Johannes 15, 1-8: Ik ben de ware wijnstok
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1704)
Jezus zei tegen zijn leerlingen: ‘Ik ben de stam van Gods druivenplant, en jullie zijn de takken. God zelf is de tuinman. Hij haalt de takken weg waar niets aan groeit. En de takken waaraan druiven groeien, maakt hij kort. Want dan komen er in het volgende jaar nog meer druiven aan.
Jullie lijken op de goede takken die kort gemaakt zijn. Want door mijn woorden is het slechte uit jullie weggehaald, en zijn jullie rein geworden. Jullie moeten met mij verbonden blijven, en ik met jullie. Want alleen dan kunnen jullie op een goede manier leven. Net zoals er alleen druiven groeien aan takken die aan de stam vastzitten. Aan losse takken kunnen geen druiven groeien.
Ik ben de stam van de druivenplant en jullie zijn de takken. Als jullie met mij verbonden blijven en ik met jullie, dan zul je veel goeds kunnen doen. Maar zonder mij kun je niets. Als je niet met mij verbonden blijft, loopt het slecht met je af. Dan lijk je op een tak die van de stam af gehaald is. Zo’n tak verdort, en hij wordt opgeruimd en in het vuur gegooid.
Jullie moeten dus met mij verbonden blijven, en naar mijn woorden luisteren. Dan zal alles wat je vraagt, gebeuren. Jullie zullen dan, als leerlingen van mij, veel goede dingen doen. Zo maken jullie de hemelse macht van mijn Vader zichtbaar.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Op een dag zei Jezus aan zijn leerlingen:
'Ik ben de echte wijnstok en mijn Vader zorgt voor de wijngaard.
Als een van mijn ranken geen vrucht draagt, snoeit Hij die weg.
En als een rank wel vrucht draagt, snoeit Hij die bij,
zodat ze nog meer vruchten draagt.
Laten we met elkaar verbonden blijven.
Zoals een rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf,
maar alleen als ze verbonden blijft met de wijnstok,
zo kunnen ook jullie geen vrucht dragen
als je niet met Mij verbonden blijft.
Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken.
Alleen wie met Mij verbonden blijft - zoals Ik met hem -
draagt veel vruchten, want los van Mij kunnen jullie niets.
Wie niet met Mij verbonden blijft, wordt weggegooid als wijnranken:
ze verdorren, men haalt ze bijeen
en gooit ze in het vuur om ze te verbranden. (...)
Het doet mijn Vader goed te zien dat jullie veel vruchten dragen
en jullie tonen dat je mijn leerlingen bent.
Ik heb van jullie gehouden zoals de Vader van Mij heeft gehouden.
Blijf in die liefde met Mij verbonden.
Als je mijn opdracht ter harte neemt,
zul je in liefde met Mij verbonden blijven,
zoals ook Ik de opdracht van mijn Vader ter harte heb genomen
en met Hem in liefde verbonden blijf.
Dit alles zeg Ik zodat jullie kunnen delen in mijn blijdschap.
Zo wordt jullie blijdschap totaal.
Dit is mijn opdracht: hou van elkaar zoals Ik van jullie heb gehouden.
De grootste liefde die iemand zijn vrienden kan tonen,
is dat hij zijn leven voor hen geeft.
Jullie zijn mijn vrienden,
maar dan moeten jullie ook doen wat Ik jullie vraag.
Voor Mij zijn jullie geen dienaars:
een dienaar weet niet wat zijn meester doet.
Ik noem jullie vrienden,
want al wat Ik van de Vader heb vernomen,
heb Ik aan jullie meegedeeld.
Niet jullie hebben Mij uitgekozen. Nee, Ik heb jullie uitgekozen
en Ik heb jullie gevraagd eropuit te gaan en vrucht te dragen,
vruchten die blijvend zijn.
Wat je de Vader ook vraagt in mijn naam, Hij zal het je geven.
Dit is mijn opdracht voor jullie: Hou van elkaar.'
Stilstaan bij...
Waar / echt
Betekent in de Bijbel: waar je kunt op rekenen, wat je niet in de steek laat.
Bijvoorbeeld: Op een ware vriend kun je altijd rekenen.
Vader
Typische manier waarmee Jezus over God spreekt.
Ranken
Ranken zijn de stengels van de wijnstok. Hieraan groeien de bladeren, de bloemen en later de druiven. De stengels zijn meestal niet stevig genoeg om alleen overeind te staan.
Bij de tekst
Spreken met beelden
Wijnstok | Voor de profeten was de wijnstok het beeld van het volk van God. Johannes noemt Jezus de ware wijnstok. In Hem wordt de verbondenheid met God voluit beleefd. Die sterke relatie van Jezus met God, wordt doorgetrokken tot in de relatie die elke leerling met Jezus heeft. |
Wijngaardenier / wijnbouwer | Wie voor de wijngaard zorgt, was voor de profeten een beeld van God: zoals een wijngaardenier zorgt voor zijn wijngaard, zo zorgt God voor zijn volk. |
Ranken | Zoals de ranken maar vrucht kunnen dragen als ze met de wijnstok verbonden zijn, zo moeten de leerlingen van Jezus met Hem verbonden zijn om 'vrucht te kunnen dragen'. |
Dorre takken | Dit is het beeld voor de leerling die niet langer meer met Jezus verbonden leeft. |
Deze vergelijking van Jezus ...
... informeert over God en zijn Rijk
. Verbondenheid tussen Jezus en zijn volgelingen.
. Alleen in verbondenheid met Jezus is het leven van zijn volgelingen vruchtbaar.
