Marcus 16, 1-7: De vrouwen bij het graf
Matteüs 28, 1-10 / /Marcus 16, 1-7// Lucas 24, 1-12 // Johannes 20, 1-9
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1596)
Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria uit Magdala en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome olie met een lekkere geur. Daarmee wilden ze het lichaam van Jezus gaan verzorgen.
Op zondag gingen ze naar het graf. Het was heel vroeg in de ochtend, de zon kwam net op.Onderweg zeiden ze tegen elkaar: ‘Wie zal voor ons de steen wegrollen die voor de ingang van het graf ligt?’ Het was namelijk een erg grote steen. Maar toen ze bij het graf kwamen, zagen ze dat de steen al weggerold was.
De vrouwen gingen het graf binnen. Daar zagen ze een jonge man zitten. Hij zat aan de rechterkant en hij droeg witte kleren. De vrouwen schrokken vreselijk. Maar de jonge man zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazaret. Hij is gestorven aan het kruis. Maar hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft hij gelegen.’
De jonge man zei verder: ‘Jullie moeten naar Petrus en de andere leerlingen gaan. En jullie moeten tegen hen zeggen dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Precies zoals Jezus ook al gezegd heeft.’
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Op vrijdag stierf Jezus.
Hij werd begraven in een graf dat in de rotsen was uitgehouwen.
Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria Magdalena,
Maria de moeder van Jakobus, en Salome
welriekende kruiden om Jezus te zalven.
Op de eerste dag van de week, heel vroeg,
net toen de zon op was, gingen ze naar het graf.
Onderweg naar het graf voegen ze zich af:
Wie zal de steen voor ons van de ingang van het graf wegrollen?
Maar toen ze bij het graf kwamen, zagen ze
dat de erg grote steen weggerold was.
Toen ze in het graf gingen, zagen ze een jonge man in een wit kleed.
Ze schrokken, maar hij zei: ‘Schrik niet.
Jullie zoeken Jezus van Nazaret, die gestorven is op een kruis.
Hij is niet hier, Hij is wakker gemaakt uit de dood.
Kijk, dit is de plaats waar ze Hem neergelegd hebben.
Ga tegen de leerlingen en tegen Petrus zeggen:
"Hij gaat jullie voor naar Galilea.
Daar zullen jullie Hem zien, zoals Hij gezegd heeft.'''
Stilstaan bij...
Toen de sabbat voorbij was
Omdat de sabbat de zevende dag was, gaat het over de achtste dag. De achtste dag verwijst naar de dag van de Messias, waarover de profeten spraken.
''Maria Magdalena, Maria de moeder van Jakobus, en Salome"
Deze vrouwen volgden Jezus van in Galilea tot in Jeruzalem.
Welriekende kruiden
Het was de gewoonte om geurige kruiden te verwerken in de windsels van de overledenen. De geuren ervan verminderden de kans tot besmetting en verdoezelden de onaangename geuren van het gestorven lichaam. Bij de kruiden die de vrouwen klaarmaakten was mirre. Mirre komt van een struik die groeit in het zuiden van het Arabisch schiereiland Yemen, Oman) en in Somalië. Het is een soort sap dat stolt in grote tranen en rood wordt als het droog wordt. Mirre werkt tegen ontstekingen, is niet ontvlambaar en geneest littekens. Mirre was een van de geschenken van de wijzen bij de geboorte van Jezus.
Zalven
Toen Jezus leefde, kenden de joden heel precieze gebruiken om hun doden te begraven. Eerst wasten ze het lichaam om het te reinigen, dan lieten ze het drogen en zalfden ze het met welriekende kruiden, vooral mirre en aloë. Daarna werd het omwikkeld met windsels en bedekt met een wit laken, de lijkwade. Op het gelaat werd een doek gelegd, de zweetdoek. Het lichaam werd rechtstreeks begraven in de aarde of neergelegd in de holte van een rots.
Een graf dat in een rots werd uitgehouwen, was eerder voor rijke mensen. Want men moest veel betalen aan de arbeiders die vele dagen nodig hadden om zo’n graf uit te houwen.
De eerste dag
Voor de joden eindigt de week met de sabbat. De eerste dag van de week is dan onze zondag.
