Loading...
 

Hebreeën 10, 4-10

2 Beeld

(Morguefile free stock photo license)


…page…

Hebreeën 10, 4-10: De wil van God doen

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1637)

Het bloed van offerdieren kan geen eind maken aan de zonde. (…)
Dit zei Christus toen hij in de wereld kwam: «God, u zegt dat u geen offers van de mensen wilt. U houdt niet van hun offers voor de zonden. Daarom hebt u mij een lichaam gegeven om te offeren. Ik weet dat die woorden uit uw boek over mij gaan. Hier ben ik. Ik zal doen wat u van mij wilt.»
Christus zei dus dat God geen offers voor de zonden wil. God houdt niet van die offers, ook al worden ze gebracht volgens de Joodse wet. En daarna zei Christus: «Hier ben ik. Ik zal doen wat u van mij wilt.»
Jezus Christus deed dus wat God wilde: hij offerde zijn eigen lichaam. Daarmee heeft hij de oude afspraak van God vervangen door de nieuwe. En daarom horen wij nu voor altijd bij God.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Het is onmogelijk dat het bloed van stieren en bokken
zonden kan wegnemen.
Daarom zegt Christus bij zijn komst in de wereld:
‘God, offers en gaven hebt Je niet gewild,
maar Jij hebt Mij een lichaam gegeven.
Brandoffers en zoenoffers konden Je niet behagen.
Toen zei Ik: “Hier ben Ik.”
Zoals er in de boekrol over Mij geschreven staat,
“Ik ben gekomen God, om jouw wil te doen.

Eerst zegt Hij: `Offers en gaven,
brandoffers en zoenoffers hebt Je niet gewild,
die konden Je niet behagen',
hoewel de wet voorschrijft dat ze gebracht moeten worden.
En dan zegt Hij:
`Hier ben Ik, Ik ben gekomen om jouw wil te doen'.
Hij schaft dus het eerste af om het tweede te laten gelden.
Door die wil zijn wij geheiligd, eens voor altijd,
door het offer van het lichaam van Jezus Christus.



Stilstaan bij ...

Offer
Oude volkeren offerden voor (gaven geschenken aan) hun goden uit angst, uit eerbied, uit dankbaarheid of om een gunst (verzoening, vrede …) te vragen. De belangrijkste reden hiervoor was de wens om de godheid te voeden en in leven te houden. Want men ging ervan uit dat die zou sterven als die niet genoeg te eten kreeg. Zo kon men bekomen dat de godheid verder de mensen zou beschermen.
Er ontstonden vele soorten offers: brandoffers, graanoffers, vredeoffers, reinigingsoffers, wijdingsoffers, hersteloffers, wijnoffers, reukoffers … Steeds offerde men iets waardevol: de beste vruchten van het veld, het gezondste dier ...
Maar Jahwe wenst geen offers te krijgen. Hij wil dat mensen rechtvaardig en liefdevol leven. Vooral profeten maakten dat duidelijk.

Boekrol
Dit is een allusie op het ‘Boek van het leven’ waarin de namen en de daden staan van de rechtvaardigen.





Bij de tekst

Psalm 40

In deze brief worden verzen uit psalm 40 gebruikt om duidelijk te maken hoe Jezus zijn roeping heeft verstaan. De psalmist zegt dat de vervulling van de wil van God belangrijker is dan het brengen van offers. Hij zegt: 'Hier ben Ik', en Hij geeft zichzelf. En zoals de psalm verder gaat: Hij heeft zijn mond niet gehouden, maar de gerechtigheid van God verkondigd.

De schrijver van deze brief heeft bij het weergeven van die verzen de Griekse vertaling gebruikt van deze psalm. Want in de Hebreeuwse tekst van deze psalm staat ‘oren’ terwijl in de Griekse vertaling ervan staat: ‘lichaam’.