... roept op tot de realisatie van dit Rijk.
Oproep om de verbondenheid onder elkaar en met God bewust te beleven.
Voorbeelden van vruchtbaar leven:
- daadwerkelijk bezorgd zijn voor wie 'klein' en 'zwak' is
- geweldloos opkomen voor een menswaardig leven
Onvruchtbaar leven is: prestatie-, consumptie-, machtsgericht leven.
Historische context
Johannes schreef voor christenen die het moeilijk hadden in een omgeving waarin de Romeinen hen steeds meer vijandig gezind werden en waarin ze ook niet meer naar de synagoge konden, omdat joden en christenen steeds verder van elkaar kwamen te staan.
Johannes zei hen dat ze niet alleen staan bij het gezond houden van de wijngaard. Als ze verbonden blijven in Jezus, de ware wijnstok, zal Hij werkzaam aanwezig zijn zodat ze 'blijvende' vruchten dragen.
Johannes 15 en 16
Beide hoofdstukken werden later toegevoegd, want ze behandelen hetzelfde als hoofdstuk 14, dat een afgerond hoofdstuk is. Bovendien sluit hoofdstuk 17 rechtstreeks aan bij het 14e.
Wortel in het Oude Testament
Het lied van de wijngaard (Jesaja 5, 1-7)
Ik wil zingen voor mijn dierbare vriend,
het lied van mijn dierbare vriend en zijn wijngaard.
Mijn vriend had een wijngaard op een vruchtbare helling.
Hij spitte hem om, verwijderde de stenen en beplantte hem met edelwingerd.
Hij bouwde er een wachttoren en kapte ook een wijnpers uit.
Nu verwachtte hij dat hij druiven zou dragen, maar hij bracht slechts wilde bessen voort.
Welnu, bewoners van Jeruzalem, mensen van Juda,
doe uitspraak tussen Mij en mijn wijngaard.
Wat kon Ik nog voor mijn wijngaard doen
dat Ik niet heb gedaan?
Waarom bracht hij slechts wilde bessen voort,
terwijl Ik verwachtte dat hij druiven zou dragen?
Welnu, Ik zal u vertellen wat Ik met mijn wijngaard ga doen.
Zijn omheining haal Ik weg, zodat hij kaal wordt gevreten;
zijn muren verniel Ik, zodat hij wordt vertrapt.
Een wildernis maak Ik ervan, hij wordt niet gesnoeid en niet gewied,
distels en doorns groeien er hoog, en de wolken verbied Ik om hem met regen te besproeien.
De wijngaard van de heer van de machten is het huis van Israël,
zijn bevoorrechte planten zijn de mensen van Juda.
Hij hoopte op recht, maar Hij zag onrecht,
Hij zag geen betrachting, maar verkrachting van recht.
(Deze Bijbeltekst is ontleend aan de Willibrordvertaling, © Katholieke Bijbelstichting, 's-Hertogenbosch, 1995)
Bijbel en kunst
Icoon
Merk op hoe de iconograaf de woorden van Jezus letterlijk voorstelt:
Jezus is voor de helft een wijnstok, zoals de apostelen voor de helft ranken zijn.
Heel opvallend is het open boek voor Jezus, alsof de iconograaf duidelijk wil maken dat Jezus doorheen dat boek te kennen is.
Suggestie
Neem verschillende draden wol (verschillend in kleur en in dikte). Maak er een dikke vlecht van.
De kinderen tekenen zichzelf op een rond stuk tekenpapier, en / of schrijven hun naam erop. Verbind elk van deze schijfjes met een aparte draad uit de vlecht.
Breng een afbeelding van Jezus aan op een muur. Onder deze afbeelding breng je de vlecht aan. Schik de verschillende schijfjes met de naam / tekening van de kinderen rond Jezus zoals op de icoon.
Mozaïek
Beeld van de Kerk van Christus (12e eeuw)
Centraal is de gekruisigde Christus te zien met Maria en Johannes.
Het kruis groeit als het ware uit een acanthusboom die bij de Grieken en de Romeinen het symbool was voor overvloed en nieuw leven. Ook de wijnstok groeit uit die boom. Al haar takken zijn verbonden met de wijnstok en tonen zo dat alle gelovigen met elkaar verbonden zijn in Jezus die leven geeft.
Onderaan de levensboom verwijzen vier rivieren naar de tuin van Eden. De herten doen denken aan psalm 42, 2: 'Zoals een hert verlangt naar stromend water, zo verlangt mijn ziel naar jou, o God.'
Onderaan stelt een fries met twaalf schapen de apostelen voor. Ze richten zich naar het schaap in het midden dat een nimbus (aureool) heeft en Jezus voorstelt als het Lam van God.
Suggesties
Kleine kinderen
DOEN
Collage
De kinderen tekenen elk een druif. Die druiven worden geschikt en gekleefd rond een foto van een wijnstok en ranken.
Grote kinderen
INFORMEREN
Over druiven en wijn
Doordat kinderen veraf staan van het leven van een wijnbouwer, is het nodig dat kinderen wat geïnformeerd worden over de stappen van druif tot wijn. Hierbij kunnen foto’s goed helpen.
Misschien kun je hiervoor het best beginnen bij eindproducten als wijn of ‘kinderwijn’ (druivensap). Beide producten zijn gemaakt van druiven. Druiven groeien aan de ranken van een wijnstok.
De ranken zou je kunnen vergelijken met de takken van een boom, maar ze lopen veel langer uit en blijven veel soepeler.
Op bezoek bij François
Bruikbaar fotomateriaal
François is een wijnbouwer in Frankrijk.
