Loading...
 

Johannes 8, 21-30

CLeterme Israël 2012 085

Foto © Chantal Leterme (Jeruzalem - 2012)


…page…

Johannes 8, 21-30: Jezus en de Farizeeën en Schriftgeleerden

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1637)

Jezus zei verder tegen de mensen: ‘Ik ga weg. Jullie zullen mij zoeken, maar niet vinden. Want waar ik naartoe ga, daar kunnen jullie niet komen. En jullie zullen sterven als slechte mensen.’
De Joden zeiden tegen elkaar: ‘Waarom kunnen wij niet komen waar hij naartoe gaat? Wat bedoelt hij daarmee? Wil hij soms zelfmoord plegen?’
Jezus zei tegen hen: ‘Jullie plaats is hier op aarde, maar mijn plaats is daarboven. Jullie horen bij deze wereld, maar ik niet. Ik zei al: ‘Jullie zullen sterven als slechte mensen.’ Dat zal inderdaad gebeuren als jullie niet in mij geloven. Want ik ben degene die komen zou.’
Ze vroegen: ‘Wie bent u dan?’ En Jezus zei: ‘Dat vertel ik jullie al de hele tijd! Ik zou veel slechte dingen over jullie kunnen zeggen en jullie kunnen veroordelen. Maar ik ben voor iets anders naar de wereld gekomen. Ik ben gestuurd door iemand die betrouwbaar is. Ik moet zijn boodschap bekendmaken.’ De mensen begrepen niet dat Jezus het over de Vader had.
Toen zei Jezus tegen hen: ‘Pas als jullie mij aan het kruis gehangen hebben, zullen jullie begrijpen dat ik de Mensenzoon ben. En dat ik niets uit mezelf gedaan heb. Want ik vertel jullie wat de Vader mij geleerd heeft. De Vader die mij gestuurd heeft, is bij me. Hij laat me nooit alleen, omdat ik altijd doe wat hij wil.’
Toen Jezus dat zei, gingen veel mensen in hem geloven.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Jezus zei tegen de Farizeeën: ‘Ik ga weg en jullie zullen Me zoeken,
maar jullie zullen in je zonden sterven.
Waar Ik naartoe ga, kunnen jullie niet komen.’
De Joden zeiden: ‘Hij zal toch geen zelfmoord plegen,
dat Hij zegt: Waar Ik naartoe ga kunnen jullie niet komen?’
Hij zei verder: ‘Jullie zijn van beneden. Ik ben van boven.
Jullie zijn van deze wereld, Ik ben niet van deze wereld.
Daarom zei Ik jullie, dat jullie in je zonden zult sterven,
want als jullie niet geloven dat Ik ben, zullen jullie in je zonden sterven.’
Toen vroegen ze: ‘Wie ben Jij dan?’ Jezus antwoordde:
‘Waarom zou Ik daar eigenlijk nog met jullie over spreken?
Veel zou Ik over jullie kunnen zeggen in jullie nadeel.
Maar Hij die Mij gezonden heeft, is betrouwbaar
en wat Ik van Hem heb gehoord, dat zeg Ik tegen de wereld.’
Zij begrepen niet dat Hij hun van de Vader sprak. Daarop zei Jezus:
‘Wanneer jullie de Mensenzoon omhoog geheven zullen hebben,
dan zullen jullie inzien dat Ik ben en dat Ik uit Mijzelf niets doe,
maar dit alles zeg zoals de Vader het Mij heeft geleerd.
En Hij die Me gezonden heeft, is met Mij.
Hij laat Me niet alleen, omdat ik altijd doe wat Hij graag heeft.’
Toen Hij zo sprak, begonnen er veel in Hem te geloven.



Stilstaan bij …

In je zonde sterven
Jezus bedoelt ermee dat de Farizeeën en de Schriftgeleerden zich door hun ongeloof in zichzelf opsluiten en zo verstoken blijven van het leven dat Jezus brengt.

Ik ben
Toen Mozes aan God zijn naam vroeg, kreeg hij als antwoord: ‘Ik ben die Ik ben'. Daarmee drukte God uit dat Hij actief, zorgend aanwezig bij zijn volk is. Met '... die ik ben' maakt Hij duidelijk dat Hij dat doet zoals Hij dat wilt. Zo werden in één naam twee kenmerken van God samengebracht: zijn werkende nabije aanwezigheid (immanentie) en zijn apartheid (transcendentie).
Dat Jezus die woorden in de mond neemt wil zeggen dat God in Hem nabij kwam om zijn beloften te realiseren.

Omhoog heffen
Dit kan in deze context betekenen: kruisigen.
Het kan ook een toespeling zijn op de verheerlijking na de kruisdood: Jezus’ kruisdood zal velen de ogen openen en doen inzien wie Hij is en door wie Hij gezonden is.