Loading...
 

Doopsel van de Heer B - evangelie

Marcus 1, 7-11: Johannes doopt Jezus

Marcus 1, 7-11 // Matteüs 3, 13-17 // Lucas 3, 15-16.21-22



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1579)

Johannes vertelde de mensen iets bijzonders. Hij zei: ‘Na mij komt iemand die veel machtiger is dan ik. Ik ben niet eens goed genoeg om zijn schoenen uit te trekken. Ik heb jullie gedoopt met water. Maar hij zal jullie dopen met de heilige Geest.’

In die tijd kwam ook Jezus naar Johannes toe. Jezus kwam uit Nazaret, een plaats in Galilea. Hij werd door Johannes gedoopt in de Jordaan. Zodra Jezus weer uit het water kwam, zag hij dat de hemel openging. Uit de hemel kwam de Geest naar Jezus toe. Hij kwam naar beneden als een duif. En Gods stem klonk uit de hemel: ‘Jij alleen bent mijn Zoon. Mijn liefde voor jou is groot.’



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Op een dag zei Johannes:
‘Na Mij komt er iemand die meer kan dan ik.
Ik ben zelfs niet goed genoeg om me voor Hem te bukken
en zijn sandalen los te maken.
Ik doopte jullie met water,
maar Hij zal jullie dopen met Heilige Geest.’

In die tijd ging Jezus naar de Jordaan.
Hij was afkomstig van Nazaret, een stadje in Galilea.
Hij wilde zich in de Jordaan door Johannes laten dopen.
Toen Hij uit het water kwam, zag Hij dat de hemel openging
en de Geest als een duif op Hem neerdaalde.
En er klonk een stem uit de hemel die zei:
‘Jij bent mijn geliefde Zoon, Ik zie Je graag.’




Stilstaan bij …

Johannes
(= Hebreeuws: God is genadig)
Johannes was de zoon van priester Zacharias en zijn vrouw Elisabet. Hij predikte, verzamelde leerlingen om zich heen en doopte in de streek van de Jordaan. Hij droeg een kameelharen kleed zoals de profeet Elia. Omdat hij kritiek had op de levenswijze van de koning Herodes Antipas, werd hij, volgens de Bijbel, gevangen genomen en onthoofd op bevel van die koning.

Bukken
Vele joden zagen in Johannes de Messias. Daarom staat in het Nieuwe Testament uitdrukkelijk: 'Ik ben te min om me te bukken en hem de riem van zijn sandalen los te maken.' Hiermee zegden de evangelisten dat Jezus de meerdere was tegenover Johannes.

Sandalen
In de Romeinse tijd droegen de soldaten en de burgers sandalen: een zool van leder of hout, die met een riem vastgemaakt was aan de voet. In huis, in de tempel en op heilige plaatsen deed men de sandalen uit.

Dopen
(= onderdompelen in water)
Johannes doopte in de Jordaan, op de plaats waar het volk Israël zou doorgetrokken zijn bij zijn intocht in het beloofde land. Johannes zag die onderdompeling als een teken van bekering en vergeving. ('Bekeren' wil zeggen dat men zich omkeert, zich omdraait om een andere, een nieuwe weg te volgen.)
Voor mensen die niet kunnen zwemmen heeft zo’n onderdompeling iets van een korte doodservaring, waaruit ze bevrijd en herboren worden. Dit wordt voor hen het beeld voor het verdrinken van hun oude bestaan en hun opstaan tot een nieuw leven.

Water
In water is de spanning te lezen tussen leven en dood.
Men kan deze spanning terugvinden in de betekenis van het doopsel dat Johannes toediende:
. dood: het verdrinken van het oude bestaan, de oude waarden van het vroegere leven
. leven: het opstaan tot een nieuw leven, een leven dat rekening houdt met wat God wil.

Dopen met Heilige Geest
Het doopsel met water wil alle onreinheden uit het hart laten stromen. Het doopsel met de Heilig Geest wil de mensen in hun hart bezielen.

Jezus
= Jahwe is redding; God zal bevrijden.

Nazaret
Jezus woonde in Nazaret in Galilea vooraleer Hij zijn openbaar leven begon.

Galilea
(Hebreeuws = streek van de heidenen).
Streek in het noorden van Palestina, waar een multiculturele en multireligieuze bevolking leefde. Omwille van de goede relaties met wie er woonde, gingen de joden er nogal soepel om met de voorschriften van de joodse godsdienst. Ze kenden die ook niet zo nauwkeurig als de Schriftgeleerden in Jeruzalem.

Jordaan
(= naar beneden stromen)
Johannes zou gedoopt hebben aan de oversteekplaats van de Jordaan, de belangrijkste rivier in Palestina. Die plaats waar de karavaanwegen samenkwamen, was ook de plaats waar de Israëlieten zouden doorgetrokken zijn bij hun intocht in het Beloofde Land.

Duif
Het woord Geest is afkomstig van het Hebreeuwse roeach en betekent 'adem' of 'wind'. Wie vervuld was van de Heilige Geest werd gezien als iemand die door God uitverkoren was. De voorstelling van de Geest van God in de vorm van een duif, werd afgeleid uit Genesis 1 toen de Geest van God over de wateren zweefde.

Stem uit de hemel
= een stem die van God komt.
Joden spreken uit eerbied de naam van God niet uit, en vervangen die door een woord dat naar Hem kan verwijzen (Bv. Heer, hemel, engel...)

‘Jij bent mijn Zoon’
Deze woorden komen uit psalm 2 (vers 7), een lied dat gezongen werd bij de inhuldiging van een nieuwe koning van Israël. Ze zijn een publieke verklaring van de betekenis van Jezus.

‘in wie Ik welbehagen heb’
Toespeling op Jesaja 42, 1





Bij de tekst

Merk op

. Het lijkt erop dat alleen Jezus de duif ziet en de stem hoort.

. Het doopsel van Jezus door Johannes de Doper was voor de evangelisten dé aanleiding om Jezus voor te stellen als de 'Zoon van God': 'Gij zijt mijn welbeminde Zoon'.



Echt gebeurd?