Hij vertelt:
Elke dag ga ik naar mijn wijngaard.
Ranken die geen druiven dragen, snijd ik af en werp ik weg.
Ze dienen nergens meer voor. Ze zullen verdrogen.
Maar ranken die groen zien en vruchtbaar zijn, snoei ik zodat ze meer vruchten kunnen dragen.
Dan krijgen de druiven meer sap en worden ze dikker en sappiger.
Om druiven te dragen moet elke rank met de wijnstok of met de stam verbonden blijven.
- Wie heeft al eens een druivenplant gezien?
- Kan iemand zo'n plant tekenen? (een druivenplant heeft een stevige houten hoofdstam met daaraan verschillende zijscheuten, ranken, die meestal horizontaal geleid worden. Aan die ranken groeien grote bladeren en komen de druiventrossen.)
Informeer verder: in de winter, na de druivenoogst, worden de zijscheuten ingekort tot vlak bij de wijnstok. Zijscheuten die geen of bijna geen vrucht dragen, worden weggeknipt.
SPREKEN MET BEELDEN
Opwarmer
Dat Jezus zich vergelijkt met een wijnstok kan vreemd in de oren klinken, maar kinderen kennen vanuit hun spel ook wel een uitspraak als: ‘ik ben een leeuw’ of hebben ook al eens horen zeggen ‘een boom van een vent’. Die personen zijn daarom geen leeuwen of geen bomen, maar die woorden zeggen wel iets over hun uiterlijk of wie ze zijn. (Vul deze ‘beelden’ verder aan met wat de kinderen zelf kennen)
Een goede barometer om te weten of kinderen dit spreken met ‘beelden’ aankunnen, is het moment waarop ze zelf moppen beginnen te vertellen
Beeldende taal
Jezus noemt zich de wijnstok. Laat de kinderen vertrouwd worden met deze manier van spreken:
- Wat is een wijnstok?
- Jezus zegt: ‘Ik ben de wijnstok.’
Is Jezus dan een wijnstok?
Nee, maar waarom zegt Jezus dat dan?
- Jezus vergelijkt zich met een wijnstok om iets duidelijk te maken.
Daarom gaan we op zoek naar wat een wijnstok betekent voor de wijnranken
- Als Jezus b.v. zegt: ‘ik ben de wijnstok’, dan zegt hij eigenlijk:
‘Zoals een wijnstok is voor de ranken, zo ben ik voor de mensen.’
De band tussen een wijnstok en zijn ranken toont volgens Jezus hoe Hij verbonden is met zijn volgelingen. Alleen als zijn volgelingen in verbondenheid leven met Jezus zal hun leven ‘vruchtbaar’ zijn.
Vruchtbaar leven is o.m.:
- daadwerkelijk bezorgd zijn voor kleinen en zwakken
- geweldloos opkomen voor een menswaardig leven
Onvruchtbaar leven is:
prestatie-, consumptie-, machtsgericht leven.
KENNISMAKEN MET DE TEKST UIT DE BIJBEL
'Ik ben de ware Wijnstok'
Vorige week hoorden we in de eucharistieviering
dat Jezus van zichzelf zei: 'Ik ben de goede Herder'.
Daarmee bedoelde hij:
'Zoals een herder zorgt voor zijn kudde schapen,
zo ben Ik voor jullie.'
Nu zegt Jezus van zichzelf: 'Ik ben de wijnstok.'
Hiermee wil hij niet zeggen dat hij ineens in een wijnstok veranderd is.
We dachten vorige week toch ook niet
dat Jezus in een herder veranderd was
omdat hij zei dat Hij een goede herder was.
Hij wou daarmee zeggen: Ik ben zoals een goede Herder
en nu wil Hij zeggen: Ik ben zoals een wijnstok.
Wijnstokken staan in een wijngaard.
De joodse mensen die leefden ten tijde van Jezus kenden wijngaarden,
maar ze wisten ook
dat de profeten hen met zo'n wijngaard vergeleken hadden.
De wijngaard was dus een beeld voor het volk.
De wijngaardenier, hij die voor de wijngaard zorgt,
was voor de profeten het beeld van God.
Zoals een wijngaardenier zorgt voor zijn wijngaard,
zo zorgt God voor zijn volk.
Een wijngaardenier snoeit de wijnstokken zodat ze nog meer vruchten dragen
en bindt de jonge twijgen op
zodat de druiven niet op de grond hangen als ze bloeien.
Zo zorgt hij ervoor dat zijn wijngaard goede vruchten kan dragen.
En zo zorgt God ook voor zijn volk.
De goede vruchten van het werk van God
kun je zien aan de levenswijze van de mensen.
Maar, zeggen de profeten, dat effect is zielig:
de wijngaard, en daarmee bedoelden ze het volk,
lag er maar triestig bij.
In plaats van zoete vruchten,
bracht de wijngaard zure vruchten voort:
mensen zijn soms helemaal niet lief voor elkaar.
De profeten wilden hiermee zeggen dat,
hoewel God bekommerd is voor zijn mensen,
de mensen zich daar niet erg veel van aantrokken.
Nu zegt Jezus: 'Ik ben de ware wijnstok'.
En de mensen begrepen wat Hij zei:
Hij is iemand die beantwoordt aan wat God verwacht en wil.
En als Jezus dan verder zegt: 'Jullie zijn de ranken.'
dan begrepen de mensen dat ook:
zij kunnen pas echt van hun leven iets maken dat de moeite waard is,
als zij leven in verbondenheid met Jezus en met God.
