Loading...
 

21e zondag door het jaar B - evangelie

Johannes 6, 60-69: Kiezen voor Jezus

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1686)

Veel volgelingen van Jezus die dat hoorden, zeiden: ‘Dit gaat te ver! Hier kunnen we niet naar luisteren!’ Jezus wist dat ze protesteerden, en hij zei tegen hen: ‘Jullie ergeren je aan mijn woorden. Maar stel dat jullie de Mensenzoon omhoog zien gaan naar de plaats waar hij vandaan gekomen is. Zullen jullie mij dan geloven?
Het aardse bestaan kan jullie niet redden. Alleen de heilige Geest geeft het eeuwige leven. Als je mijn woorden gelooft, zul je de heilige Geest krijgen, en zul je leven. Maar sommigen van jullie geloven mijn woorden niet.’ Jezus wist namelijk vanaf het begin wie er niet in hem zouden geloven. En hij wist ook wie hem zou uitleveren aan zijn vijanden.
Toen zei Jezus: ‘Ik heb jullie al gezegd: De Vader brengt de mensen die bij mij horen, naar mij toe. Alleen zij kunnen bij mij komen.’

Toen liepen veel volgelingen van Jezus weg. Ze gingen niet langer met hem mee. En Jezus vroeg aan de twaalf leerlingen: ‘Willen jullie soms ook weggaan?’
Simon Petrus antwoordde: ‘Heer, naar wie zouden wij toe moeten gaan? U spreekt woorden die eeuwig leven geven! Wij geloven in u. Wij weten dat u door God zelf gestuurd bent.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Veel leerlingen die Jezus hoorden, zeiden:
‘Dit zijn erg straffe woorden. Wie kan daar nog naar luisteren?’
Maar Jezus, die wist dat zijn leerlingen daarom morden, zei:
‘Dit ergert jullie dus?’
En als jullie nu de Mensenzoon eens zien opstijgen
naar waar Hij vroeger was?
Het is de Geest die levend maakt, het vlees helpt niets.
De woorden die Ik tot jullie sprak, zijn vol van geest en leven.
Maar er zijn er onder jullie die niet geloven.’
(Jezus wist vanaf het eerste moment wie er niet geloofde
en wie het was die Hem zou overleveren.)
Hij zei verder: ‘Daarom zei Ik dat niemand naar Mij kan komen
tenzij de Vader hem dat gegeven heeft.’

Toen keerden veel leerlingen Hem de rug toe
en gingen niet langer met Hem mee.
Toen vroeg Jezus aan de twaalf: ‘Willen jullie soms óók weggaan?’
Simon Petrus antwoordde: ‘Maar Heer, naar wie zouden we gaan?
Je woorden geven eeuwig leven.
Wij geloven vast en zeker dat Je de heilige van God bent.’



Stilstaan bij …

Mensenzoon
Dit woord gebruikte Jezus vaak om over zichzelf te spreken. Misschien gebruikte Hij deze benaming graag, omdat het woord 'Messias' / ‘Christus’ vaak verkeerd werd begrepen.
Op zich betekent ‘mensenzoon’: ‘mens’ (De profeten gebruikten het woord ‘mensenzoon’ om een mens aan te duiden in zijn sterfelijkheid en nietigheid), maar de profeet Daniël spreekt over de mensenzoon als over een koning die zorgt voor vrede en die de mensen komt oordelen.
Later gebruikte men dit woord om er de menselijke natuur van Jezus mee aan te duiden.
Huub Oosterhuis vertaalt ‘Mensenzoon’ met ‘Mensenkind’.

Geest
De Geest drukt de kracht en dynamiek uit van de aanwezigheid van God in de wereld. Het is de kracht die leven geeft, inspireert, begeestert, enthousiast maakt, in beweging brengt.





Suggesties

Grote kinderen

INLEVEN

Jezus volgen

Schrijf een sms naar Jezus waarin je zegt waarom je Hem wilt volgen.





ACTEREN

Naar wie zouden we gaan?

