Loading...
 

Pater Damiaan

Wie was hij?

Leven

Jozef De Veuster werd op 3 januari 1840 geboren te Ninde (Tremelo), als zevende van een gezin van acht kinderen. Zijn vader wilde dat hij de graanhandel zou overnemen. Maar Jozef wilde priester worden. Hij wou net als zijn broer Auguste (pater Pamphile) in het klooster van de picpussen treden te Leuven. Het was niet gemakkelijk zijn ouders te overtuigen, maar in 1859 werd hij kloosterling. Zijn droom was missionaris te worden. Weer ondervond hij tegenstand: zijn leerachterstand was te groot. Maar hij vocht voor zijn droom en men stuurde hem zelfs naar Parijs om Frans, Grieks en Latijn te studeren. Wanneer men eind 1863 zijn broer naar Hawaï wilde sturen, werd die ziek. Jozef, intussen 'pater Damiaan', nam zijn plaats in en vertrok op missie.
Bij zijn aankomst in Honolulu (1864) werd hij bij gebrek aan priesters meteen tot priester gewijd. De melaatsenkolonie op Molokaï werd al in het daaropvolgende jaar gesticht. Maar tot aan de komst van pater Damiaan ('Makua Kamiano') waren de lepralijders er aan hun lot overgelaten. In 1873 besliste bisschop Maigret een missionaris naar het eiland te sturen voor drie maanden. Op 10 mei 1873 kwam pater Damiaan aan op Molokaï, waar op dat moment 600 lepralijders waren. De raad om geen enkel risico op besmetting te nemen, sloeg hij in de wind. Hij werkte voor en met de melaatsen. Omdat niemand behalve hij op het eiland durfde te komen, deed hij alles zelf: bouwen, dokter zijn en priester. Bij zijn oversten kreeg hij de naam van lastpost, omdat hij om hulp bleef vragen.
Hij werd een beroemdheid, ontving de koning van Hawaï en kreeg giften van over de hele wereld. In 1884 stelde men bij hem lepra vast. Uiteindelijk werd zijn leven onder de melaatsen hem fataal. Hij bleef verder werken tot veertien dagen voor zijn dood op 15 april 1889 in Molokaï.

Zijn stoffelijke resten liggen begraven in de crypte van de Sint-Antoniuskapel van de paters van de Heilige Harten te Leuven.


Op 11 oktober 2009 werd pater Damiaan officieel heilig verklaard door paus Benedictus XVI in de Sint-Pietersbasiliek te Rome.





Melaatsheid

Huidziekte

Melaatsheid is al heel lang een verzamelnaam voor allerlei huidziekten waaronder lepra. Lepra heet nu ‘de ziekte van Hansen’, en kan behandeld worden. Er zijn twee soorten lepra: een vorm die weinig besmettelijk is en waarvan de behandeling zes maanden duurt, en een zeer besmettelijke vorm waarvan de behandeling één tot twee jaar duurt.

Lepra wordt veroorzaakt door een bacil, een heel klein diertje.
De lepra-bacil tast de zenuwen aan waardoor men geen gevoel meer heeft in handen, voeten of rondom de ogen. Hierdoor kunnen handen, voeten of ogen pijn doen of verbranden zonder dat men dit beseft. Zo ontstaan lelijke verminkingen: de zieken verliezen soms vingers of tenen. Nog vaker worden ze blind.


Als iemand besmet is, is dat te zien aan gekleurde knobbels of witte vlekken op het lichaam. Als die niet behandeld worden, worden de zenuwen aangetast.



Melaatsheid in de Bijbel

In de Bijbel is er af en toe sprake van melaatsheid. Nu wordt dit woord vaak gelijkgesteld met ‘lepra’, maar in de Nijbel bedoelde men met ‘melaatsheid’ verschillende soorten huidziekten.
In het boek Leviticus staan de volgende voorschriften voor wie een huidziekte heeft:

Iemand die aan huidziekte lijdt, moet in gescheurde kleren lopen en zijn haren los laten hangen. Hij moet zijn baard bedekken en roepen: “Onrein, onrein!”
Zolang de ziekte duurt is hij onrein; hij moet apart wonen en buiten het kamp blijven.
Leviticus 13, 45-46



In het Nieuwe Testament valt op dat Jezus de bepalingen in de wet over melaatsheid deels met de voeten treedt:
Marcus 1, 40-45: Jezus geneest een melaatse
Lucas 17, 11-19: Genezing van tien melaatsen



Melaatsheid door de eeuwen heen

Lepra kwam met de kruisvaarders in West-Europa terecht. Om besmetting te voorkomen werden leprapatiënten afgezonderd in leprozerijen buiten de stad. Als ze toch in de stad wilden komen, moesten ze speciale kleren dragen: een zwarte mantel en een hoed met een brede rand. Ze moesten hun komst met een klepper, een ratel of een bel aankondigen.


Toen pater Damiaan in Molokai was, was er nog geen behandeling of geneesmiddel tegen lepra. Men dacht dat dit de meest vreselijke en besmettelijke ziekte ter wereld was.
Omdat gezonde mensen doodsbang waren om ook de ziekte te krijgen, stuurden ze iedereen met de eerste symptomen van deze ziekte zo ver mogelijk weg. Zo stuurde men de melaatsen van Hawaï naar het eiland Molokai.

