Loading...
 

Lucas 24, 35-53

Lucas 24, 35-48: Laatste woorden van Jezus

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1672)

Toen vertelden de twee leerlingen wat zij onderweg meegemaakt hadden. En hoe ze Jezus herkend hadden toen hij het brood brak.
Terwijl de leerlingen met elkaar aan het praten waren, stond Jezus plotseling bij hen. Hij zei: ‘Ik wens jullie vrede.’ De leerlingen schrokken en werden bang. Ze dachten dat ze een geest zagen.
Maar Jezus vroeg: ‘Waarom zijn jullie bang? En waarom twijfelen jullie of ik het echt ben? Een geest heeft geen lichaam. Maar kijk eens naar mijn handen en mijn voeten. Raak mij eens aan. Jullie kunnen toch zien dat dit mijn lichaam is? Ik ben het echt!’
En Jezus liet de wonden aan zijn handen en voeten zien.
De leerlingen waren zo blij en verrast, dat ze het niet konden geloven. Daarom zei Jezus: ‘Hebben jullie hier iets te eten?’ Toen gaven ze hem een stuk gebakken vis. En Jezus at het op waar zij bij waren.
Jezus zei tegen zijn leerlingen: ‘Toen ik nog bij jullie was, heb ik gezegd: ‘Alles wat er over mij in de heilige boeken staat, moet gebeuren.’
Daarna hielp Jezus hen om de heilige boeken goed te begrijpen. Hij zei: ‘In de heilige boeken staat dat de Messias zal lijden en sterven, en drie dagen later zal opstaan uit de dood. En ook dat namens de Messias het goede nieuws verteld moet worden. Dit is wat alle volken moeten horen: ‘Begin een nieuw leven, dan zal God je fouten vergeven.’ Jullie moeten dat nu aan iedereen gaan vertellen, allereerst in Jeruzalem. Blijf daar totdat de heilige Geest komt. Hij is de hemelse kracht die in jullie zal komen. Ik zal hem naar jullie toe sturen, zoals mijn Vader jullie beloofd heeft.’
Toen nam Jezus de leerlingen mee de stad uit, tot bij het dorp Betanië. Hij stak zijn armen uit en zegende hen. En terwijl hij dat deed, ging hij weg. God haalde hem naar de hemel.
De leerlingen eerden Jezus. Daarna gingen ze vol vreugde terug naar Jeruzalem. Daar waren ze voortdurend in de tempel om God te danken.




Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Toen de twee leerlingen van Emmaüs
bij de andere leerlingen in Jeruzalem kwamen,
vertelden ze wat er onderweg gebeurd was
en dat ze Jezus herkenden aan het breken van het brood.

Terwijl ze zo spraken stond Jezus plotseling in hun midden.
Hij zei: ‘Vrede zij met jullie.’
Ze schrokken en dachten dat ze een spook zagen.
Maar Hij zei: ‘Waarom zijn jullie zo geschrokken?
Waarom beginnen jullie te twijfelen?
Kijk naar mijn handen en voeten: Ik ben het.
Betast Mij en kijk: een spook heeft geen vlees en beenderen!'
Na deze woorden toonde Hij hun zijn handen en voeten.
Ze konden het niet geloven, zo blij en verbaasd waren ze.
Hij vroeg: ‘Hebben jullie hier iets te eten?’
Zij gaven Hem wat geroosterde vis.
Hij nam het en at het voor hun ogen op.
Hij zei: ‘Toen Ik nog bij jullie was, heb Ik gezegd:
Alles moet vervuld worden wat over Mij staat in de Wet van Mozes,
in de boeken van de profeten en in de psalmen.’
Dan maakte Hij hun geest open voor het begrijpen van de Bijbel
en zei verder: 'In de Bijbel staat dat de Messias zal lijden en sterven
en dat Hij op de derde dag zal verrijzen uit de dood.
En ook dat men in zijn naam
bekering tot vergiffenis van de zonden moet prediken.
Men moet dat doen bij alle mensen,
te beginnen in Jeruzalem. Jullie zijn daarvan getuigen.
Daarom zend Ik jullie wat mijn Vader beloofd heeft.
Blijf in de stad, tot God jullie kracht zal geven.'

Daarna ging Jezus met de leerlingen naar buiten tot bij Betanië.
Hij stak zijn handen omhoog en zegende hen.
Terwijl Hij dat deed, ging Hij weg. Hij werd in de hemel opgenomen.
Zijn leerlingen vielen voor Hem op de knieën
en keerden heel blij naar Jeruzalem terug.
Daar gingen ze voortdurend naar de tempel en verheerlijkten God.



