Loading...
 

1 Timoteüs 1, 1-2.12-14

2 C.Leterme (2012)DSC01375

Foto © Chantal Leterme (Rome 2018)


…page…

1 Timoteüs 1, 1-2.12-14: Paulus dankt Jezus

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1889-1890)

Dit is een brief van Paulus aan Timoteüs.
Ik ben een apostel van Jezus Christus. Die taak heb ik gekregen van God, die ons zal redden, en van Jezus Christus, op wie we vertrouwen.
Timoteüs, jij bent door je geloof een echte zoon voor mij geworden.
Ik wens je toe dat God, onze Vader, en onze Heer Jezus Christus goed voor je zijn, van je houden en je vrede geven.


Ik dank Jezus Christus, onze Heer. Want hij had zo veel vertrouwen in mij, dat ik zijn dienaar mocht zijn. En hij gaf mij de kracht om het goede nieuws bekend te maken.
Vroeger beledigde ik Christus. Ik vervolgde christenen, en ik ging met geweld tegen hen tekeer. Toch heeft God mijn zonden vergeven. Want ik deed die dingen omdat ik niet geloofde, en dus niet wist wat ik deed. Onze Heer Jezus Christus is geweldig goed voor mij geweest. Hij zorgde ervoor dat ik in hem ging geloven, en dat ik de christenen ging liefhebben.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Van Paulus, apostel van Christus Jezus,
een opdracht die ik kreeg van God onze bevrijder
en van Christus Jezus onze hoop,
aan Timóteüs, zijn wettig kind door het geloof.
Genade, aandacht en vrede voor jou
van God onze Vader en Christus Jezus onze Heer!

Ik dank Christus, onze Heer, die mij kracht geeft.
Hij vertrouwde mij zoveel dat ik zijn dienaar mocht zijn,
terwijl ik vroeger God beledigde,
christenen vervolgde en geweld gebruikte.
Door mijn ongeloof wist ik niet wat ik deed.
Toch was Hij goed voor mij,
gaf Hij me zijn goedheid in overvloed
en daarmee het geloof en de liefde die in Hem zijn.



Stilstaan bij …

Vervolger en geweldenaar
Allusie op het leven van Paulus voordat hij door Jezus geroepen werd.





Bij de tekst

Timoteüs

Timoteüs woonde in Lystra. Zijn vader was Grieks. Zijn moeder Eunice en zijn grootmoeder Loïs waren joods. Hij werd als kind opgevoed als jood.
Op de eerste reis van Paulus was Eunice christen geworden. Ook haar zoon Timoteüs bekeerde zich tot het christendom voor veel getuigen (1 Timoteüs 6, 12).
Als Paulus bij zijn tweede reis weer in Lystra kwam, vroeg hij aan Timoteüs om zich bij hem aan te sluiten.

Paulus kon het heel goed vinden met Timoteüs. Hij schreef hem twee brieven die nu nog bekend zijn.