Loading...
 

Marcus 9, 2-13

Marcus 9, 2-13: God spreekt

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1594-1595)

Zes dagen later ging Jezus een hoge berg op. Petrus, Jakobus en Johannes mochten met hem mee. Boven op de berg waren ze helemaal alleen. De leerlingen zagen dat het gezicht van Jezus veranderde. En zijn kleren werden zo wit als een helder licht. Geen mens kan kleren zo wit maken.
Opeens zagen de leerlingen Elia en Mozes. Die waren met Jezus aan het praten. Petrus zei tegen Jezus: ‘Meester, het komt goed uit dat wij hier zijn! We zullen drie hutten maken: één voor u, één voor Mozes, en één voor Elia.’ Petrus zei zomaar wat. Dat kwam omdat hij en de andere leerlingen erg geschrokken waren.
Op dat moment kwam er een wolk boven hen. En uit die wolk klonk Gods stem, die zei: ‘Hij alleen is mijn Zoon. Luister naar hem!’ De leerlingen keken om zich heen, maar ineens zagen ze Mozes en Elia niet meer. Alleen Jezus was nog bij hen.

Toen ze de berg weer af gingen, zei Jezus: ‘Jullie mogen aan niemand vertellen wat je gezien hebt. Eerst moet de Mensenzoon opstaan uit de dood. Pas daarna mogen jullie hierover praten.’
De leerlingen hielden zich daaraan. Maar intussen vroegen ze zich wel af wat Jezus bedoelde met ‘opstaan uit de dood’. Ze vroegen: ‘De wetsleraren zeggen dat Elia eerst moet komen. Hoe zit dat precies?’
Jezus zei: ‘Dat klopt. Eerst moet Elia komen. Hij komt om alles in orde te maken. Toch zal de Mensenzoon daarna nog veel moeten lijden. Hij zal als een vijand behandeld worden. Dat staat allemaal in de heilige boeken. Maar luister naar mijn woorden: Elia is al gekomen. En hij is slecht behandeld. Precies zoals het in de heilige boeken staat.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Zes dagen later ging Jezus op een hoge berg
samen met Petrus, Jakobus en Johannes.
Daar waren ze helemaal alleen.
Voor hun ogen veranderde Hij:
zijn kleren werden schitterend wit,
zoals niemand ter wereld wit kan maken.
Ze zagen ook Elia samen met Mozes.
Ze spraken met Jezus.
Toen zei Petrus: ‘Rabbi, goed dat wij hier zijn.
We zullen drie hutten maken, één voor U,
één voor Mozes en één voor Elia.’
Petrus wist niet goed wat hij moest zeggen.
Hij en de anderen waren zo door overweldigd door wat ze zagen.
Er kwam een wolk die hen overdekte,
en uit die wolk klonk een stem:
Dit is mijn geliefde Zoon. Luister naar Hem.’
Toen ze rondkeken, zagen ze alleen nog Jezus.
Ze daalden de berg af.
Jezus verbood hun aan iemand te vertellen wat ze gezien hadden,
voordat de Mensenzoon uit de doden zou opstaan.
Dat hielden ze voor zich, maar ze begonnen met elkaar te praten:
‘Wat zou Jezus nu willen zeggen
met de woorden: ‘uit de doden opstaan’?’
Ze vroegen aan Jezus:
‘Waarom zeggen de Schriftgeleerden dat eerst Elia moet komen?’
Hij zei: ‘Elia komt eerst om alles te herstellen.
Maar wat staat er geschreven over de Mensenzoon?
Dat Hij veel zal lijden en veracht zal worden.
Maar Ik zeg u: Elia is al gekomen
en zij hebben naar willekeur met hem gehandeld,
zoals over hem geschreven staat.’



Stilstaan bij …

Zes dagen
Eén dag te weinig om er zeven te hebben. Het heilig getal zeven verwijst naar het volledige, het einde. Wat op de zesde dag gebeurt kan wel een hoogtepunt zijn, maar de ‘zevende‘ dag moet nog komen: de dag waarop Jezus uit de dood wordt gewekt.

Jezus
Grieks / Latijnse vorm van de Hebreeuwse naam Jozua. Die naam betekent: God redt.