Nog de hele avond hadden ze het over de gevreesde ziekte. Onverwachts, haast onmerkbaar sloeg die toe! Eerst kwam er een witte huiduitslag. Dan werden de zenuwen vernield, met als gevolg dat bepaalde delen van het lichaam ongevoelig werden. Het gezicht werd overdekt met afzichtelijke gezwellen, zodat je er als een monster ging uitzien. Je handen werden als klauwen. Onverzorgde wonden gingen zweren en afschuwelijk stinken. Omdat je geen pijn had, verzorgde je de wonden niet. Vingers en tenen begonnen te rotten en vielen ten slotte af. Je ogen rotten uit hun kassen. En na jaren ellende stierf je een langzame uitputtingsdood…
‘Hoe krijg je het?’, vroeg Damiaan.
‘Door besmetting, aanraking. Wie bij de hond slaapt, krijgt vlooien … Men denkt dat het iets te maken heeft met geslachtsziekte, iets als syfilis … Andere dokters beweren dat het helemaal geen geslachtsziekte is, dat het gewoon door de onhygiënische manier van leven komt. Gewoon een kwestie van zuiverheid dus. Zowel lichamelijke als morele zuiverheid …’
Uit: J. BALLEGEER, Damiaan – Kamiano is liefde, Averbode 2009



Als men nu tijdig de kleine gevoelloze plekjes ontdekt, kunnen medicijnen helpen. Korte tijd later verdwijnen die eerste lepravlekjes en geneest men van de ziekte. Elke jaar probeert Damiaanactie in de derde wereld zo duizenden melaatsen te genezen.





Damiaan en kunst

S. LEWI

De zelfgave (1989)

M.VerbanckDamiaan Tremelo 2009 2009 08 13 6993 M.VerbanckDamiaan Tremelo 2009 2009 08 13 6997
Foto's © Mia Verbanck (2009)


Dit monument van Simon Lewi, dat te zien is in Tremelo, bestaat uit twee geelkoperen handen. De ene hand staat hoog en is flink gestrekt, de andere staat lager en is gebogen: alsof die hulp en steun zoekt bij de sterke hand. Die tweede hand symboliseert de zwakke, hulpbehoevende mens die steun zoekt bij een sterkere mens.

Het kunstwerk verwijst naar Pater Damiaan, die zichzelf gaf aan de melaatsen van Molokaï. Hij was voor hen de sterke en gezonde steun.
Het kunstwerk verwijst ook naar wat in het Geriatrisch Centrum te Tremelo gebeurt: mensen die hulp en steun nodig hebben omdat ze zich wegens ouderdom niet meer kunnen behelpen, vinden er steun bij sterke, jonge en bekwame dokters, verpleegkundigen ...




Suggestie
Inspireer je aan deze handen om met boetseerklei / plasticine een gelijkaardig kunstwerk te maken.





Damiaanactie

(www.damiaanactie.be)

De Damiaanactie is genoemd naar pater Damiaan, omdat de mensen in deze organisatie zijn werk voort zetten: de strijd tegen lepra en tuberculose. Dit doet ze door opleidingen te geven aan verplegers en dokters, en de gezinnen te informeren over hoe men lepra krijgt.
Deze organisatie bestaat sinds 1954 en werkt in 17 landen in Azië, Afrika en Latijns-Amerika.




Logo

Het logo van de Damiaanactie is een ‘hart’elijke vlinder. Het hart verwijst naar de vrijwilligers in de organisatie die het hart op de juiste plaats hebben en er alles aan doen om de samenleving menselijker te maken. De vlinder zelf symboliseert de vele kwetsbare lepra- en tbc-patiënten in de derde wereld. Omdat ze kwetsbaar zijn, wil de organisatie hen hoop geven en een toekomst.





Suggesties

Grote kinderen

KENNISMAKEN MET HET LEVEN VAN PATER DAMIAAN

Korte tekst

Jef De Veuster
Jef De Veuster werd op 3 januari 1840 geboren in Ninde, een gehucht van Tremelo. Hij was het zevende kind van zijn ouders, die boeren waren. Toen hij 15 jaar oud was, ging hij werken in de graanhandel van zijn vader. Om zijn Waalse klanten beter te kunnen helpen, stuurde zijn vader hem naar een college in Zuid-Brabant om Frans te leren.
Later ging Jozef het klooster in: hij werd broeder bij de paters van de Heilige Harten in Leuven. Sindsdien heette hij Damiaan.

Omdat hij priester wilde worden, begon hij Latijn te leren. Toen hij de taal echt goed kende, werd hij voor verdere studies naar Parijs gestuurd.


Missonaris in Hawaï
Wanneer zijn broer als missionaris naar Hawaï zou vertrekken, werd die erg ziek. Daarom vroeg Damiaan of in zijn plaats daar naartoe mocht gaan. Zo vertrok hij in 1863 naar Honolulu, waar hij op 21 mei 1864 tot priester werd gewijd. Hij bleef negen jaar op Hawaï in verschillende parochies werken.


Missionaris in Molokai
In Hawaï hadden de mensen veel schrik van de ziekte ‘lepra’. Omdat ze niet wilden besmet worden, brachten ze de melaatsen naar het eiland Molokai, waar ze voedsel kregen, maar geen medische hulp.
Toen Damiaan in 1873 hoorde over de onmenselijke toestanden op Molokai, was hij de eerste die zei: "ik ga."
Hij kwam er aan op 10 mei 1873. Op Molokai verbleven op dat moment 600 lepralijders.
Damiaan probeerde hen met alles te helpen, terwijl hij zijn pijp rookte om de stank te kunnen verdragen. Hij zorgde er voor dat ze meer eten en betere kleren kregen.

Met zijn komst veranderde het leven van de melaatsen: wetten werden nageleefd, er kwamen degelijke huizen en een school, een tehuis voor melaatse weesmeisjes, en één voor jongens, een nieuwe kerk en een school. Damiaan herstelde ook het hospitaal en legde wegen aan. Hij kreeg het zelfs voor elkaar dat ze een pijpleiding aanlegden, om water af te tappen uit een bron 800 meter buiten het dorp. Het koste hem veel brieven om de buizen hiervoor te krijgen. Damiaan richtte ook een fanfare op en organiseerde zelfs paardenkoersen. Stilaan kregen de melaatsen het gevoel dat ze meetelden.

Dankzij zijn werk kregen mensen over de hele wereld meer aandacht voor Molokai en lepra. Er kwamen veel bezoekers, ook een prinses van Hawaï! Ze wilden zien wat pater Damiaan deed. In de kranten schreef men veel over hem. Hierdoor werd zijn naam bekend in de Verenigde Staten en in Europa. Protestantse christenen in Amerika brachten grote sommen geld bijeen en de Kerk van Engeland zond voedsel, medicijnen en kledij.

