Loading...
 

1e zondag van de advent A - Evangelie

Matteüs 24, 37-44: Wees waakzaam

Matteüs 24, 37-44 // Marcus 13, 33-37 // Lucas 21, 25-28.34



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1566)

Jezus zei: ‘De Mensenzoon zal onverwacht komen. Niemand weet precies wanneer dat gaat gebeuren. Ook de engelen in de hemel weten het niet. Zelfs ik weet dat niet. Alleen God, de Vader, weet dat.
Het zal net zo gaan als in de tijd van Noach. Toen waren de mensen bezig met gewone dingen: met eten, drinken en trouwen. Niemand wist wat er ging gebeuren. Totdat de dag kwam dat Noach zijn boot in ging. Toen kwam plotseling de grote overstroming, en alle mensen verdronken. Net zo plotseling zal ook de Mensenzoon komen.

Als de Mensenzoon komt, mag niet iedereen met hem mee. Als er bijvoorbeeld twee mannen aan het werk zijn op het land, mag maar één van hen met de Mensenzoon mee. De ander moet achterblijven. Of als er twee vrouwen graan aan het malen zijn, mag maar één van hen met de Mensenzoon mee. De ander moet achterblijven.
Blijf opletten! Want jullie weten niet wanneer jullie Heer zal komen. Stel dat je van tevoren weet wanneer er een dief komt. Dan blijf je wakker en zorg je ervoor dat die dief niet bij je kan inbreken. Maar jullie weten niet wanneer de Mensenzoon komt. Dus moeten jullie altijd klaarstaan. Onthoud dat goed!



Dichter bij de tijd

(naar: C. LETERME, Map Bijbel in 1000 seconden, fiche die hoort bij Matteüs 24, 37-44)

Jezus zat op de Olijfberg met zijn vrienden.
Hij zei: ‘Als de Mensenzoon komt,
zal het gaan zoals in de tijd toen Noach leefde.
Noach zei: ‘Mensen, jullie moeten beter gaan leven!
En meer rekening houden met God.’
Maar de mensen bleven eten en drinken en trouwen
zonder met die woorden rekening te houden.
Toen Noach de ark binnenging,
kwam de zondvloed en die spoelde al die mensen weg.

Zo zal het ook gaan op de dag dat de Mensenzoon komt.
Als er twee mannen op het land werken,
wordt er een meegenomen en de ander wordt achtergelaten.
En als er twee vrouwen graan malen,
wordt de een meegenomen en de ander achtergelaten.

Wees daarom waakzaam,
want jullie weten niet wanneer jullie Heer komt.
Jullie begrijpen toch
dat als iemand precies zou weten wanneer de dief 's nachts komt,
dat hij dan wakker zou zijn en verhinderd hebben
dat men zijn huis zou inbreken.’



Stilstaan bij …

Noach
(= rust; troost)
Volgens het boek Genesis was Noach een van de stamvaders van de mensen. Hij maakte een zondvloed mee die hij overleefde dankzij de waarschuwing van God. Na de zondvloed sloot God een verbond met Noach, met de regenboog als teken ervan.
Lees meer

Ark
Het Hebreeuwse woord voor ‘ark’ komt in het Oude Testament slechts tweemaal voor: eenmaal voor de boot van Noach en eenmaal voor het mandje waarin de kleine Mozes lag. In beide teksten gaat het om redding: de redding van de mensheid en de redding van een volk. In beide gevallen hebben mensen God als reddend ervaren.

Zondvloed
Woord dat komt van het Middel-Nederlandse sintvloet (= grote algemene vloed). In Mesopotamië kwam het vaak voor dat het laagland overstroomde. De herinnering aan een 'grote vloed' is bewaard in Mesopotamische teksten en archeologisch bevestigd.
Omdat niemand wist hoe groot de wereld in werkelijkheid was, dacht men dat de hele wereld overstroomd was. In feite ging het enkel om het eigen kleine stuk bekende wereld.

Mensenzoon
Op zich betekent ‘mensenzoon’: ‘mens’. De profeten gebruikten dit woord om over een mens te spreken in zijn sterfelijkheid en nietigheid, maar de profeet Daniël spreekt over de mensenzoon als over een koning die zorgt voor vrede en die de mensen komt oordelen.
Dit woord gebruikte Jezus vaak om over zichzelf te spreken.

Waakzaam
‘Alert’ zijn, zodat men aandacht heeft voor sporen van God in zijn/haar leven en bereid is / klaar staat om de wil van God snel in vervulling te doen gaan.