Als die verbondenheid er is,
zullen ze goede vruchten dragen:
dan wordt niemand nog uitgesloten,
dan kan iedereen zich ontplooien volgens zijn mogelijkheden,
dan zet men zich in voor het geluk van de ander.
EVEN TESTEN
Ken je de parabel?
Wie is in de parabel de wijngaardenier?
O Jozef
O De buurman van Jezus
O God
Wie is in de parabel de wijnstok?
O Jezus
O Johannes
O Ieder mens
Wat zijn in de parabel de vruchten?
O het fruit dat in vruchtensap wordt verwerkt
O de goede daden van de mensen
O het geld dat mensen verdienen door te werken
Wie zijn in de parabel de ranken?
O De mensen van Jeruzalem
O De Romeinen
O De leerlingen van Jezus
Wat wil Jezus duidelijk maken met het verhaal van de wijnstok?
O Zijn Vader werkt graag in de tuin
O Wie verbonden leeft met Jezus, wordt een goed mens voor andere mensen
O Dat de mensen meer van de natuur moeten houden
Correctiesleutel
Wie is de wijngaardenier? God
Wie is de wijnstok? Jezus
Wat zijn de vruchten? De goede daden van de mensen
Wie zijn de ranken? De leerlingen van Jezus
Wat wil Jezus duidelijk maken? Wie verbonden leeft met Jezus, wordt een goed mens voor anderen
Spelen met woorden
Doorstreep het woord dat niet past in de reeks
wijnstok, brood, rank, druif
Jezus, wijn, leerlingen, auto
droogte, liefde, vruchten, verbondenheid
Correctiesleutel
brood, auto, droogte
Doorstreep de foute woorden
Jezus zat met zijn leraars / zijn vrienden aan tafel.
Jezus zegt: 'Ik ben de wijnstok / de druif.
Mijn Vader / mijn broer is de wijnbouwer.
De visser / de wijnbouwer snijdt de ranken weg die geen vruchten dragen.
Ranken die met / niet met de wijnstok verbonden zijn, dragen veel vruchten.
Jezus vraagt aan de mensen van Jeruzalem / zijn vrienden dat ze met Hem verbonden zijn.
Correctiesleutel
Jezus zat met zijn vrienden aan tafel.
Jezus zegt: ‘Ik ben de wijnstok.
Mijn Vader is de wijnbouwer.
De wijnbouwer snijdt de ranken weg die geen vruchten dragen.
Ranken die met de wijnstok verbonden zijn, dragen veel vruchten.
Jezus vraagt aan zijn vrienden dat ze met Hem verbonden zijn.
BELEVEN
De vruchten van de wijnstok
Gebruik dit werkblad of laat je erdoor inspireren.
Deze wijnstok heeft verschillende vruchten. Een aantal ervan zou God, als wijngaardenier, afknippen.
De kinderen doorstrepen deze druiven met een zwart potlood.
Ze proberen in eigen woorden te zeggen waarom dit geen goede vruchten zijn.
Bij de goede vruchten zoeken ze naar een voorbeeld uit hun eigen leven,
en een voorbeeld dat ze bij anderen kunnen zien.
ZINGEN / BELUISTEREN
De Ware Wijnstok
Tekst & Muziek: Elly & Rikkert Zuiderveld
Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij
Want wie in Mij wil leven
Die zal Ik leven geven
Blijf in Mijn liefde
Blijf in Mij
Elke rank die zonder vrucht blijft
neemt Hij weg
Elke rank die vrucht draagt
Die snoeit Hij zodat ze bloeien kan
Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij
O Heer Jezus leer mij te blijven in U
Ook als U gaat snoeien
Ik weet dat het Uw liefde is
Jezus leer mij te groeien in U
Laat mij bloeien
Met alle levenskracht die in U is
Van U is de macht
Van U is de glorie
Van U is de heerlijkheid
Ik ben de ware wijnstok
Mijn Vader is de landman
Jullie zijn de ranken
Dus blijf in Mij
Want wie in Mij wil leven
Die zal Ik leven geven
Blijf in mijn liefde
Blijf in mij
DOEN
Voorwerpen die verbondenheid tonen
Vriendschapsbandje
Vroeger werden zo'n bandjes gemaakt door de Indianen. Ze hadden er veel soorten om iets duidelijk te maken. Bijvoorbeeld: ze hadden een paard gevangen of ze hielden van iemand, of ze waren familie van elkaar, of...
Materiaal
Gekleurde draadjes (bv. borduurgaren), schaar
Schrijfplankje met klem of houten plank met stevige nagel
Verloop
Knip 4 draden van 80 cm en maak ze aan elkaar vast met een knoop. Bevestig ze op een schrijfplank met klem of hang ze goed vast aan de plank met nagel. Leg de draden mooi naast mekaar. Belangrijk: knoop steeds van links naar rechts en maak altijd twee knopen.
Begin met de draad die uiterst links ligt, knoop die tweemaal aan de draad die er rechts van ligt. Knoop daarna tweemaal de vroeger uiterst linkse draad met het volgende draad en knoop daarna tweemaal knopen met de laatste draad. Nu ligt het begindraad rechts.
Neem de draad die nu uiterst links ligt. Knoop die tweemaal met draad rechts ervan, daarna tweemaal met de draad rechts, en dan weer tweemaal met de laatste draad.
Herhaal dit tot je bandje lang genoeg is.
Klik http://www.youtube.com/watch?v=CHeWPmAlAD0&feature=player_embedded" class="wiki wikinew text-danger tips">hier om te zien hoe dat in zijn werk gaat.
Variatie
V-patroon:
Gebruik 8 draden (2 x 4 kleuren). Je knoopt per draad 4x van links naar rechts en dan 4 x van rechts naar links.
