Loading...
 

INTERVIEW

Wat?

Een vraaggesprek waarbij men wil vernemen wat er bij een persoon leeft aan inzichten en opvattingen.





Doelen

. Leren luisteren naar de andere zonder direct de eigen mening in te brengen.
. Snel informatie verzamelen over een bepaald thema.
. De betekenis en de waarde van een bepaald persoon naar voren kunnen brengen.
. Duidelijke vragen leren formuleren
. Meningsvorming stimuleren en bepaalde vooroordelen durven doorbreken.





Materiaal

Papier, schrijfgerei, eventueel materiaal om het gesprek op te nemen.





Verloop

Voorbereiding
. Individueel of in groep de vragen opstellen.
. Vragen bespreken en keuzes maken. (Aandacht voor een goede volgorde van de vragen)
. Een inleiding en een slot voorbereiden.
. Twee kinderen / jongeren laten demonstreren.
. Dit interview bespreken vanuit observatievragen:
Hebben de kinderen / jongeren zich voorgesteld?
Hebben ze de spreker laten uitspreken en zijn mening gerespecteerd?
Hebben ze telkens maar één vraag gesteld?
Was er variatie in de vragen (Wie? Waar? Wat? Waarom? Wanneer?)
Was er een duidelijke afsluiting?


Uitvoering


Verwerking
Nadien kan er een discussie volgen op de meningen die men zo bekomen heeft.





Tips

Om een interview tot een goed einde te brengen …
(ID 08 (JG9), p. 24-26)

Bij de voorbereiding van de vragen

. Doe onderzoek (internet, in de pers en in de bibliotheek) naar de persoon die je gaat interviewen en stel op basis daarvan je vragen op.
. Hou rekening met het publiek voor wie je het interview maakt: stel vragen het interessant vindt.
. Orden je vragen volgens de onderwerpen die je gaat aansnijden.
. Zorg ervoor dat de vragen handelen over verschillende onderwerpen zoals het dagelijks leven, de bezigheden en de hobby's van de persoon. Dat zorgt voor afwisseling, zelfs al besteed je aan één onderwerp meer aandacht dan aan het andere.
. Schrijf al je vragen voluit neer zodat je tijdens het interview alles gewoon kunt aflezen.

Tijdens het interview

. Toon je interesse voor de persoon en luister geboeid naar de antwoorden. Stel na een antwoord soms een korte, bijkomende vraag over hetzelfde onderwerp om het wat verder uit te diepen, ook al is dat niet voorzien.
. Sla de vragen over die al bij een vorige vraag beantwoord werden.

Na het interview

. Vraag aan de persoon of die nog iets over een bepaald onderwerp wil zeggen.
. Dank de persoon voor het interview.





Variaties

Deze manier van werken kan men ook toepassen bij het bestuderen van een tekst, of als een onderdeel van een vorm van drama (toneel; rollenspel; bibliodrama)