In november 1884 zag pater Damiaan dat hij zelf ook lepra had. Toch bleef hij met de hulp van vier anderen verder werken tot veertien dagen voor zijn dood op 15 april 1889. Hij was toen 49 jaar oud.



Langere tekst

Jef De Veuster
Jef De Veuster werd op 3 januari 1840 geboren te Ninde, een gehucht van Tremelo. Hij was het zevende kind in een boerenfamilie. Na hem werd er nog een meisje geboren. Toen hij 15 jaar oud was, ging hij werken in de graanhandel van zijn vader. Omdat vader niet genoeg Frans kon spreken met de Walen die bij hem graan kwamen kopen, stuurde hij Jef naar het college van ’s Gravenbrakel in Zuid-Brabant om er Frans te leren.
Wat later wilde Jef het klooster in gaan, net als zijn oudere broer August, die broeder werd bij de paters van de Heilige Harten in Leuven. Sindsdien heette hij Damiaan.
Omdat hij priester wilde worden, begon hij Latijn te leren. Nadien ging hij voor verdere studies naar het klooster van de Picpussen in Parijs.


Missionaris in Hawaï
In 1863 zou zijn broer, die in het klooster Pamfiel genoemd werd, als missionaris naar Hawaï vertrekken. Maar hij werd erg ziek: hij werd besmet tijdens een tyfusepidemie. Toen vroeg Damiaan aan de overste van de paters in Parijs of hij naar Hawaï mocht gaan in de plaats van zijn broer. Zo vertrok hij op 1 november 1863 vanuit Bremen met de boot naar Honolulu. Een reis die vier maanden duurde. Dit was geen lachertje voor Damiaan, die last had van zeeziekte. Op 19 maart 1864 kwam hij aan in Honolulu. Daar leerde hij de taal van de Hawaïanen en bereidde men hem op een paar maanden tijd voor om priester te worden.
Op 21 mei 1864 werd hij in de kathedraal van Honolulu tot priester gewijd. Hij werkte negen jaar op Hawaï in verschillende parochies.
Intussen schreef hij lange brieven naar zijn familie in België.


Missionaris in Molokai
Vroeger had men veel schrik van de ziekte ‘lepra’, die men niet kon genezen. Omdat de mensen in Hawaï niet besmet wilden worden, besloot de regering in 1865 om alle melaatsen naar het eiland Molokai te sturen. Daar kregen ze voedsel, maar geen medische hulp.
In 1873 wilde de plaatselijke bisschop voor een korte tijd een priester naar dit eiland sturen. Pater Damiaan voelde zich direct aangesproken en ging er als eerste priester naartoe.
Hij kwam er op 10 mei 1873 aan. Zijn nieuwe parochie zag er troosteloos uit: een beetje groen op een dorre bodem, slecht drinkwater, onverzorgde hutten. En ook zijn nieuwe parochianen waren één blok ellende: ze vochten onder elkaar en dronken om hun pijn, ellende en verdriet te vergeten. Ze hadden immers geen hoop of toekomst meer.

De eerste nacht sliep pater Damiaan onder een boom, omdat er nergens ander plaats voor hem was. De 600 melaatsen die daar op dat moment woonden, bleven dagenlang uit zijn buurt. Ze dachten dat Hij gek was: ‘Een gezonde mens wil toch niet samen leven met melaatsen!’
Omdat de levende melaatsen hem niet aanvaardden, begon Damiaan dan maar te zorgen voor de doden. Hij zorgde ervoor dat ze waardig begraven werden en legde een kerkhof aan vol bloemen en struiken.
Stilaan begonnen de melaatsen hem te vertrouwen.

Damiaan wilde de melaatsen met alles helpen, terwijl hij zijn pijp rookte om de stank te kunnen verdragen. Allereerst wilde hij hun parochiepriester zijn: hij vierde dagelijks de eucharistie, bezocht de zieken, hoorde biecht, diende de ziekenzalving toe. Hij gaf catechese en verzorgde huwelijksvieringen en begrafenissen. Hij stimuleerde de melaatsen om hun eigen groenten te kweken en deed wat hij kon om hun geneeskundige zorgen te verbeteren. Hij zorgde ervoor dat ze meer eten en betere kleren kregen. Hij richtte een fanfare op en organiseerde zelfs paardenkoersen.
Zo kregen de melaatsen het gevoel dat ze meetelden. Met de komst van pater Damiaan veranderde hun leven: wetten werden nageleefd, er kwamen degelijke huizen en een school, een tehuis voor melaatse weesmeisjes, en één voor jongens, een nieuwe kerk en een school. Hij herstelde ook het hospitaal en legde wegen aan. Damiaan kreeg het zelfs voor elkaar dat ze een pijpleiding aanlegden, om water af te tappen uit een bron 800 meter buiten het dorp. Het koste hem veel brieven om de buizen hiervoor te krijgen.
Dankzij zijn werk en zijn brieven, kregen mensen over de hele wereld meer aandacht voor lepra. Er kwamen veel bezoekers, ook een prinses van Hawaï! Ze wilden zijn werk zien.

Lepra-patiënt
In november 1884 zag pater Damiaan dat hij zelf ook lepra had. Zijn linkerbeen was gevoelloos en op één hand verschenen er bobbels. Als hij preekte, zei hij: ‘Wij, melaatsen’.
Toen hij ziek was, probeerde hij nieuwe geneesmiddelen uit en hield er verslagen van bij. Na een tijd kwamen er drie zusters en twee paters-missionarissen naar het eiland om zijn werk verder te zetten.

Op een dag herstelde hij de kerktoren in de regen en liep een longontsteking op. Omdat hij erg verzwakt was door de lepra, genas die longontsteking niet, en werd hij steeds zieker.
Hij stierf op 15 april 1889. Hij was toen 49 jaar oud.
Hij werd begraven onder de boom waar hij sliep toen hij nog geen huis had.