LEERLING VAN JEZUS
De manier waarop Jezus spreekt choqueert nogal.
Wie kan er nog naar zo iemand luisteren?


JEZUS (die hen dat heeft horen zeggen)
Neemt gij daar aanstoot aan?
Als gij dan de Mensenzoon ziet opstijgen
naar waar Hij vroeger was...?
Het is de geest die levend maakt,
het vlees is van geen nut.
De woorden die Ik tot u gesproken heb zijn geest en leven.
Maar er zijn er onder u die geen geloof hebben.”
- Jezus wist inderdaad van het begin af aan
wie het waren die niet geloofden
en wie Hem zou overleveren. -
Hij voegt eraan toe:
“Daarom heb Ik u gezegd
dat niemand tot Mij kan komen
als het hem niet door de Vader gegeven is.”
Omwille van deze woorden trekken veel van zijn leerlingen zich terug
en verlaten zijn gezelschap.


JEZUS aan de twaalf:
Willen jullie soms ook weggaan?”


SIMON PETRUS
Heer, naar wie zouden wij gaan?
Uw woorden zijn woorden van eeuwig leven
en wij geloven en weten dat Gij de Heilige Gods bent.





VERTELLEN

De vleermuis__

(C. LETERME, Een parel voor elke dag, uitgeverij Averbode, 2007, p. 59)

Er was eens een oorlog
tussen de vogels en de dieren met vier poten.
Lange tijd was het onduidelijk
wie er zou winnen.
De vleermuis zei:
‘Ik ben geen vogel
en ook geen dier met vier poten.
Daarom kan ik niet vechten.’

Maar toen de viervoeters leken te winnen
vloog de vleermuis naar hen toe en zei:
‘Ik ben een dier,
zie maar naar mijn poten.
Ik zal vechten aan jullie zijde.’

Nieuwe vluchten vogels
kwamen aangevlogen
om hun broers en zussen te helpen.
De viervoeters ondervonden grotere tegenstand.
De vleermuis zag dat, keerde zich om
en ging naar het kamp van de vogels.
‘Ik ben een vogel,’ zei hij.
‘Zie maar naar mijn vleugels.’
En hij vocht samen met de vogels.

Toen de oorlog voorbij was,
werd de vleermuis gehaat
door zowel de viervoeters
als de vogels.
Want geen van beide partijen kon op hem rekenen.

Daarom verstopt de vleermuis
zich nog steeds op donkere plaatsen
en toont hij zich pas als het donker wordt.



Overweging bij het verhaal
(C. LETERME in Kerk en leven, Federatie Rotselaar, 22 augustus 2018, p. 1)

Kiezen kan ongelooflijk moeilijk zijn.
Kiezen tussen twee even mooie T-shirts.
Kiezen tussen drie festivals.
Kiezen tussen opleidingen…

‘Kiezen is verliezen’ wordt gezegd.
Een waarheid als een koe!
Want de mogelijkheid die niet gekozen wordt,
is ‘verloren’.

Misschien daarom dat de vleermuis in het verhaal hierbij
voor beide kanten kiest.
Maar hoe eerlijk hij misschien telkens die keuze maakte,
de andere dieren pikten dat niet.

God liet het volk Israël kiezen
tussen Hemzelf of de goden van het land Kanaän.
Maar als het zou kiezen voor de God van Israël,
dan was er geen plaats meer voor die andere goden.

Ze moesten ervoor gaan
en de woorden en verwachtingen van God
in hun leven realiseren
en in dat van hun omgeving.

Ook Jezus plaatste zijn leerlingen voor de keuze.
Wie wilde leven in zijn voetsporen
moest echt wel kiezen voor Hem.
Men kon immers gerust een andere keuze maken.

Zo’n keuze maken is heel moeilijk.
Maar het afwegen van de verschillende mogelijkheden
geeft diepgang aan de uiteindelijke keuze
en steun bij moeilijke momenten.





Overwegingen

Frans Mistiaen s.j.

