Loading...
 

Matteüs 26, 14-25

Matteüs 26, 14-25: Judas verraadt Jezus

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1569- 1570)

Eén van de twaalf leerlingen ging naar de priesters toe. Het was Judas Iskariot. Hij zei: ‘Ik kan jullie helpen om Jezus gevangen te nemen. Wat krijg ik daarvoor?’ De priesters gaven hem 30 zilveren munten.
Vanaf dat moment dacht Judas erover na hoe Jezus gevangengenomen kon worden.

Het was de eerste dag van het Joodse Paasfeest. De leerlingen kwamen bij Jezus en vroegen: ‘Waar zullen we de paasmaaltijd voor u gaan klaarmaken?’
Jezus noemde de naam van iemand in Jeruzalem. De leerlingen moesten naar hem toe gaan en tegen hem zeggen: ‘Onze meester zegt dat het einde van zijn leven dichtbij gekomen is. Hij wil in uw huis de paasmaaltijd eten met zijn leerlingen.’
De leerlingen deden wat Jezus tegen hen gezegd had, en ze maakten de paasmaaltijd klaar.

’s Avonds gingen Jezus en de twaalf leerlingen samen eten. Onder het eten zei Jezus: ‘Luister goed naar mijn woorden: Eén van jullie zal mij uitleveren.’ De leerlingen werden heel verdrietig en ze vroegen allemaal aan Jezus: ‘Ben ik het? Nee toch, Heer!’
Jezus antwoordde: ‘Eén van jullie nam net iets uit de schaal, tegelijk met mij. Dat is de man die mij zal uitleveren. De Mensenzoon zal sterven. Dat wordt al verteld in de heilige boeken. Maar wat een ramp zal dat zijn voor de man die mij uitlevert! Die man had beter niet geboren kunnen worden.’
Judas, de man die Jezus ging uitleveren, zei: ‘Ben ik het, meester? Nee toch!’ Jezus zei tegen hem: ‘Je zegt het zelf.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C Leterme)

Op een dag ging Judas Iskariot, een van de twaalf apostelen,
naar de hogepriesters.
'Wat krijg ik van jullie als ik Jezus aan jullie uitlever? vroeg hij.
'Dertig zilverstukken', zei de hogepriester.
Vanaf dat ogenblik zocht Judas een geschikt moment
om Jezus te laten arresteren.

Op de eerste dag van het ongedesemde brood
kwamen de leerlingen bij Jezus.
'Waar wil Je dat wij het paasmaal voor Je klaarmaken?' vroegen ze.
Jezus zei: 'Ga naar de stad en zeg aan de man die jullie kennen:
de Meester laat weten: ‘Mijn uur is nabij.
Ik wil bij jou het paasmaal houden met mijn leerlingen.’
De leerlingen deden wat Jezus vroeg en zorgden voor het paasmaal.

’s Avonds lag Jezus met zijn vrienden aan tafel.
Terwijl ze aten zei Jezus: 'Een van jullie zal Me verraden'.
Toen zijn vrienden dit hoorden, werden ze bedroefd.
Ze vroegen: 'Ik ben het toch niet, Heer?'
Jezus zei: 'Wie met Mij zijn hand brood in de schaal doopt,
die zal Me uitleveren.
De Mensenzoon zal heengaan zoals over Hem geschreven staat,
maar wee de mens door wie de Mensenzoon wordt uitgeleverd:
het zou beter zijn voor hem als hij nooit geboren was.’
Toen vroeg Judas: 'Ik ben het toch niet, rabbi?'
En Jezus zei: 'Je hebt het gezegd'.



Stilstaan bij ...

Judas Iskariot
Er waren twee vrienden van Jezus die Judas heetten: Judas die ook Taddeüs genoemd werd, en Judas Iskariot (= iemand uit Keriot / Kariot, een stad in Judea).
Wellicht wilde Judas Iskariot Jezus overleveren aan de hogepriesters, omdat hij teleurgesteld was in Jezus. Want Jezus riep niet op tot een strijd tegen de Romeinen, zoals de meeste joden dat van de Messias verwachtten.

Hogepriesters
Een hogepriester stond aan het hoofd van de priesters en de levieten, de tempeldienaren. Hij was ook de voorzitter van het Sanhedrin, de Grote Raad.
Van 18-36 na Christus was Kajafas hogepriester in Jeruzalem. Hij was de schoonzoon van Annas, die hogepriester was van 5-15 na Christus. Annas was een hogepriester met veel invloed en gezag, ook na zijn ambtstermijn. Dit is wellicht de reden waarom in het evangelie sprake is van hogepriesters.

Dertig zilverlingen
Geldstukken die ongeveer vier denariën waard waren. Dit was de prijs van een slaaf of een slavin. Een prijs die al vermeld staat in het boek Exodus: ‘Stoot de stier een slaaf of een slavin, dan moet de eigenaar aan de meester dertig zilveren sikkels betalen en moet de stier gestenigd worden.’ (Exodus 21, 32). Ten tijde van Jezus was dit een klein bedrag.

