Inhoudstabel
…page…
Psalm 39: Niet meer dan een zucht
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 885-886)
Een lied van David. Voor Jedutun, de zangleider.
Ik kan niet langer zwijgen
Ik dacht: Ik moet me inhouden.
Ik zal mijn mond niet opendoen,
want ik wil geen verkeerde dingen zeggen.
Ik wil niet meedoen met slechte mensen.
En ik was stil, ik zei geen woord.
Ik zweeg, maar ik bleef ongelukkig.
Ik hield het bijna niet meer uit.
Het was alsof ik in brand stond,
mijn gedachten leken wel vlammen.
En toen begon ik toch te spreken.
Ik zei: ‘Heer, zeg me wanneer ik zal sterven.
Ik wil weten hoe lang ik nog leven moet,
vertel me wanneer mijn leven voorbij is.
U hebt al bepaald dat het kort zal zijn.
Voor u is mijn leven niets,
het verdwijnt zo snel als een schaduw.
Het bestaan van een mens is zinloos.
Mensen maken zich druk, maar het leidt tot niets.
Als ze sterven, zijn ze alles kwijt.
Heer, is er nog hoop voor mij?
Ik kan alleen op u vertrouwen.
Vergeef me wat ik fout gedaan heb.
Laat slechte mensen mij niet uitlachen.’
Laat mij niet langer lijden
Eerst wilde ik niet spreken,
want u gaf mij deze pijn.
Maar nu vraag ik u:
Laat mij niet langer lijden.
U straft mij zo streng dat ik bijna sterf.
U straft mensen voor hun fouten,
ze raken alles kwijt.
Een mens betekent niets voor u.
Heer, hoor mijn gebed.
Hoor hoe ik om hulp roep,
hoor hoe ik huil.
Ik ben maar kort op aarde,
net zoals mijn voorouders.
Ik ben hier niet voor altijd.
Laat mij daarom nu met rust.
Dan beleef ik misschien nog wat geluk,
voordat ik sterf en voorgoed verdwijn.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Voor de koorleider.
Voor Jedutun.
Een psalm van David.
Ik dacht: laat ik mijn woorden beheersen,
zodat mijn tong mij niet verleidt.
Laat ik mijn mond met een muilband bedwingen
te midden van mensen zonder God of gebod.
Dus zwijg ik, en zeg geen woord,
zie af van elk woord dat kan opluchten:
maar mijn pijn werd steeds erger.
Mijn hart brandt in mijn borst.
Wat ik denk - het lijken vlammen in mij.
En toch open ik nog mijn mond:
'Zeg me God wanneer ik ga sterven,
hoeveel dagen er voor mij nog zijn,
laat me zien hoe vergankelijk ik ben.
Zie, mijn dagen bepaalt Jij - een handbreed.
In jouw oog is mijn leven niets.
De mens, hoe fier hij ook is, is slechts een zucht.
Zijn levensweg is slechts een schaduw.
Zijn bestaan is zinloos.
Hij vergaart - en wie gaat ermee heen?
Wat mag ik, Heer, nu nog verwachten?
Ik hoop alleen op Jou.
Bevrijd me van al wat verkeerd was,
Laat de dwazen niet met me lachen.
Ik zwijg – ik deed mijn mond niet meer open:
alles gebeurde door jouw hand.
Laat me niet langer lijden,
Ik bezwijk onder de slagen van je hand.
Je straft de mens voor zijn zonde
Aan zijn vroegere pracht vreet de mot:
de mens - hij is niet meer dan een ademzucht.
Hoor, God, mijn gebed,
Luister hoe ik smeek om je hulp.
Blijf niet doof voor mijn verdriet:
ik ben slechts een vreemdeling bij Jou,
een gast - zoals al mijn voorouders.
Wend je straffende blik van me af,
zodat ik nog vreugde mag vinden
voor ik heenga en niet meer ben.'
Stilstaan bij …
Jeduthun
Verwijzing naar een van de Leviet-zangers ofwel de naam van een muziekinstrument.
Muilkorf / muilband
Een korf of een band die men gebruikte om de muil van een dier te sluiten zodat zij niet zouden bijten of eten.
Vreemdeling
Vreemdelingen zijn in de Bijbel doorgaans mensen die (tijdelijk) in een ander land wonen. Maar soms bedoelt men er ook de mensen op aarde mee, waarmee men duidelijk wil maken dat de aarde van God is en het leven op aarde slechts tijdelijk.
Bij de tekst
Begrafenis
Psalm 39 wordt vaak gebruikt bij een begrafenis. Ze mediteert over de kwetsbaarheid van de mens voor God. Ze eindigt met een gebed voor een leven in vrede.
Opbouw
In deze nogal reflectieve psalm onderscheidt men twee delen:
Deel 1 (verzen 1-7)
beschrijft wat er gebeurt als iemand zich niet kan uiten.
Deel 2 (verzen 8-12)
De psalmist komt tot bidden en vraagt om vreugde.