Loading...
 

COLLAGE

Wat?

Met allerlei materiaal (kranten, tijdschriften, stoffen, foto's...) individueel of in groep een nieuw en origineel geheel vormen dat een bepaald probleem of onderwerp op een andere manier benadert en een bepaalde gedachte of boodschap wil uitdrukken.
Een collage is dus niet: zomaar bijeen plakken van een aantal prentjes.


Er bestaan verschillende soorten collages:
- woord of tekstcollage
(in die zin kan het maken van een Krant ook gezien worden als het maken van een collage)

- fotocollage
met aandacht voor kleuren, voor personages of specifieke beelden ivm het onderwerp.

- verhaalcollage
de verschillende collages vormen samen één geheel.
Bijvoorbeeld: De kruisweg.

Elk type collage kan zowel individueel als in groep gemaakt worden.





Doelen

Een collage is een middel om zich beter in een onderwerp te verdiepen
Bepaalde gevoelens kunnen directer geuit worden (beeldcultuur is eigen aan deze tijd)


Het is een middel om teksten te actualiseren.
Hoe kunnen die vandaag aanspreken?


De deelnemers leren met elkaar te overleggen en samen te werken.


Het ontwerpen en uitwerken van een collage stimuleert de ontwikkeling van de ‘tweede taal’.





Aan de slag

Materiaal

Geïllustreerde tijdschriften, kranten, die de deelnemers meebrengen.
(Zorg zelf ook voor wat tijdschriften / kranten)
Lijm, papier A3 of A4-formaat
eventueel: viltstiften, scharen


Belangrijk
Teveel materiaal leidt tot tijdverspilling, te weinig dijkt de mogelijkheden in, te eenzijdig materiaal beperkt de creativiteit.
Geef bij jonge kinderen nooit de tijdschriften in zijn geheel, maar scheur er zelf de bruikbare pagina's uit.



Verloop

Geef aan de kinderen één onderwerp of verschillende onderwerpen, die elkaar inhoudelijk aanvullen.

De groep bespreekt eerst hoe men het onderwerp wil aan bod laten komen. Zo kan men gerichter naar foto’s zoeken.

Elke groep krijgt 45 minuten om een collage te maken van foto's die uit tijdschriften geknipt of gescheurd (apart resultaat!) worden.
Die foto's worden eerst geschikt op een blad vooraleer men ze lijmt.

Een collage is minimum 15 op 20 cm groot, maar heeft bij voorkeur een A4 of A3-formaat.

Nadien worden alle groepen uitgenodigd om hun collage in de ruimte op te hangen.

De kinderen krijgen ± 10 min. tijd om alle collages te bekijken.

Daarna stelt elke groep zijn collage voor en legt die uit.

De deelnemers krijgen de kans om de opdracht en de resultaten te bespreken.



Belangrijk

. Het onderwerp en de timing worden vooraf nauwkeurig bepaald.
Een erg uitgewerkt onderwerp vraagt meer tijd dan een eenvoudig onderwerp.


. Nadeel bij het maken van een collage is dat het behandelde onderwerp meestal erg zwart/wit benaderd wordt.
Bijvoorbeeld: goed / kwaad; vrede / oorlog... zodat de vele tussenschakeringen, die meestal dichter bij de werkelijkheid staan, onvoldoende of niet aan bod komen.


. De tijd moet goed in het oog gehouden worden. Voorzie voldoende tijd voor het uitzoeken van het fotomateriaal. Ook het schikken op een blad en de bespreking nadien vragen veel tijd.


. Het nabespreken en beoordelen van de collage gebeurt in overeenstemming met de gegeven opdracht en komt tegemoet aan de creativiteit van de deelnemers.


. Geef concrete richtlijnen ivm de werkverdeling in de groep, de aard van het materiaal, de opzet, afwerking, netheid, duidelijkheid.





Evaluatie

. Spreekt de collage voor zichzelf? doet ze nadenken?
Ga samen met de deelnemers na of de grondgedachte van de activiteit in de collage tot uitdrukking kwam.


. Afhankelijk van de leeftijd van de deelnemers mag je verwachten dat ze abstract of symbolisch materiaal verwerken in de collages.
Bijvoorbeeld:
- Een traan in detail, een donkere vlek...
kunnen een betere uitdrukking zijn van droefheid, dan b.v. een foto van een begrafenis.
- Een heldere kleur voor blijheid.


. Wat de deelnemers presteren is niet noodzakelijk goed. Zeg dus niet 'wit', als je alleen maar 'zwart' ziet.