Loading...
 

15e zondag door het jaar C - eerste lezing

Deuteronomium 30, 10-14: Het woord is dicht bij u

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 306)

Maar alleen als jullie naar hem terugkeren, en hem weer dienen met hart en ziel. Luister dus goed naar hem. En houd je aan zijn wetten en regels, aan alles wat er in dit wetboek staat.
De regels die ik jullie vandaag geef, zijn niet te moeilijk voor jullie. Je hoeft niet ver weg te gaan om ze te vinden. Gods regels zijn niet te vinden in de hemel. Dus je hoeft niet te vragen: ‘Wie van ons klimt omhoog naar de hemel om ze daar te halen? Wie maakt Gods regels aan ons bekend, zodat we ze kunnen volgen?’ Gods regels zijn ook niet te vinden aan de overkant van de zee. Dus je hoeft niet te vragen: ‘Wie steekt de zee over om ze daar te halen? Wie maakt Gods regels aan ons bekend, zodat we ze kunnen volgen?’ Nee, Gods regels zijn heel dichtbij. Door zijn regels steeds te herhalen, bewaar je ze in je hart. En dan is het niet moeilijk om ze te volgen!



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

In die dagen zei Mozes tegen het volk:

Keer je met heel je hart en heel je ziel terug naar God.
Onderhoud daarom alle geboden en voorschriften
die in dit wetboek staan.

De geboden die ik jullie vandaag geef,
zijn niet te moeilijk.
Jullie hoeven ze echt niet ver te zoeken.

Ze zijn niet te vinden in de hemel.
Daarom moeten jullie niet vragen:
Wie zal naar de hemel gaan om ze voor ons te halen
zodat we ze kunnen beluisteren en realiseren?

Ze zijn ook niet te vinden aan de andere kant van de zee.
Daarom moeten jullie niet vragen:
Wie zal de zee oversteken om ze daar voor ons te halen
zodat we ze kunnen beluisteren en realiseren?

Neen, de woorden van God zijn dicht bij jullie,
in jullie mond en in jullie hart.
Jullie kunnen ze dus gemakkelijk realiseren.





Bij de tekst

Het boek Deuteronomium

Deuteronomium’ komt van het Griekse ‘deutero nomion’ (= tweede wet).
Het boek ‘Deuteronomium’ kreeg deze naam omdat het boek een herhaling is van wetten die ook al te vinden zijn in Exodus, Leviticus en Numeri. Dit gaat eerder over het opnieuw formuleren van bestaande wetten, dan dat het over volslagen nieuwe wetten gaat. Dit herformuleren was nodig omdat het volk Israël niet langer als nomade door de woestijn trok, maar zich had gevestigd in het ‘Beloofde Land’.
In het Hebreeuws heet dit boek ‘Devarim’. Dit is afgeleid van de eerste twee woorden van de Hebreeuwse tekst: ‘Elle ha-devariem’ (= Dit zijn de woorden).


Het boek Deuteronomium (34 hoofdstukken) bevat vooral drie toespraken van Mozes voor het volk Israël (eerste 30 hoofdstukken), toen het door de vlakten van Moab trok:

De eerste toespraak (Deuteronomium 1 - 4, 40) beschrijft de belangrijkste gebeurtenissen van de veertig jaar durende tocht door de woestijn en roept op om God te gehoorzamen en niet in de steek te laten.
De tweede toespraak (Deuteronomium 5 – 26, 19) herhaalt de tien ‘woorden’ die God op de berg Sinaï gaf, samen met allerlei wetten rond het persoonlijke en sociale leven van de mensen (reinheid, belastingen, jaarlijkse feesten, rechtspraak, oorlog … )
De derde toespraak (Deuteronomium 27-30) bestaat vooral uit een beschrijving van de straffen die staan op het negeren van de wet, en van zegeningen voor wie luistert naar de wet.




Verbond

In het Hebreeuws wordt het woord ‘verbond’ zowel gebruikt voor een afspraak tussen God en mensen als voor een internationale afspraak. De meeste oude internationale verdragen die gevonden zijn, dateren van tussen 1500 tot 600 voor Christus, de periode waarin het Oude Testament ontstaan is.





Suggesties

Grote kinderen

VERDIEPEN

Kiezen voor leven

(Geïnspireerd door Bijbel Basics)

Maak gebruik van dit werkblad. Print het uit voor elke groep en verknip het in zes.

In heel veel situaties moeten mensen allerlei regels of reglementen volgen.
Per reglement zoeken de kinderen:
- Van wie komt dat reglement? (steek het passend plaatje in de hoogte)
- Hoe zou men ertoe gekomen zijn om dit reglement te maken?
- Vind je dit een goede of een slechte regel? Waarom?
- Vind je dit een moeilijke of een gemakkelijke regel? Waarom?


. Speel niet met lucifers.
. Beweeg lekker veel.
. Zorg voor licht op je fiets als het buiten donker is.
. Eet elke dag fruit.
. Houd van elkaar.
. Luister goed.
. Wacht voor het rode stoplicht tot het groen is.
. Gooi elkaar niet in het water.
. Houd van God.
. Laat geen kaarsen branden als je weggaat.
. Spreek niet door elkaar.
. Ren niet in het zwembad.





VERTELLEN

De beste plaats

(C. LETERME, Parels van verhalen, Averbode 2019, p. 82)

Toen God de hemel en de aarde had geschapen,
sloot Hij een verbond met de mensen.
Daarna zocht Hij naar een plek
waar Hij de tekst van dit verbond zo goed mogelijk kon bewaren.
Dit verbond was zo belangrijk,
dat de mensen dit nooit mochten vergeten.
God onderzocht verschillende mogelijkheden.

‘Als ik dit verbond op klei zou schrijven die Ik nadien bak,’ dacht Hij,
‘dan blijven de woorden van dat verbond voor altijd bewaard.’
Later vroeg Hij aan de mensen:
‘Maak een kist om die stenen tafels in te bewaren.’
De mensen maakten een prachtige gouden kist
voor die woorden van God.
en namen die overal met zich mee.
Als ze ergens halt hielden, plaatsten ze die kist in hun mooiste tent.

Na een tijd zei God:
‘Die kist was niet zo'n goed idee van Mij
want ze gaat wel overal met de mensen mee
en krijgt de mooiste plaats,
maar niemand leest die woorden nog.’
Daarom riep Hij zijn engelen bij zich en vroeg:
‘Waar zou ik mijn woorden het best bewaren?’

Eén van zijn engelen zei:
‘Op de hoogste berg van de wereld, zodat iedereen ze kan zien,’
God schudde zijn hoofd:
‘De mensen zouden mijn woorden dan wel goed kunnen zien,
maar het is helemaal niet zeker
of ze er ook rekening mee zullen houden.’

‘Leg ze misschien in het belangrijkste gebouw
van de belangrijkste stad van de wereld,’ zei een andere engel.
‘Nee,’ zei God,
‘de mensen zullen die woorden wel met eerbied omringen
maar ze zullen vergeten ermee te leven.
Ik denk dat Ik weet waar ik mijn verbond zal bewaren.
Ik zal die woorden in het hart van de mens leggen.’