Hoge berg
Plaats waar de hemel de aarde schijnt te raken en zo het beeld is voor de ontmoeting tussen God en mens. Daarom werden / worden er veel heiligdommen opgetrokken op de toppen van bergen en heuvels. Als er in een streek geen bergen waren, werden er kunstmatige gebouwd. Bijvoorbeeld: ziggurat / toren van Babel.
In de Bijbel is de berg de plaats waar God zich laat kennen: Mozes (Sinaï / Horeb), Elia (Sinaï / Horeb).

Petrus, Jakobus, Johannes
Namen van de drie belangrijkste apostelen. Zij waren de eerste die Jezus volgden. Het waren ook zij die Jezus vergezelden in de Olijfhof aan de vooravond van zijn dood.

Wit
Kenmerk van de sfeer van God.
Iconografen stellen de verrezen Christus voor met een stralend wit kleed.

Elia
(Hebreeuws = Mijn God is JHWH / Jahwe)
Heel het leven van Elia was een afwijzen van de afgodendienst en het centraal stellen van Jahwe, in de lijn van de betekenis van zijn naam.
De terugkeer van de profeet Elia (of een andere profeet) zou de komst van de Messias aankondigen.
In deze tekst vertegenwoordigt hij de profeten.

Mozes
(Egyptisch = uit het water gered)
Volgens de traditie schreef Mozes de eerste vijf boeken van de Bijbel, waarin de wet staat van de joden. Die wet kennen christenen verkort als de ‘tien woorden / geboden’.
In de lijn van de betekenis van zijn naam werd Mozes niet alleen zelf uit het water gered, maar leidde / redde hij ook de Israëlieten uit Egypte door de Rietzee / Rode Zee naar het beloofde land.
In deze tekst vertegenwoordigt hij de wet.

Rabbi
(Hebreeuws: ‘meester’)
Het officiële jodendom gaf deze titel aan de Schriftgeleerden die de Tora en de schriften bestudeerden. Zij trokken van het ene dorp naar het andere om er de wet uit te leggen en werden erg gerespecteerd door de mensen.

Hut / Tent
Een hut / tent is een voorlopige woning, die in de Bijbel herinnert aan de tocht door de woestijn naar het Beloofde Land en aan het Loofhuttenfeest, dat die tijd herdacht.
De tent (de tabernakel) is in de Bijbel ook het symbool van de nabijheid van God bij zijn volk. Een nabijheid die niet plaatsgebonden is.

Vrees / Overweldigd
Ontzag, eerbied, respect, eerder dan schrik hebben voor iets/iemand. Hiermee verwoordt de Bijbel de normale reactie van de mens als hij God te ‘zien’ krijgt.

Wolk
Verwijst naar de geheimzinnige, ongrijpbare, overweldigende aanwezigheid van God.
Die wolk herinnert ook aan de veertigjarige tocht van de Israëlieten door de woestijn, waarbij God zijn volk leidde met een wolk (vgl. Exodus 33, 9-10).

Dit is mijn Zoon
In Jezus kan men God zien en horen. In Hem kan men de aanwezigheid van God aanvoelen.

Niemand vertellen …
Jezus wil niet dat men over Hem denkt als over de zegevierende Messias. Men mag pas over Jezus als Messias / Christus vertellen als duidelijk is dat 'Messias zijn' door de dood naar de opstanding / verrijzenis gaat. Want dan pas kan men Hem in het juiste licht zien.

Elia is al gekomen
Voor Marcus is Johannes de Doper de teruggekeerde Elia. De willekeur waarmee hij behandeld werd, slaat terug op zijn arrestatie en zijn onthoofding.





Bij de tekst

Als je dit verhaal aan kinderen vertelt ...

... realiseer je dan goed dat deze tekst de weergave is van het idealiserende kijken van de leerlingen naar Jezus.



Wortel in het Oude Testament

Exodus 24, 15-18
berg, wolk, stem.
‘De heerlijkheid van Jahwe rustte op de Sinaï en de wolk bedekte de berg, zes dagen lang. Op de zevende dag riep Hij Mozes, vanuit de wolk.’ (Exodus 24, 16)



Mozes en Elia

Merk op:

Mozes stierf aan de rand van het Beloofde Land. 'Tot op vandaag kent niemand zijn graf (Deuteronomium 34, 6). Elia voer naar de hemel in een wagen van vuur met paarden van vuur (2 Koningen 2, 11). Zijn graf werd nooit gevonden (2 Koningen 2, 17)


Dat hun graven niet gevonden werden, is een manier om te zeggen dat hun woorden niet zullen ‘sterven’. Zo krijgen het lege graf van Jezus en zijn hemelvaart een bijzondere betekenis.



