Loading...
 

Lucas 14, 15-24

Lucas 14, 15-24: Iedereen is welkom

Matteüs 22, 1-14 // - // Lucas 14, 15-24



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1637)

Eén van de gasten hoorde wat Jezus zei. Die man zei: ‘Het echte geluk is voor de mensen die feest zullen vieren in Gods nieuwe wereld.’
Jezus antwoordde met een voorbeeld. Hij zei: ‘Een man geeft een groot feest en nodigt veel mensen uit. Op de dag van het feest stuurt hij zijn knecht naar de gasten met het bericht: ‘Kom naar mijn feest, alles staat klaar.’ Maar de gasten zeggen één voor één: ‘Het spijt me, ik kan niet komen.’ De eerste zegt: ‘Ik heb een stuk land gekocht dat ik nu echt moet gaan bekijken. Zeg tegen je heer dat het me spijt.’ Een ander zegt: ‘Ik heb tien koeien gekocht en ik moet ze gaan bekijken. Zeg tegen je heer dat het me spijt.’ En weer een ander zegt: ‘Ik kan niet komen, want ik ben net getrouwd.’
De knecht komt terug en vertelt alles aan zijn heer. Die wordt kwaad en zegt tegen zijn knecht: ‘Ga direct de stad in. Haal de arme mensen, zwervers en bedelaars van de straat en breng ze hier.’
Als de knecht weer terugkomt, zegt hij: ‘Heer, ik heb gedaan wat u vroeg, maar er zijn nog steeds lege plaatsen.’ De heer antwoordt: ‘Ga dan naar de wegen buiten de stad en haal iedereen op die daar rondloopt. Zorg dat iedereen komt, want mijn huis moet vol worden. En luister naar mijn woorden: De gasten die ik eerst uitgenodigd had, mogen niet meer binnenkomen!’’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Een der tafelgenoten die dit hoorde, zei tot Hem:
'Gelukkig al wie zijn maaltijd zal houden in het rijk van God.'

Hij zei: 'Iemand gaf een groot maal en nodigde veel gasten uit.
Op het uur van de feest zond hij zijn dienaar
om aan de genodigden te zeggen: Kom, alles is klaar.
Maar ze begonnen zich allemaal te verontschuldigen.
De eerste zei: Ik heb een akker gekocht en moet die gaan bekijken.
Mag ik je vragen mij te willen verontschuldigen.
Een tweede zei: Ik heb vijf span ossen gekocht en moet die proberen.
ik vraag je mij te willen verontschuldigen.
Een ander zei: Ik ben pas getrouwd, daarom kan ik niet komen.
Toen de dienaar thuis kwam zei hij die allemaal aan zijn meester.
Toen werd zijn meester heel erg kwaad. Hij zei tegen zijn dienaar:
‘Ga snel naar de straten en stegen van de stad
en breng de armen, gebrekkigen, blinden en kreupelen naar hier.
Wat later zei de dienaar tegen hem:
‘Heer, alles is gebeurd zoals jij gevraagd hebt.
Maar er is nog plaats over.’
Toen zei de meester tegen zijn dienaar:
‘Ga naar de wegen en de binnenpaden
en nodig de mensen dringend uit naar hier te komen,
want mijn huis moet vol worden.
Ik zeg je: geen enkel van de mannen die het eerst uitgenodigd waren,
zal van mijn feestmaal proeven.'



Stilstaan bij ...

Uitnodigen
In het nabije Oosten nodigt men bij een groot feest de gasten tweemaal uit: eerst met een vooraankondiging en dan nog eens bij de aanvang van het feest.





Bij de tekst

In deze parabel vermeldt Lucas drie soorten genodigden:

De kennissen van de gastheer De Joodse leiders
De blinden en de kreupelen De zondaars uit het joodse volk
De mensen van de straat De heidenen


(In de parabel zoals Matteüs die neerschreef werden er maar twee groepen uitgenodigd.)



Een parabel...

