Inhoudstabel
…page…
Jeremia 11, 18-20: Men wil de boom vellen
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1243-1244)
De mannen van Anatot maakten een plan om mij te doden. Ze zeiden tegen elkaar: ‘Laten we Jeremia doden. Laten we zorgen dat hij helemaal verdwijnt, en dat zijn naam nooit meer genoemd wordt!’
Ik wist van niets. Zoals een schaap niet weet dat het geslacht gaat worden, zo wist ik niet dat ik in gevaar was. Maar de Heer vertelde mij over de plannen van die mannen. Toen zei ik tegen de machtige Heer: ‘Heer, u bent een eerlijke rechter, en u kent alle mensen. U weet dat die mannen mij kwaad willen doen. Laat mij zien dat u hen straft!’
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Toen God me waarschuwde, kreeg ik het pas door.
God, Je hebt me inderdaad hun plannen laten zien.
Ik was argeloos als een lam dat naar de slachtbank wordt geleid.
ik vermoedde niet welke plannen ze tegen me beraamden:
`We vellen de boom in zijn volle kracht.
We bannen hem uit het land van de levenden,
zodat zijn naam nooit meer genoemd wordt.'
‘God van de hemelse machten,
jouw oordeel is rechtvaardig,
Jij doorgrondt hart en nieren.
Laat me zien, hoe Je hen straft,
want ik heb mijn zaak in je handen gelegd.’
Bij de tekst
Spreken met beelden
‘Als een argeloos lam dat naar de slachtbank wordt geleid.’
‘Als een boom in volle groei geveld zal worden.’
Hiermee wordt Jeremia bedoeld.
Toch bleef hij vertrouwen op God, die het recht zal herstellen.
Historische context
Het optreden van Jeremia, zijn kritiek op de tempel en de cultus, creëerden zoveel woede en verontwaardiging dat de bevolking van Anatot, de plaats waar Jeremia geboren werd, plannen maakte om hem te doden.
Liturgie
Deze tekst werd opgenomen in de lezingen van de veertigdagentijd, omdat die door christenen ervaren werd als het beeld van de lijdende Messias.