Opdracht

Dit gebeuren licht even de sluier op van wie Jezus is en zet zijn relatie tot God in een scherp licht.
De ontmoeting op de berg wordt gezien als een ontmoeting met de verrezen Heer.
De woorden ‘Luister naar Hem’ vormen de opdracht voor elke christen: informeer je over de boodschap van Jezus en handel ernaar!



Spreken met beelden

BergOmdat op een berg de hemel de aarde schijnt te raken, werd een berg het beeld voor de ontmoeting tussen God en mens. Mozes krijgt de tora op de berg Sinaï. Elia komt op de Sinaï (Horeb) opnieuw op de hoogte van zijn roeping volgens de tora. Jezus gaat de berg op om er in het voetspoor van Mozes de Tora te realiseren.
WolkVerwijst naar de geheimzinnige, ongrijpbare, overweldigende aanwezigheid van God.
TentSymbool van de nabijheid van God bij zijn volk.
Licht – witKenmerk van de sfeer van God.




De berg Tabor

Geen enkel evangelie vermeldt de naam van de berg waarop de leerlingen Jezus in zijn heerlijkheid zagen. Het is pas vanaf de tijd van Origines - rond 250 na Christus – dat men begon te vertellen dat de verheerlijking van Jezus gebeurde op de berg Tabor. Die berg is 411 m hoog en ligt eenzaam in de vlakte van Jizreël, op ongeveer 16 km ten zuidwesten van het meer van Galilea.



Loofhuttenfeest (Soekot)

Met Soekot herdenken de joden dat ze in tenten woonden toen ze door de woestijn trokken. Ook God was aanwezig in de Tent van het Verbond. In het Latijn is ‘tent’: ‘tabernaculum’. Dit woord leeft voort in ‘tabernakel’ een kistje waarin geconsacreerde hosties bewaard worden die de sacramentele aanwezigheid van Christus weergeven.

Voor het Loofhuttenfeest maken de joden in hun tuin een ‘soeka’, een hut, die versierd wordt met bloemen en fruit. Tijdens het feest, dat zeven dagen duurt, verblijven ze zoveel mogelijk in die soeka. De zevende dag is de grootste dag van het feest: men verblijft in de hut, men kleedt zich in het wit en men verwacht de komst van de Messias die zijn tent zal opslaan te midden het volk.





Bijbel en kunst

THEOFANES DE GRIEK

Gedaanteverandering van de Heer

Icoon van Theofanes de Griek

Theofanes de Griek schilderde deze icoon werd rond 1400.
Op het eerste zicht is ze opgebouwd als een soort stripverhaal. Halfweg de icoon zie je links, in het klein: Jezus die met zijn drie leerlingen de berg Tabor opgaat, en rechts: Jezus die met zijn leerlingen die berg terug afgaat. Centraal, in het groot, staat het gebeuren op de berg.


Een icoon is vooral te lezen als theologie in beelden.
De gouden achtergrond (zachtgroen op deze kopie) is de weergave van het 'hemelse'.
De 'bergen' geven het aardse weer.


Bovenaan staat Jezus op een berg die zacht groen kleurt: dé kleur van 'leven'. Hij staat er tussen Elia (met verwijzend gebaar naar Jezus - te vergelijken met het gebaar van Johannes de Doper op iconen) en Mozes (met 'boek' in de hand: de 'tafels' waarop de tien geboden staan).
Mozes vertegenwoordigt 'de wet' en Elia 'de profeten', twee belangrijke delen van de joodse bijbel (Het derde deel - de geschriften - handelt over de toepassing van de eerste delen)
Jezus heeft een stralend wit gewaad aan (wit + goud). Een manier om de verheerlijkte/verrezen Christus voor te stellen. Hij heeft in zijn linkerhand een schriftrol vast en zijn rechterhand heft Hij op in een spreekgebaar, iets wat ook geïnterpreteerd kan worden als een zegening.
Het mandorla, de lichtzone achter Jezus, stelt God voor. De kern ervan is zwart, want God is niet te kennen. Het lijkt alsof Jezus uit het mandorla stapt naar de mensen toe: Hij is het zichtbare 'beeld' van God op aarde. Drie stralen die vanuit het mandorla vertrekken, raken de drie apostelen aan.

