Loading...
 

De opvolger van Petrus deel III

De eerste paus

Kringgesprek: de paus in het nieuws

De kinderen bespreken wat ze in het nieuws hoorden over de paus.
(Bv.: ziekte, overlijden, aftreden, begrafenis, kiezen van een nieuwe paus)

Toon eventueel een fragment uit het nieuws of Karrewiet (Ketnet).

- Wat weet je van de paus?
(Uit welk land is hij? Hoe ziet hij eruit?)
- Hoe heet die paus?
- Waar woont hij?
(Vaticaanstad, een kleine stad in de grote stad Rome, de hoofdstad van Italië)
- Wat doet hij?
(Hij begeleidt de christenen. In wat hij zegt en doet, wil hij Jezus navolgen)
- Wie was de eerste paus?
(dit was Petrus. De Sint-Pietersbasiliek te Rome die naar hem genoemd is, is gebouwd boven zijn graf)



Informatie: het evangelie over Petrus

Materiaal
- Werkblad 1


Informeer:

Het begon met Jezus. Zowat 2000 jaar geleden werd hij geboren in Palestina, een Romeinse provincie waar nu het land Israël ligt. Jezus noemde zichzelf een herder. Dit was niet ongewoon in zijn tijd. De mensen waren vertrouwd met herders die met hun kudde schapen of geiten rondtrokken, zodat ze voldoende te eten zouden hebben. Die schapen en geiten zorgden voor melk en voor wol. De melk dronken ze op of ze maakten er kaas van. Van de wol maakten ze kleren of ze weefden er een stof mee om er tenten mee te maken.
Een goede herder was een herder die ervoor zorgde dat de schapen veel gras konden eten, dat ze niet verloren liepen en dat verzorgd werden als ze ziek werden.
Toen Jezus leefde sprak men over koningen als over herder: een goede koning zorgde voor de mensen van zijn rijk zoals een herder voor zijn schapen.
Jezus zei van zichzelf dat Hij een ‘goede herder’ was.


De kinderen lezen in het evangelie volgens Johannes (Werkblad 1) dat Jezus zei:
‘Ik ben de goede herder:
Ik ken mijn schapen en mijn schapen kennen Mij,
zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken.
Ik geef dan ook mijn leven voor mijn schapen.’

(Johannes 10, 14-15)

Ga dieper in op de tekst aan de hand van de vragen:
- Hoe noemt Jezus zichzelf?
(een goede herder)
- Wie zou Jezus bedoelen met ‘schapen’?
(De mensen die Hem volgen)
- Waarom zou Jezus die beelden (herder en schapen) gebruiken?
(herinner de kinderen aan de informatie die je gaf over herders in de tijd van Jezus)
- Wie bedoelt Jezus met de Vader?
(Met ‘Vader’ bedoelt Jezus God)



Op het einde van zijn evangelie schreef Johannes:
‘Toen ze gegeten hadden vroeg Jezus aan Simon Petrus:
‘Simon, zoon van Johannes, heb je Me lief, meer dan de anderen hier?’
‘Ja, Heer,’ zei hij, ‘U weet dat ik van U houd.’
Daarop zei Jezus: ‘Zorg dan voor mijn kudde.’
Nogmaals vroeg Hij: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je Me lief?’
‘Ja Heer,’ zei hij, ‘U weet dat ik van U houd’.
Daarop zei Jezus: ‘Wees dan een herder voor mijn schapen.’
Nog een derde keer vroeg Hij:
‘Simon, zoon van Johannes, houd je van Mij?’
Het deed Petrus pijn
dat Jezus hem voor de derde keer vroeg of hij van hem hield.
Hij zei: ‘Heer, U die alles weet, U beseft toch wel dat ik van U houd.’
Daarop zei Jezus: ‘Zorg dan voor mijn schapen.’’

