Wat?
Een theater in de oudheid was een indrukwekkend gebouw dat werd ontworpen om duizenden toeschouwers tegelijk te laten kijken en luisteren naar een voorstelling in de open lucht.
Van bovenaf is zo’n theater meestal halfrond, met concentrische rijen stenen zitplaatsen voor de toeschouwers.
Griekse theaters die vaak tegen een helling gebouwd (natuurlijk reliëf) waren, zagen uit op het landschap.
Romeinse theaters waren vrijstaand dankzij hun bouwtechniek (gebruik van boogconstructies en beton).
De akoestiek was in die theaters zo goed dat men zelfs fluisterende acteurs kon horen op de bovenste zitjes van het halfrond.
Functies
Religieus
Toneelstukken (vooral tragedies) bevatten vaak een morele of godsdienstige boodschap, die de toeschouwers deden nadenken over schuld, de betekenis van hun leven en de impact van de goden erin.
Politiek
Theaters waren vaak een plek van maatschappelijk debat.
Schrijvers van toneelstukken gebruikten komedies om politici en maatschappelijke kwesties kritisch te benaderen.
In Rome waren theatervoorstellingen een politiek prestigeproject in handen van keizers en rijke burgers: hoe groter, hoe spectaculairder, hoe meer populariteit.
Educatief
Tragedies en komedies behandelden filosofische, morele en historische thema’s, waardoor burgers hun geschiedenis leerden kennen, hun plichten, sociale normen en identiteit.
Sociaal
Theaters brachten de hele gemeenschap samen, ongeacht sociale klasse (al zaten de rijken wel beter).
Vooral in Griekenland, waar elke stad haar eigen theater had, versterkten ze de stedelijke identiteit. De voorstellingen waren gelegenheden om elkaar te ontmoeten.
Amusement
Vooral in Rome waren theaters plaatsen voor vermaak: mime, pantomime, komedie, acrobatie, zangvoorstellingen.
Waardering bij de joodse autoriteiten
Rond het begin van de jaartelling hadden de meeste Joodse autoriteiten bezwaren tegenover theaters.
Religieuze bezwaren
Theaters waren nauw verbonden met de Griekse en Romeinse cultuur, waarin plaats was voor vele goden.
Dit staat haaks tegenover het strikte monotheïsme van het jodendom.
Cultureel-politieke bezwaren
Theaters symboliseerden de Romeinse overheersing: ze werden vaak gebouwd door of ter ere van Romeinse machthebbers.
Gladiatorenspelen en andere gewelddadige spektakels werden als barbaars ervaren. In theaterstukken kwam vaak immoreel gedrag voor: seksuele losbandigheid, spot met gezag ...
Maar ... in meer Hellenistische steden zoals Caesarea, Tiberias en Dekapolis-steden (buiten Judea en Galilea) waren er Joden die positiever of pragmatischer stonden tegenover het theater.
De Bijbel over theaters
Letterlijk
Alleen in het Nieuwe Testament heeft de Bijbel het over theaters, omdat zo'n gebouwen pas in de Hellenistische en Romeinse tijd gebouwd werden.
Handelingen 19: Het theater in Efeze
"De hele stad raakte in rep en roer. Ze stormden eensgezind naar het theater en sleurden Gajus en Aristarchus mee, die met Paulus waren meegereisd uit Macedonië."
Dit is de enige keer dat de Bijbel een theater vermeldt. Het gaat om het Romeinse theater van Efeze, dat plaats bood aan ongeveer 24.000 mensen.
Tijdens een opstand van zilversmeden, die hun inkomsten bedreigd zagen door de prediking van Paulus tegen afgoderij (minder verkoop van Artemis-beelden) werd het theater bestormd.
In de tekst functioneert het theater dus niet als een plaats waar theatervoorstellingen worden gegeven, maar als forum voor massaal protest.
Figuurlijk
1 Korintiërs 4, 9
"Want ik meen, dat God ons, de apostelen, de laatsten, heeft tentoongesteld, als ter dood veroordeeld; want wij zijn een theater geworden voor de wereld, voor engelen en mensen."
Paulus zegt zo dat het leven van de apostelen openlijk bekeken wordt, als in een toneelvoorstelling met lijden, vernedering en offers.