ONDERZOEKEN

Belangrijke data

Ga op onderzoek en vul de juiste data in:

GebeurtenisDatum
Jozef de Veuster wordt in Tremelo geboren. (3 januari 1840)
Jozef gaat naar het klooster van de Picpussen in Leuven. (januari 1859)
Pater Damiaan vertrekt naar Hawaï. (23 oktober 1863)
Pater Damiaan wordt priester gewijd in Honolulu (21 mei 1864)
Damiaan zet zijn eerste stappen op het eiland Molokaï (10 mei 1873)
Pater Damiaan wordt ook melaats. Zijn preek begint hij met: ‘Wij melaatsen’ (november 1984)
Pater Damiaan sterft. (15 april 1889)
Het lichaam van pater Damiaan komt aan met de boot ‘Mercator’ aan in Antwerpen. (3 mei 1936)
Pater Damiaan wordt door Vlaanderen verkozen tot de Grootste Belg. (1 december 2005)
Paus Benedictus XVI verklaart pater Damiaan heilig. (11 oktober 2009)




’Damiaan’, een naam met een opdracht

‘En? Welke naam heb je gekozen?’, vroeg pater Vincke hem daags voor Lichtmis.
‘Damiaan’, zei Jef glunderend.
‘O, Damiaan… Heb je een bepaalde verering voor die heilige?’
‘Hij was dokter. Hij was erg goed voor de zieken.
Zo goed, dat ze zich bekeerden…’
‘Juist, ja… En jij wil misschien ook dokter worden?’, vroeg de overste fijntjes spottend.
‘Nee, missionaris. Priester en missionaris. Ik weet heel wat van kruiden af.’

Uit: J. BALLEGEER, Damiaan – Kamiano is liefde, Averbode 2009


- Weet jij waarom je ouders je eigen naam gegeven hebben?
- Wie was Damianus?
Damianus was de tweelingbroer van Cosmas.
Beide broers leefden wellicht in de tweede helft van de 2e eeuw in Syrië. Ze zouden geneesheren geweest zijn, die hun patiënten kosteloos verzorgden en door hun levenswijze veel mensen inspireerden om christen te worden. Tijdens de christenvervolging onder keizer Diocletianus werden ze in 303 door de stadhouder Lycias gearresteerd, ondervraagd, gefolterd en onthoofd.
lees meer


- Zoek naar de heilige die ook jouw naam heeft gehad. Wat kom je over zijn of haar leven te weten?
Of: zoek naar de betekenis van je naam.
- Wat treft je hierbij?
- Wat vind je hierbij de moeite waard om ook in je leven te proberen?



Hoe wordt een heilige afgebeeld?

De manier waarop een heilige wordt afgebeeld, zegt iets over het leven van die heilige.
- Schrijf bij elke heilige wie of wat zijn / haar attribuut is.

- Zoek het verhaal uit het leven van Elisabeth, Barbara, Petrus en Maarten, dat iets over het attribuut zegt.

Hl. Elisabeth Barbara Petrus StMartinusTrier


- Hoe zou jij pater Damiaan uitbeelden?
- Welk element uit zijn leven wil je ermee beklemtonen?

- Vergelijk met wat andere kinderen uit je groep getekend hebben / zouden willen uittekenen.
- Wat denken de andere kinderen dat je met je tekening wilde uitdrukken?
- Klopt dit met wat je bedoelde?


Correctiesleutel

ElisabethWordt afgebeeld met bloemen.
Zij deelde brood uit aan de armen. Omdat men haar dat in het kasteel verboden had, verstopte ze dat brood onder bloemen.
BarbaraWordt afgebeeld met een toren.
De vader van Barbara sloot haar in een toren op omdat ze christen was geworden.
PetrusWordt afgebeeld met één of meer sleutels.
Toen Jezus aan Petrus zei dat Hij zijn Kerk op hem wilde bouwen zei Hij ook dat hij de sleutels van het rijk der Hemelen zou krijgen.
Maarten Wordt afgebeeld op een paard terwijl hij met een zwaard zijn mantel in twee snijdt
Toen Martinus nog soldaat in het leger was en hij aankwam in de stad Amiens, gaf hij de helft van zijn mantel aan een arme bedelaar.




Omgaan met melaatsheid

Hoe ging men in het Oude Testament om met melaatsheid?
Hoe ging Jezus om met melaatsheid?
Hoe ging men in de Middeleeuwen om met lepra?
Hoe ging pater Damiaan om met melaatsheid?
Welke houdingen zijn het best met elkaar te vergelijken?


Correctiesleutel
Hoe ging men in het Oude Testament om met melaatsheid?
- melaatsen moesten apart wonen, buiten het kamp blijven
- ze moesten in gescheurde kleren lopen en de haren los laten hangen
- ze moesten ‘onrein’ roepen, zodat iedereen zou weten dat er melaatsen waren.

Hoe ging Jezus om met melaatsheid?
- Hij ging naar de melaatsen toe
- Hij raakte hen aan

Hoe ging men in de Middeleeuwen om met lepra?
- de melaaten moesten in afzondering leven, naar leprozerijen gaan
- ze moesten kenmerkende kledij dragen, zodat iedereen kon zien dat ze melaats waren
- ze moesten een klepper gebruiken, zodat de mensen wisten dat er een melaatse op komst was.

Hoe ging pater Damiaan om met melaatsheid?
- Damiaan ging naar hun eiland Molokai
- Hij verzorgde ze
-Hij zorgde ervoor dat ze een menselijker leven kunnen leiden.

Welke houdingen zijn het best met elkaar te vergelijken?
De houding in de middeleeuwen met die in het Oude Testament.
De houding van pater Damiaan met die van Jezus.





EVEN TESTEN

Wat weet je over pater Damiaan?