(Johannes 21, 15-17)

- Wie komen in deze tekst aan het woord?
(Jezus en Simon Petrus)
- Wat wil Jezus zeggen met het woord ‘kudde’?
(De mensen die Jezus volgen zijn zoals de schapen die een herder volgen)
- Jezus zegt aan Petrus: ‘Wees een herder voor mijn schapen’
- Wat wil Jezus met die woorden duidelijk maken?
(Jezus wil dat Petrus de mensen verder begeleidt zoals Jezus dat deed, wanneer Hij gestorven is.)
- Waarom zou Jezus drie keer aan Petrus gevraagd hebben of hij van Hem hield?
(Jezus wilde er zeker van zijn dat Petrus de mensen zou begeleiden zoals Hij dat deed)
- Wat kan deze tekst met de paus te maken hebben?
(Petrus wordt de eerste paus, iemand die de mensen begeleidt zoals een herder zijn kudde)



Even testen

Waar Niet waar
Jezus zegt aan Petrus dat hij moet zorgen voor de mensen die Jezus volgen. x
Petrus is de tweede paus. x
Jezus wil dat Petrus goed zorgt voor de schapen van de herder. x
Jezus vraagt vijf keer aan Petrus dat hij voor zijn schapen zou zorgen. x
Jezus vraagt drie keer aan Petrus: ‘Hou je van Me?’ x






Op bezoek bij de paus

Kringgesprek: de paus en Rome

Spreek naar aanleiding van het aftreden / het overlijden van de paus over Rome.

- Waar woont de paus?
(Vaticaanstad, een kleine stad in de grote stad Rome, de hoofdstad van Italië)
- Waarom zou de paus daar wonen?
(Omdat Petrus, de eerste paus in Rome gestorven is en begraven op de plaats waar nu het hoofdaltaar staat in de Sint-Pieterskerk)



Hoekenwerk: Vaticaanstad

Materiaal
Werkbladen
- Werkblad 3a, Werkblad 3b, Werkblad 3c, Werkblad 3d, Werkblad 3e, Werkblad 3f, Werkblad 3g (één blad voor elk groepje)
- Werkblad 4 (voor elk groepje 1 kopie van dit werkblad)
- Kaart van Vaticaanstad om op een smartbord te gebruiken


Toon deze kaart aan de kinderen via smartbord.
Tip zoom eerst uit zodat je de hele stad Rome op de kaart kunt zien. Zoom daarna in op Vaticaanstad.
Op werkblad 3 vind je deze kaart terug. Daarop staan cijfers die verwijzen naar de gebouwen die de kinderen zullen voorstellen.
Terwijl de kinderen met hun opzoekingswerk bezig zijn, teken je een parcours uit op die kaart met de plaatsen die de kinderen bestuderen.
Dit is het parcours dat alle voorgestelde plaatsen aandoet:

Vaticaanstad 2 Parcours

Verdeel de klasgroep in groepjes van drie tot vijf, die een plaats naar keuze zullen verkennen in Vaticaanstad om zo wat meer te vernemen over de omgeving van de paus. Ze maken hierbij gebruik van de afbeeldingen die op het internet te vinden zijn en van de info die over die plaatsen te vinden is op Wikipedia.
Wat ze vinden zullen ze als gidsen vertellen aan de anderen van de klas.

De kinderen kunnen kiezen tussen de volgende plaatsen, die je op de kaart van Vaticaanstad situeert:

  • Sint-Pietersbasiliek
  • Sint-Pietersplein
  • Sixtijnse kapel
  • Het huis van Marta
  • De Zwitserse wacht
  • De grote audiëntiezaal Paulus VI
  • Radio Vaticana




Informatie bij de mogelijke stopplaatsen in Vaticaanstad
Vaticaanstad is ontstaan in 1929. Het is het kleinste onafhankelijke land van de wereld. Het heeft een oppervlakte van 0,44 km² en ligt in de Italiaanse stad Rome.
Omdat het een apart land is, hebben veel landen een ambassade in Vaticaanstad. Ook het Vaticaan heeft ambassadeurs in vele landen. Zo’n ambassadeur wordt nuntius genoemd.

Van de ongeveer 900 mensen die in Vaticaanstad wonen, is de belangrijkste bewoner de paus. Hij is de bisschop van Rome en de opvolger van Petrus. Paus Franciscus is de 266e paus in de geschiedenis.

De paus wordt beschermd door de Zwitserse wacht. Deze ’soldaten’ zijn Zwitsers, die gedurende twee jaar de paus vrijwillig komen beschermen.