... informeert over God en zijn rijk
De gastheer is het beeld van God die alle mensen, zonder uitzondering, tot zijn ‘Rijk’ uitnodigt.

... roept op
om 'feestkleding' aan te trekken, te zorgen voor een aangepaste levenshouding.

Lees meer over parabels.





Bijbel en kunst

Willy FRIES

Het grote gastmaal (1965)

Fries

Op de blauwe vloer ...
Een groep mensen wendt zich af van het feestgebeuren. Ze zijn goed aangekleed: lange jassen, hoeden.
Eén van de witte figuren (Jezus) rond de grote ronde tafel, baadt in het licht van de volle maan, staat recht en deelt brood met de persoon naast Hem. Met zijn linkerhand neemt Hij een beker.

Op de groene vloer ...
Onder de tafel is een groep mensen te zien van alle rassen. Ze bevinden zich in het licht. Hand in hand of met opgestoken armen gaan ze in de richting van de grote tafel.

Op de rode vloer ...
Buiten het licht van de maan, probeert een aantal mensen zich op te richten en in beweging te komen.




Suggestie
(Geïnspireerd door: Echo 1 Handleiding, Uitgeverij Peckmans, p. 69)

Dit schilderij valt uiteen in drie delen:

De figuren op een blauwe vloer
- Wat valt op bij deze figuren?
- Hoe zijn ze gekleed?
- Hoe staan ze tegenover het gebeuren op het kunstwerk?

- Welke genodigden uit de parabel herken je?
- Wat 'zeggen' ze met hun houding?


De figuren op een rode vloer
- Wat valt op bij deze figuren?
- Hoe zijn ze gekleed?
- Hoe staan ze tegenover het gebeuren op het kunstwerk?
- Wat houden sommigen vast in hun handen?

- Welke genodigden uit de parabel herken je?
- Wat 'zeggen' ze met hun houding?


De figuren op een groene vloer
- Wat valt op bij deze figuren?
- Hoe zijn ze gekleed?
- Hoe staan ze tegenover het gebeuren op het kunstwerk?
- Wat hebben sommigen in hun handen vast?

- Welke genodigden uit de parabel herken je?
- Wat 'zeggen' ze met hun houding?





Suggesties

Kleine kinderen

KENNISMAKEN MET DE PARABEL

Vroeger en nu

Vroeger
Jezus vertelt:
De zoon van de koning gaat trouwen.
Daarom geeft de koning een groot feest.
Hij nodigt veel mensen uit.
Maar...
De eerste wil zijn land bekijken.
De tweede moet zijn nieuwe ossen keuren.
De derde is pas getrouwd.
Niemand wil naar het feest komen.

De koning roept zijn dienaars.
Hij zegt:
'Ga naar alle hoeken en pleinen.
Breng iedereen mee die je ziet:
armen, mensen die een handicap hebben, of blind zijn.
Mijn huis moet vol zijn.
Dan is het pas feest.


Nu
Louis is jarig.
Hij geeft een feest.
Mama heeft taarten gebakken.
Alle kinderen van de klas mogen
naar het feest komen.
Maar...
Matthis wil thuis naar de tv kijken.
Sarie gaat een tante bezoeken.
Ralf gaat voetballen.
'Niemand wil komen,' huilt Louis.

Mama zegt:
Nodig de kinderen uit de buurt.
Maya, Vince en Ali willen zeker komen.'
'En Emma... en Leon... en Youssef...'
lacht Louis.
Hij holt vlug weg.

DOEN

Tekening: de grote tafel

De kinderen tekenen op een blad een grote tafel. Aan die tafel tekenen ze alle mensen die op het grote feest uitgenodigd zijn.