Jef De Veuster is geboren in
O Tongeren
O Gingelom
O Tremelo

Hij zette zich in voor de
O AIDS-lijders
O kankerpatiënten
O melaatsen

Zijn vader wou dat hij een tweede taal leerde:
O Frans
O Engels
O Duits

Hij zorgde op Molokaï voor
O een fanfare
O video-games
O worstelkampen

Hij ging naar het klooster in
O Leuven
O La Louvière
O Lendelede

Hij stierf omdat hij
O een zwak hart had
O uit een boom viel
O melaats werd

Zijn broer in het klooster heette
O Chrysostomos
O Cosmas
O Pamfiel

Zijn lichaam werd naar België overgebracht met het schip
O Mercator
O La belle Hélène
O Erasmus

Hij vertrok naar
O Gibraltar
O Haïti
O Hawaï

Daar werd hij
O missionaris
O priester
O broeder

Hij werd heilig verklaard op
O 19 september
O 11 oktober
O 25 november

De mensen in Hawaï noemden hem:
O Kamiano
O Damiano
O Mandiano

Zijn feestdag valt op
O 11 maart
O 10 mei
O 25 augustus



Wat weet je over melaatsheid?

Bij het begin van de ziekte
O krijgt men blauwe plekken
O komt er witte huiduitslag
O wordt het wit van de ogen geel

Als de ziekte niet stopgezet wordt, worden de zenuwen vernield, zodat ...
O handen en voeten overgevoelig worden
O men hevige hoofdpijn krijgt
O delen van het lichaam ongevoelig worden

Daardoor ontstaan
O lelijke verminkingen
O verkleuringen van het haar
O bulten op de rug

Wie vroeger melaats werd,
O mocht op reis
O werd uitgesloten
O kreeg bestralingen

De melaatsen gebruikten toen een ratel zodat de mensen wisten dat ...
O er feest was
O iemand gestorven was
O ze zich in huis moesten terug trekken



Waar of niet waar

Pater Damiaan is geboren in Gingelom. (niet waar)
De naam die zijn ouders hem gaven was Jozef.
Hij was het negende kind van zijn ouders.(niet waar)
Zijn vader wou dat hij dokter werd.(niet waar)
Hij ging naar hetzelfde klooster als zijn broer.
Hij ging in de plaats van zijn broer naar Hawaï.
Hij werd priester gewijd in Tahiti.(niet waar)
Na negen jaar ging hij naar een eiland vol melaatsen.
Hij bouwde voor de melaatsen een groot zwembad.(niet waar)
Hij bouwde ook enkele kerken en een school.
Hij wilde dat de melaatsen gelukkig waren.
Hij kreeg de Mexicaanse griep.(niet waar)
Hij stierf toen hij 49 jaar oud was.
Zijn lichaam werd later begraven te Brussel.(niet waar)
Op 19 september wordt hij heilig verklaard.(niet waar)
Elk jaar wordt zijn feest gevierd op 10 mei.




Tien personen in één

Men zegt dat pater Damiaan op het eiland Molokai wel 35 beroepen uitoefende. Hij was o.m.: politieman, organisator, onderwijzer, mediafiguur, architect, chirurg, timmerman, verpleger, uitvinder en begrafenisondernemer ...

Lees de volgende stukjes tekst en schrijf er het beroep bij dat erbij past.

Op Molokai waren geen artsen. Dus stak Damiaan zelf de handen uit de mouwen. Op een dag amputeerde hij eigenhandig de rottende voet van een melaatse ... met zijn timmermanszaag. Damiaan legde een waterleiding en een weg aan. Hij bouwde huizen. Hij herstelde de oude kerk en bouwde een nieuwe kerk op basis van zijn eigen ontwerpen. Hij bouwde twee weeshuizen en een school.
Voor de komst van pater Damiaan werden de doden in ondiepe grond begraven. Wilde varkens woelden het kerkhof constant om. Damiaan bouwde een muur rond het kerkhof, maakte doodskisten en richtte verenigingen op die begrafenissen organiseerden.Geweld, moorden, verkrachtingen, prostitutie... op Molokai heerste het recht van de sterkste. Damiaan maakte daar een einde aan en werkte aan een nieuwe orde die gebaseerd was op samenwerking, liefde en gemeenschapszin.
Hekken, kerken, houten huizen, doodskisten ... Damiaan maakte het, zodat de melaatsen een menswaardig bestaan konden opbouwen. De kranten schreven over pater Damiaan. Hij gebruikte die bekendheid om geld te krijgen voor een beter leven voor zijn melaatsen.
Pater Damiaan bedelde instrumenten bij elkaar en richtte een fanfare op. Hij richtte verenigingen op om begrafenissen in goede banen te leiden. Hij organiseerde paardenkoersen om de melaatsen ontspanning te geven. Damiaan richtte een weeshuis op voor de kinderen waarvan de ouders aan lepra overleden. Hij werd als een vader voor hen. Hij gaf hun les, at samen met hen en zorgde ervoor dat ze zich als kind konden uitleven.
Dagelijks verzorgde Damiaan de zieken. Etterende wonden, rottende lichaamsdelen ... Omdat hij niet kon wennen aan die stank, rookte hij een pijp om de geuren te verdoezelen. Eten wanneer je geen vingers meer hebt ... ontzettend moeilijk! Daarom vond Damiaan een speciale lepel uit, waarmee personen zonder vingers op een handige manier konden eten.

(Naar materiaal van: Damiaanactie vzw | Leopold II-laan 263 | 1081 Brussel | 0032 (0)2 422 59 11)


- Welk van die tien beroepen spreekt je het meeste aan?
- Waarom is dat?