Een groot deel van deze stad wordt ingenomen door de Sint-Pietersbasiliek, een van de grootste kerken ter wereld. Die kerk is gebouwd op het graf van de heilige Petrus.

Voor de Sint-Pietersbasiliek bevindt zich een mooi plein: het Sint-Pietersplein waar christenen in openlucht bijeenkomen om de paus te zien.

Christenen kunnen ook naar de grote audiëntiezaal gaan waar de paus hen toespreekt. In de grote audiëntiezaal bevindt zich een heel groot kunstwerk dat de verrijzenis van Jezus voorstelt.

De belangrijkste kapel is de Sixtijnse kapel. Deze kapel werd gebouwd in opdracht van paus Sixtus IV (15e eeuw). Michelangelo beschilderde de plafonds ervan, terwijl hij boven op een hoge stelling op zijn rug lag. Wanneer een paus sterft, komen alle kardinalen die nog geen tachtig jaar geworden zijn in die kapel bijeen om een nieuwe paus te kiezen.

Als die kardinalen bijeenkomen om een paus te kiezen, logeren ze in een hotel dat ‘het huis van Marta! noemt.

Een belangrijke plaats in Vaticaanstad die de communicatie met de christenen en iedereen anders verzorgt is de plaats waar de media zich bevinden.
Er is de krant: ‘L’ Osservatore Romano’, maar nu vooral de website van het Vaticaan en de tv (Vatican media).




Presentatie
De kinderen stellen voor wat er op de plaats te zien is die zij onderzochten.
Ze gebruiken daarvoor de foto’s die ze vonden op het internet.

Presenteer deze activiteit als een bezoek aan het Vaticaan. Elk groepje dat een aspect voorbereidt, informeert de anderen over de plaats die ze bestudeerden.





Verkiezing van een paus

Informeer

Vertel hoe een paus wordt verkozen met behulp van de tekst hieronder. Ondersteun je verhaal met foto’s (de Sint-Pietersbasiliek, de Sixtijnse kapel, rook uit de schouw van de Sixtijnse kapel, de paus op het balkon van de sint-Pietersbasiliek).


Vooraf
de volgende informatie is algemeen. Dit wil zeggen dat die informatie klopt voor de meeste pausen. Maar, daar kan van afgeweken worden. Zo wordt paus Franciscus niet begraven in de crypte van de Sin-Pieterskerk, maar in de kerk Sancta Maria Maggiore.


Einde van een pontificaat
Een pontificaat, de naam voor de regeringsperiode van een paus, kan op twee manieren beëindigd worden:

de paus sterft
Wanneer de regerende paus overlijdt, volgt men een strikte volgorde van rituelen en tradities:
. Eerst wordt de dood bevestigd door een arts.
. Daarna roept een kardinaal de doopnaam van de paus.
. De camerlengo, de kardinaal-schatbewaarder van het Vaticaan, verwijdert de zegelring van de paus om die te vernietigen.
. Dan neemt het college van kardinalen het bestuur van de Kerk en Vaticaanstad in handen.
. De camerlengo zorgt voor de tijdelijke goederen en de rechten van de Heilige Stoel tot er een nieuwe paus is.

Na zijn overlijden wordt de paus enkele dagen opgebaard.
Daarna is er de uitvaartmis op het Sint-Pietersplein. Tijdens de dienst ligt op zijn kist een evangelieboek, basis van het christelijk geloof. Naast de kist staat een paaskaars, symbool van de verrijzenis. De aanwezige kardinalen en bisschoppen zijn gekleed met een rood kazuifel, de kleur bij de begrafenis van een overleden paus.
Daarna wordt de paus bijgezet in de crypte onder de Sint-Pietersbasiliek.


de paus treedt af
De paus kondigt zelf het einde van zijn pontificaat aan omwille van ziekte of een hoge ouderdom, waardoor hij niet meer de kracht heeft om de functie van paus nog goed te kunnen uitoefenen.




In conclaaf
Wanneer een paus gestorven is of niet meer in functie is, worden alle kardinalen die nog geen tachtig jaar oud zijn, bijeengeroepen in Rome om onder hen een nieuwe paus te kiezen.

