Inhoudstabel
…page…
Ezechiël 24, 15-24: Toon niet dat je verdriet hebt
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1367-1368)
De Heer sprak opnieuw tegen mij. Hij zei: ‘Mensenkind, ik ga je vrouw, van wie jij zo veel houdt, van je wegnemen. Ze zal plotseling sterven. Maar jij mag niet rouwen of huilen om haar dood. Je mag wel verdrietig zijn, maar dat mag niemand merken. Laat geen tekens van rouw zien: Haal je tulband niet van je hoofd, trek je schoenen niet uit, en bedek je baard niet. Eet ook niet van het voedsel dat de mensen je komen brengen om je te troosten.’
’s Ochtends vertelde ik aan de mensen van mijn volk wat de Heer tegen mij gezegd had. En nog diezelfde avond stierf mijn vrouw.
De volgende ochtend deed ik precies wat de Heer tegen mij gezegd had. Ik rouwde niet om mijn vrouw.
De mensen van mijn volk zeiden tegen mij: ‘Vertel ons toch wat dat allemaal betekent. Waarom rouwt u niet om uw vrouw?’
Ik antwoordde: ‘Ik moet van de Heer de volgende boodschap aan jullie doorgeven: ‘Ik, de Heer, laat mijn eigen tempel vernietigen. De tempel waar jullie zo trots op zijn, en waar jullie je veilig voelen. De tempel waar jullie zo veel van houden, en waar jullie zo naar verlangen. En ik laat jullie kinderen, die achtergebleven zijn in Jeruzalem, sterven in de oorlog.
Als dat gebeurt, moeten jullie je op dezelfde manier gedragen als Ezechiël. Jullie mogen niets laten merken van je verdriet. Je mag niet hardop huilen, en je mag je baard niet bedekken. Je mag je tulband niet van je hoofd af halen en je schoenen niet uittrekken. Je mag ook niet eten van het voedsel dat mensen komen brengen. Nee, jullie zullen wanhopig zijn zonder dat iemand anders dat ziet. Jullie zullen spijt hebben van jullie misdaden, en zuchten van ellende.
Wat Ezechiël doet, is een teken voor jullie. Op de dag dat ik jullie zal straffen, zullen jullie je op dezelfde manier gedragen als hij. Dan zullen jullie begrijpen dat ik de Heer ben, jullie God.’’
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
God zei tegen me:
'Mensenkind, door een plotselinge ziekte
zal Ik je lieve vrouw van je wegnemen.
Maar je mag daar niet om rouwen, je mag niet wenen of klagen.
Klaag in stilte, je mag dat niemand laten zien.
Knoop je hoofddoek om, doe je sandalen aan, laat je baard onbedekten eet niet van het brood dat de mensen je brengen.'
Op een morgen sprak ik als gewoonlijk tot het volk
en die avond stierf mijn vrouw.
De morgen daarop deed ik zoals God gevraagd had.
Toen vroeg het volk me: 'Wil je ons daarmee iets duidelijk maken?'
Ik zei: 'God zei dit tegen me: Zeg tegen het volk van Israël:
Ik ontwijd mijn heiligdom, de burcht waar je trots op bent,
die een lust is voor je ogen en een verkwikking voor je ziel;
je zonen en dochters, die je daar achterliet
zullen vallen door het zwaard.
Dan moet je doen zoals ik deed: je baard mag je niet bedekken
en het brood dat de mensen je brengen mag je niet eten.
Hou je hoofddoek om en je sandalen aan.
Je mag niet rouwen of wenen.
Omwille van je zonde
zullen je verkommeren en zuchten van ellende.
Ezechiël is een teken voor jullie: jullie moeten doen zoals hij deed. Wanneer het zover is zul je weten dat Ik God ben.'
Stilstaan bij …
Rouwen
In de tijd van Ezechiël waren dit de uitingen van rouw:
Luid wenen en klagen, onbedekt hoofd waarop stof en as gestrooid was, gesluierd gezicht, blote voeten, begrafenismaaltijd voor de nabestaanden.
Bij de tekst
Niet rouwen
Zoals Ezechiël niet openlijk mag rouwen om de dood van zijn lieve vrouw, zo mogen de bannelingen niet rouwen om hun geliefde Jeruzalem en wie er achterbleef.