Inhoudstabel
…page…
Johannes 8, 51-59: Wie mijn woord onderhoudt zal nooit sterven
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1691)
Luister heel goed naar mijn woorden: Iedereen die mijn boodschap in zijn hart bewaart, die zal nooit sterven.’
De Joden zeiden: ‘Nu weten we zeker dat u een kwade geest in u hebt. Want u zegt: ‘Iedereen die mijn boodschap in zijn hart bewaart, zal nooit sterven.’ Maar zelfs onze voorvader Abraham en de profeten zijn gestorven! U hebt toch niet meer macht dan zij? Wie denkt u wel dat u bent?’
Jezus zei tegen de Joden: ‘Als ik mezelf de hoogste eer zou geven, zou dat geen betekenis hebben. Maar het is mijn Vader die mij de hoogste eer geeft. Jullie zeggen dat hij jullie God is, maar jullie kennen hem niet. Jullie liegen als je zegt dat je God kent. Maar ik zou liegen als ik zei dat ik hem niet kende. Want ik ken hem wel, en ik geef zijn boodschap door.
Abraham verheugde zich op mijn komst. Toen hij mij zag, was hij blij.’ De Joden zeiden tegen Jezus: ‘Hoe kunt u Abraham ooit gezien hebben? U bent nog geen vijftig jaar oud!’ Toen zei Jezus: ‘Luister heel goed naar mijn woorden: Ik ben er, en ik was er al voordat Abraham er was.’
Toen pakten de Joden stenen van de grond om naar hem te gooien. Maar Jezus ging weg uit de tempel en verdween.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
‘Echt waar, echt waar, Ik zeg jullie:
als iemand mijn woord onderhoudt, zal hij de dood nooit zien.’
Toen zeiden de Joden:
‘Nu weten we zeker dat Je door de duivel bezeten bent.
Want Abraham en de profeten zijn gestorven, terwijl Je beweert:
als iemand mijn woord onderhoudt, zal hij de dood nooit proeven.
Ben Je soms groter dan onze vader Abraham, die wel gestorven is?
Zelfs de profeten zijn gestorven. Wie denk Je wel dat Je bent?’
Jezus antwoordde: ‘Als Ik Mezelf zou verheerlijken
dan betekent mijn glorie niets.
Maar het is mijn Vader, van wie jullie zeggen: Hij is onze God,
die Me verheerlijkt
Toch kennen jullie Hem niet. Maar Ik ken Hem wel.
Moest Ik zeggen dat Ik Hem niet ken,
dan zou Ik een leugenaar zijn, net zoals jullie.
Maar Ik ken Hem en Ik onderhoud zijn woord.
Abraham, jullie vader, juichte van vreugde
bij de gedachte aan mijn komst. Hij heeft hem gezien en was blij.’
Toen zeiden de Joden:
‘Je bent nog geen vijftig en Je zou Abraham gezien hebben?’
Jezus antwoordde: ‘Echt waar, Ik zeg jullie:
voor Abraham werd, ben Ik.’
Toen raapten ze stenen op om Hem te stenigen,
maar Jezus trok zich terug en verliet de tempel.
Stilstaan bij …
Abraham
(= vader van vele volkeren)
Abraham zou rond 2000 voor Christus geleefd hebben. Met hem begon de eigenlijke geschiedenis van het joodse volk. Daarom noemen ze hem hun stamvader.
Van vreugde juichen
Abraham lachte bij de aankondiging van de geboorte van een zoon (Genesis 17, 17). In die geboorte zag men een voorafbeelding van de komst van de Messias, die de belofte van God aan Abraham zal voltooien.
’Ik ben’
Toen Mozes aan God zijn naam vroeg, kreeg hij als antwoord: ‘Ik ben die Ik ben'. Daarmee drukte God uit dat Hij actief, zorgend aanwezig bij zijn volk is. Met '... die ik ben' maakte Hij duidelijk dat Hij dat doet zoals Hij dat wilt. Zo werden in één naam twee kenmerken van God samengebracht: zijn werkende nabije aanwezigheid (immanentie) en zijn apartheid (transcendentie).
Dat Jezus die woorden in de mond nam wil zeggen dat God in Hem nabij kwam om zijn beloften te realiseren.
Stenigen
Deze vorm van executie kwam in de tijd van Jezus vaak voor in het gebied rond de Middellandse zee. Die straf wordt vandaag nog toegepast in sommige landen: Nigeria, Saoedi-Arabië, Iran, Soedan, Afghanistan, Pakistan, de verenigde Arabische emiraten. In Iran wordt de grootte van de stenen zelfs beschreven in het strafwetboek.
Tempel
Voor de joden was de tempel de heiligste plaats ter wereld en de enige waar men aan God kon offeren. De tempel die Jezus kende was de tempel die uitgebreid gerestaureerd werd door koning Herodes, de koning die regeerde toen Jezus werd geboren.
Bij de tekst
Kernvraag
Is Jezus van de duivel of is Hij van God?
De Joden die Jezus aanspraken, dachten dat Hij niet van God was, maar van de duivel, want:
. Hij was bezeten
. Hij dacht belangrijker te zijn dan Abraham
. Hij noemde zichzelf ‘Ik ben’, de naam van God
Maar Jezus toonde aan dat wat Hij deed, zei en wie Hij was, van God kwam. Hij zei dat men het eeuwig leven heeft als men zijn woorden onderhoudt.
Zijn woorden zijn dezelfde als die van God.
’Ik ben’
In het evangelie volgens Johannes gebruikte Jezus zeven keer de woorden ‘Ik ben’ om met een beeld over zichzelf te spreken:
‘Ik ben het brood dat leven geeft’ | Johannes 6, 35; Johannes 6, 48; Johannes 6, 51 |
‘Ik ben het licht voor de wereld’ | Johannes 8, 12 |
‘ik ben de deur voor de schapen’ | Johannes 10, 7.9 |
‘Ik ben de goede herder’ | Johannes 10, 11.14 |
‘Ik ben de opstanding en het leven’ | Johannes 11, 25 |
‘Ik ben de weg, de waarheid en het leven’ | Johannes 14, 6 |
‘Ik ben de ware wijnstok’ | Johannes 15, 1.5 |
"Ik Ben” herinnert aan de naam van God (Exodus 3, 14)
Ken je taal
'Je bent nog geen vijftig en Je zou Abraham gezien hebben?'
Uit die zin besloot men vroeger dat wie vijftig werd, Abraham zou zien.
De betekenis ervan is: Wie ‘Abraham heeft gezien’ is iemand die ‘wijs’ is.