Loading...
 

23e zondag door het jaar C - evangelie

Lucas 14, 25-33: De ware volgeling

Lucas 14, 25-33 // Matteüs 10, 37



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1650-1651)

Een grote groep mensen reisde met Jezus mee. Jezus zei tegen hen: ‘Als je bij mij wilt horen, dan moet je alles opgeven: je vader en je moeder, je vrouw en je kinderen, en je broers en je zussen. Je moet zelfs bereid zijn om je eigen leven op te geven. Als je dat niet wilt, dan kun je mijn leerling niet zijn. Je kunt alleen mijn leerling zijn als je met mij meegaat en samen met mij lijdt.’

Jezus zei: ‘Stel dat je een toren wilt bouwen. Dan ga je eerst bedenken hoeveel dat kost en of je genoeg geld hebt. Want stel dat je wel begint te bouwen, maar geen geld hebt om het werk af te maken. Dan zullen alle mensen je uitlachen. Ze zullen zeggen: ‘Die man begon te bouwen, maar hij kon het niet afmaken!’
Of stel dat een koning oorlog wil voeren tegen een andere koning. Hij weet dat die andere koning met een leger van 20.000 soldaten komt. Dan gaat hij natuurlijk eerst bedenken of zijn eigen leger van tienduizend soldaten wel groot genoeg is. Als dat niet zo is, kan hij beter zo snel mogelijk een dienaar sturen. Die kan de andere koning dan om vrede vragen.
Bedenk dus goed wat het betekent om mijn leerling te zijn. Want je moet alles opgeven wat je hebt.



Dichter bij de tijd

(naar: C. LETERME, Map Bijbel in 1000 seconden, fiche die hoort bij Lucas 14, 25-33)

Jezus was op weg naar Jeruzalem.
Heel veel mensen gingen met Hem mee.
Hij keerde zich om en zei:
’Wie naar Me toekomt en mijn leerling wil zijn,
moet zijn vader en moeder,
zijn vrouw en kinderen, zijn broers en zusters,
ja zelfs zijn eigen leven verfoeien.
Als iemand zijn kruis niet draagt en Me volgt,
kan hij mijn leerling niet zijn’.

‘Als je een toren wilt bouwen,
ga je er toch eerst eens voor gaan zitten om te berekenen
of je wel voldoende geld hebt om die te laten afwerken.
Want wie de fundering heeft gelegd en het werk niet kan afwerken,
maakt zich belachelijk.’

‘Of
als een koning tegen een andere koning wilt vechten,
dan gaat hij er toch ook eerst eens over nadenken
of hij sterk genoeg is om met tienduizend man op te trekken
tegen de ander, die met twintigduizend man op hem afkomt.
En als hij niet zo sterk is, dan stuurt hij,
als de tegenstander nog ver weg is, een gezantschap
om te vragen naar de vredesvoorwaarden.’

’Zo moet ieder van jullie afstand doen van alles wat hij bezit,
anders kan hij mijn leerling niet zijn.’



Stilstaan bij ...

Vader, moeder ...
Niet de familie bepaalt hoe men Jezus volgt, maar de band met Jezus bepaalt hoe men met zijn familie omgaat.
Jezus vraagt een radicaal en volledig engagement.

Zijn vrouw
Alleen Lucas heeft het over ‘zijn vrouw’. Zo lijkt het alsof Jezus alleen mannen als volgeling heeft.

Haten / verfoeien
‘Haten’ is het tegengestelde van ‘liefhebben’. Wie zo zwart/wit spreekt, doet dat om iets duidelijk te maken.
‘Zijn leven haten’ kan betekenen: afstand nemen van een levenswijze waarin het eigen belang voorop staat. Zo zegt Jezus in deze context dat kiezen voor Hem en het Rijk van God belangrijker is dan te doen wat de omgeving zegt.

Kruis
In deze context bedoelt Jezus met ‘kruis’, een opdracht, een taak die men te vervullen heeft.

Volgen
Een woord dat men letterlijk mag nemen. Zoals een kudde de herder volgt, zo volgt de leerling zijn meester.
‘Volgen’ betekent ook dat men de woorden van iemand ter harte neemt en er zijn levenswijze door laat kleuren.





