Psalm 119, 9-16: Woorden die blij maken
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1007-1008)
Hoe kan iemand vanaf zijn jeugd goed leven?
Door te doen wat u gezegd hebt, Heer.
Met heel mijn hart zoek ik u.
Help mij om te doen wat u wilt.
Elke dag denk ik aan uw woorden,
dan doe ik geen verkeerde dingen.
Heer, ik wil u danken.
Leer mij wat er in uw wetten staat.
U hebt gezegd wat goed en eerlijk is,
en dat herhaal ik steeds weer.
Ik wil graag leven zoals u dat wilt.
Dat heb ik liever dan grote rijkdom.
Over uw regels denk ik na,
en ik let op alles wat u doet.
Ik ben blij met uw wetten,
uw woorden zal ik niet vergeten.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Hoe kan iemand die jong is, leven zonder fouten?
Door aandacht te hebben voor je woord.
Met heel mijn hart blijf ik Je zoeken,
laat mij niet afdwalen van je geboden.
Je woorden bewaar ik diep in mijn hart,
zodat ik niet tegen Je zondig.
Geprezen ben Je, God,
maak me vertrouwd met je woord.
Mijn lippen zullen alles uitspreken,
wat je mond ons voorschreef.
Je richtlijnen maken me blij,
alsof ik een overvloed aan rijkdom heb.
Over je opdrachten wil ik nadenken,
ik wil aandacht hebben voor de wegen die Je wijst,
Je verwachtingen maken me blij,
je woorden leg ik nooit naast me neer.
Dichter bij het Hebreeuws
(Bewerking: C. Leterme – Geïnspireerd door de Naardense Bijbel
Bij jongeren een juist leven leiden?
Dat kan door aandacht te hebben voor je woord!
Bij je woorden zoek ik verkwikking,
ik zal ze nooit vergeten!
Blijf ik Je niet met heel mijn hart zoeken?
Laat me niet afdwalen van je geboden.
Berg ik je woorden niet op in mijn hart?
Zo kan ik niet zondigen tegen u!
Begroeten mag ik Je, Ene God!
Maak me vertrouwd met je woord!
Breeduit zullen mijn lippen vertellen
over alle verwachtingen die je mond uitsprak.
Blij ben ik op de weg van je richtlijnen.
Het is alsof ik onmetelijk rijk ben!
Bemediteren zal ik wat Je van ons verwacht,
en aandacht hebben voor de wegen die Je wijst.
Stilstaan bij …
Geboden
In psalm 119 schrijft de psalmist vaak over de wet van God (leer en leefregels van God). Daarvoor gebruikt hij tien verschillende woorden: wet, uitspraken (instructie), voorschriften, verordeningen, geboden, regels (decreten), woord, manieren (wegen), beloften, oordelen (bepalingen).
Bij de tekst
Langste tekst
Deze psalm is niet alleen de langste psalm in het boek Psalmen, het is ook het langste hoofdstuk in de Bijbel.
In dit lange gebed zijn vele vormen van bidden terug te vinden: danken, smeken, klagen …
Psalm 119 bezingt vooral de vreugde van een leven met de wet (richtlijnen, regels, geboden, voorschriften, belofte …) De uitzonderlijke lengte van deze psalm suggereert dat alle aspecten van ‘het leven met de wet’ recht gedaan moeten worden.
Een bijzonder rijm
Psalm 119 bestaat uit 22 strofen.
Elke regel van die strofen begint met een letter van het alfabet op de volgende manier: alle regels van de eerste strofe beginnen met de eerste letter alef, die van de tweede strofe beginnen met de tweede letter bet, enzovoort.
Omdat er 22 letters zijn in het Hebreeuwse alfabet, zijn er 22 strofen in psalm 119.
Psalm 119, 9-16 is de strofe waarvan de eerste letters beginnen met de letter ‘bet’.
Simchat Tora
Elke sabbat leest men een stuk voor uit de tora. Op Simchat Tora (= vreugde van de wet) is na een heel jaar de hele Tora uitgelezen en wordt er feest gevierd. Alle rollen van de Tora worden dan tevoorschijn gehaald en in een optocht door de synagoge gedragen.
De mannen die ze dragen, dansen ermee en de kinderen dansen mee met een kleine tora of met vlaggetjes.
Suggestie
Grote kinderen
VERTELLEN
De beste plaats
(C. LETERME, Parels van verhalen, Averbode 2019, p. 82)
Toen God de hemel en de aarde had geschapen,
sloot Hij een verbond met de mensen.
Daarna zocht Hij naar een plek
waar Hij de tekst van dit verbond
zo goed mogelijk kon bewaren.
Dit verbond was zo belangrijk,
dat de mensen dit nooit mochten vergeten.
God onderzocht verschillende mogelijkheden.
‘Als ik dit verbond op klei zou schrijven
die Ik nadien bak,’ dacht Hij,
‘dan blijven de woorden van dat verbond voor altijd bewaard.’
Later vroeg Hij aan de mensen:
‘Maak een kist om die stenen tafels in te bewaren.’
De mensen maakten een prachtige gouden kist
voor die woorden van God.
en namen die overal met zich mee.
Als ze ergens halt hielden,
plaatsten ze die kist in hun mooiste tent.
Na een tijd zei God:
‘Die kist was niet zo'n goed idee van Mij
want ze gaat wel overal met de mensen mee
en krijgt de mooiste plaats,
maar niemand leest die woorden nog.’
Daarom riep Hij zijn engelen bij zich en vroeg:
‘Waar zou ik mijn woorden het best bewaren?’
Eén van zijn engelen zei:
‘Op de hoogste berg van de wereld,
zodat iedereen ze kan zien,’
God schudde zijn hoofd:
‘De mensen zouden mijn woorden
dan wel goed kunnen zien,
maar het is helemaal niet zeker
of ze er ook rekening mee zullen houden.’
‘Leg ze misschien in het belangrijkste gebouw
van de belangrijkste stad van de wereld,’ zei een andere engel.
‘Nee,’ zei God,
‘de mensen zullen die woorden wel met eerbied omringen
maar ze zullen vergeten ermee te leven.
Ik denk dat Ik weet waar ik mijn verbond zal bewaren.
Ik zal die woorden in het hart van de mens leggen.’