Stilstaan bij ...

Twee leerlingen
Verwijzing naar de twee leerlingen van Emmaüs.

Breken van het brood
In het Oosten is deze handeling voorbehouden aan de gastheer.
Het is tevens een van de oudste benamingen voor de eucharistie.

Vrede zij u
Die groet is de vertaling van de gebruikelijke joodse begroeting ‘sjalom’.
In de Bijbel is vrede de som van al wat ‘tevreden’ maakt. Het is de toestand van de mens, die in volmaakte harmonie leeft met zichzelf, de medemens, de natuur, God.

Vis
Het Griekse woord voor vis is: i-ch-th-u-s. Deze vijf letters vormen de beginletters van vijf Griekse woorden: Ièsous, Christos, Theou, Uios, Sotèr. In vertaling willen ze zeggen: Jezus, Christus, Zoon (van) God, Redder.
Het woord ‘vis’ werd geheimtaal voor de geloofsbelijdenis van de eerste christenen.
Lees meer

Wet van Mozes
In de Bijbel bedoelt men met de ‘Wet’, de Tora, de woorden die God op de Sinaï aan Mozes gaf. De kern van die Wet is gekend als de 'Tien woorden' (of de tien geboden).

Profeet
(Grieks = ‘spreken voor of in naam van een ander’)
Een profeet spreekt in naam van God: hij kan goed nieuws brengen. Dan verwoordt hij Gods beloften van zegen en geluk. Hij kan ook een concrete situatie aanklagen. Hij roept dan op om die te veranderen, en om te keren vanuit Gods droom over de wereld. Heel wat profeten werden niet graag gezien omdat ze dingen zegden die de mensen niet graag hoorden.

Psalmen
(Grieks = de snaren betokkelen)
Psalmen zijn liederen, die vooral in de tempel gezongen werden. Ze gaan over vreugde en verdriet, goed en kwaad, wanhoop en vertrouwen van mensen van alle tijden en plaatsen. Ze vertellen hoe de mensen vroeger over God dachten en hoe ze toen tot God gebeden hebben.
Psalmen worden nog steeds door christenen gebeden en gezongen.


Messias
(Hebreeuws = gezalfde; Latijn = Christus)
De Bijbel zegt dat de Gezalfde (Messias, Christus) het rijk van God op aarde zal vestigen, door de mensen te bevrijden van de vreemde overheersing. Hij zal een nieuwe koning zijn in de lijn van koning David. Daarom dachten de joden ten tijde van Jezus, dat de Messias hen zou bevrijden van de Romeinen. Ze zagen hem als een nationalistische figuur, een militaire aanvoerder, een politieke rebel. Jezus gebruikt het woord 'Messias' (of Christus) niet voor zichzelf, wellicht omdat de mensen het toen te politiek invulden.

Derde dag
In de Bijbel doet het getal drie aan God denken. De derde dag is dan het moment (dag, periode) waarop God zich aan de mens laat kennen. Het is het moment waarop de mens voelt en weet: God laat me niet in de steek.

Zegenen
Iemand het goede en Gods nabijheid toewensen.
Deze wens gaat meestal samen met een handgebaar of een handoplegging.





Bij de tekst

Een typisch verhaal voor Lucas

. Jezus vervult de schriften (er staat geschreven)
. Oproep tot bekering en vergeving van de zonden
. Komst van de Heilige Geest (kracht van boven)
. Universalisme van de boodschap (alle volken)





Bijbel en kunst

Miniatuur uit de Egbertcodex

Duitsland, Trier, (rond 980)
(tekst geïnspireerd door: Dries van den Akker s.j. in www.beeldmeditaties.nl)

Codex Egberti

Na zijn verrijzenis verschijnt Jezus aan zijn leerlingen. Op de miniatuur zijn er vier van te zien. Twee ervan zijn de leerlingen van Emmaüs die verteld hebben over Jezus' verschijning aan hen. Twee andere reiken Hem een stuk gebakken vis en een honingraat (volgens enkele Griekse handschriften en de Latijnse Vulgaatvertaling).


Aureool
Hoewel Jezus niet in het midden van het werk staat, gaat toch alle aandacht naar Hem uit. Doordat Hij een aureool draagt, steekt Hij letterlijk boven de andere uit. In dit aureool verwijst een kruis naar zijn lijden en dood.
Het valt op dat de wonden in de handen en voeten van Jezus niet worden weergegeven.