Dat Jezus door Johannes gedoopt werd was voor de eerste christenen moeilijk te verstaan: Jezus was toch zonder zonde! Hij had een doopsel dat zonden vergeeft helemaal niet nodig. Dat die evangelisten toch over dat doopsel schreven, is een argument voor de historiciteit van het doopsel van Jezus.



Wat Marcus wil zeggen over Jezus

. Hij zag de hemel opengaan en de Geest als een duif op zich neerkomen
= beeldende taal om te zeggen: Jezus wordt in bezit genomen door de Geest van God

. Hij hoorde een stem van God.
= beeldende taal om te zeggen: Jezus staat in een bijzondere relatie tot God. In Hem wordt de onzichtbare God zichtbaar. Hij is het beeld (= de icoon) van God.



Wortel in het Oude Testament

Het doopsel van Johannes was een soort herneming van de doortocht door de Rode Zee / Rietzee. Wie zich liet onderdompelen, maakte de tocht vanuit slavernij / oderdrukking naar vrijheid opnieuw symbolisch mee.



Dopen, een provocatie?

In de ogen van de joden was het doopsel dat Johannes toediende heel ongewoon, want ze gingen ervan uit dat de doortocht door de Rode Zee onder leiding van Mozes eens en voor altijd kon tellen als doopsel voor het hele volk. Dat Johannes vond dat de joden opnieuw moesten gedoopt worden, gaf aan dat het joodse volk het verbond met God uit het oog verloren was. Als Johannes opriep tot bekering, riep hij dus op tot ommekeer in de houding tegenover God.



Zoon van God

Joodse godsdienst
‘Zoon van God’ werd in het Oude Testament gebruikt
. voor het volk Israël (Exodus 4, 22; Deuteronomium 14, 1; Hosea 11, 1), want God heeft dit volk geroepen en omringt het met zijn bescherming.
. en voor de koning van Israël (2 Samuel 7; Psalm 2, 7).
Deze titel weerspiegelde een bijzondere relatie tot God, waar een speciale verantwoordelijkheid aan vast hing, want de koning werd geroepen om in naam van God te regeren, zodat hij op aarde de goedheid en zegen van God kan brengen.
Voor de joden was een ‘zoon van God’ een mens, die met God rekening hield.


Hellenistische cultuur
Een ‘zoon van God’ was iemand van wie uitzonderlijke en wonderlijke dingen bekend waren. Daarom dacht men dat zo iemand uit een andere wereld kwam en vertelde men dat die geboren werd uit een aardse moeder en een vader die een god was.
Voor de Grieken was een ‘zoon van God’ dus iemand die half God, half mens was.


Romeinse cultuur
Met deze woorden spraken de Romeinen keizer Augustus aan.


Eerste christenen
Ze begrepen de woorden ‘zoon van God’ bijna zeker zoals de joden dat in die tijd deden. Maar toen het christendom zich begon te verspreiden in gebieden met Griekse invloed, namen ze stilaan ook de Griekse betekenis van die woorden over. Daarom ontstond de nood aan verhalen over de wonderbare geboorte van Jezus en spraken ze over Jezus als de eniggeboren zoon van God.





Bijbel en kunst

A. HOLZER

Johannes de doper doopt Jezus
Adi Holzer (1936-) is een Oostenrijks kunstenaar. Hij werkt zowel in Oostenrijk als in Denemarken.

Deze handgekleurde ets valt uiteen in twee delen:
- op de linkerkant staat Johannes die Jezus doopt
- op de rechterkant overwegen de kleuren geel en wit, kleuren die verwijzen naar het goddelijke.

Holzer

Middenin bovenaan staat een gouden driehoekje, een symbolische afbeelding van God de Vader.
Daaronder is een duif te zien, het symbool van de Heilige Geest, die zich in vliegende vaart naar Christus richt.
Wilde de kunstenaar daarmee zeggen dat Jezus niet alleen gedoopt werd met water maar ook in heilige Geest?

De kunstenaar was er niet om bekommerd precies weer te geven wat het doopsel van Jezus toen kon geweest zijn. In dat geval had hij een onderdompeling in water laten zien en niet het soort doopsel dat wij nu kennen. Hij wilde wel heel duidelijk de relatie weergeven tussen God en Jezus in kleuren, in symbolen en in beelden die spreken.




Suggestie
Aanzet voor een beeldmeditatie:
- Hoeveel personen zie je?
- Hoeveel dieren zie je?
- Wat doet de linkse figuur?
- Wat doet de rechtse figuur?
- Wat weet je over dergelijke handeling?
- Wat is de betekenis ervan?

Let eens op hun ogen van beide figuren.
- Wat zou de kunstenaar hiermee willen zeggen?

Bovenaan staan een driehoek en een duif.
- Ken je de betekenis ervan?

Er staan eigenlijk twee driehoeken: een kleine gouden met stralen, een grote omgekeerde driehoek met zwarte lijnen.
- Wat zou dat kunnen betekenen?

Beide figuren nemen de ene helft van de ets in. De andere helft is overwegend geel en wit.
- Waarom zou de kunstenaar zoveel betekenis hechten aan die kleuren?
- Wat zou hij ermee willen zeggen?

Lees het evangelie van deze zondag.
- Herken je de tekst in de ets?
- Welke van de bovenstaande vragen kun je gemakkelijker beantwoorden vanuit het beluisteren van de tekst?




Belangrijk
. De vragen zijn bedoeld als gangmakers van het gesprek en als aanzetten om een kunstwerk niet alleen te benaderen met vragen als: 'vind je dit mooi of niet', en: 'wat staat erop?'

. Op de vragen bestaan er geen goede antwoorden, omdat we niet weten wat de kunstenaar precies met dit werk bedoeld heeft.




TIP
Afhankelijk van de leeftijd ...
Voorzie zes tekstballonnen:
1 bij Johannes
1 bij Jezus
1 bij de kruik water
1 bij de duif
1 bij het kleine gouden driehoekje
1 bij het water waar Jezus in staat
Daarin kan men schrijven wat die voorwerpen of personen te zeggen hebben.