Dag van het ongedesemde brood
Hiermee wordt het joodse paasfeest bedoeld. Op die dag werd ongedesemd brood gegeten, brood zonder desem, brood dat niet gerezen is. De joden eten op die dag zo’n brood, omdat dit herinnert aan de haastige vlucht uit Egypte.
(Desem: is een deel van het oude deeg dat men heeft laten gisten. Het werkt in deeg zoals gist.)

Paasmaal
Dit is een maaltijd die de joden elk jaar met Pesach gebruiken en die helemaal gekleurd is door de herinnering aan de tijd die zij als slaven doorbrachten in Egypte en de Uittocht uit dat land.

Brood
Met het joodse paasfeest werden matses gegeten, ongedesemd broden. Toen Jezus dit feest voor het laatst vierde, gaf Hij aan dit brood, en het breken en eten ervan, een extra betekenis.
Met het brood bedoelde Hij zijn lichaam, met het breken van het brood verwees Hij naar zijn dood, met het eten ervan verwees Hij naar de eucharistie, de bijeenkomst van christenen in zijn naam.

In de schotel steken
Meestal werd eten opgediend in een grote schotel, die in het midden van een tafel werd gezet. Iedereen at met de hand uit die schotel.

Mensenzoon
Een naam die Jezus vaak gebruikte om over zichzelf te spreken.
Op zich betekent ‘mensenzoon’: ‘mens’. De profeten gebruikten dit woord om een mens aan te duiden in zijn sterfelijkheid en nietigheid. Maar de profeet Daniël spreekt over de mensenzoon als over een koning die zorgt voor vrede en die de mensen komt oordelen.





Bij de tekst

Dertig zilverlingen

Met ‘zilverling’ zou Matteüs een ‘denarius’ kunnen bedoeld hebben, een zilveren munt, die veel gebruikt werd in het Romeinse Rijk, vooral ten tijde van de Romeinse Republiek en de eerste twee en een halve eeuw van het Romeinse keizerrijk.

Op een denarius stond aan de ene kant een afbeelding van de keizer - in de tijd van Jezus was dat vooral de afbeelding van keizer Augustus -, aan de andere kant die van een godheid.

De precieze waarde van een zilverling is niet meer te achterhalen, ook al omdat er verschillende zilveren geldstukken in omloop waren.

MuntGewichtWaarde30 zilverlingen
Romeinse denarie4 gramdagloon van een arbeidermaandloon.
Griekse didrachme8 gram2 daglonen2x maandloon.
Joodse sjekel16 gram4 daglonen1/3 jaarloon van een arbeider


Die dertig zilverstukken contrasteren fel met de waarde van het kruikje mirre waarmee een vrouw Jezus zalfde (Matteüs 26, 6-7), en dat volgens Marcus (Marcus 14, 5) zeker driehonderd denarie waard was - het loon voor bijna een heel jaar werken.
De geringschatting van de hogepriesters voor Jezus wordt hierdoor nog duidelijker.





Bijbel en kunst

L. DA VINCI

Het laatste avondmaal
(C. LETERME, Echt tov 5, Rondom Pasen - Handleiding, uitgeverij Pelckmans 2013, p. 10; 19)

Leonardo da Vinci (1452 - 1519) was een veelzijdig kunstenaar. Tot vandaag bewonderen mensen zijn schilderijen. Tussen 1495 en 1498 maakte hij een schilderwerk in de refter van het klooster van de Dominicanen in Milaan. Het stelt het moment van het laatste avondmaal voor, waarbij Jezus zegt dat één van zijn leerlingen Hem zal verraden (Johannes 13, 21-26). Dit kunstwerk stelt de reactie voor van de verschillende apostelen, die in vier groepen van drie verdeeld zijn rond Jezus.

Da Vinci

. Helemaal links: Bartolomeüs, Jakobus de mindere en Andreas.
Deze apostelen zijn vooral verrast om wat Jezus zegt.


. Aan de rechterhand van Jezus: Judas, Petrus en Johannes
Judas, de meest donker geschilderde figuur, van wie het gezicht bijna niet te zien is, houdt een zakje met muntstukken vast. Een gebruikelijke manier om hem af te beelden, want hij verzorgde de financies van de groep. Dit zakje kan ook verwijzen naar de zilverstukken die hij van de hogepriester kreeg om Jezus te verraden.

Petrus, een oudere man met witte haren en een witte baard, draagt een geel bovenkleed. Hij houdt een mes vast, een mogelijke verwijzing naar het zwaard waarmee hij een oor van Malchus afsloeg om Jezus te beschermen in de Olijfhof.

Johannes lijkt duidelijk de jongste van de apostelen. Hij wordt zonder baard afgebeeld. Hij zit naast Jezus, want hij was de leerling die Jezus het liefst had.



. Aan de linkerhand van Jezus: Tomas, Jakobus de meerdere en Filippus.
Tomas is vooral gekend als de 'ongelovige Tomas'. Toen de andere leerlingen vertelden dat Jezus verrezen was zei hij: ‘Ik wil zijn handen zien, met de gaten van de spijkers erin; ik wil ze met mijn vingers voelen. Anders geloof ik niet.’ Wellicht schilderde Leonardo da Vinci daarom een vinger van hem opvallend groot.