Correctiesleutel

ArchitectDamiaan legt een waterleiding en een weg aan ...
BegrafenisondernemerVoor de komst van pater Damiaan werden de doden in ondiepe grond begraven ...
ChirurgOp Molokai waren geen artsen. Dus stak Damiaan zelf de handen uit de mouwen ...
MediafiguurPater Damiaan verscheen in de kranten ...
OnderwijzerDamiaan richtte een weeshuis op voor de kinderen waarvan de ouders aan lepra overleden ...
Organisator Pater Damiaan bedelde instrumenten bij elkaar en richtte een fanfare op ...
PolitiemanGeweld, moorden, verkrachtingen, prostitutie ... op Molokai heerste het recht van de sterkste. Damiaan maakte daar een einde aan ...
TimmermanHekken, kerken, houten huizen, doodskisten ... Damiaan maakte het ...
UitvinderEten wanneer je geen vingers meer hebt ... ontzettend moeilijk! Daarom vond Damiaan een speciale lepel uit, waarmee personen zonder vingers op een handige manier konden eten.
VerplegerDagelijks verzorgde Damiaan de zieken ...




Werken met het ABC

Een schuifraadsel maken

De kinderen zoeken bij elke letter van het alfabet (behalve Q,X en Y) een woord dat met pater Damiaan in verband kan worden gebracht. Hierna vind je een invuloefening als bron van inspiratie.

Taalvaardige kinderen kunnen met dit ABC verder aan de slag om een schuifraadsel te maken. Ze noteren daarvoor eerst verticaal het woord dat volgens hen het belangrijkste is. Ze zoeken nadien woorden uit het ABC die één van die letters bevat. Daarna zorgen ze voor een gepaste omschrijving. Zo’n eigen gemaakt schuifraadsel kan nadien zijn weg vinden in het schoolkrantje of het parochieblad.



Het ABC van pater Damiaan

A
A.................................., de broer van Jozef de Veuster is ook pater geworden.

B
Het land waar pater Damiaan geboren werd is B ......................

C
Elk jaar houdt de Damiaanactie een C ................... waarbij men aandacht vraagt voor een bepaald probleem.

D
De D ................................. zet het werk van pater Damiaan verder in de derde Wereld.

F
Pater Damiaan bedelde muziekinstrumenten bijeen. Zo kon hij voor de melaatsen in Molokaï een f.......................... oprichten.

G
Wie melaats wordt, krijgt witte plekken die g................................... zijn.

H
In plaats van h .............. bouwt pater Damiaan h ................ voor de melaatsen.

J
J..............., die een melaatse genas, was het grote voorbeeld voor pater Damiaan.

K
Pater Damiaan zorgt ook voor eten en k ................... voor de melaatsen.

L
L...................... kan een besmettelijke huidziekte zijn.

M
De melaatsen van Hawaï werden vroeger samengebracht op het eiland M ..................

N
Behalve melaatsen, kwam er n ........................... in Molokaï. Het leek wel een gevangenis.

O
Als men de kleine gevoelloze vlekjes tijdig ..................., kan men melaatsheid genezen.

P
P ......................... Damiaan heette Jozef De Veuster

R
Pater Damiaan kon niet tegen de geur van de melaatsheid. Om die te verdoezelen r..................... hij een pijp.

S
Voor de komst van pater Damiaan in Molokaï heerste er het recht van de s...........................

T
Pater Damiaan is geboren in T........................

V
Melaatsen hebben vaak v......................... aan de ledematen omdat ze geen gevoel meer hebben.

W
In Molokaï bouwde pater Damiaan twee w ..............................

Z
Pater Damiaan z ....................... voor de melaatsen.


Correctiesleutel
A: AUGUST, de broer van Jozef de Veuster is ook pater geworden.
B: Het land waar pater Damiaan geboren werd is BELGIË.
C: Elk jaar houdt de Damiaanactie een CAMPAGNE waarbij men aandacht vraagt voor een bepaald probleem.
D: De DAMIAANACTIE zet het werk van pater Damiaan verder in de derde Wereld.
F: Pater Damiaan bedelde muziekinstrumenten bijeen. Zo kon hij voor de melaatsen in Molokaï een FANFARE oprichten.
G: Wie melaats wordt, krijgt witte plekken die GEVOELLOOS zijn.
H: In plaats van HUTTEN bouwt pater Damiaan HUIZEN voor de melaatsen.
J: JEZUS,die een melaatse genas, was het grote voorbeeld voor pater Damiaan.
K: Pater Damiaan zorgde ook voor eten en KLEDING voor de melaatsen.
L: LEPRA kan een besmettelijke huidziekte zijn.
M: De melaatsen van Hawaï werden vroeger samengebracht op het eiland MOLOKAÏ.
N: Behalve melaatsen, kwam er NIEMAND in Molokaï. Het leek wel een gevangenis.
O: Als men de kleine gevoelloze vlekjes tijdig OPSPOORT, kan men melaatsheid genezen.
P: PATER Damiaan heette Jozef De Veuster.
R: Pater Damiaan kon niet tegen de geur van de melaatsheid. Om die te verdoezelen ROOKTE hij een pijp.
S: Voor de komst van pater Damiaan in Molokaï heerste er het recht van de STERKSTE
T: Pater Damiaan is geboren in TREMELO.
V: Melaatsen hebben vaak VERMINKINGEN aan de ledematen omdat ze geen gevoel meer hebben.
W: In Molokaï bouwt pater Damiaan twee WEESHUIZEN.
Z: Pater Damiaan ZORGDE voor de melaatsen.



Het juiste woord

Lees de zin en omcirkel het juiste woord

Jef De Veuster werd geboren in Tremelo / Ieper.
Toen hij achttien jaar oud was, ging hij naar een klooster in Leuven / Mechelen.
Omdat zijn broer / zus ziek was, mocht hij in zijn / haar plaats naar Hawaï.
Daar werd hij bisschop / priester gewijd.
Na negen jaar ging hij naar Madrid / Molokaï.
Daar verzorgde hij verlamde / melaatse mensen.
Na zijn dood werd zijn lichaam door de boot Mercator / Erasmus naar België teruggevaren.
Daar werd het feestelijk in processie rondgedragen in Antwerpen / Brussel.



Welk woord hoort niet thuis in de rij?