Onderaan liggen Petrus, Jacobus en Johannes op de grond. Ze waren de drie eerste leerlingen van Jezus.
Petrus (links, geel gekleed) doet het voorstel om drie tenten / hutten te bouwen. Zijn opgestoken hand is het teken van iemand die het woord vraagt om te spreken)
Johannes lijkt te mediteren over het gebeuren. Maar zijn hand aan de kin kan ook het antieke gebaar van verbazing / ongeloof zijn.
Jakobus beschermt zich voor het verblindend licht.
Ze verpersoonlijken drie verschillende manieren waarop mensen met het bovennatuurlijke kunnen omgaan: in actie schieten, mediteren, verblind zijn en niet goed weten waar ze aan toe zijn.





RAFAEL

Transfiguratie

Rafaël

Vaticaanse musea, Rome


Raffaello Sanzio (1483 - 1520), een Italiaans kunstschilder, was vooral bekend bij zijn voornaam (toenmalige mode bij de kunstenaars). Zijn laatste belangrijke werk is de 'Transfiguratie', dat pas na zijn dood klaar kwam.


Men kan vijf stroken terugvinden in dit werk:
. Jezus
. Mozes en Elia
. Petrus, Johannes en Jacobus, verblind door het licht
. reactie van de mensen op dit gebeuren
. een evangelist





Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Kleuren

Kleurplaat





Grote kinderen

VERDIEPEN

Hoogtepunten en dieptepunten

(geïnspireerd door: J. BRUGMAN, Prettige zondag!, Kinderwoorddiensten voor het jaar B, Gooi en sticht - Baarn, 1993, p. 42-45)

Jezus maakt in zijn leven hoogtepunten en dieptepunten mee.
Wat op de berg gebeurt is een hoogtepunt.
- Ken je ook dieptepunten in het leven van Jezus?
- Geef een voorbeeld van een hoogtepunt en een dieptepunt in jouw leven?

- Kennen jullie Mozes en Elia?
- Wie zijn ze en wat deden ze?
Op een berg zie je de dingen vaak veel beter.
- Wat ontdekten de leerlingen op de berg over Jezus?

Jezus straalt van geluk.
- Kun jij je voorstellen waarom?
(Verbondenheid met zijn Vader, dicht bij de hemel waar Hij thuishoort)

- Maken jullie wel eens situaties mee die zo fijn waren dat je ze altijd zou willen vasthouden?
- Zou het goed zijn als je dat deed? Voordelen? Nadelen?



Aan de hand van Fano

Fano Transfig Kl

Fano, een Spaans kunstenaar maakte deze illustratie over de gedaanteverandering van Jezus.

Lees of vertel het evangelie van deze dag. (drie apostelen zagen Jezus tussen Mozes en Elia. Ze hoorden een stem uit een wolk zeggen: 'Dit is mijn welbeminde zoon')
Traditioneel wordt dit gebeuren, dat vooral verteld wordt om de betekenis van Jezus en zijn relatie tot God te verwoorden en te verbeelden, voorgesteld zoals dat op een icoon gebeurt.
Fano doet dat anders.

Mogelijke vragen bij deze illustratie:
- Wat zie je op deze illustratie?
('Tabor'; figuur met driehoek achter zijn hoofd; figuur die uit het kleed van de grote figuur komt; drie mannen met baarden die naar het gebeurde kijken)

- Wie zou de kunstenaar willen voorstellen met de figuur met de driehoek achter zijn hoofd?

- Wat zou Fano willen zeggen met de 'uitgeknipte figuur'?
(de witte figuur is 'uit hetzelfde hout gesneden' als de grote figuur)

- Wat zouden de drie mannen met baarden vooral zien?
(Jezus; ook de band tussen Jezus en God)

Bezorg de kinderen de illustratie hieronder:

Fano Transfig Tek


Ze tekenen bij elk van de figuren op het blad een tekstballon, waarin ze schrijven wat die persoon denkt of zegt.





DOEN

Over bergen en dalen

De kinderen tekenen op een vel papier bergen en dalen. Ze schrijven/of tekenen bovenop de berg ervaringen uit hun leven die ze als hoogtepunt ervaren. In het dal schrijven ze wat ze als dieptepunten ervaren. Als je een golvende lijn ziet, blijkt dat het leven van mensen bestaat uit hoogtepunten en dieptepunten.





