Lucas 4, 38-44: Jezus geneest zieken
Matteüs 8, 14-17 // Marcus 1, 29-39 // Lucas 4, 38-44
De tekst
‘Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1624)
Toen Jezus uit de synagoge kwam, ging hij naar het huis van Simon. Daar hoorde hij dat de schoonmoeder van Simon ziek was. Ze had hoge koorts. Jezus ging bij haar bed staan en sprak streng tegen de koorts. Toen ging de koorts weg. De vrouw stond meteen op en ging eten klaarmaken.
’s Avonds werden er mensen met allerlei ziektes bij Jezus gebracht. Jezus legde zijn handen op hen en maakte hen beter. Hij stuurde ook veel kwade geesten weg. Die riepen dan: ‘Jij bent de Zoon van God!’ Want zij wisten dat hij de messias was. Maar Jezus zei streng tegen de geesten dat ze niets mochten zeggen.
Toen het ochtend werd, ging Jezus naar een stille plek buiten de stad. Maar de mensen zochten hem op en kwamen naar hem toe. Ze wilden niet dat hij weg zou gaan en hielden hem tegen.
Maar Jezus zei tegen hen: ‘Het is belangrijk dat ik ook naar andere steden ga. Ook daar moet ik het goede nieuws over Gods nieuwe wereld vertellen. Want daarom heeft God mij gestuurd.’
Jezus vertelde het goede nieuws in alle synagogen in Judea.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Jezus verliet de synagoge en ging naar het huis van Simon.
Omdat de schoonmoeder van Simon hoge koorts had,
vroegen ze Hem om haar te helpen.
Hij kwam aan het hoofdeinde van haar bed staan
en gaf een streng bevel aan de koorts.
Ze werd ervan bevrijd.
Meteen stond ze op en begon ze voor hen te zorgen.
Tegen de avond brachten alle mensen die zieken hadden,
met veel soorten kwalen, bij Hem.
Hij legde hen een voor een de handen op en genas hen.
Hij dreef ook duivels uit, die schreeuwden: 'Jij bent de Zoon van God.'
Hij gaf een streng bevel en verbood hun iets te zeggen,
want ze wisten dat Hij de Messias was.
Toen het dag werd, ging Hij naar buiten
en ging naar een eenzame plaats.
Maar de mensen zochten Hem,
kwamen waar Hij was en probeerden Hem tegen te houden
zodat Hij niet bij hen zou weggaan.
Maar Hij zei tegen hen:
'Ik moet ook aan andere steden
de Blijde Boodschap van het rijk van God brengen,
want daarvoor ben Ik gezonden.'
En Hij predikte in de synagogen van het joodse land.
Stilstaan bij …
Koorts
In de oudheid zag men koorts als een ziekte en niet als het symptoom van een ziekte.
Opstaan
Dit woord wordt ook gebruikt voor de opwekking van de doden en de verrijzenis van Jezus. Zoals God Jezus deed opstaan uit de dood, zo deed Jezus mensen opstaan uit ziekte en lijden.
Bedienen / zorgen
Het Griekse werkwoord voor dienen is van dezelfde stam als het woord diaken.
Ziekten / kwalen
In de tijd van de Bijbel zag men een ziekte als een teken van zonde en een straf van God.
(BELANGRIJK: zorgvuldig omspringen met deze informatie bij kinderen! Deze gedachtegang is helemaal achterhaald!)
Bij de tekst
Betekenis
Jezus predikte niet alleen, Hij verloste en bevrijdde: Hij richtte de mens op tot nieuw leven.
Leven als christen is deelnemen aan de opstanding van Christus uit de dood (stond op) en aan een nieuw leven in de geest van Jezus (bediende). De schoonmoeder van Petrus diende Jezus zoals christenen nu nog de verrezen Christus kunnen 'dienen' in hun 'dienst' aan de medemens.
Bijbel en kunst
Mozaïek
Van links naar rechts:
Johannes
Hij wordt voorgesteld als de jongste leerling van Jezus: hij heeft geen baard.
Jakobus
Jezus
Hij is te herkennen aan de nimbus / aureool waarin een kruis te zien is.
Jezus draagt een rood kleed - een verwijzing naar zijn goddelijke natuur -, en een blauwe mantel - een verwijzing naar zijn menselijke natuur.
In zijn linkerhand heeft Hij een papierrol vast, verwijzing naar de Blijde Boodschap (evangelie) die Hij bracht.
Petrus
Hij is te herkennen aan zijn grijs krullend haar en zijn gele mantel.
De schoonmoeder van Petrus
Zij wordt afgebeeld als een joodse vrouw, die haar haren verbergt in een kap waarboven ze een sluier draagt. De schoonmoeder ligt op een praalbed zoals dat in Byzantium gebruikelijk was.
