Jakobus 1, 1-11: Houd vol, twijfel niet
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1929)
Dit is een brief van Jakobus, een dienaar van God en van de Heer Jezus Christus. Aan alle mensen op aarde die horen bij het volk van God.
Ik groet jullie!
Vrienden, als jullie het heel moeilijk hebben, dan moeten jullie blij zijn. Want door die moeilijkheden wordt jullie geloof getest, en leren jullie om vol te houden. Dat weten jullie toch? En door steeds vol te houden, zullen jullie als christenen volmaakt worden. Dan zullen jullie alles goed doen, en geen fouten meer maken.
Heeft iemand van jullie niet de wijsheid om te leven zoals God het wil? Dan moet je God om die wijsheid vragen. Hij zal je die zeker geven. Want God geeft de mensen allerlei goede dingen, zomaar, zonder er iets voor terug te vragen.
Als je God om wijsheid vraagt, geloof dan ook dat je die krijgt. Twijfel daar niet aan. Iemand die soms wel en soms niet gelooft, is net als de golven op zee. Die worden door de wind soms de ene kant op geblazen, en dan weer de andere kant.
Iemand die twijfelt, leeft zonder op God te vertrouwen. Zo iemand moet echt niet denken dat hij iets van de Heer zal krijgen.
Christenen die arm en onbelangrijk zijn, mogen er trots op zijn dat God hen uitgekozen heeft. En rijke christenen mogen er trots op zijn dat ze op aarde totaal onbelangrijk zijn. Het gaat met hen net als met de bloemen in het gras: als de zon opkomt, verdroogt het gras door de hitte, en gaan zelfs de mooiste bloemen dood. Net zo sterven alle mensen, ook de rijken, met al het geld dat ze verdiend hebben.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Van Jakobus, dienaar van God en van de Heer Jezus Christus.
Aan de twaalf stammen verspreid over de wereld.
Mijn beste groeten.
Jullie moeten erg blij zijn, broeders en zusters,
wanneer jullie op allerlei vlakken getest worden.
Want jullie weten dat geloof dat getest wordt, leidt tot volhouden.
Als dat volhouden ook blijkt uit wat jullie doen,
zullen jullie volmaakt en volkomen zijn, zonder een enkele fout.
Komt iemand van jullie wijsheid tekort? Vraag dat aan God.
Hij, die aan iedereen geeft, zonder voorbehoud of verwijt,
zal jullie wijsheid geven.
Vraag vol vertrouwen, zonder twijfel.
Wie twijfelt, lijkt op de golven van de zee,
die door de wind heen en weer bewogen worden.
Wie aarzelt en wispelturig is bij al wat hij doet,
moet niet denken dat hij iets van God zal krijgen.
Laat de arme gelovige trots zijn op zijn hoge waarde,
en de rijke op zijn onbelangrijkheid,
want hij zal vergaan als een bloem in het gras.
Als de zon gaat branden en de hitte het gras verdort,
valt de bloem af en is het gedaan met haar schoonheid.
Zo zal het ook gaan met de rijke in zijn ondernemingen.
Stilstaan bij …
Jakobus
Het zou kunnen dat deze Jakobus, de bestuurder van de eerste christenen in Jeruzalem, de broer was van Jezus.
God
Hiermee bedoelt Jakobus niet alleen God, maar ook dat wat God wil: geluk voor alle mensen.
Dienstknecht van God
Hiermee maakt Jakobus duidelijk dat hij niet de dienaar van mensen is. Mensen kunnen gemakkelijk de bedoelingen van God verdraaien naar hun eigen aanvoelen én dan pas God betrekken bij hun eigen plannen.
De twaalf stammen
Die manier van spreken doet vermoeden dat deze brief bedoeld was voor joodse christenen, christenen die voordien joden waren en buiten Israël leefden.
Verspreid over de wereld
(Vertaling van het Griekse woord 'diaspora' = verstrooiing, uitzaaiing)
Het woord diaspora betekent in het algemeen dat men uit het eigen land verdreven wordt en dat men al of niet gedwongen wordt te gaan leven tussen andersdenkende mensen.
Bijvoorbeeld: de eerste christenen trokken weg uit Judea omdat ze er als christenen door de joden niet aanvaard werden.
Bij de tekst
Stijl
De kernachtige stijl van Jakobus herinnert aan die van het boek ‘Spreuken’ of aan de Bergrede (Matteüs 5-7).
Geloven
Jakobus somt een aantal voorwaarden op om te komen tot een stevig geloof:
. blij zijn om wat er is
. wijsheid
. vertrouwen