Deze eerste dag van de week, was de derde dag na het sterven van Jezus. De joden geloofden dat de ziel drie dagen bij het lichaam van de overledene bleef en dan pas definitief afscheid nam.
Graf
Burgers die eigen grond bezaten lieten vaak in de rotsen van hun veld of tuin een grafkamer inrichten, waar zij en hun familieleden na hun dood op een rustbed werden bijgezet.
Normaal werden gekruisigden begraven in een massagraf voor misdadigers, tenzij hun lichaam opgevraagd werd door de rechter die het vonnis velde. Het lijk moest dan voor zonsondergang begraven worden.
In de middeleeuwen begon men het graf van Jezus af te beelden als een stenen kist. Zo'n graf was meestal voor welgestelde mensen.
Erg grote steen
Een graf dat in een rots was uitgehouwen sloot men af met een grote ronde steen, die men voor de opening rolde en vastzette met een kleine steen.
Jongeman in een wit gewaad
De manier waarop deze jongeman beschreven wordt, doet denken aan een boodschapper / engel van God.
Schrikken
Typische reactie bij de verschijning van een engel, die God zelf vertegenwoordigt.
Kijk, dit is de plaats
Deze zin komt in de christelijke literatuur voor in de mond van mensen die aan pelgrims verklaren wat er allemaal op een bepaalde plaats is gebeurd.
Petrus
Dat Petrus afzonderlijk vermeld wordt na de leerlingen, komt wellicht omdat Marcus nauw met hem samengewerkte.
Galilea
Toen Jezus leefde had deze landstreek van Palestina een negatieve bijklank: daar woonde het volk dat de wet niet kende.
Spreken met beelden
De zon is op | Dit is meer dan een tijdsaanduiding. De duisternis van de oude wereld maakt plaats voor het licht van de nieuwe schepping. Jezus wordt naar voren geschoven als het nieuwe morgenlicht. |
Galilea | = gebied van de heidenen. Jezus’ boodschap is niet alleen voor joden, maar ook voor alle andere mensen bestemd. |
Wit | In de Bijbel (ook op iconen) is wit de kleur die naar God verwijst, zodat de boodschap van de man in het wit een boodschap van God is. |
Bij de tekst
Echt gebeurd?
Wat er precies gebeurde nadat Jezus werd begraven, wordt nergens vermeld. Wel zeggen de verschillende evangelisten dat de leerlingen van Jezus, die dachten dat met zijn dood alles afgelopen was, Hem gingen zien.
Het is belangrijk dit soort tekst niet te benaderen als het rapport van een gebeurtenis. Het is een tekst die met poëtische vrijheid de betekenis van de verrijzenis van Jezus wil belichten.
De kern van deze tekst is wat de man in het wit te zeggen heeft: 'Hij is niet hier, Hij is tot leven gewekt.'
Ontstaan van de tekst
Men denkt dat deze tekst beïnvloed is door het gebruik van de eerste christenen te Jeruzalem om op paasmorgen het graf van Jezus te bezoeken als pelgrims. De evangelisten zouden dan zinnen overgenomen hebben die de pelgrims te horen kregen bij het bezoek aan dat graf.
Matteüs: 'Komt zien naar de plaats waar Hij gelegen heeft.'
Marcus: 'Kijk, dit is de plaats waar men Hem neergelegd had.'
Merk op
. Het valt op dat bij de geboorte van Jezus herders getuige waren en bij zijn verrijzenis vrouwen. Van beide groepen aanvaardde het gerecht de getuigenis niet.
. Over Jezus' verrijzenis wordt niet gesproken als over het opstaan uit een graf, maar wel over de 'opstanding uit de doden'.
. Vrouwen blijken aan de basis te staan van de verrijzeniservaring. Dit staat in sterk contrast met de plaats van de vrouw in de kerk. Hoewel de Kerk grotendeels steunt op de belangeloze en vrijwillige inzet van vele vrouwen, wordt hun bijdrage nauwelijks officieel erkend.
Marcus 16, 8
Ze vluchtten naar buiten, van het graf weg,
bevend van angst en buiten zichzelf.
Ze zeiden niemand iets, want ze waren bang.