VERTELLEN

Het grote dierenfeest

(C. LETERME, Een parel voor elke dag, Uitgeverij Averbode, 2007, p. 94)

Lang geleden zag een man
dat sommige dieren elkaar niet konden verdragen.
Omdat hij veel van dieren hield, dacht hij:
'Ik richt een feest in voor alle dieren van de wereld
en geef ze zoveel te eten als ze willen.
Dan kunnen ze in vrede leven met elkaar.'
Hij zorgde voor een reusachtige tafel
vol hooi en bieten, gras en distels,
bananen en nootjes, graankorrels en havervlokken,
en vruchten en planten uit alle hoeken van de wereld.
Dan blies hij op zijn hoorn en alle dieren gingen aan tafel:
de grote dieren op de grond,
de halfgrote dieren op banken en stoelen,
en de kleine kropen over de tafel.
Nog nooit hadden ze zoiets meegemaakt.
Iedereen had plezier met iedereen...
... tot de leeuw zei: 'Ik ben de koning van alle dieren.'
De dieren schrokken.
Alles viel stil.
Om te tonen wat hij durfde,
zette de leeuw zijn scherpe nagels
in de rug van de buffel die naast hem zat.
De buffel werd boos, boog zijn kop
en duwde zijn horens in de buik van de leeuw.
De olifant werd kwaad op de leeuw en de buffel.
'Ik wil dat jullie vrienden blijven,' toeterde hij.
De dieren stoven uit elkaar. Dit was geen feest meer!
De dieren keerden zich ook tegen de heer van het feest.
'Wat nu gebeurt, is zijn schuld,' schreeuwden ze.
Ze bedreigden hem en wilden hem verscheuren.

'Ik zal een nieuw feest inrichten,'
dacht de gastheer diep in zichzelf.

Naar een verhaal van J. DEVIJVER



Groot feest

(naar een verhaal van PH. LENOIR in Zonnekind leesboek, uitgeverij Averbode – 21 februari 2003)

‘Ik verveel me’, denkt Toon. Hij zucht:
‘Ik ben alleen. Dat is niet leuk! Helemaal niet leuk!
Maar wat is er dan wel leuk? Toon denkt heel diep na.
‘Ik weet het!’ roept hij, ‘Ik geef een feest.
Een groot feest! En ik vraag aan Sarie of ze komt.’

Toon loopt naar Sarie. ‘Hé Sarie, kom je naar mijn feest?’
‘Leuk!’ lacht Sarie, ‘Ik kom zeker. Wie komt er nog?
‘Euh, dat weet ik niet’ zegt Toon.
‘Een feest met twee is geen echt feest.
Waarom vraag je Mart niet?’ zegt Sarie
Toon denkt na. ‘Ik vind Mart maar saai’, zegt hij.
‘Dat is niet waar. Laat ze maar naar jouw feest komen,
je zult het wel zien.’ zegt Sarie.
‘Goed’, zegt Toon.

‘Hé Mart,’ roept Sarie, kom je naar het feest van Toon?
‘Ik weet het niet’ zegt Mart. ‘Toe Mart. Het wordt heel leuk!
‘Wil Toon het ook?’ vraagt Mart. Toon knikt uit alle macht.
‘Weet je wat?’, zegt Mart, ‘We vragen ook Niek naar het feest.
‘Hé Niek kom je naar het feest van Toon?’
‘Wanneer is dat feest? Dan kom ik met mijn orkest.

‘Mag ik ook komen?’ vraagt Kiki.
‘Maar Kiki, je bent nog zo klein’, zegt Sarie.
‘Wat geeft dat? Ik mag nooit niks’, snikt Kiki.
‘Van mij mag het, klein is leuk’, zegt Niek.
Mart kijkt naar Toon. ‘Mag Kiki komen?
Toon denkt na. ‘Goed, Kiki mag ook komen.’

Nu zijn ze al met heel veel. Het wordt echt een heel groot feest.
‘O wacht!, roept Toon ineens,
‘Zo’n groot feest, dat maakt veel lawaai!
‘We gaan zingen en dansen, roepen en lachen.
Wat zullen de buren zeggen? Zullen ze niet boos zijn.
We vragen het aan buurman Jan, die zal wel raad weten.’
En wat zegt buurman Jan? ‘We komen allemaal mee feesten.’

De avond van het feest is overal licht.
Overal hangen er lampjes.
De hele buurt gaat naar het feest.
Toon is in de wolken: iedereen vind zijn feest leuk.
‘Morgen geef ik weer een feest’, denkt hij.