Bij de tekst

Kiezen voor Jezus

Tweemaal maakt Jezus duidelijk dat men niet zonder nadenken voor Hem mag kiezen. Een keuze zonder nadenken, kan maar moeilijk stand houden. Ook moet men ervoor zorgen dat die keuze zijn/haar krachten niet te boven gaat.



Harde taal

(Bron: Preek van de week)

Bij Lucas vinden we radicaler bewoordingen dan in de andere evangelies. Hij had daar zeker eigen redenen voor. Had hij het gemunt op halfslachtige christenen onder zijn lezers die in zijn ogen beter geen christen zouden genoemd worden? In elk geval wilde hij blijkbaar iedereen inscherpen dat ze de volle consequenties van een bekering tot het christelijk geloof onder ogen moesten zien. Die beslissing hield in dat ze met hun joodse of Romeinse familie moesten breken. Ze kon ook betekenen dat hun verdere levensweg een kruisweg werd zoals die van Jezus, uitlopend op de dood. Kortom, wie christen wilde worden moest bereid zijn al het overige los te laten. Geen compromissen! Het was alles of niets. Zo'n keuze kon zeker geen lichtvaardige beslissing zijn.





Suggesties

Kleine kinderen

KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST

Denk goed na vooraleer je mijn vriend wilt zijn.

(Bewerking: A. Lips, 8 september 2019)

Jezus zegt:
Ik weet dat het niet altijd gemakkelijk is om mijn vriend te zijn.
Er zijn dingen die je niet meer mag doen.
Er zijn mensen die je misschien niet meer gaat zien.
Dus als je mijn vriend wil zijn, moet je daar eerst goed over nadenken.
Zoals een man die een toren wil bouwen ook eerst goed moet nadenken of hij daar wel genoeg geld voor heeft.
Of zoals een koning ook goed moet nadenken of hij wel genoeg soldaten heeft om een oorlog te beginnen.
Zo moeten jullie ook goed nadenken voordat je met Me meegaat.





DOEN

Verbonden met Jezus

Materiaal
Een schijf uit karton. Kleef in het midden van die schijf een voorstelling van Jezus.
Versier de rest van de schijf met bruine stippen om zo de pitten van een zonnebloem weer te geven.
Lijm en / of plaklint
Gele kleurpotloden, stiften, wasco's ... als het maar geel is of een variant ervan.
Voor elk van de kinderen: een half A-4 blad (teken er eventueel vooraf een driehoek of een bloemblaadje op)
Eventueel: schaar


Verloop
Vertel de kinderen dat ze in de loop van het jaar regelmatig zullen bijeenkomen. Tijdens veel van die bijeenkomsten zal over Jezus verteld worden. Om te tonen dat ze allemaal vrienden van Jezus willen zijn, zullen ze gele bloemblaadjes kleuren die ze nadien rond de tekening van Jezus zullen kleven.
De kinderen krijgen elk een half A-4 blad dat ze met geel mogen inkleuren.

Nadien worden de blaadjes gevouwen op twee zijlijnen van de driehoek. De driehoeken van alle kinderen worden zo op de achterkant van de schijf gekleefd dat ze een zonnebloem vormen. Zijn er veel kinderen, dan worden er twee rijen driehoekjes gekleefd rond de schijf, zijn er niet veel kinderen, dan mag elk kind verschillende driehoekjes inkleuren.
Wie geopteerd heeft voor bloemblaadjes, knipt ze uit, en kleeft ze ook rond de schijf (dit vraagt meer tijd!).

Sta daarna even stil bij het eindresultaat: wij willen vrienden zijn van Jezus en bij Hem horen zoals de bloemblaadjes van een zonnebloem.

Daarna wordt de bloem voor het altaar geplaatst of in het voorportaal van de kerk opgehangen.
In de klas krijgt die bloem een plaats in de kijkhoek, waarin alle voorwerpen komen die met godsdienst te maken hebben.


TIP
Voor de kinderen is het fijn dat je hun naam op het blaadje schrijft.





