiketa vertrok en ging wachten bij de poort van de hel.
Na drie dagen kwam de duivel aan.
‘Wat doe jij hier, zoon van de koning van de Gangesvlakte?’
Natchiketa vertelde over de ruzie met zijn vader.
Toen zei de duivel:
‘Je mag drie dingen vragen.
Wat je ook vraagt, ik zal het je geven.’
Toen zei de prins:
‘Ik zie dat alle mensen sterven.
Waarom gaan alle mensen dood?’
‘Wat is dat nu toch voor een vraag?’ antwoordde de duivel,
‘Vraag toch een kasteel of landerijen!’
Maar Natchiteka had al een tweede vraag klaar:
‘Ik hoor de mensen spreken over liefde, geluk en vreugde.
Wat bedoelen ze daarmee?’
De duivel krabde in zijn haar en zuchtte:
‘Jongen toch, wat zijn dat voor vragen?
Vraag liever juwelen of goud.
Daarmee kun je meisjes voor je winnen.’
Prins Natchiketa probeerde een derde keer:
‘Beste duivel, men zegt mij dat er een God is.
Wie is Hij? Kun je iets over Hem zeggen?’
De duivel werd zo boos op de ondankbare prins
die zijn geschenken weigerde,
dat hij hem wegjoeg,
net zoals de vader van Natchiketa eerder had gedaan.
Na de dood van zijn vader, werd Natchiketa
de meest rechtvaardige en meest geliefde koning van de Gangesvlakte.
Naar een Indisch verhaal
BIDDEN
God, onze Vader
Jij kijkt anders naar mensen
dan wij dat doen.
Wij kijken vaak naar de buitenkant:
iemand is groot, of sterk, of knap, of heel handig.
Jij let op de binnenkant:
Jij kijkt naar het hart van mensen
en ziet of het vol liefde is
en of het vertrouwt en hoopt.
Leer ons te kijken naar andere mensen
zoals Jij naar ons kijkt.
Amen.
(Bewerking van een gebed op BijbelBasics)
Overwegingen
F.O. Van Gennep
Koningen
'Koningen zijn niet zo dik gezaaid in onze wereld, maar er zijn des te meer koningen op hun eigen vierkante meter, in het bedrijf, in de klas, in de voetbalvereniging, in de gemeente in het werk voor demente bejaarden of in de actiegroep voor betere huisvesting voor alleenstaanden. Koningen zijn dus allen, die op hun terrein enige verantwoording dragen. Tot al die mensen komt de Messiaanse roeping om in geloof in God aan de mensen dienstbaar te worden.'
Antoine de St Exupéry
Het belangrijkste
'Men ziet alleen goed met het hart.
Het belangrijkste is onzichtbaar voor de ogen.'
T. Govaers
De appel met de rotte plek
(T. GOVAERS, Filosoferen met kinderen, eindwerk Karel de Grote - hogeschool Antwerpen, 1997-1998)
Tijdens mijn eerste jaar in de onderwijzersopleiding moest ik een schrijfles geven in het vijfde leerjaar (...). De kinderen kregen per twee een beginzin van de volgende aard:
. Er was eens een opgevouwen jeansbroek.
. Er was eens een konijn op de maan.
. Er was eens een kapotte bril.
. Er was eens een appel met een rotte plek.
. Er was eens ...
De leerlingen moesten rond deze beginzin een sprookje schrijven. Na vijf minuten werden de sprookjes doorgegeven naar een volgend koppel dat hierop moest verder schrijven. Dit doorschuiven werd een paar keer herhaald.
Plots werd er door een leerling gereageerd. Het was Abbes, het bleek zijn beurt te zijn om verder te schrijven op het verhaal van de appel met de rotte plek. De jongen was echter niet tevreden met datgene wat de schrijvers van het vorige stuk op papier hadden gezet en riep me bij hem. Ik las het stuk tekst waarin stond dat de appel met de rotte plek maar een lelijke vrucht was die door niemand wilde opgegeten worden. Vervolgens vroeg ik aan Abbes wat er niet klopte. 'Je kan toch niet van buiten zien of iets mooi of lelijk is', zei hij, 'schoonheid zit binnenin!'
Paul Kevers
Samuël leert kijken met de ogen van God
(P. KEVERS in Samuel Plus, Uitgeverij Averbode, 2008 nr 6)
De profeet Samuël had Saul gezalfd tot eerste koning van Israël. Maar Saül gedroeg zich na verloop van tijd niet meer als een goede koning. Hij was alleen nog begaan met zijn eigen macht en succes. Daarom werd hij door God verworpen als koning. Samuël wordt er opnieuw op uitgestuurd, om een geschiktere kandidaat te zoeken, 'een man naar Gods hart'.
Samuël gaat naar Betlehem, naar het huis van Isaï. Die stelt hem eerst zijn oudste zoon Eliab voor. Samuël is spontaan geneigd om Eliab uit te kiezen voor het koningschap: de oudste, de grootste, de sterkste ... Maar dan beseft Samuël dat die uiterlijke kenmerken geen garantie bieden. Saül hadden ze ook uitgekozen omdat hij 'met kop en schouders boven allen uitstak' en met Saul was het verkeerd afgelopen... 'God ziet niet zoals een mens ziet; een mens kijkt naar het uiterlijk, maar God kijkt naar het hart', beseft Samuël.
Niet de oudste, maar de jongste zoon van Isaï wordt uiteindelijk uitverkoren: David. Die was nog te jong, die telde nog niet mee, die moest op de schapen passen. Maar Samuël laat hem halen en zalft hem, te midden van zijn broers. 'Vanaf die dag was de geest van God over David' ...
Samuël moet leren kijken met Gods ogen: niet naar het uiterlijk, maar naar het hart. God keert de menselijke regels over rang, stand en belangrijkheid ondersteboven. Hij kiest uit wie niet meetelt. In wie niemand het gezien had, in hem heeft God het gezien. En David wordt de nieuwe koning, een man naar Gods hart, iemand die zich werkelijk in dienst van God en van het volk zal stellen.
Dit verhaal nodigt ons ook uit om te leren kijken met Gods ogen. Om te geloven in mensen, ook al lijken ze op het eerste gezicht niet zoveel troeven of talenten te hebben. Om hun zo meer zelfvertrouwen te geven, zodat het beste in hen naar boven kan komen - zoals het bij David gebeurde.