TIPS
. Gebruik minstens twee verschillende kleuren als je zo'n bandje maakt.
. Laat elk kind twee gelijke vriendschapsbandjes. Eén geven ze aan hun vriendje, de andere dragen ze zelf.
Bloemenkrans
Het eiland Tahiti is beroemd om zijn schoonheid en de kleurenpracht van zijn bloemen. Wie aankomt in Tahiti, krijgt een bloemenkrans om zijn hals als teken van welkom. Zo'n bloemenkrans wordt ook uitgewisseld tussen vrienden of bij een samenkomst.
Materiaal
Stevige draad van 90cm lang, naald, gekleurde rietjes, gekleurd tekenpapier, wat licht karton, potlood, schaar, passer.
Verloop
Maak eerst de onderdelen voor de krans klaar:
- knip de rietjes in stukjes van ongeveer 3 cm. Zorg voor een twintigtal stukjes.
- teken een eenvoudige bloem (met vier hoekpunten) binnen een cirkel van ongeveer 6 cm diameter op een stukje karton. Open de passer dan tot 4,5 cm en trek een boog vanuit een willekeurig punt op de omtrek. Trek dan een boog vanuit het punt dat recht tegenover het eerste punt stond. Teken daarna nog twee bogen vanuit het snijpunt van de twee vorige bogen. Zo bekom je een bloem met vier punten. Knip de bloem uit en gebruik ze als model. Leg het model op gekleurd papier en teken de vorm over met een potlood. Doe dat een veertig tal keer. Knip de bloemen uit.
Maak dan de krans:
Neem de draad met de naald. Rijd om beurten een rietje en twee bloemen. Als de slinger zo'n 57 cm lang is, knoop je de uiteinden aan elkaar. Krul de bloemblaadjes lichtjes naar het rietje toe.
TIP
Maak vooraf enkele modellen van bloemen, zodat de kinderen al hun tijd kunnen steken in het maken van de bloemenkrans.
BIDDEN / MEDITEREN
Een onafgewerkt gebed vervolledigen
Lieve Jezus,
Jij bent de wijnstok.
God, onze Vader,
is de wijnbouwer.
Ik ben de rank.
Ik wil met Jou
verbonden blijven.
Jij houdt van mij
en ik houd van Jou.
Jij ..................
en ik ...........................
Overwegingen
Rob Moens o.p.
Verbonden met Jezus
(R. MOENS in: www.preekvandeweek.be)
Als je aan sommige christenen vraagt waarom ze christen zijn, dan is het antwoord meestal: 'Omdat wij willen leven volgens de christelijke waarden en normen.' Ze zeggen niets over een verbondenheid met de persoon van Jezus. Ze spreken niet over een geloof in de gekruisigde en verrezen Jezus van Nazaret. Voor hen is Jezus, zoals voor veel mensen, een historische, interessante randfiguur zoals Gandhi of pater Damiaan of moeder Teresa of op vandaag San Suu Kyi van Myanmar. Maar voor wie bewust kiest om te behoren tot de kring van vertrouwelingen, van leerlingen van Jezus, is Jezus niet zomaar een randfiguur maar het centrum van hun leven. De verbondenheid van wijnstok en ranken, de band tussen Jezus en de leerling, de volgeling, de christengelovige, is zoals de meest intieme relatie die een mens met een ander kan hebben: ze eist je volledig op, ze vervult je helemaal.
Agnes Lameire
Ik ben de wijnstok (2018)
Jezus heeft het over de wijnstok en de ranken die een rijke oogst aan vruchten opleveren. Hij tekent zijn Vader als de wijnbouwer die er liefdevol op toeziet dat er geen wilde ranken tussen de vruchtbare zouden nestelen. Elke rank die geen vrucht draagt, snijdt Hij af; de andere zuivert Hij zodat die nog meer vruchten zouden dragen en voor een rijke oogt kunnen zorgen.
'Ik ben de wijnstok,' zegt Jezus, 'en jullie zijn de ranken.'
‘Ik ben’ is een typische uitdrukking van Jezus bij de evangelist Johannes. Zo schreef hij ook over: ‘Ik ben het licht’, ‘Ik ben het levend water’, ‘Ik ben het brood dat leven geeft ‘, ‘Ik ben de goede herder’
Stuk voor stuk ‘woorden’ die duidelijk maken dat, wie met Jezus verbonden leeft, niet aan de dood zal worden prijsgegeven.
Bijbeldeskundigen menen dat Johannes het stukje over de wijnstok heeft toegevoegd een tijd nadat Hij zijn evangelie geschreven had. Waren er gedoopten die hadden afgehaakt? Verbeelden zij misschien de afgescheurde ranken die geen vrucht meer dragen?
Zelf leefde Jezus intiem verenigd met God, de Vader die Hij Abba noemde. De vrucht van die eenheid was een mateloze liefde voor elke mens.
Laat dit vandaag een oproep zijn om, als ranken aan de wijnstok met Jezus verbonden, vruchten te dragen. Om christenen te zijn met een open oog en een warme hand voor wie het koud heeft, hopeloos is en eenzaam doorheen de dagen gaat.
Paul Kevers
De ware wijnstok
(P. KEVERS in Samuel, uitgeverij Averbode, 2003 nr 8, p. 12)
De mensen die de Bijbel geschreven hebben, gebruikten graag beelden. Zo vergeleken zij het volk Israël bijvoorbeeld met een wijngaard. De profeet Jesaja stelt God voor als een wijnbouwer, die heel goed zorg draagt voor zijn wijngaard. Maar Hij wordt teleurgesteld: de wijnstokken brengen geen goede druiven voort, alleen maar wilde, zure bessen ... (Jesaja 5, 1-7). En de dichter van psalm 80 klaagt dat Gods wijngaard door wilde dieren verwoest is.