Wit
De witte kleren van Jezus verwijzen naar zijn verrijzenis.
Wit, de kleur van de verrijzenis, is te herkennen in de kleur van de kazuifel van de priester tijdens de paastijd.
De leerlingen delen in die verrijzenis door onder hun gekleurde bovenkleed een wit onderkleed te dragen.


Petrus
De leerling met grijze haren aan de rechterhand van Jezus zou de apostel Petrus kunnen zijn, een visser van beroep. De apostelen gingen na de dood van Jezus terug als vissers werken. Petrus biedt het werk van zijn handen aan: vissen.


Blote voeten
De vier leerlingen hebben blote voeten, symbool voor de navolging van Christus.


Eucharistie
De twee leerlingen naast Jezus zijn afgebeeld als mensen die een gave aandragen, werk van hun handen. Jezus neemt die aan.
Dit herinnert aan de eucharistie, waarin gelovigen ook hun gaven aangedragen. Dit wordt nog versterkt doordat de handen van de twee leerlingen die gaven aandragen bedekt zijn met een stuk van hun mantel (een uiting van eerbied).
Het gebaar van de twee andere leerlingen met hun rechterhand, herinnert aan het gebaar van concelebrerende priesters tijdens de consecratie in de eucharistieviering.



BUONINSEGNA

Jezus verschijnt aan de apostelen (1311)

Verschijning Van Jezus

(Museo dell'Opera del Duomo, Siena)


Duccio di Buoninsegna (1255 - Siena 1318), een belangrijk Italiaans kunstschilder uit Siena, schilderde in de Byzantijnse stijl, een stijl die erg lijkt op die van de iconen.





Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Vredesbloem

De kinderen tekenen een bloem en schrijven daarin de letters VREDE.
Nadien geven ze die bloem aan iemand die ze iets goed toewensen.





Grote kinderen

ACTUALISEREN

Leven volgens de Geest van God

Maak een aantal kaarten waarop voorwerpen of instrumenten geschreven of getekend zijn (B.v. GSM, fiets, spaarvarken, handen, toetsenbord van PC, voeten...) of maak een kopie van deze bladzijde.

Nodig de kinderen uit om na te denken hoe ze met dit instrument of voorwerp, kunnen leven volgens Gods Geest.





SPREKEN MET BEELDEN

Voorwerpen die vertellen over Jezus

Vooraf
Zoek de volgende voorwerpen bijeen: kruisbeeld, hostie, kelk, paaskaars.
Of maak gebruik van de volgende foto's, aangevuld met twee symbolen die naar Jezus verwijzen én op een paaskaars kunnen voorkomen.


Verloop
Vertel: de leerlingen hadden Jezus herkend aan het breken van het brood.
In de Kerk gebruikt men vaak tekens en symbolen die naar Jezus verwijzen.
De kinderen bekijken de voorwerpen die je meebracht én verwoorden hoe ze aan Jezus doen denken. Indien nodig geef je zelf de informatie.
Of: toon de verschillende foto's en laat de kinderen zoeken op welke manier de voorwerpen op de foto naar Jezus verwijzen.

Daarna zoeken de kinderen zelf naar een voorwerp dat volgens hen naar Jezus zou kunnen verwijzen.
Ze benoemen dat voorwerp en verwoorden waarom dat voorwerp volgens hen iets over Jezus zegt.





VERDIEPEN

Zelf vertellen over Jezus

Materiaal
Kopie van deze bladzijde + schrijfgerei


Verloop
Bezorg de kinderen de kopie van een tekening van Jezus. Daarrond staan 'tekstballonnen'.
De kinderen verbinden ze met elementen die getekend werden en waar ze uitleg bij schrijven.

Bijvoorbeeld:
HAND
Jezus breekt het brood en deelt het onder de mensen. Hij raakt mensen aan die ziek zijn.

Bijvoorbeeld:
Broodvermenigvuldiging; Laatste avondmaal; Genezing van een blinde; ...


OOG
Jezus kijkt vol begrip naar de mensen. Hij ziet ook waar mensen nood aan hebben.

Bijvoorbeeld:
Als Jezus het dochtertje van Jaïrus terug tot leven brengt, vraagt Hij dat men haar te eten zou geven; ...


VOET
Jezus gaat naar waar men Hem nodig heeft.

Bijvoorbeeld:
Jezus gaat naar het dochtertje van Jaïrus; Hij gaat naar de zussen van Lazarus; ...


MOND
Jezus spreekt woorden over God en over wat God droomt voor de mensen.