Gij hebt woorden van eeuwig leven!

Jezus had woorden gesproken die moeilijk te aanvaarden waren
voor sommige van Zijn volgelingen.
Hij had gezegd:
"Ik ben het echte Levensbrood
dat uit de hemel neerdaalt en dat,
beter dan het manna in de woestijn voor uw voorvaderen,
u hier het echte geluk - het eeuwig leven - kan bezorgen."
Door die vergelijking probeerde Hij duidelijk te maken
dat Zijn “zichzelf gevende” en “anderen dienende” liefde,
- zoals het gebroken en weggeschonken brood -
de enige weg is om het diepste geluk te beleven.
Dat “zichzelf breken, delen en geven en anderen dienen”
de weg zou zijn om zelf echt gelukkig te worden,
dat was voor velen onaanvaardbaar en zij dropen af,
zoals ook wij wellicht in de loop van ons leven reeds deden.
In vele levensomstandigheden
stelt Jezus ook ons voor die fundamentele keuze:
reageren als een “eisende, veroordelende en overheersende” mens
of, in Zijn geest, als een “dankbare, zich-gevende en dienstbare” mens.

Het leven vraagt ons inderdaad voortdurend te kiezen.
Maar meestal kiezen wij niet echt.
Wij proberen integendeel
van alle mogelijkheden die ons worden geboden samen te profiteren,
niets te verliezen en alles te bemachtigen.
Maar daardoor wordt vooral onze honger gewekt naar nog meer,
onze onrust aangewakkerd
en blijft het echte geluk voor ons ongrijpbaar.

Echt kiezen betekent dat wij ophouden te zoeken
om te "profiteren",
en op de eerste plaats “de liefde willen dienen".
Dan beslissen wij iets los te laten, dat nochtans ook heel waardevol is,
juist om in het éne, dat wij dan wel kiezen,
heel het geluk te ontvangen.
Want het geluk verovert men niet. Men krijgt het.
Echt kiezen is dus dankbaar loslaten, gratis ontvangen,
diep vervuld worden, zijn hele leven en voorgoed.

Iedereen kent ogenblikken, perioden,
waarbij men als christen wat afhaakt,
Jezus een beetje vergeet of minder plaats geeft in zijn leven.
Hiervoor kunnen er vele redenen zijn:
mislukking, ziekte, haat of ruzie, ontmoediging of gewoon sleet.
Dan voelen wij de aanwezigheid van de Heer
niet meer zo warm aan als weleer.
Dan vinden wij het nodig vooral de kleine kanten
van de Kerk of van de priesters te benadrukken.
Dan lijkt een woord of een vraag van de Heer in het evangelie
ons niet meer modern genoeg, niet meer van onze tijd.
En dan blijven we volledig weg.
Wij worden lauwe christenen,
zondagskatholieken of ritueelgelovigen,
die naar de kerk komen voor een doop, een plechtige communie,
een huwelijk of een begrafenis,
maar niet als er gevraagd wordt zich te engageren
om er een handje toe te steken
of een verantwoordelijkheid op te nemen.

Tot iemand ons weer echt doet kiezen.
Tot wij weer begeesterd worden door een viering,
een goede priester, een voorbeeld van blijde dienstbaarheid,
een daad van vergeving of een profetisch gebaar van verzoening.
Tot wij weer aangesproken worden
door de houding van iemand die, zoals Jozua,
recht gaat staan voor het heiligdom van God
en zegt: Ik, ik kies voor de Heer.
De Heer dwingt ons nooit bij Hem te blijven.
Hij vraagt ons wel regelmatig opnieuw vrij te kiezen.

Het antwoord op de diepste vragen
over leven, dood, liefde, pijn en overgave
kunnen wij niet veroveren, maar kunnen wij alleen ontvangen
en wel door te kiezen voor de dankbare dienstbaarheid,
zoals Jezus, die zichzelf breekt en deelt voor anderen.
Dan worden wij gekozen
om echt gelovige christenen te worden.