Opvallend is de manier waarop Jezus de vrouw bij de hand neemt. Vergelijk even met de icoon van de verrijzenis. Daar neemt Jezus op die manier Adam (en soms ook Eva) vast om hen uit hun graf te trekken, zodat ze kunnen deelnemen aan zijn verrijzenis.
Wellicht wilde de anonieme mozaïekkunstenaar op die manier duidelijk maken dat iemand genezen, iemand terug levenskwaliteit geven, te vergelijken is met iemand te doen verrijzen.
Mozaïek met een aardappelstempel
Materiaal
papier, water, gouache, aardappel, aardappelmesje, handdoek.
Verloop
Maak een tekening met grote vlakken.
Snijd een aardappel in frieten. Halveer de staafjes.
Vul de vlakken van de tekening op met afdrukken van de staafjes aardappel, die je eerst in de gouache gedrukt hebt.
Mozaïek met gekleurd papier
Materiaal
Gekleurd papier (uit oude tijdschriften) dat je per belangrijk kleur sorteert (rood, groen, geel, oranje, paars, blauw, grijs, wit, zwart).
Wit papier, lijm, schaar (eventueel).
Verloop
Scheur het gekleurd papier in stukjes die ongeveer dezelfde grootte hebben, of knip ze in vierkantjes van 0,5 cm op 0,5 cm.
Maak een tekening met grote vlakken. Vul de vlakken van de tekening op met de stukjes gekleurd papier.
TIP
Hoe groter de kinderen zijn, hoe kleiner de stukjes papier mogen zijn.
G. FUGEL
Jezus geneest zieken (1920)
Werk van de Duitse kunstschilder Gebhard Fugel (1863 – 1939).
Suggesties
Kleine kinderen
DOEN
Kleuren
Tekenen
Materiaal
Kopie van deze tekening
Kleurpotloden
Verloop
Vertel over Jezus die de schoonmoeder van Petrus geneest.
Omdat kleine kinderen moeite kunnen hebben met het woord 'schoonmoeder', kun je het gemakshalve hebben over de moeder van Petrus.
In de ogen van kleine kinderen is de vrouw van Petrus zijn 'mama'. Als je dan in hun taal spreekt over 'de mama van zijn mama' als omschrijving van 'schoonmoeder', dan zou het gaan om zijn oma, wat niet correct is. Misschien kun je het hebben over de 'schone mama' (= mooie mama) van Petrus, een laat compliment voor die dienstbare vrouw over wie de evangelisten een paar zinnen schreven.
Er is veel witruimte rond de tekening.
Die ruimte vullen de kinderen op met alles wat ze nog in het verhaal hoorden.
Laat de kinderen daarom het verhaal nog eens vertellen.
Wat kunnen de kinderen er rond tekenen?
Een huis, drie leerlingen van Jezus, de vrouw van Petrus.
In de verte een synagoge, andere huizen, palmbomen, een meer (Kafarnaüm lag aan de oever van het meer van Galilea)
Grote kinderen
SPREKEN MET HET LICHAAM
'Sprekende' handen
Materiaal
Kopieer dit werkblad
Verloop
Sta met de kinderen stil bij het feit dat men met handen iets kan zeggen zonder woorden te gebruiken.
Zoek daar allerlei voorbeelden van.
Wuiven, hand geven, 'halt', wenken, aaien, handen op een schouder leggen...
De kinderen sommen niet alleen op wat handen doen, maar geven ook een omschrijving van de betekenis.
De kinderen krijgen per twee een werkblad.
Ze letten heel goed op de houding van de handen, en proberen met eigen woorden te zeggen wat die handen 'zeggen', 'uitdrukken.
(Zo is het bijvoorbeeld niet onbelangrijk dat de ene hand de ander bij de pols neemt.
Laat kinderen dat eens bij elkaar doen.
Merken ze een verschil tussen het geven van een hand, en het nemen van iemand bij de pols?
Wie gewoon een hand geeft, kan gemakkelijker 'loslaten', dan wanneer die iemand vastneemt bij de pols. Zo iemand wil de ander zeker niet in de steek laten.)
Vertel dan over Jezus die de schoonmoeder van Petrus geneest.
- Ga terug naar de handen op het werkblad.
- Van wie zijn de handen?
De kinderen lezen voor wat die handen uitdrukken en vernemen zo wat Jezus duidelijk wil maken.
'Handen' in de eucharistieviering
De 'handdruk' als rode draad in de eucharistieviering:
.
De schuldbelijdenis kan vertrekken vanuit de vraag:
- Wanneer is het moeilijk iemand een hand te reiken?'
.