Grote kinderen

VERDIEPEN

Prentbespreking

C23zoev Bezit

C23zoev Goed

Deze twee illustraties staan stil bij één aspect van het volgen van Jezus: bezit achterlaten.
Kies voor één van de twee illustraties.
- Wat zien jullie op de illustratie?

- Wat kan dit voor jullie betekenen?

Ga daarna dieper in op wat dit positief kan betekenen:
bezit loslaten om vrij te worden voor ...


TIP
Misschien kun je ook iets doen met de Spaanse woorden die op de illustraties te zien zijn:
tener = hebben
ser = zijn
vida = leven



’Een top-volgeling’

Zorg voor een afbeelding van een topsporter waar de kinderen naar opkijken.

Geef de kinderen per twee een blad dat ze in vier plooien.
Terug open geplooid noteren ze bovenaan de linker helft van het blad wat een topsporter achterwege laat om zijn sport goed te kunnen beoefenen.
Bijvoorbeeld: Niet teveel eten; geen alcohol drinken; …
Bovenaan rechts van het blad noteren ze wat zo iemand allemaal voor zijn sport doet.
Bijvoorbeeld: Veel trainen; voldoende slapen; …
Zo’n topsporter vindt het niet erg dat zoveel van hem geëist wordt, want hij wil graag kampioen worden.

Wie ervoor kiest om als christen te leven is te vergelijken met een topsporter.

De kinderen noteren onderaan links van het blad wat ze als volgeling van Jezus niet willen doen en onderaan rechts wat ze als christen wel willen doen.





DOEN

Collage: Het Rijk van God

Materiaal
Scheur / knip uit allerlei tijdschriften foto's uit (zeker voor wie niet veel tijd heeft). Zorg daarbij voor foto's waaruit zowel geweld als geluk af te lezen valt. Zorg ook voor een aantal 'neutrale' foto's.
Lijm, papier om de collage op te maken. Eventueel: schaar


Verloop
De kinderen groeperen de uitgezochte foto's op inhoud:
- Welke foto's zeggen iets over het Rijk van God?
- Welke helemaal niet?

Met de uitgezochte foto's maken ze een collage: Teken op een blad in het groot de contouren van de letters R en G. Binnen die contouren kleven de kinderen de foto's die met het Rijk van God te maken hebben.

Bespreek:
- Wat doen we met de foto's die tegengesteld zijn aan het 'Rijk van God'?

Daarna stellen de kinderen hun collage voor. (Indien er te weinig tijd is, gebeurt dit een volgende keer)
Het vertellen van wat er op de collage te zien is, is belangrijk: kinderen proberen op hun manier en vanuit actuele situaties te verwoorden wat het Rijk van God kan inhouden.


Belangrijk
Sta met de kinderen regelmatig stil bij de vraag of wat ze doen duidelijk maakt wat het Rijk van God is.
Merk op dat in deze activiteit de foto's het middel zijn om te verwoorden / te tonen wat het Rijk van God is.


TIPS
. Men zou in de grote letters kunnen kleven: gekleurde foto's; uitgescheurde foto's, rond uitgeknipte foto's.
Buiten de letters (dus voor wat niet met het Rijk van God te maken heeft) kan men kleven:
zwart/wit foto's; vierkantig of rechthoekig uitgeknipte foto's.

. De vorm van het papier waarop de collage komt, kan besproken worden: cirkel? vierkant? Rechthoek? liggend? staand? stervorm? ...?



Een droomboek

Materiaal
De vijf letters van: D R O O M (of een woordkaart met 'Droom' op)
Bladen (A4-formaat)


Verloop
Leg de letters van het woord 'droom' of een woordkaard met 'DROOM' op in het midden van de kring.
Geef de kinderen de tijd om na te denken wat dit woord bij hen oproept.

Bespreek dan:
- Hoe denk je over dromen?
- Waarover droom je meestal?
(Maak bij deze vraag een onderscheid tussen echte dromen - als je slaapt - en dromen - als je bij jezelf nadenkt over wat beter kan zijn.)
- Zijn dromen waar?