Suggesties

Kleine kinderen

KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST

Johannes doopt Jezus

(Bewerking: C. Leterme)

Elisabet, de nicht van Maria,
heeft een zoontje gekregen: Johannes.
En Maria werd de moeder van Jezus.

Als Johannes groot is
doopt hij mensen in de rivier, de Jordaan.
Met dit doopsel tonen de mensen
dat ze anders en beter willen leven.

Op een dag zegt Johannes:
‘Na mij komt iemand die meer is dan ik.
Ik ben zelfs niet goed genoeg
om me voor Hem te bukken
en de riemen van zijn sandalen los te maken.
Ik heb jullie gedoopt met water,
maar hij zal jullie dopen
met de Heilige Geest.’

In die tijd komt Jezus uit Nazaret,
een stadje in Galilea,
naar de Jordaan, een rivier.
Daar wil Hij zich door Johannes laten dopen.
Wanneer Hij uit het water komt,
ziet Hij de hemel opengaan
en de Geest als een duif op zich neerdalen.
En er klinkt een stem uit de hemel:
‘Jij bent mijn geliefde Zoon,
Ik zie Jou heel graag.’




Materiaal
Werkblad met zes tekeningen.


Verloop
Vertel eerst het verhaal over het doopsel van Jezus door Johannes de doper.
Toon nadien de zes tekeningen.
Welke tekeningen horen niet bij het verhaal uit de Bijbel?
De kinderen vertellen het verhaal van het doopsel van Jezus opnieuw met de overgebleven tekeningen.


Belangrijk
De aanwezigheid van de duif in dit verhaal geeft de kans om het te hebben over de nauwe relatie van Jezus met God. Marcus schrijft dat God zelf zei tegen Jezus: ‘Jij bent mijn geliefde Zoon, Ik zie Jou heel graag.’



Kleine Levi

(naar: D.A. CRAMER-SCHAAP, Bijbelse verhalen voor jonge kinderen)

Kleine Levi speelt in het zand voor het huis waar hij woont
Ineens loopt hij de kamer binnen.
- Mama, roept hij, kom eens zien: er zijn heel veel mensen op straat!
Ze gaan allemaal naar de rivier! Mag ik ook gaan?
Mama kijkt naar buiten: ze ziet veel mensen op straat.
- Die gaan naar de rivier, de Jordaan, om zich te laten dopen.
- Dopen, wat is dat? vraagt Levi verbaasd.
- Tja, dat is iets wat Johannes de Doper doet.
Hij duwt de mensen onder in het water.
Hij doet dat omdat ze willen tonen dat ze anders willen gaan leven.
Een paar dagen geleden ben ik ook naar Johannes gaan luisteren.
Toen vroeg iemand: 'Hoe moet ik anders worden?'
En Johannes zei:
'Als je twee jassen hebt, moet je er één van weggeven aan wie niets heeft.
En als je voldoende te eten hebt, moet je delen'
- Die Johannes lijkt me een goede man, denkt Levi luidop.
- Maar... nu weet ik nog steeds niet goed wat dopen is."
- Wel, zegt soms gaat er iemand naar Johannes en zegt:
'Ik wil geen verkeerde dingen meer doen.'
Dan zegt Johannes: 'Kom maar mee naar de rivier.
Daar dompelt Johannes hem helemaal onder in het water.
Dat is een teken zodat je weet dat je helemaal opnieuw kunt beginnen:
wat van vroeger is, en wat je verkeerd vond, dat is voorbij.
Dat is dopen.
En daarom noemen de mensen die man Johannes de Doper.
Levi kijkt zijn moeder met grote ogen aan.
- Is Johannes misschien de man die God zal sturen
en waar de mensen op wachten.
- Dat denken heel wat mensen,
maar als ze dat aan Johannes vragen zegt hij:
'neen, dat ben ik niet, dat is iemand anders.
Iemand voor wie ik niet goed genoeg ben
om zijn sandalen los te maken.'

Levi kijkt zijn mama aan.
- Misschien is hij toch de Bevrijder?"
- Neen, neen, hij zegt van zichzelf dat hij dat zeker niet is,
maar hij zegt wel dat de Bevrijder heel gauw zal komen.
Daar moet kleine Levi toch wel even over nadenken.
Hij loopt terug naar buiten en speelt verder in het zand.





VERDIEPEN

Water

Water is erg belangrijk voor de mensen.
In landen waar geen waterleiding is, stappen vrouwen en ook kinderen soms urenlang om water uit een put te kunnen meenemen.
- Waar doet water jou allemaal aan denken?
- Wat is goed aan water?
(water hebben we nodig om te leven;
water is ook fijn: we kunnen er in spelen
water maakt schoon: een vuile auto, als we buiten gespeeld hebben)
- Water kan ook niet goed zijn. (overstroming, verdrinking)


TIP
Maak eventueel gebruik van dit werkblad



Doopsel

Informeer:
Als iemand nu gedoopt wordt, dan gebeurt dat niet in een rivier, zoals Jezus in een rivier gedoopt werd. Een priester giet dan wat water op het hoofd van die persoon.
Dat doopwater wil twee dingen zeggen:
. ik wil nu leven zoals Jezus
. ik wil niet meer leven alsof Jezus er niet was.

- Kennen jullie mensen die de vriend van Jezus zijn?
- Weet je of ze ook gedoopt zijn? Anders moet je ze het maar eens vragen.




DOEN

Mobile

Materiaal
Knip uit tekenpapier grote 'druppels' water.
Tekengerei of stiften.


Verloop
De kinderen vertellen over water en over wat ze allemaal met water kunnen doen.
Nadien tekenen ze op de druppels waarvoor mensen water gebruiken.
Deze druppels kunnen als mobile opgehangen worden of naast elkaar op een waslijn.






EXTRA

Klik hier voor info en suggesties bij het doopsel.