Bijvoorbeeld:
Jezus spreek op een berg; Jezus spreekt aan de oever van het meer van Galilea; ...


Je kunt deze activiteit laten voorafgaan door een gesprek waarbij de kinderen hun visie met elkaar delen
(Belangrijk: het luisteren naar elkaar en zich verrijken aan elkaars visies is belangrijker dan gelijk te halen).
Vraag de kinderen nadien of ze ook een verhaal over Jezus kennen dat hun uitleg illustreert.


TIP
In plaats van een kopie, laat je de kinderen zelf Jezus tekenen.
Bespreek in dat geval vooraf wat er zeker op die tekening moet staan.
Bv.
Ogen. Waarom? Omdat ...
Mond. Waarom? Omdat...





VERTELLEN

Op een bus naar Miami...

C. LETERME, Een parel voor elke dag, Averbode 2007, p. 61

Eén van de busreizigers
was juist vrijgelaten uit de gevangenis.
Iedereen hoorde dat hij tegen de chauffeur zei:
‘Toen ik de gevangenis binnenging
zei ik tegen mijn vrouw
dat ze niet op mij moest wachten.
Drie jaar hoorde ik niets van haar.
Een paar dagen geleden
schreef ik haar dat ik zou begrijpen
dat ze me niet meer wilde terugzien.
Maar ik schreef ook:
“Als je toch nog van mij houdt,
bind dan een geel lint
rond de oude eik in het centrum van het dorp.
Dan zal ik van de bus stappen.
Als er géén lint is, rijd ik door
en zal ik jou vergeten.”’

Wat later reed de bus het dorp binnen.
De man boog het hoofd in zijn handen.
Hij vroeg aan de chauffeur:
‘Wil jij letten op die eik?’
Intussen kende de hele bus zijn verhaal.
Iedereen keek vol spanning uit.
Toen de bus de eik naderde,
was er ineens een losbarsting
van gejuich en applaus.
De man keek uit het raam
en zag de oude eik,
behangen met wel honderd gele linten.
Hij rende de bus uit
in de armen van zijn vrouw.

Onder het gejuich van de andere reizigers
verdween de bus, richting Miami.

Eik




Overweging bij het verhaal
Jezus heeft het goed zeggen dat men zonden moet vergeven.
Als het eropaan komt, blijkt dat voor heel veel mensen zó moeilijk,
dat er van vergeving niets in huis komt
en ze met oogkleppen en overtuigd van hun eigen gelijk verder leven.

De man in het verhaal, die net vrijkwam uit de gevangenis, kende die houding.
Hij had dan ook heel voorzichtig zijn terugkomst aangekondigd
en zich intussen goed voorbereid op een weinig vergevingsgezinde houding
die nogal wat mensen typeert.

‘Hang een geel lint rond de oude eik in het dorp,' schreef hij aan zijn vrouw,
'dan weet ik dat je nog van me houdt.’
Zijn vrouw had de hele boom vol gehangen met gele linten.
Als herboren rende de man de bus uit.

Want vergeven is leven geven.
Wie vergeven wordt,
mag ‘verrijzen’ uit de ‘dood’,
mag ervaren wat het is nieuwe kansen te krijgen.





Overwegingen

Marc Gallant, trappist (Orval)

Vrede zij u

Om elkaar een goede dag te wensen zegt men in het Hebreeuws “sjalom” = “vrede” en in het Grieks “chaïre” = “verheug je”. De evangelisten die in het Grieks schrijven kunnen daarmee een subtiel spelletje spelen. Ofwel vertalen ze het Hebreeuws woord voor woord, en dan zegt Jezus die zijn apostelen begroet “Vrede zij u”. Ofwel houden ze het bij de Griekse groet “chaïre” over “verheug je”. Bij de boodschap aan Maria, begroet de engel haar in het Grieks: “Chaïré, verheug u”. De Latijnse vertaling heeft dat echter niet letterlijk vertaald, maar op zijn alledaags: “Ave, wees gegroet”. Moesten wij het ook op zijn hedendaags vertalen, dan zou dat worden “Dag, Maria”.
Het is dus typisch dat men zich hier, bij het eerste woord dat de verrezen Jezus uitspreekt als Hij plotseling aan zijn leerlingen verschijnt, letterlijk aan het Hebreeuwse “sjalom” houdt (vgl. Lucas 24, 36, Jo 20, 19. 26). "Vrede zij u" !
Het is wel nodig, want voor de leerlingen is het even schrikken als Jezus zo plotseling in hun midden staat. Was Hij niet aan het kruis gestorven nadat zij Hem in de steek gelaten hadden en de vlucht genomen? En nu staat Hij in hun midden. Zij voelen zich niet alleen verrast, maar ook schuldig, in onvrede met zichzelf. Ze zijn zo uit hun lood geslagen dat zij Hem geroosterde vis opdienen en honing, als Hij hun te eten vraagt (Lucas 24, 42). Vis met honing! Onze ernstige Nederlandse vertaling heeft die grappige honing in de kast gelaten. Maar die honing staat wel degelijk vermeld in de oudste handschriften van het evangelie, de codex Sinaïticus, de codex Alexandrinus, de codex Vaticanus, de codex Bezae, om maar de voornaamste te noemen.