BIDDEN / MEDITEREN

De berg opgaan

(H. Braecke)

Wie de berg opgaat,
zich in stilte terugtrekt
en zich dicht bij God mag weten en voelen,
krijgt uitzicht op wat komen moet.
Dit doet opstaan
om naar anderen toe te gaan
en Gods droom samen waar te maken.





Jongeren

INFORMEREN

Woorden met een extra betekenis

BERGPlaats waar de hemel de aarde schijnt te raken en zo het beeld voor de ontmoeting tussen God en mens. In de bijbel is de berg de plaats waar God zich laat kennen: Mozes (Sinaï / Horeb); Elia (Sinaï / Horeb); Jezus (Tabor). Veel kerken en heiligdommen liggen op de top van een berg of een heuvel. Waar in de natuur geen bergen voorkwamen, bouwde men gebouw dat een berg suggereerde: toren van Babel (ziggurat); piramide ...
WITKenmerk van de sfeer van God. In veel godsdiensten verwijst 'wit' naar het goddelijke. (witte stralenkrans; witte kleding ...)
TENTSymbool van Gods nabijheid bij zijn volk. (vgl tabernakel). De tabernakel was de tent waarin het joodse volk tijdens de uittocht uit Egypte de ark van het verbond bewaarde. Overal waar ze gingen, ging die tent mee. God ging (letterlijk) samen met zijn volk. Later werd dit woord gebruikt voor het kluisje (het tabernakel) waarin geconsacreerde hosties werden bewaard. Soms herinnert de vorm aan de buitenkant nog aan een tent, soms doet de stoffen afwerking van het kastje binnenin daaraan denken.
WOLKVerwijst naar de geheimzinnige, ongrijpbare, overweldigende aanwezigheid van God. Een wolk van wierook kan dit geheimzinnige, ongrijpbare oproepen.
MOZESHij vertegenwoordigt de wet. In de lijn van de betekenis van zijn naam leidde hij het joodse volk uit Egypte door de Rietzee naar het beloofde land.
ELIAHij vertegenwoordigt de profeten. Heel zijn leven was een afwijzen van de afgodendienst en het centraal stellen van Jahwe.
ZOONIn Jezus kan men God zien en horen. In Hem kan men de aanwezigheid van God aanvoelen. (Zo de vader, zo de zoon; Een aardje naar zijn vaartje)
SLAAPEr niet bij zijn, niet beseffen wat God aan het doen is. Maar ook: kennen vanuit het onderbewuste, komen tot een klare kijk op een zaak.






MEDITEREN

Wie verandert?

(Geïnspireerd door een tekst van prof. Henk Witte in Ignis webmagazine, 19 februari 2018)

Meestal gaat de aandacht bij het lezen van dit evangelie naar Jezus: Hij veranderde van gedaante.
Maar wie verandert er eigenlijk boven op die berg. Jezus of de drie leerlingen die met hem meegingen?

Let eens op de apostelen: zij zien wie Jezus werkelijk is.
Is dat niet hun staat van bewustzijn dat daar verandert?
Gebeurt daar iets met hun 'ogen', met hun vermogen om te 'zien', met hun bewustzijn?





Overweging

Marc Gallant, trappist (Orval)

De lang verwachte Messias (2015)

Het meest populaire feest bij de joden was het feest Soekot, het Loofhuttenfeest, dat de veertig jaren herdacht van het verblijf onder de tent van Israël in de woestijn, terwijl God zelf ook aanwezig was midden zijn volk in de Tent van het Verbond. Het Latijn voor ‘tent’ is ‘tabernaculum’. Ook nu is het ‘tabernakel’ de plaats van de sacramentele aanwezigheid van Christus onder ons.