Heer
Gewoonlijk is ‘Heer’ een respectvolle manier om iemand aan te spreken.
De joden gebruiken het woord ‘Heer’ wanneer ze over God spreken. Want uit eerbied voor God willen ze zijn eigen naam niet uitspreken.
Als de evangelisten in het Nieuwe Testament het woord ‘Heer’ gebruiken voor Jezus, geven ze
daarmee aan dat ze God in Jezus herkennen.

Twee vrouwen die malen
Om te malen, zaten twee vrouwen recht tegenover elkaar met de molensteen tussen hen in. In het midden van de bovenste molensteen was er een grote opening waarin het koren gestort werd dat gemaald moest worden. Aan twee tegenoverliggende kanten van de steen was een handvat. Om de molensteen te doen draaien, trokken de vrouwen elk het handvat van de overkant naar zich toe.

Inbreken
De antieke wetgeving was heel streng voor nachtelijke inbraken waarbij de dief een gat in de muur maakte. Zo staat in de Codex van Hammurabi (koning van Babylonië, 1810 - 1750 vòòr Christus): ‘Als iemand een gat maakt in een huis, zal men hem doden vòòr dat gat en hem erin metselen’ en staat er in het boek Exodus: ‘Wanneer een dief ’s nachts bij een inbraak betrapt wordt en doodgeslagen wordt, is er geen bloedschuld’ (Exodus 22, 1)
Een gat maken in de voorraadkamer achteraan de woning was voor een inbreker gemakkelijker dan het forceren van de deur van de ruimte waar de familie sliep. Goed te begrijpen als je ziet hoe bijvoorbeeld in Kafarnaüm de muren opgetrokken werden door stenen zonder mortel opeen te stapelen en ze met steentjes vast te zetten.





Bij de tekst

Als je dit aan kinderen vertelt ...

... leg dan niet teveel nadruk op het verschrikkelijke van de eindtijd, maar op de opdracht om waakzaam te zijn en beter te gaan leven.



Soort tekst

Deze tekst behoort tot de laatste toespraak van Jezus (een eschatologische rede). Ze gaat over de komst van Jezus aan het einde der tijden en roept de toehoorders op tot een alerte houding.
Bij het oordeel van Jezus aan het einde der tijden, blijken de goede daden van zijn volgelingen van groot belang te zijn.





Suggesties

Kleine kinderen

TIP

Advent

Het evangelie op deze eerste zondag van de advent is niet zo toegankelijk voor kleine kinderen. Daarom kun je met hen beter stilstaan bij de advent. Klik hier voor suggesties.





Grote kinderen

ERVAREN

Wachten kan lang duren

Wat je nodig hebt
. horloge met secondewijzer

Aan de slag
De kinderen schatten in hoelang een minuut duurt.

. De kinderen gaan staan voor hun stoel.
. Klap in je handen wanneer er zestig seconden beginnen.
Wie denkt dat de veertig seconden om zijn, gaat zitten.
. Wie ging zitten na precies veertig seconden? Of was er het dichtst bij?





VERDIEPEN

Wachten

Mensen kunnen op verschillende manier wachten:
- passief gelaten, zoals voor een bus, een trein.
- actief, zoals voor een feest

De kinderen geven voorbeelden van passief wachten op Kerstmis, en van actief wachten op Kerstmis.



Wachten op

Zorg dat de ruimte waarin je dit gesprek voert niet verlicht is.
- Stel je nu eens voor dat de zon niet meer zou schijnen. Dat alles donker zou zijn van 's morgens tot 's avonds. Hoe zou dat aanvoelen?

Zoals de kinderen zich afvragen hoe zij zich dan zouden voelen, zo voelen heel wat mensen zich. Ze hebben verdriet, zijn arm, ziek, opgesloten of voelen zich verlaten en alleen. Zij zoeken geluk zoals iedereen. Omdat God geluk wil voor iedereen zijn al die mensen thuis bij Hem.
De eerste zondag van de advent heeft het over dat lange wachten van mensen naar geluk, warmte, vriendschap en vreugde.

De kinderen brengen een slogan aan op een flap: 'Wachten op vrede, geluk, warmte, vriendschap'.
Bij die woorden hoort een tekening: vrede (duif), geluk (bloem), warmte (zon), vriendschap (hart).



Waakzaamheid

Vertel dat Jezus in het evangelie vraagt om waakzaam te zijn. Het woord ‘waakzaam’ kennen de kinderen wellicht niet. Maar misschien wel het woord ‘waken’.