Dit was volgens de exegeten het vers waarmee het Evangelie volgens Marcus oorspronkelijk eindigde, omdat men allerlei argumenten had om te twijfelen aan de echtheid van Marcus 16, 9-20:
. de oudste handschriften hebben deze tekst niet
. de taal en stijl zijn niet die van Marcus
. de overgang van vers 8 naar vers 9 is te bruusk.
Sommigen dachten dat Marcus overleed nadat hij Marcus 16, 8 schreef. Maar een groot aantal commentatoren denkt dat Marcus dit einde echt wel zo wilde. Het is niet eens zo vreemd vanuit zijn visie: de directe getuigen begrijpen niet wat ze meemaken. En waar het uiteindelijk over gaat kan in geen enkel boek staan: het is iets wat gelovigen in zichzelf ervaren.
Omdat men al heel vroeg vond dat dit een onmogelijk einde van een evangelie was, werd Marcus 16, 9-20 in de tweede eeuw gecreëerd vanuit de teksten van de drie andere evangelies.
Graf van Jezus
Helena, de moeder van de Romeinse keizer Constantijn I de Grote, identificeerde het graf in 326 na Christus. Van dan af werd het een bedevaartsoord voor de christenen.
Haar zoon, keizer Constantijn, gaf in de vierde eeuw de opdracht er een kerk boven op te bouwen. Later werden nog meerdere kerken gebouwd, die verwoest werden door oorlog of brand.
De huidige kerk werd in 1149 gebouwd en in 2016 gerenoveerd na een lange ruzie tussen zes christelijke Kerken (Grieks-orthodoxen, Rooms-katholieken, de Armeens-Apostolische Kerk, de Syrisch-orthodoxe Kerk van Antiochië, de Koptisch-orthodoxe Kerk en de Ethiopisch-orthodoxe Kerk).
Bijbel en kunst
Icoon
De vrouwen bij het graf
(C.L. 13.02.2017)
Buiten de stad Jeruzalem zijn drie vrouwen aangekomen op de plaats waar Jezus begraven is. Twee ervan hebben dragen een vaasje met welriekende kruiden.
Aan het hoofdeinde van de kist zit een engel op de steen die voordien het graf afsloot. Hij zegt de vrouwen dat Jezus verrezen is. (Dat hij aan het woord is, is duidelijk door het gebaar met zijn rechterhand) Dat Jezus niet meer in het graf ligt maakt de kunstenaar duidelijk met de lijkwade die losjes in het graf ligt.
Dat de engel een boodschapper is, is te zien aan de staf in zijn linkerhand. Dat hij een boodschapper is van God wordt duidelijk door zijn vleugels.
De vrouw met de rode mantel kijkt opzij alsof ze haar vriendin wil vragen wat ze daar allemaal moet van denken.
HE QI
De vrouwen bij het graf
Dit kunstwerk is van He Qi, een Chinees kunstenaar die in Amerika verblijft.
Eén van de vrouwen draagt een kruik, waarin de welriekende olie bewaard wordt.
Merk op dat de kunstenaar in zijn werk elementen gebruikt die verwijzen naar de lente: bloemen, vlinder. Ook het open graf verwijst naar nieuw leven.
Let ook op de snelheid van de vrouwen: de beweging van hun benen; het lichte schoeisel aan de voeten.
Suggestie
- Wat zou elk van deze drie vrouwen gedacht hebben bij het zien van het open graf. Laat je hierbij inspireren door de houding van hun handen.
Leo MERCKX
De getuigen
Suggestie
Lees het evangelie dat bij dit kunstwerk hoort: Marcus 16, 1-8.
Bekijk dan het kunstwerk.
Stel je in gedachten de weg voor die de vrouwen bewandelen: van Jeruzalem naar het graf, van het graf terug naar Jeruzalem.
Waar op deze weg zou je die vrouwen tegenkomen:
- in het heengaan?
- in het teruggaan?
- dichtbij het graf?
- dichtbij Jeruzalem?
Zoek een motivatie voor je antwoord in dit schilderij.
Als de vrouwen iets zouden zeggen, wat zouden ze zeggen?
Als de vrouwen zouden zwijgen, waarom zouden ze dat doen?
Suggesties
Grote kinderen
EVEN TESTEN
Plaats in de juiste volgorde
Hij is niet hier. Hij is verrezen.