Grote kinderen

KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST

( Henk Stel)

Aan de kant van de rivier de Jordaan staat Johannes. Zijn stem komt boven alles uit.
De mensen die voorbijkomen, staan stil om te luisteren naar wat hij vertelt.
- Ik ben niet voor niets hier gaan staan, zegt Johannes. Dit is een bijzondere plek, weten jullie dat?
Niemand geeft een antwoord.
- Hier is ‘t ondiep, gaat Johannes verder. Hier steken elke dag honderden mensen de rivier over. Weten jullie nog, hoe ons volk vanuit de woestijn het Land van Belofte binnenging?’
De mensen knikken. Die verhalen hebben ze vaak genoeg gehoord.
- Wisten jullie dat die plek waar ze de Jordaan overstaken, precies hier was?’
Nee, dat wisten de mensen niet.
- Eerst moesten ze al het zand van de woestijn van zich afspoelen. En alle ellende van vroeger.’
Johannes steekt zijn vuist omhoog, zodat iedereen het zien kan.
- Dat moet opnieuw gebeuren!’ roept hij.
- Kijk, zegt hij en hij gebaart met zijn arm, 'hier is de woestijn niet ver weg.
Eigenlijk staan we hier aan de rand van de woestijn. En zo is het ook met jullie!
Spoel alle ellende van vroeger van je af.
Doe daar wat aan, ga terug naar God en begin een nieuw leven!’
De mensen schudden hun hoofd. Die Johannes ziet er wel erg vreemd uit. Hij draagt een mantel van kameelhaar. En hij eet alleen maar sprinkhanen en honing van wilde bijen. Maar de woorden die hij zegt, blijven in hun hoofd klinken.
- Misschien heb je wel gelijk, zegt een vrouw, maar hoe moet dat dan, een nieuw leven beginnen?
- Kom er eerlijk voor uit dat je in de woestijn zat met je gedachten. En met de dingen die je deed’.
- En dan?’
- Dan ga je door de Jordaan.’
- Dat doen we zo vaak, lachen de mensen.
- Nee, dat bedoel ik niet. Doe net als ons volk vroeger.
Spoel al het zand van je eigen woestijn van je af. En al je ellende Laat je dopen.
Dan zal God je vergeven en dan ga je een nieuw Land van Belofte binnen.
Het is stil. Daar moeten de mensen even over nadenken.
Er stapt een man naar voren.
- Je hebt gelijk, zegt hij. Al die foute dingen in mijn leven wil ik kwijt en ik wil opnieuw beginnen.
- Als je dat echt wilt, kom dan maar mee,’ zegt Johannes. Samen gaan ze de rivier in.
Johannes dompelt de man helemaal onder.
- Je oude leven is nu helemaal van je afgewassen, zegt hij. Het is over. En als je nu weer uit het water komt, heeft God je weer nieuw gemaakt. Als een pasgeboren baby.

Binnen enkele dagen weet iedereen van Johannes. Het duurt niet lang of uit de wijde omgeving komen mensen naar hem toe om zich in de Jordaan te laten dopen. Ze zeggen tegen elkaar: 'Johannes is een belangrijke profeet.'
Als Johannes dat hoort, zegt hij: 'Ik ben helemaal niet belangrijk. Na mij komt er iemand die veel machtiger en belangrijker is dan ik. Ik ben zelfs niet goed genoeg om zijn sandalen los te maken.'
De mensen luisteren met open mond.
- Die ander, zeggen ze, die moet dan wel héél belangrijk zijn.
Johannes knikt.
- Ik doop jullie met water, zegt hij, maar hij zal jullie dopen met vuur.
Tussen al die mensen die staan te luisteren staat Jezus.
- Ik wil mij ook laten dopen, zegt Jezus.
- Dat is goed, antwoordt Johannes. Dopen is het teken van het nieuwe leven.
Net als bij Noach, toen de hele wereld werd schoongewassen, zodat er weer nieuw leven kon komen.
Dan wordt Jezus door Johannes gedoopt. Het is een bijzondere gebeurtenis.
Als Jezus gedoopt is en als een nieuw mens uit het water komt, fladdert daar opeens een duif.
- Een teken van God! roepen de mensen, van de heilige Geest!
Vol ontzag kijken ze toe. Op dat moment hoort Jezus een boodschap van God.
God zegt: ‘Jij bent mijn enige Zoon, de man naar mijn hart.’
- Wat betekent dat allemaal?’ denkt Jezus verwonderd.
Dan gaat Jezus de woestijn in om daarover na te denken.
Later vertelden de mensen dat de wilde dieren Jezus gezelschap hielden en dat de engelen voor hem zorgden.





VERDIEPEN

Gesprek over het doopsel

De kinderen vertellen wat ze weten over het doopsel.
- Hebben jullie dat al zelf eens meegemaakt?
- Wat gebeurt dan?
- Waarom wordt iemand gedoopt?
- Wie is er allemaal bij als er iemand gedoopt wordt?

Het gebeurt vaker dat al wat oudere kinderen willen gedoopt worden.
Stel je voor dat je niet gedoopt bent.
- Zou jij je dan laten dopen?
- Waarom zou je dat dan laten doen?



TIP
Neem enkele voorwerpen mee die tijdens een doopviering aan bod komen: water; doopkaars; (eventueel: doopkleed); enkele foto's.
Laat de kinderen over het doopsel vertellen n.a.v. deze voorwerpen.
Vul hun verhaal aan op het niveau van de betekenis.





SPREKEN MET BEELDEN

Waterdruppels

Teken een aantal waterdruppels op een flap of op een bord. In elk van de waterdruppels schrijf je op (of laat je de kinderen opschrijven) wat je met water kunt doen. (drinken, reinigen, gieten, verdrinken, wassen, douchen ...)
Johannes doopte de mensen die zich willen bekeren, die zich willen keren naar God.
Gedoopt worden met water wilde zeggen: 'ik wil niet meer leven zoals vroeger, ik wil het anders en beter doen, meer zoals God het graag wil.'
Bekijk opnieuw de waterdruppels. De kinderen kleuren die druppels blauw die helpen om het woord 'bekeren' beter te verstaan.





EVEN TESTEN

Invuloefening

(Zonnekind 1999-200, p. 21)

Schrijf de volgende woorden op de goede plaats:
Johannes; rijk van God; duif; dopen; Jordaan; water; zoon.