Kunnen de kinderen een zin maken waarin dat woord voorkomt?
. Vertel over mensen die waken bij iemand die heel erg ziek is. En dat mensen binnenin een familie onder elkaar afspreken dat er steeds iemand bij de zieke blijft waken.
. Je kunt ook vertellen dat mensen soms bij hun woning een plaatje aanbrengen met de foto van een hond, waarbij de woorden staan: ‘Hier waak ik.’
. Misschien kun je vertellen over mensen die een gebouw bewaken (security; militairen; politie)

Kom dan samen met de kinderen tot de vaststelling dat iemand die waakzaam is, iemand is bij wie alle zintuigen erg gespannen zijn zodat ze bij het minste wat ze horen of zien, gepast reageren (doen / handelen; spreken / zeggen).





BIDDEN / MEDITEREN

De vier J's

(Bron onbekend)

Eeuwen heeft het volk van God
uitgekeken naar de Verlosser,
naar diegene die hen zou bevrijden
en een nieuw leven schenken.
Samen met de grote profeten
willen wij uitkijken naar Jezus,
het licht van de wereld.
Wij willen ook zelf in dat licht gaan staan.

De eerste J. is van Jesaja, de profeet.
Zijn naam betekent: God helpt.
Jesaja zag lichtpuntjes in de donkere tijd.
"Een nieuwe tijd breekt aan", zei hij.
"Droom er maar van.
Dan zal de Messias komen
en zullen alle mensen zien
dat God met hen begaan is,
dat Hij hen liefheeft.
Het licht van God zal over ons opgaan.”
Wij steken een kaarsje aan.

De tweede J is van Johannes de Doper, de profeet.
Hij zag het licht waarvan Jesaja droomde.
Velen zagen het nog niet.
"Keer je af van het kwaad,
richt je leven op wat goed is", zei hij.
Dan pas zul je de Heer herkennen,
Hij die midden onder u is.
Wij steken een kaarsje aan.

De derde J is van Jezus.
Zoon van de Vader, Licht uit Licht!
Het licht waarvan Jesaja droomde,
de Verlosser die Johannes aankondigde.
Jezus, naar wie wij uitzien als een licht,
een licht voor blinden en zieken,
een licht voor ieder van ons.
Hij die wij zo dikwijls gedenken.
We steken een kaarsje aan.

De vierde J ben jij...jij...jij.
Wij allen zoals we hier samen zijn.
Heel de advent willen we uitkijken naar Jezus.
Onszelf tot Jezus bekeren.
Wegen recht maken.
Aandacht hebben voor kleine mensen.
Vrede brengen waar het kan.
Wij steken een kaarsje aan.





EXTRA

Advent

Bij deze eerste zondag van de advent kun je met de kinderen ook stilstaan bij de advent. Klik hier voor suggesties.





Jongeren

KENNISMAKEN MET DE TEKST UIT DE BIJBEL

Een eigen manier van spreken in de Bijbel

De sfeer in het begin van deze evangelietekst kennen jongeren van science-fictionfilms. Ze maken hierbij kennis met een aparte manier van spreken, waarbij de op hol geslagen natuur het decor wordt voor het opnieuw komen van de Mensenzoon.
Midden in al dat beangstigende natuurgeweld en de machtige verschijning van de Mensenzoon, moeten mensen rechtop staan, het hoofd omhoog houden en stand houden.
Hoe dit kan, wordt ook gezegd: door alert, waakzaam te zijn!





SPREKEN MET BEELDEN

Stilstaan bij twee foto's

Bespreek eerst deze foto:

Wachten 2

- Wat zie je?
(huis, bomen, meer / rivier, weg, vrouw, rugzak, drinkbeker, stapschoenen)
- Wat zou die vrouw doen? Wat zou ze denken?
- Welk woord past volgens jou het best bij deze foto? En waarom is dat?
Je kunt kiezen uit: UITKIJKEN, RUSTEN, WACHTEN, VERVELEN, ZITTEN (of …)


Bespreek dan deze foto:

Wachten

- Wat zie je?
(speelveld, man)
- Wat zou die man doen? Wat zou hij denken?
- Welk woord past volgens jou het best bij deze foto? En waarom is dat?
Je kunt kiezen uit: UITKIJKEN, RUSTEN, WACHTEN, VERVELEN, ZITTEN (of …)


Kom in groep bijeen en vertel elkaar wat door het hoofd ging bij het zien van deze foto's. Maak eventueel gebruik van de vragen.