- Kun je dromen waar maken?
- Is het gemakkelijk om van dromen werkelijkheid te maken?


De kinderen krijgen de vrijheid om hun dromen plastisch uit te beelden (tekenen, schilderen) of uit te schrijven (gedicht, tekst)
Als alle kinderen hun werk maken op een blad met A4-formaat, dan kunnen ze dit later groeperen in een 'droomboek'.



In het voetspoor van Jezus

De kinderen tekenen hun voetomtrek op een blad papier en knippen het uit. Daarop schrijven ze wat ze fijn vinden in het leven van Jezus (woorden die Hij gezegd heeft / handelingen die Hij deed) én die zij ook willen proberen te doen.
Kleef die 'voetsporen' op de grond of op een groot blad papier.





Jongeren

REFLECTEREN

Schuifraadsel: het Rijk van God

De jongeren maken hun eigen schuifraadsel over het Rijk van God.
Ze zoeken eerst allerlei woorden die volgens hen met het Rijk van God te maken hebben. Daarna schikken ze de woorden waar een letter van 'Rijk van God' in staat in het rooster.
Eventueel schrijven ze bij elk woord een vraag, een voorbeeld, of ... zodat anderen dit schuifraadsel als een raadsel kunnen oplossen.

Als je hier klikt, vind je een voorbeeld én een blad om met deze activiteit aan de slag te gaan.




Het Rijk van God

De jongeren maken een woordspin rond: 'Rijk van God': ze noteren op een flap alle woorden die 'Rijk van God' bij hem oproepen.
Daarna maken ze een tekst / gedicht waarvan elke nieuwe regel begint met een andere letter van: 'Rijk van God'. De 'woordspin' kan hen hierbij helpen.
(Bv.: vertrouwen, vriendschap, bevrijden, verdraagzaamheid, kansen geven, eerlijkheid, leven geven, vergevingsgezindheid, rechtvaardigheid, aanmoediging, verzorgen, genezen, loslaten, goedheid, liefde...)

R : ...........................................................................................................

I : ...........................................................................................................

J : ...........................................................................................................

K : ...........................................................................................................


V : ...........................................................................................................

A : ...........................................................................................................

N : ...........................................................................................................


G : ...........................................................................................................

O : ...........................................................................................................

D : ...........................................................................................................



TIP
Breng bij het zoeken naar woorden om het over het Rijk van God te hebben een aantal parabels in herinnering, verhalen waarbij Jezus met beelden iets van dit Rijk van God wilde duidelijk maken.
Bijvoorbeeld: de verloren zoon, de barmhartige Samaritaan, de talenten, het laatste oordeel.



Het Rijk van God van A tot Z

De jongeren zoeken bij elke letter van het alfabet een woord dat iets oproept over het Rijk van God.

Enkele voorbeelden:
A: attent
B: bekommerd
D: delen
E: eenvoud, essentie
F: fijn
G: genezen, goedheid, geluk
H: hart
L: liefde
M: 'minder is meer'
S: samen
T: tevreden
V: verbonden, vriendschap, vrede
W: waakzaam
Z: zorgen





VERTELLEN

Het beloofde land

(C. Leterme, Parels van verhalen, Averbode 2019, p. 73)

‘Maandag om 9.45 uur vertrekt op spoor vier de trein naar een land
waar iedereen vriendelijk is en niemand arm is.’
Deze aankondiging vond iedereen van het dorp in de brievenbus.

Die maandagmorgen stond perron vier
vol met mensen die naar dat land wilden.
Ze hadden van alles mee in koffers en manden.

Toen de trein er was, werd er geduwd en getrokken.
Er bleek onvoldoende plaats voor al wat ze meegenomen hadden.
Sommige mensen gingen met hun spullen terug naar huis.

Enkele uren later kwam de trein aan de voet van een berg.
‘De trein is te zwaar geladen’, zei de machinist.
Laat alles achter wat je toch niet gelukkig maakt.’

Na een tijd was er een berg die nog steiler was dan de eerste.
‘Jullie moeten nog meer bagage achterlaten’ zei de machinist.
De mensen lieten uiteindelijk nog wat achter.