Johannes vertelt over het ..........................
'Begin een nieuw en een goed leven,' zegt hij.
Veel mensen laten zich .............. In de Jordaan.
Ook Jezus gaat naar de ....................
Hij laat zich door ..................... dopen
Als Jezus uit het ...................... komt,
gaat de hemel open.
De Geest van God daalt op Jezus neer.
Hij is als een ..................die naar beneden vliegt.
De stem van God zegt:
'Jij bent mijn ................ van wie Ik heel veel houd.
Ik heb Jou gekozen om de mensen gelukkig te maken.'

Water is nooit alleen maar iets om te gebruiken:
om te drinken of te wassen.

In water kun je de spanning lezen tussen leven en dood.

In het doopsel van Johannes vind je die spanning terug:
dood aan de oude waarden in een vroeger leven
levenskracht voor een nieuwe aanpak.




Allerlei vragen

Waarom lieten sommige mensen zich door Johannes dopen?
O Het water in de Jordaan was veel properder dan het water thuis
O Ze wilden tonen dat ze op een andere manier wilden leven
O Hun buren en familieleden waren ook al gedoopt

Waarom wil mensen nu gedoopt worden?
O Ze willen tonen dat ze willen leven zoals Jezus
O Ze willen tonen dat ze naar de kerk gaan
O Ze willen een extra feest te vieren hebben

Water is heel belangrijk: mensen hebben water nodig om te kunnen leven.
Maar water kan ook doden.
Doorstreep de woorden die met 'dood' te maken hebben;
Omcirkel de woorden die met 'leven' te malen hebben:
overstroming; wassen; storm; drinken; varen; zwemmen.

Wat betekent het gedoopt te zijn?
Wi. g.doopt is b.gint ..n ni.uw l.v.n:
j. b.nt dan m..r v.rbond.n m.t J.zus
.n m.t d. and.r. christ.n.n.





SPELENDERWIJS

Dominospel

(C. LETERME in: Samuel 2004, nr 4)

Vooraf
Print de tien dominoblokjes uit op stevig papier. (Vergroot eventueel)


Verloop
Gebruik het dominospel nadat je verteld hebt over:

De Jordaan De grote rivier in Palestina
JohannesHij doopte in de Jordaan. Met dit doopsel wilden de mensen tonen: ik wil op een andere manier leven (= bekering) Hij zegt dat na hem iemand komt die krachtiger is dan hij, en van wie hij niet waard is zijn sandalen los te maken. Hiermee zegt Johannes dat hij in het licht van Jezus niets waard is, want het losmaken van sandalen was het werk van slaven.
Jezus Hij liet zich door Johannes dopen. Christenen zagen Jezus als Hij die door God gezonden werd om de mensen te redden (De naam Jezus betekent: 'God is redding'). Hij wordt ook de Messias genoemd. Een Messias werd gezalfd en had een bijzondere zending. (Het woord Messias is vooral bekend in zijn Latijnse vertaling: Christus). Christenen zagen in Jezus van Nazaret de beloofde Messias. De nauwe band tussen Jezus en God wordt duidelijk als een stem uit de hemel (= een manier om respectvol over God te spreken) zegt: 'Jij bent mijn liefste Zoon.'


Als de kinderen de teksten over Johannes de Doper en het doopsel van Jezus goed beluisterd hebben, kunnen ze zeker de blokjes in de goede volgorde leggen. Daarvoor beginnen ze met het blokje waar 'start' op staat.
In het rooster noteren ze de letters die ze op elk blokje kunnen vinden.
Zo vernemen ze wat het belangrijkste was in het leven van Jezus: het Rijk van God.





SPELEN MET WOORDEN

Verbind elk woord met de zin die erbij past

(C. LETERME in Overhoop, Januari 2010, p. 34)

Jezus O O Hij zegt: 'Er komt iemand die krachtiger is dan ik.'
Jordaan O O Voorstelling van de Heilige Geest
Christus O O Werd door God gezonden om de mensen te redden
Duif O O Hiermee tonen mensen dat ze anders willen gaan leven
Johannes O O Hij zegt: 'Dit is mijn lieve zoon.'
Doopsel O O Dit woord betekent: 'Gezalfde. Zo iemand had een bijzondere zending
God O O Rivier in Palestina



Correctiesleutel
Jezus: Wist zich door God gezonden om de mensen te redden
Jordaan: Rivier in Palestina
Christus: Dit woord betekent: 'Gezalfde. Zo iemand had een bijzondere zending
Duif: Voorstelling van de Heilige Geest
Johannes: Hij zegt: 'Er komt iemand die krachtiger is dan ik.'
Doopsel: Hiermee tonen mensen dat ze anders willen gaan leven
God: Hij zegt: 'Dit is mijn lieve zoon.'



Doopselwoordzoeker

Sta met de kinderen stil bij elk van de volgende woorden:
BEKEREN, DOOPVONT, DOPER, GELOVEN, GOD, JEZUS, JOHANNES, JORDAAN,
KAARS, KRUISTEKEN, METER, NAAM, PETER, VERGEVEN, VOLGEN, WATER, ZALF

- Wat betekenen die woorden?
Gebruik ze in een zin .

Daarna zoeken de kinderen de woorden in de doopselwoordzoeker.
Met de overblijvende letters kunnen ze het woord 'vriend' vormen.

De kinderen zoeken naar het verband tussen 'vriend' en 'doopsel':
door zich te laten dopen zeggen mensen dat ze willen leven als vriend van Jezus.
Als er kleine kinderen gedoopt worden, zeggen hun ouders dat in hun plaats.



Kruisende woorden

(C. LETERME in Overhoop, Januari 2010, p. 34)

Het opgaveblad kun je hier vinden.





EXTRA

Klik hier voor info en suggesties bij het doopsel.





Jongeren

VERDIEPEN

Afbeeldingen over de Drie-Eenheid

Zoek enkele reproducties van kunstwerken over het doopsel van Jezus
Hoe werd het H. Drie-Eenheid hierop afgebeeld?