- Welk woord kun je voor de twee foto's gebruiken? (eventueel: UITKIJKEN en WACHTEN)
Vergelijk de houding van deze twee mensen.
- Welk soort uitkijken / wachten toont de vrouw?
(eerder passief: bij de pakken - rugzak- zitten en afwachten)
- En de man?
(actief: al zijn spieren en al zijn zintuigen zijn gespannen op de bal die er zal komen. Hij is er klaar voor; hij zal die zo goed mogelijk opvangen.)
- Welke foto is volgens jou het meest geschikt om het uitkijken naar de komst van Jezus te illustreren? (Dit zou een actief wachten moeten zijn: alert zijn om in je omgeving actief mee te werken aan alles wat helpt om de droom van God te realiseren)





VERDIEPEN

’Bericht aan de bevolking’

Roep de beelden op van een overstroming. Eventueel heb je eigen herinneringen aan een overstroming: aan de snelheid waarmee het water opkomt, waardoor je nog heel weinig kunt doen.
Jezus roept dit beeld op door te verwijzen naar het verhaal van de zondvloed dat iedereen kent vanuit de Bijbel. Hij grijpt naar dit beeld om op te roepen waakzaam te zijn en zich daarop voor te bereiden.
Men kan zich bijna niet meer wapenen tegen een overstroming op het moment dat het hard aan het regenen is. Men moet dit voordien doen.

Wel, ... zegt Jezus, als de Mensenzoon komt, dan moet je daarop voorbereid zijn.

Het woord ‘Mensenzoon’ is een titel die men vroeger aan Jezus gaf, maar die na tweeduizend jaar niet meer gebruikt wordt. Men leest dat woord wel 69 keer in de evangelies. Op zich betekent het ‘mens’, maar in het oude Testament zijn er teksten van de profeet Daniël die over de Mensenzoon spreken als over een koning die zorgt voor vrede en die de mensen komt oordelen. Een beeld dat terug te vinden is in de parabel van het Laatste oordeel.
Lees deze parabel nog eens voor (Matteüs 25, 31-46 evangelie van Christus Koning - jaar A)

Als die Mensenzoon komt om te mensen te oordelen naar hun daden, dan, zegt Jezus, moet je je daarop voorbereiden. Eens dat het zover is, kun je daar niets meer aan doen.


Maak een ‘BERICHT AAN DE BEVOLKING’
Uit goede bron heb je vernomen dat wie die de mensen komt beoordelen over goed en kwaad binnen vier weken komt.
Maak samen met de jongeren een lijst van 10 punten waarmee de mensen kunnen nagaan of ze zich hier wel goed op hebben voorbereid, zodat ze op die dag niet voor verrassingen komen te staan.
Hang die lijst nadien op in het kerkportaal.





MEDITEREN

Waakzaam zijn

(Wim Holterman)

Waakzaam zijn is niet passief afwachten.
Niet een houding van
met-de-armen-over-elkaar
en wel zien wat er gaat gebeuren.
Het is eerder een actief uitzien naar,
alert zijn op mensen en gebeurtenissen.

Waakzaam zijn zet ons in beweging,
maakt ons gespitst op het Rijk van God.
Het zegt iets over ons geloven,
dat het eens waar zal worden:
vrede, liefde, recht,
voor alle mensen van goede wil.
Het doet ons op het puntje
van onze stoel zitten
om het zo vlug mogelijk te realiseren.

Waakzaam uitzien naar dat Rijk
brengt ons in beweging
om te doen wat nog niet kan,
om te vieren wat nog niet is.

We realiseren soms al even
dat ideaal van Jezus.
We kunnen niet wachten,
het niet over ons heen laten komen.
Daarom laten we ons niet afleiden
door allerlei bijkomstigheden.
Want we weten, dat slechts één ding
noodzakelijk is in de ogen van God:
wie we zijn voor elkaar,
hoe we omgaan met onze wereld,
of we God de ruimte geven
om orde te brengen in de chaos.

Waakzaam zijn: dat is
oog hebben wat echt belangrijk is
en daaraan ook willen werken,
met overtuiging en van harte.





BIDDEN

Heer,
schud ons wakker.
zodat we weer luisteren
naar het gefluister van uw Geest.

Wij willen ons engageren
waar leven kapot wordt gemaakt,
liefde met de voeten getreden,
hoop bedreigd, mensen veracht …

Zo willen wij Uw komst voorbereiden.
Dan kan uw Rijk komen,
Een Rijk waar liefde het laatste woord heeft.





