Filippenzen 3, 8-14: Jezus kennen
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1870-1871)
Het enige wat ik wil, is bij Christus horen.
Het gaat om Christus. Daarom heb ik al het andere opgegeven. Alles wat ik vroeger zo belangrijk vond, vind ik nu totaal waardeloos. Ik kan van mezelf geen goed mens maken door me aan de Joodse wet te houden. Nee, God ziet mij als een goed mens omdat ik geloof. Doordat ik geloof in Christus, mag ik bij Christus horen, en zal ik gered worden.
Ik wil Christus van dichtbij kennen. Ik wil sterven, net als hij, en zo één met hem worden in het lijden. Ik hoop dat ik dan ook de kracht zal voelen waarmee God Christus uit de dood liet opstaan. Ja, ik hoop dat God ook mij uit de dood zal laten opstaan.
Christus heeft mij uitgekozen om hem van dichtbij te leren kennen. Ik doe mijn uiterste best om dat doel te bereiken. Maar ik ben nog niet zover. Nee, vrienden, ik denk echt niet dat ik mijn doel al bereikt heb. Maar één ding is zeker: over vroeger maak ik me niet druk, ik denk alleen aan de toekomst! God wil mij naar de hemel halen omdat ik Jezus Christus dien. Ik doe mijn uiterste best om die beloning te krijgen.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Voor mij is alles waardeloos.
Mijn Heer Christus Jezus kennen, dat is het belangrijkste.
Omwille van Hem heb ik alles prijsgegeven. Ik vind alles zelfs vuilnis.
Het gaat erom Christus te winnen en één te zijn met Hem,
niet door mijn eigen gerechtigheid die gebaseerd is op de wet,
maar met de gerechtigheid die er is door het geloof in Christus,
de gerechtigheid die van God komt en steunt op het geloof.
Ik wil Christus kennen,
ik wil de kracht van zijn verrijzenis ervaren
en wil delen in zijn lijden.
Ik wil steeds meer op Hem lijken in zijn dood
in de hoop zelf ook uit de dood op te staan.
Niet dat ik daar al ben, of dat ik volmaakt ben!
Maar ik streef er vurig naar die volmaaktheid te grijpen,
omdat ik ook gegrepen ben door Christus Jezus.
Nee, broeders en zusters, ik beeld mij niet in er al te zijn.
Alleen dit: ik vergeet het verleden,
en denk alleen maar aan de toekomst.
Ik storm af op het doel:
de hemelse prijs waarvoor God mij roept.
Stilstaan bij …
Heer
In de tijd van Paulus gebruikten de Romeinen het woord ‘heer’ ook voor de keizer van Rome.
Bij de tekst
Filippi
Filippi was ten tijde van Paulus, een belangrijke stad, een Romeinse kolonie in het oosten van Macedonië (in het tegenwoordige Griekenland). De stad lag aan de via Egnatia, een militaire heirbaan die Rome met Constantinopel (Istanbul) verbond.
Lees meer over Filippi.
Suggestie
Jongeren
VERDIEPEN
Paulus vindt alles ‘vuilnis’ in vergelijking met: ‘Jezus beter leren kennen’.
Zoek op wat jij zelf bij de ‘vuilnis’ kunt plaatsen in het licht van wat Jezus te zeggen heeft.