Heel vroeg in de morgen gingen de vrouwen naar het graf.
Een man in het wit spreekt de vrouwen aan.
De steen voor het graf was weggerold.
Ze hebben welriekende kruiden mee.
Correctiesleutel
Heel vroeg in de morgen gingen de vrouwen naar het graf.
Ze hebben welriekende kruiden mee.
De steen voor het graf was weggerold.
Een man in het wit spreekt de vrouwen aan.
Hij is niet hier. Hij is verrezen.
Het goede antwoord
Drie vrouwen gingen op weg naar het graf van Jezus
O 's avonds, op de eerste dag van de maand
O tegen de avond op de dag dat Jezus begraven werd
O op de middag van de tweede dag van de week
O 's morgens vroeg op de eerste dag van de week (XXX)
Ze gingen ernaar toe met
O bloemen om het graf te versieren
O kruiden om Jezus te zalven (XXX)
O witte doeken om op Jezus te leggen
O brood en wijn om aan Jezus te denken
Toen de vrouwen bij het graf van Jezus kwamen, vroegen ze zich af:
O Is het wel zeker dat Jezus hier begraven ligt?
O Waren wij niet wat vroeger moeten komen?
O Hebben wij genoeg kruiden bij om Jezus te zalven?
O Wie zal de grote steen voor het graf wegrollen? (XXX)
Toen de vrouwen het graf binnengingen,
zagen ze een jonge man. Zijn kleed was
O wit als sneeuw (XXX)
O rood als bloed
O zwart als roet
O geel als de zon
Hebben de vrouwen wel alles goed onthouden wat de engel gezegd heeft? Was dat:
O Wees niet bang! Wij zullen u geen pijn doen!
O Jullie zoeken Jezus. Hij is verrezen, Hij is hier niet. (XXX)
O Ga naar Betlehem om te zeggen dat u ons gezien hebt.
O Hier is de plaats waar Jezus voor de laatste keer gegeten heeft.
Waar of niet waar?
. Op zondagmorgen kwamen de vrouwen bij het graf van Jezus. (Waar)
. Ze hadden doeken mee om het lichaam van Jezus mee in te pakken. (Niet waar)
. Het graf was dicht omdat er een zware steen voor lag. (Niet waar)
. In het graf zat een jongeman met witte kleren aan. (Waar)
. De vrouwen schrokken hevig toe ze hem zagen. (Waar)
. Hij weende toen hij tegen de vrouwen sprak. (Niet waar)
. Hij zei tegen de vrouwen dat Jezus verrezen was. (Waar)
. De vrouwen dansten en zongen van blijdschap. (Niet waar)
Jongeren
BELEVEN
Weggerold
(Geïnspireerd door de bijdrage van pastoor Peter Kastekkere in Kerk en Leven, Federatie Rotselaar, 31 maart 2010, p. 1)
Vertel dat waar mensen begraven worden, het de gewoonte is om er mettertijd een grafsteen op te plaatsen (letterlijk). Maar ook bij leven kan het zijn dat mensen een steen op hun hart dragen (figuurlijk).
Sta met de jongeren stil bij welke 'stenen' op het hart van mensen kunnen liggen. Bijvoorbeeld:
De steen van moedeloosheid
Mensen die zeggen: alles is om zeep! Er is oorlog, geweld, werkloosheid, afbraak van het milieu...
En het wordt er allemaal maar niet beter op!
De steen van verdriet
Mensen hebben een dierbaar iemand verloren en kunnen hun verdriet niet verwerken.
Een relatie stokt...; Men krijgt heel slecht nieuws te verwerken ivm gezondheid...
De steen van 'laat mij gerust'
Ik word toch niet begrepen; ik word niet gewaardeerd, ik word verkeerd begrepen...
Noteer de verschillende 'stenen' die de jongeren aanbrengen.
(Indien de jongeren niet erg taalvaardig zijn kun je ze zelf een aantal soorten 'stenen' opsommen. Zij staan er dan bij stil op welke manier deze stenen iemand 'dood' maken.)
Lees dan het begin van het evangelie op Pasen:
Op de eerste dag van de week kwam Maria Magdalena, vroeg in de morgen, bij het graf en zag dat de steen van het graf was weggerold.