Hij bedoelt daarmee dat het volk Israël aangevallen werd en in ballingschap is weggevoerd. En hij smeekt: 'God, zoek uw wijnstok weer op, en koester het stekje dat Gij toch met uw eigen handen geplant hebt(' (Psalm 80, 16) Jezus heeft dat beeld van de wijnstok verder uitgewerkt. In het Johannesevangelie zegt Hij kort voor zijn dood tegen zijn leerlingen: 'Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de wijngaardenier... Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Alleen als jullie met Mij verbonden blijven, kunnen jullie rijke vruchten dragen' (Johannes 15, 1-8). De evangelist zegt hier twee dingen. Ten eerste iets over Jezus: Hij is 'de ware wijnstok'. Dat wil zeggen: Jezus is dé waarachtige mens volgens Gods bedoeling. En ten tweede iets over Jezus' leerlingen, over ons dus. Wij zijn de ranken, die met Jezus verbonden moeten blijven om vruchten te kunnen dragen. Zoals Jezus verbonden was met de Vader, zo zouden ook wij verbonden moeten zijn met Jezus.
Frans Mistiaen sj
Ranken die vruchten voortbrengen
(naar een idee van abt André LOUF)
Aan elke wijnrank is er een punt
dat heel kwetsbaar is, maar levensbelangrijk.
Het is het punt waar de rank aan de wijnstok ontspringt.
Daar breekt een rank het vlugst af en dan is zij verloren.
In elk van ons is er zo'n verborgen punt
waar het levenssap van God langs komt:
het is ons vriendschap met Jezus.
Onze innige verbondenheid met de verrezen Heer
is een uiterst delicaat en kwetsbaar punt van ons geloof,
want het wordt dikwijls aangevochten, belaagd en bedreigd,
maar het is van levensbelang.
Onze persoonlijke vriendschap met de levende Heer Jezus is broos,
maar juist de bron van zoveel kracht, edelmoedigheid en goede daden.
Wel is er geen groei zonder snoei.
God de Wijngaardenier wil ons geen pijn doen.
Hij wil ons wel laten groeien en vruchten laten dragen.
Wij hebben regelmatig het gevoel dat God
al de overtollige uitgroei afsnijdt,
want dat eist het sap van de wijnstok nutteloos op voor zichzelf.
Die snoei doet pijn,
maar het is een onvermijdelijke en louterende groeipijn.
Het is goed dat wij ons laten zuiveren door Jezus' woord.
Het beluisteren van het evangelie
nodigt ons regelmatig opnieuw uit ons te ontdoen
van allerlei uitwassen van liefdeloosheid.
Vóór wij het goed beseffen woekert de zelfzucht immers
als wildgroei in ons hart.
Als wij in Jezus' vriendschap willen blijven,
dan zullen wij eigenlijk een gestadig gevecht leveren
tegen onze eigen zelfzucht
die de gezonde vruchten dreigt te verstikken.
Een zin uit het evangelie, een verhaal of een beeld,
kan ons wakker schudden, ons weer bewust maken en doen inzien,
op welk domein wij de laatste tijd liefdeloos waren,
voor welke mensen wij de laatste dagen
teveel ons hart hebben gesloten.
Het evangelie is een krachtig snoeimes,
pijnlijk soms, maar eigenlijk heilzaam.
De rank is eigenlijk diep dankbaar
tegenover de Wijngaardenier, die deskundig snoeit.
Onze vriendschap met Jezus is nog om een andere reden
ons delicaat, kwetsbaar levenspunt.
Jezus is namelijk geen gemakkelijke vriend,
want Hij vraagt heel wat van ons.
Hij nodigt ons uit dingen te doen
die niet zo in de lijn liggen
van onze spontane, natuurlijke neigingen.
Hij vraagt ons dienstbaar te zijn voor kleinen en zwakken,
onszelf te breken, te delen en te geven.
Hij wil dat wij geperste druif worden,
zodat ons sap anderen voedt, leven biedt
en zelfs de vreugde van het feest gunt.
Jezus nodigt ons uit tot zelfgave
opdat anderen zouden leven.
Wij blijven Jezus' leerlingen,
meer nog, wij worden Jezus’ vrienden,
door rijke vruchten te dragen
van dienstbaarheid, gerechtigheid, liefde en vrede.
Waar kunnen wij daartoe de kracht vinden?
In de Eucharistie.
Eucharistie vieren is weer gaan putten
aan de bron van ons geloof,
het levenssap van ons christen-zijn weer uit de wortel laten opstijgen
en weer in ons krachtig laten stromen.
Een Eucharistie beleven, mééleven, betekent:
opnieuw doordrongen worden
van de kracht die Jezus ons voorleefde:
alleen doorheen het geven van zichzelf,
als gebroken brood en weggeschonken wijn,
wordt rijke, vruchtbare liefde geboren.