Eerst vieren ze de eucharistie in de Sint-Pietersbasiliek. Daarna gaan ze in processie naar de Sixtijnse kapel. Daar blijven ze in conclaaf (= achter gesloten deuren) tot er een nieuwe paus is. Ze mogen dan geen enkel contact hebben met de buitenwereld, om te vermijden dat men van buitenaf druk zou uitoefenen op de keuze van een paus en ook om de duur van een verkiezing te beperken. Om alle mogelijke lekken te vermijden, controleren twee technici voor de aanvang van het conclaaf grondig de Sixtijnse Kapel op afluisterapparatuur.

De kardinalen leggen dan de eed van geheimhouding af en luisteren naar de meditatie van een oudere kardinaal. Daarna worden drie kardinalen door het lot aangeduid om de camerlengo te helpen bij de stemming: iemand die de stemmen verzamelt, iemand die de stemmen telt en iemand die die resultaten controleert.
Er worden stembriefjes verspreid. Elke kardinaal neemt zo'n stembriefje en schrijft daarop de naam van zijn pauskandidaat. Hij vouwt het in de lengte en steekt het omhoog zodat iedereen het goed kan zien. Dan gaan alle kardinalen één voor één naar het altaar en steken hun stembriefje in de urne.
Als iedereen gestemd heeft worden de stemmen geteld. De eerste teller plooit het briefje open, schrijft de naam neer en schuift het door naar een tweede teller die ook de naam noteert. De derde teller zegt de naam van de pauskandidaat luidop. Zo wordt vlug duidelijk wie de kanshebbers zijn. Als niemand de vereiste meerderheid heeft (twee derde meerderheid plus één stem), worden de stemmen verbrand en begint het proces opnieuw.

Na elke telling, worden alle stemformulieren en geschreven documenten verbrand in een kachel, die tegen een muur van de Sixtijnse kapel staat. Als er nog geen paus gekozen is, wordt er nat stro mee verbrand samen met een chemische stof, zodat er zwarte rook uit de schoorsteen komt. Is er een paus, dan worden in de kachel alle stemformulieren en geschreven documenten verbrand en is er witte rook. Die rook is tijdens het conclaaf de enige vorm van communicatie van de kardinalen met de buitenwereld. Om alle twijfel over de kleur van de rook uit de weg te helpen, worden ook de klokken geluid.

Als er na 12-13 dagen nog geen kandidaat is, kiezen de kardinalen een paus bij meerderheid van stemmen.


Habemus papam!
Als een kardinaal tot paus is gekozen, vraagt men of hij met de keuze akkoord gaat. Aanvaardt hij de keuze, dan is hij onmiddellijk de nieuwe paus en vraagt men onder welke naam hij paus wil zijn.

De buitenwereld weet intussen door de witte rook en het klokkengelui dat er een nieuwe paus is. Een grote groep mensen wacht geduldig op het Sint-Pietersplein om met hem kennis te maken.
Eerst krijgt de verkozene pauselijke klederen aan in de rode kamer van de Sixtijnse kapel. Daar zijn een drietal verschillende maten van witte kleren aanwezig, zodat de pas verkozen kardinaal zich al direct als paus kan laten zien op het balkon boven de hoofdingang van de Sint-Pietersbasiliek.
Daar kondigt de oudste kardinaal de nieuwe paus aan met de woorden: 'habemus papam' (= We hebben een paus!’) en geeft de nieuwe paus zijn eerste zegen aan de stad en de wereld (Urbi et Orbi).




Test

Materiaal
- Werkblad 5

. Bezorg de kinderen werkblad 5
Nadien plaatsen ze de nota’s in de goede volgorde.


Correctiesleutel:
4, 5, 2, 7, 10, 1, 6, 8, 9, 3


. Indien je bij het informeren ook gebruik hebt gemaakt van foto’s, kunnen die ook in de chronologische volgorde op een bord gekleefd worden.



Toemaatje

Materiaal
- Werkblad 6

De kinderen vullen het schuifraadsel in. Ze kunnen zich hiervoor laten helpen door het bijgevoegde blad: Het abc van een paus.