Laat de jongeren vertellen wat er verder gebeurde. Indien het verhaal niet bekend is, lees het dan zelf verder voor.
Blik daarna terug op de verschillende 'stenen' en laat de jongeren zoeken hoe ze die 'stenen' kunnen wegrollen en voor elkaar en anderen nieuw leven mogelijk maken. Wie gelooft in Jezus vindt hiervoor kracht en inspiratie bij zijn verrijzenis.
VERTELLEN
Een spreker uit Moskou
(Bron onbekend)
Ergens in de Sovjet-Unie organiseerde de atheïstische beweging een gespreksavond. Iedereen die verwacht werd te komen was aanwezig.
Er was een spreker uit Moskou gekomen. Die begon over Christus te spreken, over de mythe van Christus, om precies te zijn.
De spreker kon goed vertellen. Iedereen hing aan zijn lippen. Hij schilderde de tijd waarin het geloof in Christus geboren zou zijn. Hij vertelde van een wereld in nood, van volkeren die onderdrukt werden met geweld en slaven die in opstand kwamen tegen hun lot en die werden neergeslagen.
Het was doodstil in die zaal. Iedereen luisterde gespannen. Het was of hij niet vertelde van een wereld van 2000 jaar geleden, maar van hun eigen wereld en van hun eigen leven. Een wereld vol honger naar gerechtigheid, naar bevrijding en verlossing. Hij vertelde daar zo levendig over, dat zij het voor zich zagen en tegelijk was het of hij sprak over hun tijd.
Tegen die achtergrond begon hij over Christus te spreken, over zijn leven, zijn woorden, zijn werken, zijn lijden en sterven. Hij ontleedde die leer en wees erop hoe die een antwoord was op de nood, waarvan hij had gesproken. Maar ... dat antwoord van Christus was onuitvoerbaar: je leven geven voor je naaste, je vijanden liefhebben en weldoen aan die je haten. Niet langer vragen: wat zullen we eten en wat zullen we drinken, want die eeuwige vrees van ons dat we tekort zullen komen is de wortel van alle kwaad. Dat woord was waar, zei de spreker. Maar het was onmogelijk voor de mens om daartoe uit zichzelf te komen.
Terwijl hij dat alles vernietigde in een betoog zo knap dat niemand er een speld tussen kon krijgen, werden er oude dromen in die mensen wakker.
‘Het was dwaasheid’, zei de spreker, o’m die leer te willen kleineren. Dat zou nooit lukken, dat was een verouderde tactiek waarvan de complete mislukking al gebleken was. Want die leer van Christus was de mooiste droom die de mensheid ooit bezeten had. Maar ... ze was niet te realiseren. Daarom werd Christus tweeduizend jaar geleden in Jeruzalem aan het kruis geslagen. Van die Christus die morsdood was hadden de mensen geen redding te verwachten. De idealen die hij gepredikt had vielen wel te realiseren, maar alleen door een systeem dat rekening hield met de menselijke natuur en die de mens dwong tot datgene waartoe hij uit zichzelf nooit komen zou’.
Het werd doodstil in de zaal. Die man had voor hen allemaal Christus laten leven, zoals hij voor de meeste nooit geleefd had en daarna had hij hem laten sterven en hen overtuigd van zijn dood.
De voorzitter van de vergadering vroeg of er iemand wat te zeggen had of een vraag wilde stellen, maar er viel niets meer te zeggen of te vragen. De mensen voelden zich vernietigd en verslagen. Ze wilden liefst weggaan en alleen zijn.
Achter in de zaal stond iemand op en kwam langzaam naar voren. Toen hij op het podium stond herkenden ze hem. Het was de voormalige bisschop van de stad. Hij was jarenlang gevangen geweest, maar vrijgelaten wegens zijn hoge oude leeftijd. Hij woonde als een vergeten, onschadelijke burger aan de rand van de stad. De meeste wisten niet eens dat hij nog leefde. Ze dachten: 'Man, zwijg toch, zwijg! Wat valt er nog te zeggen?' Maar hij keek hen aan met zijn oude ogen en toen zei hij met zijn versleten stem: Christus is opgestaan!