Marc Galant, trappist (Orval)
De ware wijnstok
Jezus gaat verder met zijn leerlingen in zijn betoog over hun onderlinge relaties. Dat hoeft ons niet te verwonderen. Omdat God Liefde is, is Hij puur relatie: hij is tegelijk gave en onthaal. De oneindige gave van de liefde is slechts mogelijk als er een oneindig onthaal is voor die gave. De Gave (de “Vader”) laat aan het onthaal toe onthaal te zijn, terwijl het onthaal (de ”Zoon”) de gave toelaat zich te geven en dus gave te zijn. God is wederkerigheid van gave en onthaal. Maar omdat God puur liefde is, is Hij puur relatie, wat betekent dat er in Hem geen polen zijn. Hij is louter beweging van de liefde die zich geeft aan het onthaal en louter beweging van de liefde die onthaal biedt aan de gave. En dat in een geest van wederkerigheid. Eén en dezelfde liefde wordt gegeven en onthaald: God is liefdestempeest, dynamische eenheid die kolkt in dit relatie-verkeer die zijn Geest is.
Om zijn leerlingen te laten verstaan dat ook zij opgenomen worden in deze vitale relatie, gebruikt Jezus een suggestief beeld om deze communicatie uit te drukken. Hij vergelijkt zijn Vader met de Wijnbouwer. Zelf is hij dan de wijnstok die zijn leven geeft aan de ranken, zijn leerlingen. Het beeld krijgt een prangend karakter, omdat de profeten het reeds gebruikt hadden om de verhoudingen uit te drukken tussen God en zijn volk Israël (Hosea 10, 1; Jesaja 5, 1-7; Jeremia 2,21; 6, 9; 8, 13; Ezechiël 15, 1-6; 17, 6-10; 19, 10-12; Psalm 79/80, 9-16).
Het was niet altijd tot lof van Israël, die veeleer een wijnstok was die wildscheuten gaf. Jezus suggereert dat Hij de taak van de oude wijnstok overneemt, om zijn Vader nu goede wijn te schenken, in een nieuwe hernieuwde relatie.
De trouw die God vruchteloos van Israël had verwacht, zal Hij eindelijk vinden in Jezus, de ware wijnstok. Zo zal er een nieuw Verbond geworden. Het eeuwig onthaal dat de Zoon van alle eeuwigheid aan zijn Vader biedt, kan zich nu in menselijke termen uitdrukken. Jezus’ trouw, die zich vertaalt in de gehoorzaamheid tot het kruis, is de trouw van de eeuwige Zoon die zich nu vertaalt in mensentermen, en uitdrukt in mensenleven.
De Wijnstok van het Nieuwe Verbond zal rijke vrucht dragen, een vrucht van liefde. Jezus zet er het dynamisme van uiteen: “Zoals de Vader mij heeft bemind, zo heb ik ook u bemind”. Vanuit de wijnstok, die Jezus is, stroomt de liefde van de Vader over in de ranken die met hem in liefde verenigd zijn. Op hun beurt beminnen zij elkaar, zoals Jezus hen heeft bemind.
Maar om vrucht te dragen moeten de ranken verenigd blijven met de wijnstok. “Blijf in Mij”, zegt Jezus, want “buiten Mij kunt ge niets”.
Jezus vraagt in Hem te blijven. Hoe kunnen we in Hem blijven? “Jezus vertelde een parabel dat men zonder ophouden moet bidden, zonder zich te laten ontmoedigen” (Lucas 18, 1). Paulus herneemt Jezus’ aanmoediging: “De Geest geve u te bidden en te smeken in elke omstandigheid" (Efesiërs 6, 18, vgl. 1Thessalonicenzen 5, 17), “Wees trouw aan het gebed, mag het u waakzaam houden in de dankzegging" (Kolossenzen 4, 2).
Dat betekent niet dat men onophoudelijk tot God moet spreken! Het onophoudelijk gebed is geen kwestie van verstand maar van hart. Een hart dat luistert, dat gezelschap houdt. Want God spreekt altijd: door de zon en de bloemen, door de glimlach van een voorbijganger, alles kan ons zijn genegenheid zeggen als we maar aandachtig zijn. Door de mensen rondom ons kan hij ons onvoorzien zijn woord mededelen. Blijven in de liefde is leven in zijn intimiteit, de verloren ogenblikken gebruiken bij het staan in een wachtrij, het vastzitten in een file. De Heer is er mij altijd aanwezig. Ik besta omdat Hij aan mij denkt.
Deze levendigheid van het hart veronderstelt dat we regelmatig tijd nemen voor expliciet gebed, tijd waar we bestaan voor God alleen. De eerste christenen bouwden een regelmaat van drie of vijf gebedstijden per das in hun leven en meestal nog één ’s nachts, en dat in een constante traditie. De Didachè, rond 150, en in het midden der derde eeuw zullen zowel Clemens van Alexandrië, als Tertullianus, Cyprianus, en Origenes steeds hetzelfde herhalen. Dat gebedsritme onderhoudt het godsverlangen. En besluit Augustinus:
“Je verlangen is je gebed. Als het verlangen duurt, dan duurt je gebed. Het is niets voor niets dat de Apostel gezegd heeft: Bidt zonder ophouden. Zegt hij dat opdat we zonder ophouden zouden knielen, ons neerbuigen of de handen ten hemel verheffen? Moest dat ons gebed zijn, dan denk ik niet dat we het onophoudelijk kunnen doen.
Er is echter een ander gebed, dat innerlijk, dat onophoudelijk is: het is het verlangen. Als je met gelijk wat bezig bent, en je wenst er met God te zijn, dan houd je niet op te bidden. Wil je dus niet wil ophouden met bidden, houd dan niet op te verlangen. Zolang je verlangen duurt, zolang duurt je gebed. Je gebed zal maar zwijgen als je ophoudt lief te hebben”. (Enarat in Psalm 37).
