Galaten 1, 11-20: Paulus over zijn leven
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1849-1850)
Vrienden, het goede nieuws dat ik jullie verteld heb, is niet door mensen bedacht. Dat moeten jullie goed begrijpen. Ik heb het ook niet van mensen gehoord of geleerd. Ik heb het van Jezus Christus zelf gehoord.
Jullie weten dat ik vroeger volgens de Joodse wet leefde. Ik wist veel meer over de Joodse godsdienst dan de meeste Joden van mijn leeftijd. Ik hield me heel precies aan alle wetten van onze voorouders. En ik vervolgde alle christenen. Niet één mocht er overblijven!
Maar God was goed voor mij. Hij had een heel ander plan met mij. Al voor mijn geboorte koos hij me uit. Speciaal aan mij heeft hij laten weten wie zijn Zoon is. God wilde namelijk dat ik het goede nieuws over Christus aan de niet-Joden zou gaan vertellen.
Nadat ik Christus had leren kennen, heb ik aan niemand raad gevraagd. Zelfs niet aan de mannen in Jeruzalem die al eerder apostel waren dan ik. Ik ben meteen naar Arabië gegaan. Daarna ging ik terug naar de stad Damascus.
Pas drie jaar later ben ik naar Jeruzalem gegaan. Daar heb ik Petrus leren kennen. Ik ben twee weken bij hem gebleven. Ik ontmoette daar ook Jakobus, de broer van de Heer Jezus. Maar andere apostelen heb ik toen niet gezien. Wat ik jullie schrijf, is de waarheid. God weet dat!
Dichter bij de tijd
Jullie moeten goed weten, broeders,
dat het evangelie dat ik jullie bracht
is geen verzinsel van mensen.
Ik heb dat niet van een mens gehoord of geleerd,
maar van Jezus Christus zelf.
Jullie weten hoe ik vroeger als Jood leefde
en hoe ik de kerk van God fanatiek vervolgde
en trachtte uit te roeien.
Ik leefde de wetten van de joodse godsdienst veel strikter na
dan veel joden van mijn leeftijd.
Ik hield me heel precies aan de overleveringen van mijn voorouders.
Maar God koos me al vanaf mijn geboorte uit
en riep me in zijn goedheid.
Hij besloot om me zijn Zoon te laten kennen,
zodat ik over Hem kon spreken bij niet-joodse volken.
Ik ben toen niemand raad gaan vragen
en ik ben ook niet naar Jeruzalem gegaan,
naar hen die eerder apostel waren dan ik.
Ik ben meteen vertrokken naar Arabië.
Vandaar keerde ik terug naar Damascus.
Pas drie jaar later ging ik naar Jeruzalem.
Daar leerde ik Petrus kennen.
Ik bleef toen twee weken bij hem.
Ik zag geen enkele andere apostel,
behalve Jakobus, de broer van Jezus.
(Alleen op 29 juni:)
Wat ik u schrijf is echt waar.
God weet dat.
Stilstaan bij …
Evangelie
Dit woord betekent ‘goed nieuws’ / ‘blijde boodschap’. Paulus verwees nog niet naar een van de evangelies die in het tweede deel van de Bijbel werden opgenomen, want die moesten nog geschreven worden.
Dit goede nieuws was voor hem dat Jezus de Messias was en zo de weg wees naar God.
Openbaring
Met die woorden maakte Paulus duidelijk dat het initiatief voor zijn zending niet bij hem ligt.
Tweemaal verwijst Paulus in zijn brieven naar wat gebeurde onderweg naar Damascus, waar hij christenen wilde gevangen nemen: 1 Korintiërs 15, 8-9 en Galaten 1, 15-16.
Gij hebt gehoord
Met wat hierop volgt, wil Paulus de Galaten duidelijk maken dat wat ze willen het omgekeerde is van wat Paulus heeft meegemaakt.
Paulus, een fanatieke navolger van de joodse wetten, evolueerde naar een verdediger van het evangelie. De Galaten die het evangelie hebben aangenomen, overwogen de naleving van de joodse wet, de Tora. Volgens Paulus gaat dit in tegen de bedoeling van God.
Kerk van God
Naam voor de gemeenschap van christenen. Paulus vervolgde die omdat ze losser omgingen met de Tora dan hij vond dat men moest doen. Hij viseerde vooral de christenen die uit Griekse kringen kwamen.
Hartstochtelijke ijver
Paulus was 100% jood. Hij behoorde tot de stam Benjamin. Hij kreeg een grondige scholing in de Tora te Jeruzalem.
Arabië
Wellicht gaat het om het gebied ten zuiden van Damascus: het rijk van Aretas, koning van de Nabateeën.
Apostel
(= Grieks: gezonden, gezant)
In de christelijke traditie worden twaalf mannen apostel genoemd. Jezus zond hen uit om zijn boodschap te verkondigen.
Paulus maakte geen deel uit van die groep. Toch noemde men hem al heel vroeg ‘apostel’ omwille van zijn zendingsreizen. Kunstwerken stellen Paulus voor samen met de andere apostelen en op dezelfde hoogte als Petrus.
Damascus
Damascusis één van de oudste steden ter wereld. De stad ligt aan de rand van de Syrische woestijn.
Kefas / Petrus
(= Aramees: rots)
Met Kefas wordt Petrus bedoeld als hoofd van de gemeenschap van christenen. Handelingen 9, 26 zou naar deze kennismaking kunnen verwijzen.
Jakobus
Jakobus, een broer van Jezus, nam een belangrijke plaats in in de gemeenschap van christenen te Jeruzalem. Hij speelde een belangrijke rol in het apostelconcilie.
Hij maakte wel geen deel uit van de groep van twaalf apostelen.
De brief van Jakobus in het Nieuwe Testament, draagt zijn naam, maar werd hoogst waarschijnlijk niet door hem geschreven.
Bij de tekst
Galaten
De Galaten stamden af van Keltische stammen die in de derde eeuw voor Christus Macedonië binnenvielen.
Ten tijde van Paulus bewoonden ze het noorden van Galatië, een heel grote Romeinse provincie in het berggebied en de vlaktes van het huidige centraal Turkije.
Het Nieuwe Testament bedoelt met Galaten de christenen uit Galatië die niet van joodse afkomst waren.
Wortel in het Oude Testament
De manier waarop Paulus in zijn brief aan de christenen van Galatië schrijft over zijn roeping, herinnert aan de roeping van de profeet Jeremia (Jeremia 1, 4-5).
Waarom Paulus brieven schreef ...
Als Paulus wegging uit een groep christenen die hij gesticht had, schreef hij hen daarna brieven om hen te helpen met vragen die ze hadden over hun geloof.