En zij keken hem aan en wachtten wat hij nog meer zou zeggen, maar hij zei niets meer, dat was het hele antwoord. En toen, toen ging er een rilling door die zaal en opeens stonden ze allemaal op en antwoordden als met één geweldige stem: Hij is waarlijk opgestaan. En ze begonnen de Paashymne te zingen: 'Christus is opgestaan uit de doden ...' En ze huilden, maar zongen het verder: Aan wie in de graven waren, bracht hij het leven ...
Overwegingen
Paul Kevers
Jezus is verrezen! Maar hoe weten we dat? Zijn daar bewijzen voor?
(P. KEVERS in Samuel, uitgeverij Averbode, 2004 nr 7, p. 12)
In de vier evangelies lees je dat enkele vrouwen een paar dagen na Jezus' dood naar zijn graf zijn gegaan. In het graf hebben ze het lichaam van Jezus niet gevonden.
Is dat dan een 'bewijs' dat Jezus verrezen is?
Nee, natuurlijk niet. Trouwens, het eerste wat de vrouwen denken, is dat iemand het lijk is komen weghalen. Dat staat letterlijk zo in het evangelie van Johannes. Maar dan treden twee engelen naar voren: 'Je moet de levende niet zoeken bij de doden. Denk liever terug aan wat Jezus zelf heeft gezegd en gedaan.' Dat gaan de vrouwen vertellen aan de andere leerlingen...
''Welke betekenis heeft dit verhaal dan voor ons vandaag?
De dood betekende voor Jezus niet het einde. Jezus leeft, op een onvoorstelbaar nieuwe manier, bij God. Daarom vragen de mannen in het wit: 'Waarom zoeken jullie de levende bij de doden? Je moet niet blijven treuren bij het graf van Jezus.' Bovendien vragen ze: 'Blijf denken aan al wat Jezus gezegd en gedaan heeft. Een 'sluitend' bewijs van Jezus' verrijzenis is er niet. Maar je zult misschien toch wel ervaren dat Jezus leeft, dat Hij je aanspreekt en kracht geeft om te leven zoals Hij het ons heeft voorgedaan.'
Frans Mistiaen s.j.
Liefde is sterker dan elke dood
(+v. 8 ? "De vrouwen gingen naar buiten
en vluchtten weg van het graf.
Want schrik en ontsteltenis hadden hen overweldigd.
En uit vrees zeiden zij er niemand iets van."
Blijkbaar hebben de vrouwen
het uiteindelijk dan toch niet kunnen zwijgen,
maar hebben zij het wel aan anderen voortverteld.
Anders zouden wij hier niet zitten
met datzelfde geloof in ons hart,
de één meer vastbesloten misschien,
de andere meer aarzelend wellicht,
maar dat is nu eenmaal eigen aan elk echt geloof. )
De vrouwen hadden het blijkbaar niet kunnen laten
toch weer naar dat graf te gaan kijken.
Als gebaar van goed bedoelde piëteit,
wilden zij Jezus' lichaam gaan balsemen, de dode bewaren dus.
In hun droefheid gingen al hun gedachten uit naar de dood.
Het is toch wel vreemd hoe wij dikwijls de neiging hebben
naar de dood toe te trekken.
Teveel jonge mensen in onze tijd worden naar de dood gezogen.
Maar ook wij worden gelokt naar wat dood is in ons.
Wij keren regelmatig terug naar de dode punten van ons leven,
die gebeurtenissen waarvan wij eigenlijk wel weten
dat ze toch geen toekomst hebben:
ergens een domein waar wij zijn vastlopen,
een ervaring van verdriet, onmacht of ontgoocheling,
een letsel opgelopen in de jeugd,
een blijvende pijn omwille van de afwezigheid van een dierbare,
een mislukking in gezin of werk.
Over die dode punten van ons leven blijven wij maar piekeren;
we keren er in gedachten regelmatig naar terug.
Maar dan kunnen dat eeltige plekken worden op ons hart
die geen leven of liefde meer doorlaten of doorgeven.
Het is toch wel vreemd dat de dood ons soms zo sterk lokt.
Die vrouwen die de drang voelden om weer naar het graf te gaan,
vroegen zich onderweg af:
"Maar wie zal voor ons de steen wegrollen?"
Er ligt inderdaad een zware steen op de wereld.