Het uitgangspunt van de voorbeden kan zijn:
- Wat gebeurt er als je iemand die hand toch reikt?
.
Bij het onzevader geven iedereen elkaar de hand. Zo is men met elkaar verbonden in wat men doet (hand geven) en in wat men zegt (het 'Onze Vader bidden)
ZINGEN / BELUISTEREN
Lied
Kom, ga mee, geef ieder een hand
Samen bouwen aan een nieuw land,
het Rijk van God leeft diep in je hart
vandaag begint een nieuwe start.
(Muziek G. MOUSTAKI - Uit 'Zingen in vieren', Hilversum 1987)
Klik hier om de muziek te beluisteren.
Jongeren
ONDERZOEKEN
Drie keer hetzelfde?
Marcus, Matteüs en Lucas schreven alle drie over Jezus die de schoonmoeder van Petrus heeft genezen.
Op het eerste zicht vertellen die drie teksten drie keer hetzelfde.
Maar vergelijk die teksten eens grondig met elkaar.
Vraag je af:
- Welke kijk had elk van die evangelisten op Jezus?
- Welke boodschap had elk van die evangelisten voor zijn lezers of toehoorders?
Je kunt je ook afvragen:
- Bij welke evangelist voel jij je het meest thuis? En waarom?
VERDIEPEN
Teaching by doing
We kennen 'learning by doing' (leren door te doen). Dat bestaat erin dat men iets beter leert te beheersen door het regelmatig te doen.
Men zou kunnen zeggen dat Jezus doet aan 'teaching by doing'. Hij zegt niet alleen wat Hij te zeggen heeft, Hij doet ook wat Hij zegt. Wat Jezus in de synagoge van Kafarnaüm gezegd heeft, is niet bewaard. Lucas schrijft wel over die keer dat Jezus in Nazaret was en in de synagoge een tekst van Jesaja op zijn leven heeft gelegd.
- Zoek die tekst op in je Bijbel: Lucas 4, 16-20
Zo kwam Hij in Nazaret, waar Hij was opgegroeid. Volgens zijn gewoonte ging Hij op sabbat naar de synagoge. Hij stond op om voor te lezen, en kreeg een boekrol van de profeet Jesaja aangereikt. Hij opende de rol en vond de plaats waar geschreven staat:
"De Geest van de Heer rust op mij. Daartoe heeft Hij mij gezalfd.
Om aan armen de goede boodschap te brengen heeft Hij mij gezonden,
om aan gevangenen hun vrijlating aan te kondigen en aan blinden het licht in hun ogen,
om verdrukten in vrijheid te laten gaan, en een jaar af te kondigen dat de Heer welgevallig is."
Daarna rolde Hij het boek dicht, gaf het terug aan de dienaar en ging zitten.
Lucas 4, 16-20
De geest van de Heer God rust op mij, want de Heer heeft mij gezalfd.
Hij heeft mij gezonden om de armen het blijde nieuws te brengen,
om gebroken harten te verbinden, om de gevangenen vrijlating te melden,
en de geketenden de terugkeer naar het licht. Om het genadejaar van de heer te melden.
Jesaja 61, 1-2a
Wat je daar leest is als het ware de theorie.
- Zoek bij elke zin uit de tekst van Jesaja een moment uit het leven van Jezus dat daar de illustratie van is.
(TIP: je kunt de zinnen uit de tekst van Jesaja letterlijk lezen, je kunt ze ook zien als een beeld voor iets anders.)
- Waar zou je de genezing van de schoonmoeder van Petrus bij plaatsen?
Toen Jezus uit de synagoge kwam, ging hij naar het huis van Simon. Daar hoorde hij dat de schoonmoeder van Simon ziek was. Ze had hoge koorts. Jezus ging bij haar bed staan en sprak streng tegen de koorts. Toen ging de koorts weg. De vrouw stond meteen op en ging eten klaarmaken.
’s Avonds werden er mensen met allerlei ziektes bij Jezus gebracht. Jezus legde zijn handen op hen en maakte hen beter. Hij stuurde ook veel kwade geesten weg. Die riepen dan: ‘Jij bent de Zoon van God!’ Want zij wisten dat hij de messias was. Maar Jezus zei streng tegen de geesten dat ze niets mochten zeggen.
Toen het ochtend werd, ging Jezus naar een stille plek buiten de stad. Maar de mensen zochten hem op en kwamen naar hem toe. Ze wilden niet dat hij weg zou gaan en hielden hem tegen.
Maar Jezus zei tegen hen: ‘Het is belangrijk dat ik ook naar andere steden ga. Ook daar moet ik het goede nieuws over Gods nieuwe wereld vertellen. Want daarom heeft God mij gestuurd.’
Jezus vertelde het goede nieuws in alle synagogen in Judea.