Enkele uren later, toen de zon onderging,
reed de trein het beloofde land in,
het land waar mensen elkaar vonden zonder al hun spullen.




Overweging bij het verhaal
(C. LETERME in Kerk en leven, Federatie Rotselaar, 4 september 2019, p. 1)

Wie te voet naar Compostella gaat
weet er alles van:
veel bagage is alleen maar ballast!
Het doet de rug pijn
en je raakt maar moeizaam vooruit.

Wie het rijk van God wil realiseren,
krijgt van Jezus de raad
alles los te laten.
Want wie te veel meesleurt,
kan er niet veel van terechtbrengen.

Heel veel tijd steken in het materiële
doet de aandacht verdelen,
zorgt ervoor dat waar het echt om gaat
niet de kans krijgt
om zich te ontplooien.

Wie het rijk van God wil realiseren,
moet dringend ‘ontspullen’
zodat men de ander kan vinden
in liefdevolle aandacht
en oprechte bezorgdheid.





DOEN

Woordcollage: het Rijk van God

De jongeren knippen krantenkoppen uit die positief of negatief iets zeggen over het Rijk van God.
Met deze koppen maken ze een collage.
Daarna presenteren ze hun collage aan elkaar. In die presentatie vertellen ze niet alleen over het eindresultaat, maar ook hoe ze daartoe gekomen zijn, welke discussies daarover gevoerd werden. Dit onderdeel is vooral belangrijk omdat het jongeren onrechtstreeks stimuleert om iets te verwoorden wat met 'geloven' te maken heeft.


TIP
Stimuleer jongeren om van de collage iets extra te maken. Dus niet zomaar een aantal krantenkoppen bijeen plakken.
Bijvoorbeeld: De koppen kunnen een figuur vormen. Welke? Waarom?
Er kan gespeeld worden met de grootte van de letters - eventueel met de kleur ervan.





Overwegingen

Een echte volgeling van Jezus ...
. laat zich niet beperken door zijn omgeving (vader, moeder ...'haten')
. kiest nuchter en bewust voor het Rijk van God (begroting maken / overleggen)
. maakt zich los van bezit, wordt daar niet door beheerst.




Frans Mistiaen s.j.

Ons alles ontzeggen wat de liefde in de weg staat

Als het evangelie ons vandaag vraagt onze krachten af te wegen
om te zien of wij ons levensproject aankunnen,
zoals die torenbouwer of die koning die ten strijde trekt,
dan is het helemaal niet om ons te ontmoedigen,
maar om de ernst van ons christelijk engagement te benadrukken.
Al wie echt leerling van Jezus wil worden,
hoort vandaag de uitnodiging
om te groeien in het levensproject van de onbaatzuchtige liefde.
Dat kan alleen als alles waaraan wij teveel gehecht geraken,
ervoor moet wijken.

Jezus vraagt zeker niet dat wij al onze relaties verbreken
en van al onze bezittingen afstand doen.
Onze familie- en vriendenrelaties en onze elementaire bezittingen
zijn meestal geen hinder
om de onbaatzuchtige liefde van het evangelie te beleven.
Integendeel, zij zijn dikwijls juist het domein en het middel
om onze dienstbaarheid voor anderen concreet uit te drukken.
Liefde tot God en dienst aan de mensen
staan niet in conflict met elkaar,
maar liggen vooral in elkaars verlengde.
Meestal moet er geen keuze gemaakt worden tussen beiden,
maar voor beiden.

Maar Jezus vraagt ons vandaag met aandrang
dat wij ons zouden durven losmaken
van die relaties en van die bindingen die ons dreigen te beperken,
klein te houden of eng-egoïstisch te maken.
Overtuigde leerlingen van Jezus zijn mensen
die zozeer gegrepen zijn
door het ideaal van Zijn onbaatzuchtige liefde,
dat zij zich vele dingen en hechte relaties willen ontzeggen,
wanneer deze hun gegevenheid en dienstbaarheid in de weg staan.
Die keuze is dus niet negatief.
De bedoeling is niet "ruzie te maken met mensen die ons genegen zijn"
of "de pijn te voelen van de onthechting".
Die keuze gebeurt om Jezus' liefde-dienst
consequent door te trekken tot in het concrete leven.