De steen van zovele oorlogen en onrechtvaardigheden
drukt zwaar op onze mensengemeenschap.
Er ligt ook een zware steen op ons eigen hart.
De steen van onze onmacht en van onze zwakheid
verlamt vele van onze goede initiatieven en goede bedoelingen.
En elke mens weet dat hij uiteindelijk bedreigd wordt door de dood.
"De steen was zeer zwaar!"
"Wie zal voor ons dié steen wegrollen?"
Het antwoord krijgen wij in deze Paasnacht:
alleen de liefde heeft zoveel kracht.
De boodschap van de jongeman in wit gewaad
- Gods boodschapper - was duidelijk:
"Gij zoekt Jezus. Hier is hij niet!
Zeg aan al Zijn leerlingen dat zij naar Galilea moeten gaan,
dáár zullen zij Hem zien!"
God zendt ons altijd maar opnieuw weg van het graf en de dood.
Hij vraagt ons juist de andere richting te kiezen.
Hij zendt ons naar de plaats waar de levende mensen van nu wonen,
opdat wij daar onze verantwoordelijkheid zouden opnemen.
Alleen de levende Liefde heeft de kracht
om de zware steen weg te rollen
en al dat dode in ons te overwinnen.
Dat is dan wel een liefde
zoals Jezus die ons heeft voorgeleefd nl.:
een liefde die zichzelf geeft,
die anderen laat voorgaan en bereid is zichzelf achteruit te stellen,
een belangeloos-dienende liefde dus.
Alleen zo'n liefde zonder eigenbelang is bij machte
al onze doodservaringen te overwinnen
en ons opnieuw op de weg te zetten van het echte leven
te midden de mensengemeenschap.
Geloven wij dat echt?
Wij aarzelen, wij twijfelen misschien nog. Heel begrijpelijk.
Maar dat is de kern van ons groeiend verrijzenisgeloof:
“De belangloos-dienende Liefde van Jezus tussen de levenden
is sterker dan elke beperking, elke kwetsuur, elke dood!”
Hebben wij allemaal eigenlijk al
geen verrijzeniservaringen meegemaakt?
Zien ook wij die verrijzenis niet rondom ons al gebeuren?
Het edelmoedig engagement van enkele jongeren,
die een deel van hun vakantie vrijhouden
om gehandicapte kinderen wat vreugde te bezorgen.
Dat is belangloos-dienende liefde die sterker is dan de dood!
Een vrouw die ervoor kiest met respectvolle tederheid
haar partner te helpen om diens onmacht te overwinnen.
Dat is belangloos-dienende liefde die sterker is dan de dood!
Een man die ervoor kiest dat moeilijke woordje "sorry!, excuus!"
uit te spreken als eerste stap om een ruzie op het werk bij te leggen.
Dat is belangloos-dienende liefde die sterker is dan de dood!
Verrijzenis is dagelijks reeds aan het gebeuren
overal waar wij kiezen voor de belangloos-dienende liefde,
die nieuw leven brengt.
Zoals de vrouwen in het verhaal,
worden ook wij soms “onderweg” op het onverwachts aangesproken
door “één of andere jongeman in wit gewaad”.
Het is iemand die ons door God wordt gezonden,
om ons te sturen, weg van de dood,
naar Galilea, naar de plaats van het volle leven.
Daar, in het volle leven, zullen wij Hem tastbaar ervaren.
Voortaan leeft Jezus namelijk in ons,
overal waar wij Zijn liefde concreet maken,
overal waar wij uitgestotenen werkelijk thuis brengen
in de kring van onze gemeenschap,
overal waar wij ons daadwerkelijk verzetten
tegen de duistere krachten van liefdeloosheid in deze wereld,
overal waar wij een echt woord van hoop spreken,
tot wie hopeloos lijkt.
Mensen, verkondig het dus overal:
Kies voor het leven, ondanks de lokkende dood!
Kies voor de liefde, ondanks de dreigende zelfzucht!
Kies voor de belangloos-dienende liefde naar Jezus voorbeeld,
die sterker is dan elke dood, in en rondom ons!
Moge Zijn verrezen Liefde in ons hart
tot nieuw leven komen, hoe zwaar de steen ook lijkt!
De belangloos-dienende liefde van Jezus
is vandaag werkelijk verrezen!