2 Koningen 5, 14-17: Genezing van Naäman
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 552)
Daarna ging Naäman terug naar de profeet Elisa, met al zijn dienaren. Hij zei tegen hem: ‘Nu weet ik zeker dat de God van Israël de enige God in de hele wereld is. Neem daarom alstublieft een geschenk van mij aan.’ Maar Elisa antwoordde: ‘Ik zal niets van u aannemen. Dat is zo zeker als de Heer leeft. En ik doe alleen wat hij tegen mij zegt.’ Naäman vroeg het hem nog eens, en nog eens. Maar Elisa bleef weigeren.
Toen zei Naäman: ‘Ik zie dat u echt niets wilt hebben. Maar als u het goedvindt, wil ik graag wat aarde meenemen uit dit land, zo veel als twee ezels kunnen dragen. Op die aarde wil ik een altaar bouwen om offers te brengen aan de Heer. Ik zal nooit meer offeren aan andere goden.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Toen ging de Syriër Naäman naar de Jordaan.
Daar ging hij zeven keer onder water,
zoals de man van God gevraagd had.
Zijn huid werd weer als die van een klein kind en hij was genezen.
Daarna ging hij met heel zijn gevolg terug naar de man van God.
Hij ging zijn huis binnen, ging voor hem staan en zei:
'Nu weet ik dat er alleen in Israël een God is,
en nergens anders op aarde.
Wil daarom een geschenk van mij aannemen.'
Maar Elisa antwoordde:
'Zowaar Jahwe leeft, die ik dien, ik zal niets van u aannemen.'
Naäman bleef aandringen om toch iets aan te nemen.
Maar Elisa bleef weigeren.
Toen zei Naäman: 'Geef mij tenminste wat aarde,
zoveel als een koppel muildieren dragen kan,
want ik wil alleen nog aan Jahwe iets offeren
en niet meer aan andere goden.'
Stilstaan bij ...
Naäman
Legeroverste van de koning van Aram (Damascus), een niet-Israëliet.
Aram was een buurland van Israël, ongeveer waar nu Syrië ligt. Beide landen waren vaak in oorlog met elkaar.
De belangrijkste god van Aram was Hadad, die ook Rimmon (= donderaar) werd genoemd of Baäl. Hij werd vaak afgebeeld mret een bliksemschicht in zijn hand.
In Aram sprak men Aramees, een taal die erg lijkt op het Hebreeuws.
Jordaan
Het woord 'Jordaan' betekent: naar beneden stromen.
De Jordaan is de langste en belangrijkste rivier in Israël. Zij stroomt via het meer van Galilea naar de Dode Zee. Die afstand is 113 km in vogelvlucht. Maar omdat de rivier zo sterk kronkelt, is de afstand over de rivier wel tweemaal zo lang.
Aarde
Naäman wilde aarde mee te nemen uit het land waar Jahwe vereerd werd om daarop een altaar voor Jahwe te bouwen. Men ging er in zijn tijd van uit dat een god alleen aanbeden kon worden op zijn eigen land.
Bij de tekst
Melaatsheid
Van Naäman wordt gezegd dat hij melaats was. Melaatsheid is in de Bijbel een verzamelnaam voor heel veel huidaandoeningen. Elke ‘onreinheid’ van de huid werd als besmettelijk gezien en als een teken van innerlijke onreinheid.
Sommige exegeten zeggen dat de melaatsheid van Naäman een beeld is voor zijn hoogmoed. Hij wordt door zijn houding zo onaanraakbaar als een melaatse.
God
In de wonderverhalen die eerder in 2 Koningen over Elisa verteld werden, staat hij als wonderdoener centraal, maar niet in het verhaal over Naäman. De profeet geeft hem - via een boodschapper - alleen de opdracht om zich in de Jordaan te wassen.
Zo leert Naäman dat in Israël niet de profeet belangrijk is, maar God. Die God is niet afhankelijk van bijzondere handelingen en ook niet van cadeaus. Hij verlangt dat mensen naar zijn Woord luisteren en ernaar handelen.
Uiteindelijk geneest Naäman en komt zo tot het inzicht dat de God die hem heeft genezen, niet alleen de God van Israël is, maar van de hele wereld.
Merk op
De Arameeër Naäman daalt de 13 verzen die aan dit fragment voorafgaan letterlijk en figuurlijk steeds dieper.
Als hooggeplaatste | ... moet hij de raad aannemen van een meisje uit een vreemd land |
Hij moet op reis naar dat land | ... waarmee hij eigenlijk in oorlog is. |
De hulp van God | ... blijkt niet te vinden aan het hof van de koning |
Hij moet zich wassen in de Jordaan | ... terwijl er in zijn land grotere en mooiere rivieren zijn. |
Bijbel en kunst
P. DE GREBBER
Elisa weigert de giften van Naäman (1637)
Werk van Pieter de Grebber (ca 1600 –1652/1653), een Nederlands kunstschilder.
F. BOL
Elisa weigert de geschenken van Naäman (1661)
Werk van Ferdinand Bol (1616 – 1680), een van de meest succesvolle leerlingen van Rembrandt. Het werk hing vroeger in het Leprozenhuis aan het einde van de Jodenbreestraat, Amsterdam.
Suggesties
Kleine kinderen
KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST
Naäman is ziek …
Vertel het verhaal vanuit deze tekening:
- Wie is die man?
- Wat doet die?
- Waarom doet die dat?
- Wie heeft hem dat gezegd?