Het vraagt inderdaad van ons een voortdurende innerlijke strijd
om bepaalde mensen juist los te laten,
wanneer wij hun genegenheid voor onszelf beginnen op te eisen.
Het vraagt van ons een voortdurende strijd
om onszelf dingen te durven ontzeggen,
wanneer wij er dreigen in verslaving aan vastgekluisterd te geraken.
Het vraagt van ons een voortdurende strijd om ons te onthechten,
wanneer wij niet meer vrij zijn
voor wat de echte liefde van ons vraagt.

Er bestaat dus een “gezonde” onthechting,
die eigen is aan de kern van ons christen-zijn.
Waaruit bestaat die?
Het gaat niet over "onszelf pijn doen",
want dat soort fakirisme heeft geen enkele waarde in het christendom.
Maar het is wel zeer zinvol
dat iemand zodanig gegrepen wordt door een ideaal,
zodanig verliefd wordt op een andere mens,
zodanig in vervoering geraakt voor Zijn God,
dat hij zich vele dingen gaat ontzeggen
juist om die vriendschap of die liefde te kunnen bewaren.
Christelijke onthechting staat dus nooit op de eerste plaats
als een doel op zich,
maar komt altijd als het gevolg van een diepe bezieling,
die eerst werd ervaren in het hart.
Onthechting waarvan? zal men vragen.
Niet zozeer van uiterlijke dingen.
Wel veel fundamenteler: onthechting van ons ingebakken egoïsme.
Het is omdat wij, ondanks onze zelfzucht,
toch Gods liefde concreet hebben ervaren
en begeesterd zijn door de vriendschap van de Heer,
dat wij dankbaar en graag bereid zijn
alles los te laten wat die liefde in de weg staat.
Maar dat vraagt een dagelijkse inspanning.

Jezus zegt ook nog: "Neem uw kruis op en volg Mij!"
Dat betekent niet dat christenen mensen zijn
die het lijden moeten zoeken. Helemaal niet!
Het leven zelf brengt reeds genoeg kruis en lijden mee.
Het leven zelf slaat ons vele dingen uit handen
die wij hoopten nog lang voor ons te kunnen bewaren.
“Elk huisje heeft zijn kruisje.”
De Heer vraagt niet dat wij supplementair lijden zouden opzoeken.
Wat Jezus vraagt is dat wij ons kruis
- ons leven zoals het nu eenmaal gegeven is,
met zijn beperktheden en mogelijkheden -
niet met tegenzin achter ons aan zouden slepen,
maar dat wij er met moed onze schouder onder zouden zetten,
dat wij het zouden dragen met grote dankbaarheid en zelfgave.
Hij vraagt daarbij
dat wij dat kruis zouden dragen achter Hem aan,
en dat wil zeggen
op Zijn manier, met een hart dat, ondanks pijn en onmacht,
toch liefdevol blijft open staan voor de noden van de anderen.

Wie echt leerling van Jezus wil zijn,
zal onvermijdelijk die weg ontmoeten van dienstbaarheid en kruis.
Dit is geen gemakkelijke weg.
Maar wie zich uitgenodigd voelt,
betreedt een weg van bevrijding uit zijn zelfzucht
en van groeiende liefde voor de anderen.
Wie in de voetstappen van de Heer wil treden,
zal zich graag alles willen ontzeggen
wat Zijn liefde in de weg staat.





Marc Gallant, trappist (Orval)

Haten?!? (2013)

Jezus draait zich om naar de mensen die Hem volgen en zegt: 'Om Mij te volgen moet je iedereen haten die je lief is, en jezelf daar nog bovenop!' Wil Hij dan iedereen van zich wegjagen? Hoe kan Jezus zoiets zeggen? Heeft Hij ons niet voortdurend geleerd dat we iedereen moeten beminnen, zelfs onze vijanden? Het is toch daarom dat we Hem willen volgen! Dat vraagt toch enig nadenken.