Damiaan, Jef, Pamfiel, Hubert(Hubert)
Molokaï, Manilla, Honolulu, Hawaï(Manilla)
Leuven, Tremelo, Parijs, Madrid(Madrid)
school, iglo, kerk, ziekenhuis(iglo)
zuster, missionaris, priester, pater(zuster)




Het foto-album van pater Damiaan

Knip de volgende foto’s uit en kleef ze chronologisch op een blad. Schrijf erbij wat ze voorstellen of wat pater Damiaan zelf bij deze foto's zou geschreven hebben.

Damiaan 1
Het geboorte huis van pater Damiaan te Ninde (Tremelo).

Damien At Twenty Three
Pater Damiaan toen hij 23 jaar oud was.

Damiaan
Pater Damiaan op Molokaï. Merk in de achtergrond de paarden op waarmee hij op het eiland rondreed en voor de melaatsen paardenrennen organiseerde.

Kerk
Philomena-kerk, die pater Damiaan bouwde.

Damiaan Fanfare
De fanfare, die pater Damiaan oprichtte.

Pater Damiaan
Pater Damiaan, zelf melaats.

Orig Damiaan Sterfbed 1
Pater Damiaan op zijn sterfbed



TIP
Bezorg de kinderen / jongeren meer of minder foto’s naargelang hun mogelijkheden.





REFLECTEREN

Geen melaatsen meer?

In ons land zijn er op dit moment geen melaatsen meer. Maar jammer genoeg worden nog altijd mensen uitgestoten, omdat ze anders zijn, omdat ze …

- Wie ken jij zo?
- Waarom worden deze mensen volgens jou uitgestoten?
- Werd jij zelf al eens uitgestoten? Waarom? Hoe voelde jij je toen?
- Heb jij al eens iemand uitgestoten? Waarom?
- Wat kun jij doen in jouw leven (thuis, op school, in de sportclub…) om ervoor te zorgen dat niemand zich uitgesloten voelt?



De heilige pater Damiaan

Maak gebruik van dit werkblad om te reflecteren over wat een heilige is en te onderzoeken hoe dit op pater Damiaan van toepassing is.





BELEVEN

Een e-mail naar pater Damiaan

Schrijf een e-mail naar pater Damiaan.
Vertel er in wat je in hem getroffen heeft.
Schrijf ook op welke manier je iets voor anderen wilt betekenen.



Doen zoals pater Damiaan

Zorg voor twee doosjes of twee potjes.
Het ene geef je rode accenten, en het andere groene.
Verzamel een vijftigtal steentjes in een zakje.
Neem elke dag wat tijd, en denk na over wat je die dag gedaan hebt.

Heb je met je handen gedaan wat pater Damiaan ook gedaan zou hebben, doe dan voor elk van die dingen een steentje in het ‘groene’ potje.
Deed je dingen die helemaal niet in de lijn liggen van wat pater Damiaan deed, doe dan voor elk van die dingen een steentje in het ‘rode’ potje.

Doe dat een hele week lang, zeven dagen aan een stuk.
Wat zie je op het einde.
In welke pot steken de meeste steentjes?

Tevreden?





ACTEREN

Pater Damiaan en de knikkers

PERSONAGES
Juf / meesterIk heb gezien dat jullie prachtige knikkers hebben … Is er iemand die pater Damiaan kent?
LouisOp TV hebben ze gisteren over pater Damiaan gesproken. Maar wat heeft pater Damiaan nu met knikkers te maken?
Juf / meesterWel, het laatste briefje dat pater Damiaan met de hand schreef, was een bestelling knikkers voor de weesjongens. Maar misschien weten jullie zelf nog meer over Damiaan? Wie weet nog wat?
EliseHij is geboren in Tremelo en hij heeft op het eiland Molokaï voor de melaatsen gezorgd.
Juf / meesterWeten jullie ook waar hij gestorven is?
LouisIn Molokaï.
Juf / meesterEn wie weet waar hij begraven ligt?
ThomasIn Tremelo…
YanaNeen, in Leuven!
Juf / meesterWeet iemand van jullie hoe we het werk van pater Damiaan verder zetten?
DavidIk doe mee met de Damiaanactie. Met de verzamelde euro’s worden medicijnen gekocht om melaatsen in de derde wereld te helpen.
EliseDoor zieke en uitgesloten mensen te helpen. In onze straat is een meisje uit Congo komen wonen. Ik kan haar vragen om bij mij thuis te komen spelen.
LouisWat je allemaal al niet leert door even met knikkers te spelen!






HANDEN UIT DE MOUWEN

Boetseren

Materiaal
Blad met een viertal beelden van pater Damiaan
Klei, plastiek om op te werken


Verloop
Ga in een kring zitten.
Vertel over pater Damiaan.
- Wat heeft je getroffen in het leven van pater Damiaan?
(Neem een groot blad papier. Schrijf er in het midden 'pater Damiaan' op.
Nodig de kinderen uit om rond deze woorden op te schrijven wat hen bij Damiaan het meest getroffen heeft. Daarna verwoorden ze waarom ze dat opschreven.


Bezorg dan de kinderen het blad met beelden op van pater Damiaan.
- Bekijk goed naar de verschillende beelden op het blad.
- Wat treft je in elk van die beelden?


- Maak dan je eigen ‘pater-Damiaan-beeld’ met klei.
De kinderen gaan naar de tafels waar ze met klei vorm kunnen geven aan hun idee over pater Damiaan.





BIDDEN / MEDITEREN

Gebeden

Lieve God,
Nogal wat mensen zijn ziek of kwetsbaar,
of worden uitgestoten en zijn eenzaam.

Net als Jezus had pater Damiaan
een hart voor die mensen.
Geef die mensen hoop op een beter leven, God.

Zoals een rups een vlinder wordt
met mooie kleuren,
zo kan ook het leven van deze mensen
wat meer kleur krijgen.
Laat ons daarom allemaal een beetje meer ‘Damiaan’ zijn.




