Loading...
 

Matteüs 28, 8-15

C.LetermeIsraël2012 1094

Foto © Chantal Leterme (Israël - 2012)


…page…

Matteüs 28, 8-15: Jezus leeft

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1576)

Snel gingen de vrouwen weg bij het graf. Ze waren geschrokken, maar ook ontzettend blij. Ze wilden zo snel mogelijk aan de leerlingen gaan vertellen wat er gebeurd was.
Op dat moment kwam Jezus hun tegemoet, en hij groette hen. De vrouwen liepen op hem af. Ze knielden voor hem en pakten zijn voeten vast. Jezus zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ga aan mijn vrienden vertellen dat ze naar Galilea moeten gaan. Daar zullen ze mij zien.’

De vrouwen gingen op weg naar de leerlingen. Intussen gingen een paar van de soldaten die het graf moesten bewaken, naar de stad. Ze vertelden alles wat er gebeurd was aan de priesters.
Toen maakten de priesters en de leiders van het volk een plan. Ze besloten om de soldaten veel geld te geven. Ze zeiden tegen hen: ‘Jullie moeten vertellen dat de leerlingen het lichaam van Jezus gestolen hebben. Zeg maar dat ze ’s nachts gekomen zijn, terwijl jullie sliepen. Als Pilatus ervan hoort, gaan wij wel met hem praten. Wij zorgen ervoor dat jullie geen problemen krijgen.’ De soldaten namen het geld aan, en deden wat de priesters gezegd hadden.
Het verhaal dat de priesters bedacht hadden, wordt nog altijd bij de Joden verteld.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Onmiddellijk gingen de vrouwen weg van het graf,
met angst en grote vreugde.
Ze haastten zich om het nieuws aan zijn leerlingen over te brengen.
Op dat moment kwam Jezus kwam hen tegemoet en zei: ‘Dag.’
Zij traden op Hem toe. Ze grepen Hem bij de voeten vast
en vielen voor Hem op de knieën.
Toen zei Jezus: ‘Jullie moeten niet bang zijn.
Ga mijn broeders zeggen dat ze naar Galilea moeten gaan.
Daar zullen ze Me zien.’

Terwijl de vrouwen onderweg waren,
gingen enkele bewakers naar de stad.
Daar vertelden ze aan de hogepriesters alles wat er gebeurd was.
Die vergaderden met de oudsten en besloten
om de soldaten een flinke som geld te geven met de opdracht:
‘Zegt dat zijn leerlingen Hem in de nacht zijn komen stelen
terwijl we sliepen.
En mocht de prefect dit soms ter ore komen,
dan zullen we hem wel kalmeren
en er voor zorgen dat jullie geen last krijgen.”
Zij namen het geld aan en deden wat hun gezegd was.
Tot op vandaag wordt dit verhaal onder de Joden verder verteld.



Stilstaan bij …

Galilea
Matteüs plaatst de ontmoeting met de verrezen Christus in Galilea, omdat Galilea in zijn evangelie de plaats is waar Jezus de kern van zijn boodschap, de bergrede, uitsprak.

Ter ore komen
Mocht de prefect vernemen dat de soldaten in slaap waren gevallen tijdens hun werk, dan stond daarop de doodstraf.
Maar misschien kon de prefect wel omgekocht worden?





Bij de tekst

Merk op

Het zijn vrouwen die het eerst ervaren hebben dat Jezus leeft en die ook zijn woordvoersters werden voor de andere leerlingen. Zo werden ze apostelen voor de apostelen.