Het is reeds de tweede maal dat Jezus zoiets zegt. Hoger bij Lucas lezen we, letterlijk dan: 'Wie achter Mij aan wil komen, hij zegge neen tegen zichzelf. Hij neme dagelijks zijn kruis op en hij vergezelle Mij.' De psychoanaliste Marie Balmary trok de aandacht op de werkwoorden in die uitspraak van Jezus(1). Achterna lopen is nog geen vergezellen. Jezus houdt niet van meelopers, van mensen die hem achterna lopen. Je kunt niet achter Jezus lopen: Hij is geen 'goeroe' of geen 'führer'. Als je het dat is wat je wil, dan moet je neen zeggen tegen jezelf, afzien van dat project. In plaats daarvan moet je dag na dag jouw kruis opnemen: je eigen persoonlijkheid met al zijn falen en gebreken, en dan eerst kan je Jezus echt vergezellen in een relatie van persoon tot persoon.

Dat betekent immers nogal wat, die persoonlijke relatie met Jezus. Jezus is niet een persoon zoals een andere. Zijn IK heeft zijn oorsprong in de relatie met het IK van zijn Vader: Jezus is persoon in een radicale, alles omvattende relatie. De relatie met Jezus neemt ons op in die omvattende relatie, heft ons IK op het peil van zijn IK. Het is dus een relatie die staat boven alle onze diepst menselijke relaties die we kunnen hebben met vaders, moeders, kinderen, echtgenoten. Het is een relatie die staat op een ander peil. Matteüs, die dezelfde woorden aanhaalt, schrijft niet dat men de anderen moet ‘haten’ om Jezus te volgen, maar Jezus ‘meer’ moet beminnen: 'Wie meer van zijn vader of moeder houdt dan van Mij, is Mij niet waard, en wie meer houdt van zijn zoon of dochter dan van Mij, is Mij niet waard'(Matteüs 10,37). De relatie met Jezus is van een andere orde, van een hogere waarde. 'Waard' vertaalt hier het Griekse 'axios', letterlijk: 'wat van gewicht is'. Een gewone relatie 'weegt niet op' tegen de relatie met Jezus.

Men begint niet onnadenkend dergelijke relatie die ons doordringt tot het diepste van ons wezen, daar waar we totaal afhankelijk zijn van Hem die ons doet bestaan. Die relatie is echt een toren bouwen, en dat vergt er even bij neer te gaan zitten om te zien of we in staat zijn te komen tot het diepste van ons zelf, onze zijnsarmoede met haar beperkingen die ons dagelijks kruis uitmaken.
Leven als christen is maar denkbaar, en ook maar leefbaar, in een persoonlijke relatie met Jezus: een levende relatie die alle andere relaties te boven gaat, alles wat we zouden kunnen bezitten. Een relatie vraagt onderhouden te worden. Relatie is wederkerigheid en Jezus vergeet ons nooit. We kunnen niet achterwege blijven!
__
(1) Marie BALMARY: La divine origine. Dieu n’a pas créé l’homme. Uitgeverij Grasset 1993, p. 291 vv.: “Un Messie à ne pas suivre”.



De maat van Gods hart (2016)