Vader soms als een oude man (verwijst naar God als de Vader, de oorsprong van alle leven), soms als een straal uit de hemel, soms als een hand.
ZoonJezus die gedoopt wordt
Heilige Geestals duif (in het scheppingsverhaal staat geschreven dat de Geest van God over de wateren zweefde).



Indien in de kerk een voorstelling van het doopsel van Jezus te vinden is (bv. glasraam, schilderij, afbeelding in de buurt van een doopvont), nodig dan zeker de jongeren uit om er de afbeelding van de heilige Drie-Eenheid in te ontdekken.





REFLECTEREN

Hij zal u dopen met vuur

Toon de jongeren een aantal foto’s met vuur of bezorg ze dit werkblad.
- Welke foto zegt jou het meest iets over de Heilige Geest?
- Waarom is dat?

De jongeren verwoorden hun visie. Hierbij is de vraag ‘Waarom?’ heel belangrijk.

Nadien formuleren ze hun bevindingen in een bezinningstekst:
De Heilige Geest is als …
of verwerken die in een gebed:
Heilige Geest, Jij bent als …


Belangrijk
De foto's werden zo gekozen dat ze verschillende aspecten van vuur weergeven: verwarmen, licht geven, verbranden ... en ook: kracht, dynamiek, sfeer ...


Merk op
Door het gebed te beginnen met de woorden: ‘Jij bent …’, bekom je dat de jongeren kennismaken met een ander type gebed dan het vraaggebed.





EXTRA

Klik hier voor info en suggesties bij het doopsel.





Overwegingen

P. Kevers

Waarom liet Jezus zich dopen?

(P. KEVERS in Samuel, uitgeverij Averbode, 2004 nr 4, p. 12)

Jezus liet zich dopen toen hij al een volwassen man was. Hij gaf gehoor aan de oproep tot bekering van Johannes de Doper. Veel joden lieten zich door Johannes dopen als teken dat ze hun geloof weer ernstig wilden nemen. Jezus deed daaraan mee. In die tijd verwachtten veel joodse mensen de 'Messias': ze hoopten dat God een redder zou zenden om het volk te bevrijden. Sommigen vroegen zich af of Johannes de Doper misschien de Messias was. Maar Johannes zei: 'Ik doop jullie met water; maar er komt iemand die jullie zal dopen in heilige Geest en vuur'. Daarmee bedoelde hij Jezus, maar dat wisten de mensen niet, want Jezus stond onopvallend tussen de massa. Nu vertelt Lucas in zijn evangelieverhaal iets bijzonders, om aan zijn lezers duidelijk te maken dat Jezus de verwachte Messias is. Na zijn doop bidt Jezus. De hemel gaat open en er daalt een duif neer - beeld van de heilige Geest. Er klinkt een stem uit de hemel: 'Jij bent mijn geliefde Zoon, in wie Ik vreugde vind.' Jezus is doordrongen van Gods Geest, Hij is Gods geliefde Zoon. Nu is Hij klaar om aan zijn taak te beginnen.





Frans Mistiaen s.j.

Gedoopt tot geliefde kinderen van een hartelijke God

Jezus' doop in de Jordaan was een keerpunt in Zijn leven.
Voordien leefde Hij verborgen, als timmermanszoon in Nazaret.
Na Zijn doop begon Hij heel openlijk als rabbi rond te trekken
om het Koninkrijk Gods te verkondigen.
Er moet daar iets belangrijks gebeurd zijn
op dat cruciaal moment dat voor Hem een keerpunt betekende.
Toen ontdekte Hij wie Hij eigenlijk was en wat Hij te doen had.
Jezus werd er bewust van Zijn eigen roeping en zending.

Vragen ook wij ons soms niet af: Maar, wie ben ik eigenlijk?
Wat is de zin van mijn leven? Wat ben ik eigenlijk aan het doen?
Waar ga ik naartoe? Wat is mijn bestemming, mijn opdracht?
Als wij ons die vragen stellen, dan kijken wij best naar Jezus
en naar wat Hem vandaag overkomt bij Zijn doop.

Als volwassen man op zoek naar geestelijke verdieping,
was Jezus naar de boetepredikant Johannes getrokken,
die de mensen in die tijd uitnodigde zich te laten onderdompelen
in het water van de Jordaan,
ten teken dat zij zich wilden bekeren en innerlijk zuiveren.
Jezus ging er aanschuiven, zoals wij zo dikwijls moeten doen.
Hij ging in de rij staan als Mens onder de mensen,
als Mens mét de mensen.
Hij sloot zich aan bij allen die,
in onmacht en hoop terzelfder tijd, wachten,
vol verlangen uitkijken naar vernieuwing en bevrijding.

Waar moeten wij gaan staan om God te vinden?
In de rij van de kleinen!
God wordt niet zo gemakkelijk gevonden
in de hoge wolken van de religieuze vervoering,
noch in de eenzaamheid van het filosofische gepieker,
wél langs de weg van de heel concrete mensengeschiedenis.
Wij kunnen God alleen maar vinden
als wij solidair zijn met de eenvoudigen
en hun diepste verzuchtingen.
Jezus wilde niet beter zijn dan de anderen.
Meer dan in het water, liet Hij zich eerst onderdompelen
in de massa van de kleine, kwetsbare mensen.
Niets menselijks was Hem vreemd.
Hij was waarlijk de Mensenzoon.
Maar op dat moment gebeurt er iets unieks.
De hemelen gaan open, Gods Geest daalt neer
en een stem klinkt uit de wolken :
"Gij zijt Mijn geliefde Zoon, de Man naar Mijn hart!"

Al de gebaren en de symbolen van dit tafereel
doen diegenen, die het Oude Testament wat kennen,
duidelijk begrijpen: Hier gebeurt een aanstelling van godswege.
Hier wordt Jezus door God Zelf gezalfd tot Zijn Messias en Profeet
en naar het volk gezonden als Zijn geliefde Dienaar.

