Handelingen 28, 11-16.30-31: Paulus komt aan in Rome
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1774-1775)
We waren drie maanden op Malta geweest. Toen vertrokken we op een schip dat Castor en Pollux heette. Het schip kwam uit Alexandrië. Het lag bij het eiland te wachten tot de winter voorbij was.
We kwamen aan in de stad Syracuse, en daar bleven we drie dagen. Daarna zeilden we naar de stad Regium. Weer een dag later begon de wind uit het zuiden te waaien. Daardoor bereikten we in twee dagen de stad Puteoli.
In Puteoli ontmoetten we een paar christenen. Ze nodigden ons uit om een week bij hen te blijven. Daarna gingen we verder naar Rome.
De christenen in Rome hadden al over ons gehoord en kwamen ons tegemoet. Ze wachtten op ons bij het Plein van Appius en bij de Drie Herbergen. Toen Paulus hen zag, dankte hij God en kreeg hij nieuwe moed.
Uiteindelijk kwam Paulus in Rome aan. Hij mocht daar in een huis wonen, maar er was wel altijd een soldaat om hem te bewaken.
Twee jaar lang woonde Paulus in het huis dat hij gehuurd had. En hij sprak met iedereen die naar hem toe kwam. Hij vertelde over Gods nieuwe wereld en hij gaf uitleg over de Heer Jezus Christus. Hij deed dat zonder angst, en niemand probeerde hem tegen te houden.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Na drie maanden op Malta
vertrokken we op een schip dat uit Alexandrië kwam.
Het heette ‘De dioskuren’ en had op het eiland overwinterd.
Wij legden aan in Syracuse en bleven daar drie dagen.
Vandaar voeren we langs de kust en kwamen in Regium.
Doordat de wind uit het zuiden begon te waaien,
waren we de volgende dag al in Puteoli.
Daar troffen wij christenen aan.
Ze nodigden ons uit om zeven dagen bij hen te blijven.
Daarna gingen we naar Rome.
Ook daar hadden de christenen al van ons gehoord.
Ze kwamen ons tegemoet in Forum Appii en Tres Tabernae,
twee haltes op de via Appia.
Toen Paulus hen zag, dankte hij God en kreeg terug moed.
Na onze aankomst in Rome
mocht Paulus in een huis wonen.
Er was wel een soldaat die hem bewaakte.
Paulus bleef twee volle jaren in Rome in een huis dat hij zelf huurde.
Hij ontving er iedereen die naar hem toe kwam.
Hij verkondigde het koninkrijk van God
en sprak vrijmoedig over Jezus Christus,
zonder dat iemand hem iets in de weg legde.
Stilstaan bij …
We
'We' slaat op Lucas, de schrijver van de tekst, en Paulus.
Dioskuren
Met de dioskuren (tweelinggoden) werden Castor en Pollux bedoeld. Dit waren zonen van de oppergod Zeus, die vooral in Egypte als beschermgoden van de scheepvaart werden vereerd.
Syracuse
Syracuse was / is een havenstad aan de oostkust van Sicilië.
Regium
Havenstad aan de straat van Messina, in het zuiden van Italië.
Deze plaats wordt nu ‘Regio di Calabria’ genoemd.
Puteoli
Puteoli was een havenstad op acht kilometer ten westen van Napels, waar graanschepen uit Egypte aanmeerden. Toen Paulus er aan kwam, was er al een christengemeente.
De stad heet nu Pozzuoli.
Forum Appii
(= Markt van Appius)
Halte met herbergen op de via Appia, op ongeveer 64 km van Rome.
De nabije Pontijnse moerassen waren kweekplaatsen voor malariamuggen.
Horatius noemde de herbergiers van deze plaats spitsboeven.
Tres Tabernae
(= Drie herbergen)
Halte op de via Appia op 50 km ten zuidoosten van Rome
Via Appia
Dit was de oudste Romeinse heirbaan. De weg verbond Rome met Cappua in het zuiden.
Rome
Hoofdstad van het Romeinse Rijk. In de tijd van Paulus was Rome een kleine stad, gebouwd op zeven heuvels aan de Tiber.
Bewaken
In de oudheid werden mensen alleen in de gevangenis opgesloten in afwachting van een uitspraak in een rechtszaak.
Bij de tekst
Onaf?
Hier breekt de tekst vrij plots af. Wat daarna gebeurde, weet men niet. Mogelijk werd Paulus vrijgelaten, is hij opnieuw gaan reizen en werd hij opnieuw gevangen genomen en dan in Rome terechtgesteld. Het kan ook dat hij meteen voor de rechtbank werd gebracht en gedood.
Insula
De woning die Paulus in Rome huurde, was hoogst waarschijnlijk een insula. Zo’n gebouw is te vergelijken met een flatgebouw van drie, vier of vijf verdiepingen hoog, en was aan de vier zijden omgeven door smalle straatjes en steegjes. In het Romeinse Rijk was dit de woning voor de arme burgerij. De kamers die verhuurd werden waren klein. Het licht kwam binnen door de open vensters in de voor- en achtermuur. Er was meestal geen eigen keuken. Daarom kochten de bewoners hun eten bij een thermopolium (soort snackbar), een gaarkeuken of bij een van de vele straatverkopers. Op het gelijkvloers van een insula waren meestal winkeltjes, werkplaatsen of herbergen. Omdat de kwaliteit van de bouw van zo’n insula veel te wensen overliet, waren er vaak instortingen en branden.
Suggestie
Jongeren
ONDERZOEKEN
De jongeren blikken terug op alle teksten uit de Handelingen die over Paulus gaan om op het spoor te komen van wat de christenen in Rome en omgeving wel over Paulus wisten.