Loading...
 

Psalm 41

Psalm 41: Genees me

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 888-889)

Een lied van David. Voor de zangleider.

Gelukkig zijn mensen die voor anderen zorgen.
Als zij zelf in nood zijn, zal de Heer hen redden.
De Heer zal hen beschermen.
Hij zorgt dat ze in leven blijven,
hij redt ze van hun vijanden.
Iedereen ziet dat ze gelukkig zijn!
Als ze ziek zijn, krijgen ze weer kracht.
Hoe erg het ook is, de Heer maakt hen gezond.

Heer, ik ben ziek,
maak mij weer beter!
Heb medelijden met mij,
ook al heb ik veel verkeerd gedaan.
Mijn vijanden hopen dat het slecht met mij zal gaan.
Ze hopen dat ik snel zal sterven,
en dat iedereen me zal vergeten.
Als ze bij mijn bed staan, doen ze aardig,
maar buiten op straat zeggen ze wat ze denken.
In hun hart zijn ze slecht.

Mijn vijanden haten mij.
Ik hoor ze met elkaar fluisteren,
ze hopen dat het slecht met mij zal gaan.
Ze zeggen: ‘Die man is doodziek.
Hij ligt daar in zijn bed,
hij komt er nooit meer uit!’
En zelfs mijn beste vriend is tegen mij.
Hij was iemand die ik helemaal vertrouwde
en met wie ik alles deelde.

Heer, heb medelijden, help mij.
Laat mij weer opstaan van mijn bed,
dan kan ik mijn vijanden straffen!
Red mij van mijn vijanden.
Neem mijn schuld weg en bescherm mij,
laat mij altijd bij u zijn.
Dan weet ik dat u van mij houdt.

Dank aan de Heer, de God van Israël,
nu en altijd.
Amen, amen!



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Voor de koorleider. Een psalm van David.


Gelukkig wie oog heeft voor de arme:
Als hij zelf in nood is, geeft God hem uitkomst.
God zal hem beschermen en in leven houden,
Men prijst hem gelukkig in het hele land.
God geeft hem niet prijs aan zijn vijanden.
Hij staat hem bij aan zijn ziekbed,
Hij brengt degene die ligt, weer op de been.

Ik vraag: 'God, wees goed voor me,
genees me, al heb ik misdaan tegen Jou.'
Mijn vijanden wensen me kwaad toe:
'Wanneer sterft hij en zal zijn naam verdwijnen?'
Komt er iemand me bezoeken, dan is het vals wat hij zegt.
Hier verzamelt hij slecht nieuws dat hij vertelt op straat.

Alle mensen die me haten fluisteren onder elkaar over mij.
Ze hopen het ergste voor me:
'De kwade geest is in hem gekomen!
Wie zo ligt staat niet meer op!'
Zelfs mijn vriend, die ik het meest vertrouwde,
met wie ik mijn brood deelde, hief zijn hiel tegen mij.

Heer, zorg voor me, richt me op,
dan zal ik ze geven wat ze verdienen.
Hieraan weet ik dat Je naar me omziet:
Geen vijand triomfeert over mij!
Je draagt me ongedeerd
Je geeft me voor altijd plaats in je nabijheid.


Geprezen is de God van Israël,
van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen. Amen.



Stilstaan bij …

Oog hebben voor iemand
Bezorgd zijn om iemand.

Zijn hiel heffen tegen iemand
= Iemand natrappen / zich keren tegen iemand

Amen
(Hebreeuws = ‘zeker, het is zo’, ‘het zij zo’, ‘jaja’, ‘zeker weten’, 'we zijn het er allemaal mee eens!)
Dit woord wijst erop dat iets zeker is, waar is.
Met dit woord wil men iets bevestigen: 'Zo is het!'.
Het Nederlandse woord ‘beamen’ is ervan afgeleid.
Op het einde van elk psalmenboek eindigt de laatste psalm met de uitroep 'Amen': psalmen 41, 72, 89, 106.





Bij de tekst

Einde van het eerste boek der psalmen

Het laatste vers maakt geen deel uit van deze psalm. Het is een plechtige afsluiting van het eerste boek van de psalmen.



Godsbeeld

God beschermt de rechtvaardige, hij die zorgt voor de armen.