Het is aan mensen die zo verbouwereerd zijn dat ze Hem vis met honing voorschotelen, dat Jezus zegt: "Vrede zij u". De apostelen moeten op de eerste plaats bekomen, zich met zichzelf verzoenen, in vrede zijn met zichzelf. Ben je in vrede met jezelf? Om echt in vrede te leven met de anderen moet je eerst in vrede zijn met jezelf. Anders zal je jouw innerlijke spanning op de anderen uitwerken. De vrede die Jezus ons allen toewenst is overigens veel breder dan de afwezigheid van spanning en oorlog. Wat betekent in feite de Hebreeuwse groet "sjalom", die Jezus uitspreekt en die wij vertalen door "vrede"?

Sjalom betekent in de eerste plaats intact-zijn, over de volheid van zijn wezen beschikken. Als je ziek bent, als je ongelukkig bent, dan ben je niet in sjalom. Er is een stuk af van je leven, van je geluk. Daarom zegt Jezus als Hij iemand geneest: "Ga in sjalom, ga in vrede", dat is: ga in de volheid van uw wezen, wees helemaal gezond, wees geheeld. Wie geheeld is, beschikt weer over heel zijn gezondheid, over zijn volle mogelijkheden. Ons woordje "heil" zou zeker op zijn best het Hebreeuwse sjalom vertalen. Het heil is wat ons heel maakt, wat ons het volle geluk geeft. God is heilig. Hij beschikt over heel de volle volmaaktheid van zijn wezen.

De sjalom, het heil, veronderstelt altijd het geluk van de mens. Als je niet gelukkig bent, dan heb je niet de sjalom, dan beschik je niet over de heelheid van je wezen, er mankeert je iets. Je moet geheeld worden, weer tot je eigen volheid komen. God wil ons heil, Hij wil de volheid, de heelheid van ons geluk. Niet alleen het geluk op onze mensenmaat, maar zijn eigen geluk van Liefde. Daarom is het voor God een mislukking, telkens er een mens ongelukkig is. De wens die Hij ons toestuurt is altijd die van "sjalom", "weest geheel gelukkig". Hij roept ons tot het heil, Hij vraagt ons heilig te worden, Hij wil ons verlossen van alles wat ons lichamelijk of geestelijk belemmerd om geheel ons zelf te zijn. Als Jezus iemand lichamelijk geneest, dan bedoelt Hij daarmee vooral een geestelijke heling. Hij is de Heiland, Hij die ons heelt en heiligt.

In de wereld gekomen als koning van vrede, herhaalt Jezus steeds weer: "Wees niet bevreesd, heb vertrouwen. Vrede zij u. Vrede laat ik u na, mijn vrede geef ik u. Niet zoals de wereld die geeft, geef ik u die vrede. Laat uw hart niet verontrust of kleinmoedig worden". Daarmee is de toon gezet. Jezus' leerlingen waren, na de catastrofe van Golgota, verlamd door angst, twijfels en moedeloosheid. Zij hadden zich gebarricadeerd in het Cenakel, zij hadden zich teruggetrokken uit het leven. Jezus komt en stuurt hen op zending, het volle leven in. Zo wil Jezus ook vandaag ons ontdoen van onze angst, van onze kleinmoedigheid. Hij zendt ons het leven in met zijn vrede, met zijn vreugde.

Wij hebben nooit in onszelf die volheid van leven die de echte vrede is. Jezus heeft die vrede krachtens zijn verrijzenis en Hij deelt ze ons mee. Hij laat ons immers niet over aan ons lot, wat ook onze moeilijkheden zijn. Altijd kunnen wij op Hem rekenen. Nemen wij dan de tijd om naar Hem toe te gaan, om Hem met ons hart te onthalen. Dan zullen wij zijn vrede in ons laten doorstromen.