Rode draad in de lezingen
De vele gezichten van vrede:
. zwaarden omsmeden tot ploegen.
. niemand uitsluiten.
1e lezing | Jesaja blikt in de toekomst. Dan zal iedereern naar de berg gaan van de Heer. Op die berg zegt God wat hij van de mensen wil: niemand zal nog leren hoe men oorlog moet voeren. |
Tussenzang | Psalm 122 is een lied dat bedevaarder zongen op weg naar de tempel in Jeruzalem. Daar eerden ze God en baden ze ook om vrede. |
Evangelie | Een Romeinse honderdman riep de hulp in van Jezus voor zijn verlamde zoon die hevig pijn leed. Hoewel die Romein het land van Jezus bezette, toch genas Hij zijn zoon. |
Extra
. Voorbereiding op Kerstmis
Advent
Advent vieren
. Verhaal
Vreemdelingen buiten
(C. LETERME, Een parel voor elke dag, Uitgeverij Averbode 2007, p. 361)
Op een keer, het was enkele dagen voor Kerstmis,
schilderden drie mannen op een muur:
‘Vreemdelingen buiten!’
Wat later kon je in de kleine stad horen:
‘Kom. Nu is het genoeg .
Wij doen wat op de muur staat. Wij zijn weg !’
Eerst kwamen de pakjes cacao naar buiten,
dan de chocolade en de pralines in hun kerstverpakking.
Zij wilden naar Ghana en West-Afrika.
De koffie volgde.
De ananas en de bananen kropen uit hun kisten.
Ook de druiven uit Zuid-Afrika.
De peperkoek en de koekjes twijfelden.
Want zij zijn gemaakt van meel uit België,
maar kregen hun pittige smaak van kaneel uit India.
Japanse computerspelletjes trokken in lange rijen naar het Oosten.
In de lucht zag men kalkoenen terug naar Engeland vliegen,
en tapijten die naar Teheran wilden.
De stookolie en de benzine vormden beken
en vloeiden naar Saudi-Arabië en Koeweit.
Auto’s vielen uit elkaar:
wat uit aluminium gemaakt was, trok naar Rusland,
het koper trok naar Zimbabwe, het ijzer naar Brazilië,
de rubberen onderdelen naar Congo.
Na drie dagen herinnerde er niets meer nog aan vreemdelingen.
Omdat het bijna Kerstmis was, zongen de mensen
Stille Nacht, maar dan heel stil
omdat het eigenlijk een Oostenrijks liedje is.
Maar één stel was gebleven:
Maria, Jozef en hun zoontje, Jezus.
‘Wij blijven,’ zei Maria, ‘want als wij ook nog weggaan,
wie zal er dan nog de weg naar de menselijkheid kunnen wijzen?’
. Woord van de dag