'Blijf in Mij'
In een eerste afscheidsrede (Johannes 13, 33-14, 31), had Jezus het probleem van zijn heengaan aangeroerd, maar tevens ook de rijkdom geschetst van de tijd na Pasen. De laatste woorden ervan: “Staat op, laat ons van hier gaan” (Johannes 14,31), situeren deze rede in het Cenakel, de laatste avond van Jezus met zijn leerlingen.
In de tekst die we vandaag lezen, begint Jezus zijn tweede afscheidsrede met “Ik ben”. Hij spreekt er zich nauwgezet uit over de kwaliteit van de relatie die Hij, eens bij zijn Vader verheven, met zijn leerlingen zal hebben na Pasen. Hij richt zich dus ook rechtstreeks tot ons.
Wat Hij nu voor ons betekent, zegt Jezus ons met het beeld van de wijnstok. In het Oude Verbond benoemt de wijnstok het uitverkoren volk, een wijnstok die echter veeleer wrang sap heeft opgebracht dan wijn : “Israël is de wijngaard van de Heer van de hemelse machten, de uitgelezen aanplant zijn de inwoners van Juda. Hij verwachtte recht, maar oogstte onrecht, hij zocht rechtsbetrachting, maar vond rechtsverkrachting (Jesaja 5, 1-7. vgl. Hosea 10, 1; Jeremia 2, 21; Ezechiël 15, 1-6; 17, 5-10; 19, 10-14; Psalm 80, 9-17).
De uitdrukking ‘ware wijnstok’, ontleent Jezus aan Jeremia die ze toepast op Israël, door God uitverkoren: “Ik had u geplant als een ware wijnstok” (Jeremia 2, 21). In Jezus wordt de voorafbeelding werkelijkheid. “Ik ben de Wijnstok, de ware”, tweemaal herhaald (v. 1 en 5), betekent dat Jezus aanspraak maakt op deze titel, als uitvoerder zowel als bemiddelaar van het Verbond dat voorgoed afgesloten wordt. Voortaan kan de liefde van de Vader voor de Zoon zich vrij ontplooien in gans de mensheid, om van ons een gemeenschap te maken van broeders en zusters.
De profeten hadden het beeld van de wijnstok gekozen om de intimiteit uit te drukken die God met zijn volk wilde ontwikkelen. Jezus gebruikt deze allegorie om te onderlijnen dat de levensgemeenschap met God voortaan door Hem geschiedt: Hij is immers de ware wijnstok waar het Boek Ecclesiasticus (Wijsheid van Jezus Sirach) het over heeft:
“Als een wijnstok kreeg ik mooie loten
en mijn bloesems werden prachtige, volle vruchten.
Kom bij mij, jij die naar mij verlangt,
en eet van mijn vruchten,
want het denken aan mij is zoeter dan honing
en mij bezitten is zoeter dan een honingraat” (Jezus Sirach 24,17-20).
Dat betekent dat de communicatie tussen Christus en ons geschiedt in een vitale en duurzame relatie, zoals deze die de ranken verbindt met de wijnstok. Die relatie wordt belicht uit twee verschillende hoeken die, op eerste zicht, tegenstrijdig schijnen te zijn: de rank kan niet aan de wijnstok blijven als hij geen vrucht draagt (v. 2), maar tevens kan hij geen vrucht dragen als hij niet aan de rank blijft (v. 4). De opbouw van dat beeld schept een perfecte wederkerigheid tussen ‘vrucht dragen’ en ‘blijven aan de wijnstok’, en tussen Jezus en ons.
De trouw die God van Israël verwachtte, vindt Hij uiteindelijk in Jezus, de ware wijnstok. Een nieuw Verbond komt tot stand, want de trouw van Jezus, die zich uitdrukt in een gehoorzaamheid tot het kruis, kwam niet tot stand door menselijke vermogens. Zij is de trouw van de eeuwige Zoon die zich op menselijke maat uitdrukt in het leven van Jezus.
De wijnstok van het Nieuwe Verbond brengt een volle vrucht voort, die niets anders is dan de liefde die van de Vader overvloeit op de Zoon, en van de Zoon op ons. Vers 9 maakt het duidelijk: “Zoals de Vader Mij bemind heeft, zo heb Ik ook u bemind; blijft in mijn liefde”. Het gaat hier om een liefde die ‘gezuiverd’ is (v. 3), want haar egoïsme werd weggesnoeid om zich te enten op Jezus’ liefde. Zijn liefde is dan ook de enige liefde die kan gedijen, en zonder dewelke wij niets vermogen (v. 5), terwijl alles mogelijk wordt als wij in Jezus blijven (v. 7).
Het gaat hier immers om een liefde waarin wij blijven. In de liefde verblijft de een in de andere. Om ons aan te zetten vrucht te dragen gebruikt Jezus de uitdrukking: “blijf in Mij”. Het werkwoord ‘blijven’ dat hier opkomt, en dat tot elf maal herhaald wordtn, is rijk aan betekenis. Het betekent dat ‘vrucht dragen’ geschiedt in de mate dat wij trouw blijven aan de relatie die Christus met ons uitgebouwd heeft door de gave van zijn woord. Ons wordt niet gevraagd een doel te bereiken, maar om te ‘blijven’, om trouw die liefdesrelatie te beleven in het ‘nu’ van het geloof. Onze trouw aan Jezus is onafscheidelijk van zijn trouw aan ons. In Hem blijven, zoals Hij in ons, is veel vrucht dragen (v. 5).
En zo is de levenskracht die vloeit tussen de wijnstok en de ranken niets anders dan de liefde van God. De vrucht van onze gemeenschap met Jezus zijn niet wat wij voelen, niet wat wij denken, maar wat wij doen in onze werken waar de Agapè zich uitdrukt, de Liefde die van God komt.