Vertel dan wat er verder met de man gebeurt:
Hij wil de profeet danken.
De profeet zegt dat hij niet bedankt wil worden. Alleen God is te danken.
Zoek met de kinderen hoe God Naäman heeft geholpen.
(inbreng van het dienstmeisje; de vrouw van Naäman, de koning van Samaria, de koning van Israël, de profeet)
Besluit: God werkt doorheen mensen.
Daarna kleuren de kinderen de tekening.
EVEN TESTEN
Naäman geneest
Vertel eerst over Naäman.
Bezorg de kinderen daarna deze illustraties, die je vooraf uitknipt.
Eerst plaatsen ze de illustraties in de volgorde van het verhaal.
Daarna vertellen ze er het verhaal opnieuw mee.
Grote kinderen
KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST
Naäman
Er was oorlog geweest in Israël. Soldaten hadden een meisje uit Samaria meegenomen naar hun eigen land, Aram. Daar werkte ze in het huis van Naäman, een officier, en zijn vrouw. Het meisje merkte al snel dat Naäman en zijn vrouw verdriet hadden. De man had een heleboel witte plekken op zijn lichaam. Hij was melaats! Niemand kon hem helpen.
‘In mijn land woont een profeet die zieke mensen beter kan maken’, zei het meisje tegen de vrouw van Naäman.
Die vertelde dat zo snel mogelijk aan haar man.
Naäman ging meteen aan zijn koning vragen of hij naar Samaria mocht. ‘Natuurlijk’, antwoordde die, 'ik zal u een brief meegeven voor de koning van Israël om hem te vragen jou beter te maken.'
Naäman liet de paarden voor zijn wagen spannen en ging samen met zijn bedienden naar Israël.
Toen de koning van Israël de brief gelezen had, zei hij: 'Het spijt me. Ik kan u niet beter maken. Dat kan alleen God.'
Toen de profeet Elisa hoorde waarom die hoge officier naar Israël was gereisd, liet hij zijn knecht tegen de koning zeggen: 'Stuur Naäman naar mij toe'.
Naäman reed naar het huis van Elisa. Hij dacht dat de profeet zijn hand op de witte vlekken zou leggen en dat die dan zouden verdwijnen. Maar Elisa keek er niet eens naar.
'Dompel u zeven keer onder in het water van de Jordaan' liet hij via een bediende aan Naäman zeggen.
De officier werd vreselijk boos. 'Als ik beter kan worden door in een rivier te duiken, kan ik dat net zo goed in mijn eigen land doen.’
Eén van de bedienden zei tegen Naäman: 'Als de profeet gezegd had dat u iets heel moeilijks moest doen, had u dat toch zeker gedaan. ‘k Zou het toch maar proberen.’
'Daar heeft u gelijk in,' gaf de officier toe.
Hij ging naar de Jordaan, trok zijn kleren uit en stapte in het water. Toen hij voor de zevende keer in het water was gedoken, was er geen wit plekje meer op zijn huid te zien. 'Ik ben genezen!' schreeuwde hij. 'Ik ben niet meer melaats!’ En hij danste van blijdschap.
Zo hard zijn paarden konden lopen ging hij naar Elisa om hem te bedanken. Hij wilde de profeet dure geschenken geven.
'Die heb ik niet verdiend,' zei de profeet Elisa, 'het is God die u beter heeft gemaakt.'
'Dan zal ik voortaan alleen uw God dienen,’ beloofde Naäman.
EVEN TESTEN
Een melaatse generaal
Materiaal
Knip de tekeningen uit dit blad.
Knip ook de volgende tekstblokjes uit:
Naäman had heel wat witte plekken op zijn lichaam.
Hij was melaats! Niemand kon hem helpen.
Een dienstmeisje zag witte plekken op het lichaam van Naäman en zei:
‘In mijn land woont een profeet die zieke mensen kan beter maken.’
'Dompel u zeven keer onder in het water van de Jordaan'
zei de knecht van de profeet Elisa aan Naäman.
Naäman ging naar de Jordaan en dook zeven keer in het water.
Daarna was er geen wit plekje meer op zijn huid te zien.
'Het is God die u beter heeft gemaakt,' zei de profeet Elisa.
'Dan zal ik vanaf nu alleen uw God dienen,’ beloofde Naäman.
Verloop
De kinderen beluisteren eerst het verhaal. Dan plaatsen ze de teksten in de juiste volgorde. (De tekst staat hierboven in de juiste volgorde) Daarna zoeken ze welke illustratie bij elke tekst hoort.
Jongeren
KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST
Context
Het fragment uit de Bijbel dat in de liturgie wordt voorgelezen behoort tot het vijfde hoofdstuk in 2 Koningen, dat helemaal gewijd is aan de genezing van Naäman.
Zo ontdek je dat …
. Naäman een vreemdeling is, een niet-jood, die een huidziekte had en naar de joodse profeet Elisa ging in de hoop van zijn ziekte genezen te kunnen worden.
. Naäman zich niet kon vinden in de boodschap van Elisa om zich zevenmaal in de Jordaan te wassen: in zijn land waren toch ook rivieren!
. de profeet niet wil vergoed worden voor zijn raad, maar dat zijn knecht / dienaar het daar niet mee eens is.
. De symptomen van zijn huidziekte (vers 27) niet overeenkomen met die van melaatsheid zoals die ziekte nu bekend is. Vroeger werd 'melaatsheid' gebruikt om er alle huidziekten mee te benoemen.