Hoe het had kunnen zijn
Terwijl de parabel het heeft over een feest waarop de genodigden niet op willen aanwezig zijn, is het feest van Toon wel mogelijk, dank zij de positieve ingesteldheid van iedereen.





Grote kinderen

ONDERZOEKEN

Feest vieren

De kinderen noemen een aantal feesten: doopfeest, eerste communie, verjaardag, plechtige communie, Nieuwjaar, huwelijksfeest, carnaval, Kerstmis, jubileum, Pasen, Vaderdag, Moederdag, pensioen...

- Waarom vieren we feest?
om samen te zijn; om plezier te maken; om te lachten, te spelen, te drinken ...; om iets te vieren; om te danken

- Wat is er prettig aan feestvieren?
veel mensen; versiering; cadeautjes; meer mag dan anders; laat naar bed; alles doen als grote mensen; helpen: tafel dekken, afwassen; plezier, lachen; wijn drinken; lekker eten ...

- Zijn er kinderen/mensen die niet zo graag feestvieren? Waarom?
. Er zijn situaties die kinderen niet prettig vinden
B.v.: mama geen tijd; lang aan tafel zitten; iedereen zoenen; moeten helpen; veel lawaai; vervelen ...
. Er zijn dingen die kinderen liever doen.
B.v.: Pakjes uitdelen, openen ...
Wat vind jij ervan? (leuk? flauw? Waarom heb je iets niet graag?)

- Zijn pakjes belangrijk?
. Wat is nog belangrijker dan die pakjes?
NIET WAT OP TAFEL KOMT IS BELANGRIJK
MAAR WIE OP DE STOELEN KOMT.
. Wie verstaat dat?
. Wat wil dat zeggen?





INLEVEN

Het verjaardagsfeestje (Rollenspel)

(C.LETERME in Simon Plus, uitgeverij Averbode, 2004 nr 1)

Materiaal
. Vier opdrachtenkaarten:

1

Samen met .............. vier je in dezelfde week je verjaardag. Spreek samen af om drie vrienden van de klas uit te nodigen (de drie kinderen die werden aangeduid). Ga naar ze toe, en nodig ze op jullie verjaardagsfeest.

Ga terug naar je plaats en spreek af wat je allemaal nodig hebt om te feesten.

Wat later.
Jullie hebben alles voorbereid voor het verjaardagsfeestje.

Ga nog eens naar je vrienden om hen eraan te herinneren dat het morgen jullie grote verjaardagsfeest is.


2

Reactie bij de tweede uitnodiging: ik kan niet komen, want ik moet optreden met de muziekschool.


3

Reactie bij de tweede uitnodiging: ik kan niet komen, want ik moet naar een reuze spetterende BBQ die de jeugdbeweging organiseert.


4

Reactie bij de tweede uitnodiging: ik kan niet komen, want ik ga met mijn opa naar zee.



Verloop
Twee vriendinnen willen een feestje organiseren voor hun verjaardag (zie opdrachtenkaart 1). Ze bespreken wie er mag komen. Ze gaan naar hen toe en nodigen ze uit. Nadien gaan ze verder met de voorbereidingen. De dag voor hun feestje, nodigen ze hun vrienden nog eens uit. Maar elk van hun vrienden heeft een reden. (Zie: opdrachtenkaarten 2/3/4) Na de afwijzing van hun vrienden, improviseren de twee vriendinnen vrijuit.


Bespreek
- Hebben jullie al eens meegemaakt dat men niet op je uitnodiging inging?
- Wat dacht je toen?
- Wat heb je toen gedaan?

Vertel daarna de parabel.