Overwegingen

Agnes Lameire

De komst van de Mensenzoon

Matteüs verzamelde de vele mondeling en schriftelijk doorgegeven Jezuswoorden en bundelde ze, doorheen zijn evangelie, tot vijf grote sermoenen. Het laatste daarvan is de zogeheten 'eschatologische rede' die we vinden in de hoofdstukken 24-25. Daaruit werd het evangelie van deze eerste adventszondag geplukt. Voorbij de tekenen die een noodsignaal uitsturen dat het einde voor de deur staat, roept de evangelist ons op om oog en oor te hebben voor de 'komst van de Mensenzoon.Hij komt!' zegt Matteüs met stellige zekerheid. Als degelijk kenner van het Oude Testament, verwijst hij naar Noach die zich als enige op de zondvloed had voorbereid. Dat mythische verhaal spreekt ook ons nog altijd aan. Uiteindelijk is er weinig verschil tussen ondergaan in de dodelijke oergolven of sterven in de vuurzee van de brandende torens in New York. De Mattiaanse oproep tot waakzaamheid heeft niets aan actualiteit ingeboet. Blijde Boodschap is dat, voorbij de dood, de Heer zijn mensen opvangt. Naar Hem zag de jonge vervolgde kerk halsreikend uit.'Maranatha! Kom, Heer, kom !' Dat komen van de Heer vieren we elk jaar met Kerstmis.
De voorbereidende adventsweken nodigen ons dringend uit om orde op zaken te stellen. Mochten we niet zodanig opgaan in het hangen van sterren en slingers dat we daarbij de Komende vergeten. Zoals dat jonge gezin dat goed voorbereid op kampeerreis vertrok om, halfweg Frankrijk vast te stellen dat de baby nog thuis in zijn bedje lag.





Frans Mistiaen sj

Verlangen naar nieuw leven

Bij het begin van de Advent
worden wij herinnerd aan onze uiteindelijke toekomst.
En voor gelovigen is dat: onze definitieve ontmoeting met de Heer.

Dat "de één zal worden meegenomen en de ander achterblijven”
is het gevolg van het onderscheid
dat wordt gemaakt tussen de mensen
die op een verschillende manier uitkijken
naar die komst van de Heer.
Want “wachten” kan twee betekenissen hebben.

Men kan inderdaad wachten en waken zoals de slechte dienaar,
met schrik om betrapt en gestraft te worden
door een strenge Meester.
Men kan ook waken en wachten zoals een verloofde,
die vol vreugde verlangend uitkijkt
naar de uiteindelijke verbondenheid met haar Bruidegom
of zoals een moeder die haar kindje verwacht.
De aard van de ontmoeting waarnaar wij uitkijken,
bepaalt in grote mate de manier waarop wij ernaar verlangen,
en omgekeerd.

Wij, christenen, kijken uit naar de uiteindelijke ontmoeting
met de Heer van het nieuwe leven.
En dit zal niet onze eerste ontmoeting zijn met Hem,
want er zijn er reeds verschillende geweest.
Maar welke soort ontmoetingen zijn dat?
Ervaren wij nu, tijdens ons leven, de Heer
vooral als een strenge Meester of als een barmhartige Vader?
Leven wij nu reeds met schrik voor God
of zijn wij nu vooral dankbaar voor Zijn vriendschap en vergeving.
Dat bepaalt hoe wij Hem dan zullen ontmoeten.

“Wanneer” Hij komt blijft onbekend.
Hoe wij ook naar Hem verlangen, Zijn komst zal altijd
een verrassing zijn voor allen, een overweldiging.
En ook hier geldt hetzelfde onderscheid:
Zullen wij worden verrast door Zijn strengheid
of vooral door Zijn barmhartigheid?
Wij, christenen, geloven dat wij vooral zullen worden overspoeld
door de mateloosheid van Gods barmhartigheid.
(Als ik aan de einddag denk, dan denk ik niet zozeer aan
de timpanen van de Romaanse kerken
met “de Rechter en Zijn weegschaal”,
maar aan het schilderij van Rembrandt, waar
de verloren zoon wordt ontvangen in de armen van zijn Vader.)