Dat evangelie is nogal explosief! Wij zijn op weg met Jezus (v. 25). Maar zie, Hij keert zich om en Hij stelt ons zijn voorwaarden om Hem te mogen volgen: leven zoals Hij, Hem verkiezen boven alles, zelfs boven ons eigen leven (v. 26). Dit is niet niets. Dit vereist reflectie. Trouwens, Jezus zelf zegt ons eerst even te gaan zitten en daar de kosten van te berekenen (v. 28). Nu, men zegt rondom ons dat alle godsdiensten gelijk zijn: we kunnen dan misschien best eens uitkijken naar een andere religie, waar men niet zo veel drukte maakt! Immers, als de godsdienst is wat de mens doet voor God, ja, onmiddellijk akkoord: dan zijn alle godsdiensten gelijk. Tussen de godsdiensten zijn er dan maar verschillen van uitdrukking, bepaald door de verschillende culturen, en alles tezamen genomen zijn de verschillende culturen gelijkwaardig. Zoals alle gevoel, kan ook het godsdienstig gevoel, gelijk hetwelk, de plank faliekant misslaan, of erger nog, zich radicaliseren. Het is normaal, het is menselijk.
Daarenboven is geen enkel gevoelen ervan in staat de mens de oneindige afgrond te laten overstijgen die hem scheidt van God. We kunnen altijd verder gaan, altijd verder, nooit zullen we de Gods oneindigheid bereiken. God is niet te vinden op het eindpunt van onze meest sublieme gevoelens, noch van de hoogste en edelste uitdrukkingen van een cultuur, gelijk de welke. God is niet te bereiken op het eindpunt van onze meest edelmoedige ondernemingen.
De ontmoeting met de Oneindige is niet de vrucht van wat de mens doet voor God, maar wat God doet voor de mens. Ze is een geschenk van het vrije initiatief van God. Om het evangelie van vandaag te begrijpen, moeten we dat in aanmerking nemen.

God is liefde. Iemand beminnen is met hem willen zijn. God is totaal liefde. Hij wil totaal met ons zijn. Hij kan niet anders. Hij wil, uit liefde, zijn wat wij zijn: mens, met uitzondering van de zonde. Zelf oneindig gelukkig, wil Hij, uit liefde, met ons zijn in ons leven, lijden inbegrepen. God neemt voor zijn rekening de realiteit van onze menselijke conditie. De Oneindige ontdoet zich van al wat Hij heeft en duikt in ons menselijk bestaan. “Van rijk, is Christus omwille van u arm geworden, opdat u rijk zou worden door zijn armoede”, zegt Paulus (2 Korintiërs 8,9).
Om God te onthalen, die zich in Christus aan ons wil geven, moeten wij op onze beurt aan alles arm worden, zoals Christus, en “afstand doen van alles wat wij bezitten (v. 33), om Hem te volgen.

Bijgevolg bevindt ons ontmoetingspunt met God zich niet in onze mooie gevoelens, maar in de werkelijkheid van onze menselijke conditie die Christus op zich genomen heeft. God is de Werkelijkheid, en Hij alleen te vinden in de werkelijkheid. Christus redt ons vooreerst van de ”opium van de religie”, van dat stukje evasie, eigen aan elk religieus gevoel. Vandaag vraagt Hij ons alles wat we bezitten te verlaten, onze gevoelens incluis, voor een persoonlijke relatie met Hem.
Christus volgen, is met Hem zijn in het hart van onze menselijke conditie, waar we te doen hebben met onze beperkingen, ons lijden. Ons kruis achter Christus dragen (v. 27), betekent dat we deel zouden nemen aan de conditie van God onder ons. Het is onze evasiedromen laten varen: Christus komt van elders, hij leidt ons naar elders, maar hij is niet elders. We ontmoeten Hem waar we zijn, in de mensen met wie wij leven, en er de risico's en de beperkingen van elke dag op te nemen, onze menselijke taak met zijn vreugde en verdriet.

Met Christus ook onze diepste lijden aanvaarden, het lijden dat de liefde met zich meebrengt. We zullen er nooit in slagen vader, moeder, vrouw, kinderen, broers en zussen te beminnen zoals we het zouden willen. Ons hart is te klein om hen lief te hebben zoals ze dat verdienen. Vandaag vraagt de Heer ons niet om ze minder lief te hebben. Hij zegt ons dat hij zich niet tevreden kan stellen met de liefde op de maat van onze kleine hart. “De maat om God te beminnen is Hem te beminnen zonder maat”, is Hem beminnen op de maat van Gods hart. Hij vraagt ons de anderen te beminnen met de liefde die van God komt.

Is dat mogelijk voor ons? Jezus zegt ons: “De hemelse Vader zal de Heilige Geest geven aan wie hem erom vragen” (Lucas 11, 15). De Heilige Geest kan onze liefde transformeren. Hij geeft ons lief te hebben met het hart van God. Ja, vragen we God om die gave die hij nooit zal weigeren!