. Helemaal rechts: Matteüs, Judas Taddeüs en Simon
Matteüs die een tollenaar was, is het meest rijkelijk gekleed van de groep apostelen.


De techniek die Leonardo da Vinci gebruikte bij het schilderen van het Laatste Avondmaal was erg experimenteel en deed het schilderij geen goed, want het raakte al vlug in verval na de voltooiing.
Al heel vroeg schilderde men er een goede kopie van op linnen die te bezichtigen is in de abdij van Tongerlo. Andrea di Bartoli Solario, een leerling van Da Vinci, schilderde het onder toezicht van zijn meester. Da Vinci zou zelf het hoofd van Jezus en van Johannes geschilderd hebben.




Suggesties
Uitbeelden van ‘het laatste avondmaal’
Dertien deelnemers beelden Jezus en zijn twaalf leerlingen uit en gaan in dezelfde houding zitten als de personen op het schilderij van Da Vinci.

Vooraf
Schuif enkele tafels bijeen om er een lange tafel van te maken.
Zorg voor enkele lappen stof zodat men zijn personage beter kan uitbeelden.


Verloop
Lees eerst voor uit het evangelie.
Verdeel daarna de rollen.


TIPS
Zijn er minder deelnemers dan 13, beeld dan een deel van het schilderij uit.

Indien er meer deelnemers zijn ...
. Bespreek welke personen er eventueel op het schilderij ontbreken.
Bijvoorbeeld: de vrouw van Petrus, iemand die eten op tafel zet of afruimt ...
. Creëer functies als: regisseur, fotograaf, iemand die zorgt voor de attributen / de belichting
. Laat twee groepen op hetzelfde moment het schilderij uitbeelden
. Geef de andere deelnemers een opdracht, waarvan het resultaat een plaats krijgt in een viering.




Wie is wie? Herken enkele apostelen
Toen Jezus met zijn vrienden voor het laatst samen at, zei Hij dat iemand onder hen Hem zou verraden. Die verrader was Judas. Later die avond toonde Judas aan een bende gewapende mannen wie Jezus was. De volgende dag al werd Jezus veroordeeld en gedood op een kruis.
Da Vinci beeldt het moment uit waarop Jezus zegt dat Hij zal verraden worden. Je kunt goed zien dat elk van de twaalf vrienden verbaasd reageert.


Herken je een aantal van die vrienden?

Matteüswas een tollenaar, een man die rijk was. Hij is het meest luxueus gekleed van alle vrienden.
JohannesVan hem wordt gezegd dat hij de jongste van de apostelen was. Daarom beelden veel kunstenaars hem af zonder baard. Hij zit meestal in de buurt van Jezus, omdat hij de apostel was die Jezus het liefst had.
PhilippusIn het evangelie vernemen we dat hij Grieks kon spreken. Daarom stellen kunstenaars hem voor met een Griekse haarsnit met veel krullen.
PetrusHij zal Jezus later opvolgen. Hij wordt meestal voorgesteld als een oudere man met witte haren en een witte baard. Hij draagt doorgaans een geel kleed of een gele mantel.
JudasHij liet Jezus arresteren. Omdat hij zorgde voor de financiën van de groep, hij meestal afgebeeld met een geldbeurs aan zijn riem of in zijn hand.
TomasHij is vooral gekend als de 'ongelovige Tomas'. Leonardo da Vinci schilderde een vinger van hem heel opvallend. Toen de apostelen Tomas vertelden dat Jezus verrezen was, zei hij: ‘Ik wil zijn handen zien met de gaten van de spijkers erin en wil ze met mijn vingers voelen. Anders geloof ik niet.’






Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Kleuren / tekenen

4 Last Supper
Bespreek eerst deze tekening vooraleer de kinderen die kleuren.
- Wie zou Judas zijn? Waarom denk je dat?
- Wat zou Jezus aan zijn vrienden zeggen?
- Waar zou jij willen zitten? Teken jezelf op die plaats.





EXTRA

Het laatste avondmaal

Klik hier voor meer suggesties bij het laatste avondmaal.





Jongeren

ZINGEN/BELUISTEREN

Stef BOS

Stef Bos in 'In een ander licht', het project waarmee hij in opdracht van de NCRV twaalf liedjes maakte over Bijbelse figuren.

Ik zie de afstand
In jouw ogen
Jij doet alsof ik niet besta
Wij hebben zij aan zij gestreden
Nu staan wij tegenover elkaar

Het is te laat
Om te bepalen
Wie welke fouten
Heeft gemaakt
De rechter heeft zich
Teruggetrokken
En deze zaak
Verjaard verklaard

We hebben elk een kant gekozen
Dat is de prijs van de gewoonte
De val van vanzelfsprekendheid
Jij ziet alleen nog
Wat je zien wilt
Als je naar mij kijkt

Het is misschien
De loop der dingen
Want elk vuur
Wordt ooit geblust
Ik voel hoe wij
Elkaar ontwijken
Wij wachten op
De Judaskus