Met Kerstmis zullen wij weer een ontmoeting met God vieren,
maar dan nu met Hem als een pasgeboren Kind.
Wat ervaren wij vooral bij die ontmoeting?
De geboorte van een kind is steeds het teken
van “nieuw leven” onder de mensen.
De diepere, persoonlijke beleving van Kerstmis
nl. de doorbraak van het nieuwe, goddelijke leven
van “waarheid, vergeving en vrede”,
zal wel niet door iedereen juist op 25 december worden ervaren.
Maar voor elk van ons klinkt vanaf vandaag
de oproep tot waakzaamheid en wakkerheid
om, ook te midden van crisis en aftakeling, heel alert te zijn
om toch de schamele tekens van dat nieuw leven reeds te erkennen.
Ziet ge niet dat God weer nieuw leven van “vergeving en vrede”
begint te brengen onder ons, mensen?

Laten wij maar kijken naar de natuur,
want die heeft ons, ook in deze periode, weer iets te leren.
Zijn de bomen deze laatste weken soms aan het doodgaan?
Zijn die kale herfstbomen het teken
dat de totale ondergang en vernietiging van de natuur op komst is?
Helemaal niet! Dat kan misschien zo lijken,
maar dan alleen voor een oppervlakkige toeschouwer.
Wie met gelovige ogen kijkt, ziet veel meer.
Hij voelt aan dat die bladerloze bomen eigenlijk veel missen
en nu met groot verlangen uitzien naar de nieuwe lentescheuten,
die al aanwezig zijn, maar onzichtbaar nog, onder de schors.
De natuur is onderhuids al volop bezig
de nieuwe lente van volgend jaar aan het voorbereiden.
Voorlopig echter komt het erop aan te wachten,
actief te wachten, dwz. met een grote hoop in het hart.

Welnu dat gevoel van gemis
en dat verlangen naar het nieuwe leven,
dat is in deze adventsperiode zeer heilzaam voor de bomen,
én voor de mensen.





Marc Gallant, trappist (Orval)

Jezus komt (2013 / 2016)

Tijdverspilling
Wanneer zal de wereld vergaan? Hoe zal de wereld vergaan? Door de inslag van een grote meteoriet? Door de ontregeling van de zon? Door het waanzinnig gebruik van atoombommen, gifgasbommen of virusbommen die alle leven vernietigen op aarde? Of door een geleidelijke klimaatramp?
Niemand weet hoe of wanneer. Speculaties daarover zijn tijdverspilling.


Onverwacht
De komst van de Heer is onverwacht. In een van zijn preken legde Kardinaal Newman de volgende woorden in Jezus’ mond: 'Als ik zal aankloppen, dan zullen er maar weinigen klaar staan om Me onmiddellijk open te doen. Zij zullen altijd nog iets te doen hebben vooraleer te openen. Zij zullen eerst nog moeten bekomen van de verrassing en van de ontsteltenis waarin mijn komst hen zal werpen. ... Ze zijn voldaan met op aarde te zijn; ze wensen nergens elders te gaan; ze willen niets anders' (Parochial and plain Sermons, IV, 22). Opdat we ons niet zouden nestelen op aarde als een blijvende woonplaats, Krijgen we dit wachtwoord: 'Wees waakzaam, wees bereid, want de Mensenzoon komt op het uur waarop je het niet verwacht' en worden we opgeroepen om trouw te zijn aan de zending die de Heer ons in deze wereld toevertrouwt.



Waken
Is het al gebeurd dat je ‘s nachts moest waken? Als je je comfortabel gaat installeren, dan dommel je in nog vòòr je het weet. Om te blijven waken en niet in te dutten moet je bezig blijven: je kunt wat rondlopen, je bezig houden met wat je interesseert, of straffe koffie slurpen.
Bij het geestelijk waken is het net zo. Je moet geestelijk actief blijven en voortgaan met het scherp houden van je geest. Luisteren naar het Woord van God is als geestelijke espresso. Waken betekent aandachtig zijn nu, voor wat er nu gaande is. Het heeft niets dat koortsachtig is of gespannen. Het is leven in de tegenwoordige tijd met het trouw vervullen van de persoonlijke zending. Als jij je door Jezus gezonden weet, en alles doet in relatie met Hem, dan ben je wakend. Waakzaam zijn, dat is dankbaar je talenten gebruiken, bewust dat je ze van de Heer gekregen hebt om ze Hem terug te geven door te delen met de anderen. Waakzaam zijn, dat is de lamp van je geloof brandend houden met de olie van de naastenliefde. Waakzaam leven is: leven in plaats van geleefd te worden, leven in plaats van zich te laten leven. Waken is bewust het leven in handen nemen en het zijn volle zin geven.
Waken is, zoals Paulus schreef: 'ons ontdoen van de werken der duisternis en ons wapenen met licht' (Romeinen 13, 12).