Maar de kern van het gebeuren vinden wij
in de woorden die Jezus' ware eigenheid openbaren.
Uiterlijk lijkt Hij een zondige mens, zoals u en ik.
Maar eigenlijk is Hij de Geliefde Zoon van God.
De woorden uit de hemel zijn een "liefdesverklaring" van God,
waardoor Jezus ervaart dat Hij een beminde Mens is,
dat Hij graag gezien wordt,
en wel door een God die niet veraf is,
maar Wiens Liefde Hem heel nabij is,
Wiens menslievendheid over Hem neerkomt
als met de zachtheid van een duif.

Herkennen wij hierin niet
het levensvertrouwen dat elke gelovige ervaart? :
"Ik, ik ben graag gezien door God
en ik ben de moeite waard bemind te worden.
Wat er ook met mij gebeurd is, ik ben een beminnenswaardig mens.
God is voor mij niet veraf.
Hij is de Liefde die mij omringt.
Hij is de diepste kern van mijn bestaan.
Ondanks mijn uiterlijk voorkomen,
ben ik een geliefd kind van God!"

Zo’n godservaring brengt ook een opdracht mee.
Jezus wordt ook bewust van Zijn originele zending :
Hij moet die nabije, liefdevolle God aan iedereen gaan verkondigen.
Jezus zag in dat Hij niet meer verborgen mocht blijven wachten,
maar dat Hij Zelf naar de mensen toe moest gaan
en de eerste stap moest zetten, zoals de liefde trouwens altijd doet.
Gedreven door de Geest,
begint Hij dan ook, na Zijn doop, rond te trekken,
ook naar de armen, de kleinen, de zieken.
Hij wil állen laten aanvoelen dat God liefdevol is
en dat God echt bemint, zoals een Vader,
zonder eerst voorwaarden te stellen.
Hij beseft meer dan ooit dat het Zijn roeping is
de "hartelijkheid" van God te tonen.
Jezus begint een tocht van genegenheid en goedheid,
van bevrijding en vergeving.
"Hij ging al weldoende rond."

Werden ook wij niet gedoopt en gevormd
in de kracht van de Heilige Geest?
Worden wij dus eigenlijk ook niet, vanaf die dag,
gedreven om de hartelijkheid van God te tonen
met woord en daad?

Jezus trekt daarvoor weg van de Jordaan, weg van Johannes.
Want ook Zijn methode is nieuw.
Wij kennen Johannes de Doper als een strenge profeet.
Ondanks het feit hij een goede voorloper was,
verkondigde hij toch eerder een straffende God,
een God die, met Zijn streng oordeel en vernietigend vuur,
de mensen bedreigde en met schrik tot bekering wilde brengen.
Maar Jezus wil juist geen Vertegenwoordiger zijn
van zo'n straffende, dreigende God,
maar van een hartelijke God,
van een Redder die geneest, die aanmoedigt en vreugde brengt.
Als Hij vuur brengt dan is het niet het vuur dat vernietigt,
maar het vuur van de innerlijke bezieling.
Zijn methode is dan ook nooit de dreiging,
maar de methode van de Dienaar van Jahweh :
"Het geknakte riet niet breken,
de kwijnende vlaspit niet doven".
Hoe verkondig je trouwens een hartelijke God,
tenzij door veel zachtheid en groot geduld,
mateloze barmhartigheid en onvermoeibare dienstbaarheid.
Heel het leven van Jezus zal er dan ook in bestaan
al dienend de mensen tot die hartelijke God te brengen.

In de doop van de Heer Jezus herkennen wij dus de diepe zin
van ons eigen doopsel en vormsel :
ons laten onderdompelen in al het goede dat leeft bij de mensen
en steeds opnieuw geboren worden, dag na dag,
tot een leven van dienstbaarheid,
ook tegenover de kleinen en de zwakkeren,
om de hartelijkheid te tonen van onze God, met woord en daad.
Zo worden ook wij meer en meer,
geliefde kinderen van God en mensen naar Zijn hart.





Marc Gallant, trappist (Orval)

De geliefde zoon

De evangelist die het doopsel van Jezus vertelt, zit met een probleem. Als Jezus de Heilige Geest ontvangt bij het doopsel van Johannes de Doper, betekent dat dan niet dat dit doopsel de Heilige Geest meedeelt? Hoe moet je dat dan voorstellen?
Het Johannesevangelie neemt de radicale optie om geen doopsel van Jezus te vermelden. De Doper stelt zich eenvoudigweg voor als de getuige van Jezus die zal dopen met de Geest (Johannes 1, 32-34).
Voor Lucas is de neerdaling van de Geest verbonden met een gebed: 'Toen Jezus na zijn doopsel aan het bidden was, werd de hemel geopend en daalde de heilige Geest in de gedaante van een duif op hem neer' (Lucas 3, 21-22).
Bij Matteüs weigert Johannes Jezus te dopen. Maar Jezus dringt aan: “Het is goed dat we op deze manier de gerechtigheid volledig vervullen” (Matteüs 3, 15). De gerechtigheid van het Oude Verbond vervult zich met het doopsel van Jezus, die de zondige mensheid op zich neemt hoewel hij zelf geen zonden te belijden heeft. Het Nieuwe Testament wordt ingehuldigd met de neerdaling van de Geest op Jezus. Met Jezus begint de mensheid die leeft van de Geest. Gedurende zijn prediking zendt Jezus zijn apostelen niet uit om te dopen (Matteüs 10, 5-42). Hij laat hen maar dopen na zijn verrijzenis (Matteüs 28, 19). Dan is Hij door de Geest met zijn lichaam opgenomen in het leven van God, en kan dit leven ons door de Geest in het doopsel medegedeeld worden.