Damiaan
Je raakte het hart van de hele wereld
toen je als melaats
tussen de melaatsen stierf
op het eiland Molokaï.
Je gaf je vriendschap én je gezondheid
aan wie uit de samenleving
waren verbannen en uitgestoten.
Je werd hun priester, hun vader, hun broer.
Als een Vlaamse boer,
sloeg je de hand aan de ploeg,
en je keek niet om.
Je was en deed als Jezus,
je Heer en grote voorbeeld:
je gaf je leven voor je mensen.
Daarom noemen we je heilig, Damiaan.

Je doet ons beseffen dat alle mensen
kinderen zijn van dezelfde Vader.
Je wijst ons de weg naar armen en kleinen.
Je leert ons zelfvergeten liefhebben.

Heilige Damiaan,
bid voor ons bij de Heer.



Bezinningstekst

Damiaan deed veel met zijn handen.

Met zijn handen herstelde hij zijn kerken.
Met zijn handen verzorgde hij melaatsen.
Met zijn handen droeg hij de mis op.
Hij gebruikte ze om melaatsen te verzorgen.
Zijn handen waren een instrument van liefde.

Damiaan dacht veel na met zijn hoofd,
voelde veel met zijn hart,
maar deed vooral veel met zijn handen.
Laten wij proberen dat ook te doen
voor mensen dichtbij en veraf



Zelf een gebed maken

Schrijf een gebed met je eigen woorden.

Of:
schrijf een gebed waarvan de eerste letters zijn: DAMIAAN.
Hierbij een voorbeeld met de letters: DANK U
Dank u God, voor
Al het mooie in de
Natuur en de
Kinderen in mijn klas.

U wil ik daarvoor danken

Gebruik eventueel een woordenboek om inspiratie te vinden voor geschikte woorden.





Jongeren

WERKEN MET GROEPEN

Een krant samenstellen

Zeg dat het lokaal omgevormd is tot een redactielokaal, waar men bijeen komt om de speciale editie op punt te zetten van een krant die verschijnt over pater Damiaan. Dit gebeurt bij voorkeur in een lokaal waarin enkele PC’s staan, waarop men via Google info kan opvragen rond ‘pater Damiaan’. In dat lokaal staat er ook een printer met blanco bladen. In een hoek is documentatiemateriaal over pater Damiaan te vinden (krantenknipsels, publicaties, foto’s, boeken, video)



  • Het eerste onderwerp op de ‘agenda’ is: het vinden van een geschikte titel.

Noteer de voorstellen op een blad papier, dat je aan de muur ophangt. Laat de uiteindelijke keuze voor het moment dat de krant ineengestoken wordt, want er kunnen nog betere voorstellen komen. Werk eventueel met een ‘werktitel’ (een titel die je nadien kunt vervangen).



  • Het volgende punt op de agenda is: de onderwerpen die in deze bijzondere editie van de krant aan bod moeten komen.

Er bestaat kans dat de jongeren zowel inhouden als vormen naar voren brengen. Noteer daarom hun inbreng in twee kolommen, die reeds dat onderscheid maken. Mochten de jongeren geen ideeën meer hebben, dan kunnen ze rustig een echte krant inkijken. (Zorg voor een paar exemplaren)

INHOUDVORM
Leven van pater Damiaan Artikel
Drijfveer van pater Damiaan Kruiswoordraadsel / schuifraadsel
Heiligverklaring van zijn leven Enquête
Voorbeelden voor pater Damiaan (Jezus, Franciscus) Interview
Pater Damiaan, een missionaris Reclame / advertentie
Damiaanactie Fotoreportage
Wat is melaatsheid? Lepra? Gedicht
Strip / cartoon
Opiniepeiling


Zoek dan met de jongeren naar de meest geschikte vorm om de inhouden aan bod te laten komen. Verbind telkens met een lijn op het bord (Belangrijk: dezelfde inhoud kan via verschillende vormen gepresenteerd worden)



  • Het derde punt op de agenda: wie doet wat?

Allereerst: hoe dik wordt die krant? Hoeveel bladzijden zal die tellen? Neem hiervoor telkens een veelvoud van een A3-blad (het plooien van zo’n blad heeft iets ‘krant-achtigs’) Dus: 4, 8 eventueel 12 bladzijden. Elk blad wordt recto verso gebruikt.
Dit aantal bladzijden wordt ook bepaald door het aantal jongeren en de grootte van de rubrieken (een rubriek kan bv. de helft van een bladzijde beslaan, maar evengoed twee bladzijden). Bepaal vooraf hoeveel jongeren er in een groep mogen zijn. B.v. Drie om mee te starten.




Stel de krant samen wanneer alle bijdragen binnen zijn. Neem twee blanco bladen - A3-formaat - en plooi die in twee. Kleef de bijdragen van de groepen in de krant.
Maak daarna hiervan kopieën.





BIDDEN

Mgr. Johan Bonny

God onze Vader,

in de ogen van pater Damiaan,
die niet schrikken voor de buitenkant,
zien wij uw liefdevolle aandacht voor de mens,
getekend door onmacht of gebrokenheid;

in de handen van pater Damiaan,
zelf verminkt door melaatsheid,
zien wij uw zorgende nabijheid
die trouw en solidair is, tot het einde;

in het gebaar van pater Damiaan,
dat de vreemde maakt tot vriend,
zien we het beeld van Jezus, de Goede Herder,
die hij als missionaris wilde navolgen.

Heilige pater Damiaan,
op uw voorspraak bidden wij
om hoop en vertrouwen voor wie lijdt,
om vriendschap voor wie eenzaam is,
om goede herders in onze kerkgemeenschap,
om getuigen van de Blijde Boodschap,
om Gods zegen over onze levensweg.
Amen.





Overweging

Pastorale eenheid Damiaan (Hoboken-Berchem-Kiel-Wilrijk)

10 mei, feestdag van Damiaan, onze patroonheilige

Laat je inspireren door deze bijdrage over pater Damiaan.