Sorry! (Rollenspel)

(inspiratiebron: Hemel en aarde, Pasen 2003, p. 26)

Vooraf
Maak kaartjes met daarop mogelijke verschillende rollen voor het spel:
. de meester die het feest geeft
. één of meer dienaren

. iemand die net een dier gekocht heeft en niet zoveel zin heeft
. iemand die geen zin heeft. Verzin zelf een smoes
. iemand die het vergeten is. Verzin zelf een reden

. een arme, die bijna nooit op een feest gevraagd wordt,
omdat die geen geld heeft om mensen terug te vragen
. iemand met eczeem, wordt niet vaak op een feest gevraagd,
want sommige mensen vinden het eng om van zo iemand een hand te krijgen
. een buitenlander, wordt niet vaak op een feest gevraagd,
omdat die de taal niet goed spreekt
. een moslim, wordt niet vaak op een feest gevraagd,
omdat die niet alles mag eten.


Verloop
Vertel de parabel.

De kinderen spelen daarna die parabel opnieuw. Laat ze daarvoor een kaartje trekken.


Bespreek
Wat vond je van de rol die je speelde?
Wat vond je van de gastheer?
Wat vond je van de genodigden?
Zouden de eerste genodigden later spijt gekregen hebben?
Wie was je het liefst geweest in dit verhaal?

Waarom zou Jezus dit verhaal verteld hebben?
(Om de mensen over hun eigen leven te laten nadenken
en hen ook iets te zeggen van wat God belangrijk vindt)


Afsluiting
Lees de parabel nog eens voor.





DOEN

Een eigen stripverhaal

Materiaal
Behangpapier, blanco papier, materiaal om te kleuren, lijm.
Eventueel: schaar


Verloop
Vertel eerst de parabel. Spreek met de kinderen af welke figuur / figuren zij zullen uitbeelden. Daarna scheuren ze die figuren voorzichtig uit en schikken ze die in de goede volgorde op het behangpapier.


TIPS
. Figuren die uitgescheurd zijn ogen mooier op een blad dan de figuren die uitgeknipt zijn.

. Aan grotere kinderen kun je vragen om tekstballonnen te maken bij de verschillende figuren. Ze knippen een ovalen of rechthoekige figuur uit een blad papier en kleven dat bij de figuur die iets te zeggen heeft. Die woorden schrijven ze dan op die tekstballonnen.





BIDDEN

Feest in een nieuwe wereld

God, onze Vader,
Jezus vertelde over een feest
waar heel veel mensen op uitgenodigd waren,
want de gastheer wilde zijn huis vol feestvierders.
Zo wordt het straks in de wereld
die U voor ons wilt:
Een plaats waar heel veel mensen bijeen zijn,
en het goed vinden met elkaar.
U vindt het fijn als iedereen naar uw feest komt.
Daarom nodigt U ons ook uit,
om blij te zijn met U,
in uw nieuwe wereld.





Overweging

Paul Kevers

Zal het feest wel doorgaan?

(P. KEVERS in Samuel, uitgeverij Averbode, 2004 nr 1, p. 12)

Heb jij het ook wel eens gehad? Dat er vijf minuten voor jouw verjaardagsfeestje begint, nog niemand is? En dat je je afvraagt of je vriendjes wel zullen opdagen? Gelukkig hoeft dat nooit lang te duren. Want tien minuten later is iedereen er en kan de pret beginnen...

Jezus vertelde eens een verhaal over genodigden die niet kwamen. (...)

Een rijke man plande een chique feest en nodigde heel wat belangrijke mensen uit. Maar toen het feest begon, wilden ze niet komen. Ze hadden allemaal een reden. Ze hadden allemaal iets belangrijkers te doen...
Dus, daar zat die rijke man met al zijn lekkere eten. Daarom stuurde hij zijn knechten de straat op. Ze moesten iedereen die maar wilde naar binnen halen voor het feest. De arme sukkelaars het liefst van al. En zo gebeurde het. Mensen die anders nooit welkom zijn op zo'n feest, waren er nu wel. En toen werd het pas écht feest.

(...) Voor God zijn alle mensen even belangrijk. Hij nodigt iedereen uit. Maar je moet wel op zijn uitnodiging willen ingaan! Wat God droomt voor de mensen, is zo belangrijk, dat je er alles moet voor over hebben.