Voor het Loofhuttenfeest maken de joden in hun tuin een ‘soeka’, een hut, die de kinderen versieren met bloemen en fruit. Heel het feest, dat zeven dagen duurt, verblijft men zoveel mogelijk in die soeka. Soekot is een vreugdevol feest. Elke dag nodigt men een van de grote historische persoonlijkheden uit om in de hut te komen: Abraham, Mozes, David, Elia. De zevende dag is de grootste dag van het feest: men verblijft dan in de hut, kleedt zich in het wit en verwacht de komst van de Messias die zijn tent zal komen opslaan te midden het volk. In de proloog van zijn evangelie heeft Johannes daar de uitdrukking van bewaard: 'Het Woord is vlees geworden, en het heeft zijn tent opgeslagen te midden onder ons' (eskènôsen en hèmin, 1, 14). Men noemt die zevende dag: 'Hoshana rabba', 'de grote Red ons' die zich richt tot God. De gebeden eindigen met de formule duizendmaal herhaald: "Kol mevasser, mevasser ve-omer … (Letterlijk: Een stem brengt nieuws, een stem brengt nieuws en zegt : … (= suspens))": 'Een stem brengt nieuws, brengt groot nieuws', een formule die de hoop uitdrukt op de spoedige komst van de Messias.

Met deze achtergrond gaan we nu naar het evangelie.
Er was veel gebeurd gedurende deze feestelijke week. Alles was zò goed begonnen. De messiaanse gemoedsstemming van het feest had Jezus ertoe gebracht zijn apostelen de vraag te stellen: 'Voor jullie, wie ben ik?', en Petrus had in naam van allen geantwoord: 'De Christus, de Messias'. Jezus had toen gezegd dat Hij moest lijden en sterven, en er waren harde woorden gevallen. Onmiddellijk nam Petrus Jezus apart en zette Hem op zijn nummer. Maar Jezus keerde Petrus de rug toe en maakte Hem uit voor satan. Met zijn doordringende blik had Hij toen zijn leerlingen aangekeken en hen vlakaf gezegd dat ze, om Hem te volgen, met zichzelf moesten breken en hun kruis opnemen. 'Wie zijn leven wil redden, zal het verliezen', had Hij daaraan toegevoegd. Gedaan met de vreugde van het feest. Ontgoocheling, ontreddering alom. Wie kan nu een leider volgen die op mislukking aanstuurt, op lijden en dood! De kilte in de groep was te snijden. Het elan en het enthousiasme van de eerste dagen waren totaal zoek.

Maar Jezus trekt geen enkel van zijn woorden in. De spanning blijft. Die crisis kan echter niet blijven slepen. De zevende dag, de grote dag van het feest, neemt Jezus Petrus, Jacobus en Johannes, zijn drie naaste medewerkers, met zich mee alleen op een hoge berg. De apostelen voelen het: er zal er iets gebeuren. Dan is het dat Jezus verschijnt in het licht van zijn goddelijke gedaante. Zijn genodigden zijn niemand anders dan Mozes en Elia, de boegbeelden van de Wet en de Profeten. Zij hebben niet alleen geleefd voor God en voor Hem geleden, maar hebben met Hem gesproken op de berg. Nu spreken ze met Jezus.

En zie, het grote gebed van Israël op deze dag wordt verhoord: 'Een stem brengt nieuws, een stem brengt groot nieuws en zegt': 'Deze is mijn Welbeminde Zoon. Luistert naar Hem' (Marcus 9, 7). De langverwachte Messias is daar, aanwezig, midden onder ons. De suspens is opgeheven!
Deze verklaring van de Stem brengt niets nieuws voor Jezus die bij zijn doopsel reeds de Stem gehoord heeft: 'Gij zijt mijn Zoon, de geliefde; in U heb Ik mijn welbehagen' (Marcus 1, 11), en die nu bevestigd wordt in zijn zoonschap en in zijn zending als Messias. Maar de Stem van de gedaanteverandering gaat een stap verder dan de geloofsbelijdenis van Petrus. Die had Jezus beleden als Messias. De Stem uit de hemel zegt dat Hij de Welbeminde Zoon van God is. Als de Gedaanteverandering vooruitloopt op de glorie van de Parousie, dan getuigt de Stem van Jezus' intieme goddelijke zoonschap, en suggereert zijn voorafbestaan bij de Vader.
Petrus had bovendien voorgesteld drie tenten op te slaan. Maar zodra de Stem weerklinkt verdwijnen Mozes en Elia, en blijft Jezus alleen: 'Luistert naar Hem'. Voortaan is het Jezus alleen naar wie de gelovigen zullen luisteren. Hij is de enige middelaar van het Nieuwe Verbond waarin de Wet en de Profeten geïntegreerd worden. In Jezus zullen de leerlingen de Zoon van God horen: zij zullen zijn woorden onthouden over het lijden dat leidt naar de verrijzenis (Marcus 8, 31 - 9, 1).