En zo komen we bij het evangelie van vandaag. Marcus heeft de traditionele gegevens over de Voorloper geweldig ingekort. Hij vat ze samen in twee zinnen: “Na mij komt iemand die krachtiger is dan ik … Ik heb u gedoopt met water, maar Hij zal u dopen in heilige Geest” (Marcus 1, 7-8). Al de aandacht gaat naar Jezus die, komend uit het water, de hemel ziet openscheuren en de Geest op zich neerdalen (v. 10). Het is als het antwoord van God op de kreet van Jesaja die het Oude Testament samenvat : “Scheurde u maar de hemel open om af te dalen !” (Jesaja 63,19).
God verbreekt zijn lange zwijgen. Iets totaal nieuw begint. God spreekt tot Jezus als tot zijn Zoon: “Jij bent mijn geliefde Zoon …”. Marcus brengt het verhaal onder zijn directe, meest oorspronkelijke vorm. Alles gebeurt er tussen de Vader en de Zoon. Marcus zal de intimiteit van die goddelijke filiatie later nog onthullen in de toon van Jezus’ gebed: “Abba, Vader” (Marcus 14, 36), die de kinderlijke genegenheid en tederheid uitdrukt.



Een nieuwe start

Het doopsel van de Heer is hoofdzakelijk een begin. De oerkrachten van de oorsprong zijn er tegenwoordig: het Water, de Geest en het Woord, die wij vinden bij het begin van het scheppingsverhaal (Genesis 1, 2). Een nieuwe genesis zal plaats vinden door het optreden van Jezus. “Jezus van Nazaret “egeneto”, “is geworden”, schrijft Marcus hier om Jezus’ optreden uit te drukken (Marcus 1, 9). Die uitdrukking is onvertaalbaar: Jezus begint een nieuwe schepping.

Het is nog onder het Oude Verbond dat Jezus, “Zoon van God, geboren uit een vrouw, geboren onder de Wet” (Galaten 4, 4), als Dienaar van God onze zonden op zich neemt (Jesaja 53, 4), en dat Hij zich aanbiedt voor het doopsel van boetvaardigheid. Jezus is wel de meest zonderlinge doopselkandidaat die naar de Jordaan komt. In tegenstelling met al de anderen, heeft hij noch recht, noch reden, noch persoonlijke titel, om zijn doopsel te rechtvaardigen. Zonder reden, zonder doel, en zonder inhoud, is zijn doopsel alleen maar vergelijkbaar met zijn dood.

Enerzijds is Jezus, als Zoon van God, de beweging van God naar de mensen toe. Hij komt naar ons toe tot in het uiterste van onze armoede en ontbering. Hij vervoegt ons daar waar wij het verst van God af staan, in onze zonde, in onze afwezigheid van God, in de afgrond van wanhoop en dood waar Hij met ons kan schreeuwen : “Mijn God, waarom hebt Ge mij verlaten ?” (Marcus 15, 34).
Anderzijds neemt Jezus op zich de enige beweging van de mens naar God toe, die er voor de mens mogelijk is: Hij neemt de plaats in van de ten dode opgeschreven zondaar. Omdat Hij zonder zonde is, weet Hij wat de afgrond van de zonde betekent. Hij kent de schrikwekkende afstand die er is tussen het “ja” en het ”neen” waarmee de mens zich tot God kan richten, en zo is Hij in staat, en Hij alleen, zich echt in kennis van zaken te laten dopen. Wij allen, wie wij ook zijn, kunnen enkel gedoopt worden in dat enige doopsel van Jezus. Door zijn doopsel, in zijn doopsel, stelt Jezus het doopsel in van het christendom.

Inderdaad, het is juist door dit doopsel dat Jezus overstapt van het Oude naar het Nieuwe Verbond, en wij na Hem. Het unieke Woord van de Vader, het oorspronkelijke Woord dat vóór alle eeuwen ontspringt in de Drie-Eenheid: “Gij zijt mijn Zoon”, dat zelfde Woord dat Jezus uit de doden zal doen opstaan om Hem met zijn mensheid te introniseren aan de rechterhand van de onzichtbare Vader (Hebreeën 1, 5, 13), dat unieke Woord weerklinkt hier om het Nieuwe Verbond in te luiden als Jezus de zonden op zich neemt. Dat Verbond zal Jezus bezegelen met zijn bloed, vergoten tot vergeving van de zonden (Matteüs 26, 28).
Hieruit blijkt dat het begin van het heilswerk er reeds de volle voltooiing van engageert. Heel het openbaar leven van Jezus is gespannen tussen het eerste en het laatste ogenblik van zijn enig doopsel. Het eerste: zijn vrijwillig aanvaarde duiksprong in de stroom van onze zonden. Het laatste: zijn vrijwillig aanvaarde duiksprong in de afgrond van de dood. Paulus zal dus terecht kunnen zeggen: “Weet u niet dat wij, die gedoopt zijn in Christus Jezus, zijn gedoopt in zijn dood ?” (Romeinen 3, 6). Jezus’ doopsel en dood zijn vereend door dat ene woord: ”Gij zijt mijn Zoon”, en door dat ene opzet: de mensheid binnen te leiden in de intimiteit van Gods liefde.

Daarom kunnen wij zeggen dat de Kerk haar prille begin kent bij het doopsel van de Heer: hij is haar Hoofd op wie de volheid van de Geest komt te rusten. Als Christus in zijn dood zijn doopsel zal vervullen, zal Hij de Geest doorgeven aan de Kerk (paredoken to Pneuma: Johannes 19, 30), met het bloed van de Eucharistie en het water van het doopsel (Johannes 19, 34) die vloeien uit zijn doorstoken zijde (Johannes 7, 38). Jezus’ dood en verrijzenis zijn kop en munt van éénzelfde gebeuren: in zijn verrijzenis zal Jezus insgelijks de Geest geven zowel tot vergeving van de zonden (Johannes 20, 21), als voor de zending om te onderwijzen en te dopen (Matteüs 28, 19).

Lucas toont ons Jezus in gebed als de Geest na het doopsel over hem neerdaalt. Jezus is de pionier van de gebedsgemeenschap die door het doopsel wordt verenigd. Het doopsel is immers de poort die toegang geeft tot de aanbidding in geest en waarheid (Johannes 4, 24). In dat gebed zal de Geest gegeven worden aan hen die erom vragen (Lucas 11, 13) en Hij zal ons alles laten begrijpen (Johannes 14, 25)

De Geest van liefde, en Hij is de Geest van sterkte en begrip, zal ons dan leiden doorheen de wereld die de nacht ingaat van de godsverlatenheid en Hij zal door ons voor de mensen rondom ons een licht zijn.