Johannes 2, 1-11: Bruiloft te Kana
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1675)
Twee dagen later was er een bruiloft in Kana, een plaats in Galilea. De moeder van Jezus was op het feest, en ook Jezus en zijn leerlingen waren uitgenodigd.
Toen de wijn opraakte, zei de moeder van Jezus: ‘Ze hebben geen wijn meer!’ Jezus zei tegen haar: ‘Bemoei u niet met wat ik moet doen. Het juiste moment voor mij is nog niet gekomen.’ Toen zei de moeder van Jezus tegen de dienaren op het feest: ‘Doe precies wat hij zegt.’
Er stonden daar zes stenen waterbakken. In elke bak kon ongeveer 100 liter water. Met dat water konden mensen zich wassen volgens de regels van de Joodse godsdienst. Jezus zei tegen de dienaren: ‘Vul die bakken met water.’ De dienaren vulden de bakken tot de rand.
Toen zei Jezus: ‘Haal er nu wat uit en breng dat naar de leider van het feest.’ De dienaren deden wat Jezus zei. De leider van het feest proefde van het water. Het was wijn geworden! De dienaren die het water gebracht hadden, wisten waar het vandaan kwam. Maar de leider van het feest wist dat niet. Hij riep de bruidegom en zei: ‘Iedereen geeft zijn gasten eerst de beste wijn. De minder goede wijn geeft hij daarna, als de gasten al dronken zijn. Maar jij hebt de beste wijn voor het laatst bewaard!’
Dit wonder in Kana, in Galilea, was het eerste wonder dat Jezus deed. Zo liet hij zijn hemelse macht zien. En zijn leerlingen geloofden in hem.
Daarna ging Jezus naar de stad Kafarnaüm, samen met zijn moeder, zijn broers en zijn leerlingen. Daar bleven ze een paar dagen.
Dichter bij de tijd
(naar: C. LETERME, Map Bijbel in 1000 seconden, fiche die hoort bij Johannes 2, 1-11)
De derde dag was er een trouwfeest te Kana in Galilea.
De moeder van Jezus was daar.
Ook Jezus en zijn leerlingen waren op het feest uitgenodigd.
Toen de wijn opraakte, zei Maria tegen Jezus:
‘Ze hebben geen wijn meer.’
Jezus zei: ‘Vrouw, is dat soms uw zaak? Mijn uur is nog niet gekomen.’
Zijn moeder zei tegen de bedienden: ‘Doe maar wat Hij jullie zal.’
Nu stonden daar volgens het reinigingsgebruik der Joden
zes grote stenen kruiken, elk van wel honderd liter.
Jezus zei tegen de bedienden: ‘Doe die kruiken vol water.’
Ze vulden ze tot aan de rand.
Dan zei Hij: ‘Schep er nu wat uit en breng dat naar de tafelmeester.’
Dat deden ze.
De tafelmeester proefde het water dat wijn was geworden.
Hij wist niet waar die wijn vandaan kwam.
Maar de bedienden die het water geschept hadden, wisten het wel.
Zodra hij geproefd had, riep hij de bruidegom en zei:
‘Gewoonlijk schenkt men eerst de goede wijn
en de gewone wijn pas wanneer men wat gedronken heeft.
Jij hebt de goede wijn tot het laatst bewaard.’
Zo maakte Jezus te Kana in Galilea een begin met de tekenen
en openbaarde zijn heerlijkheid. Zijn leerlingen geloofden in Hem.
Daarna ging Hij naar Kafarnaüm,
samen met zijn moeder, zijn broers en zijn leerlingen.
Daar bleven zij enkele dagen.
Stilstaan bij...
De derde dag
Voor de joden is de derde dag van de week een dinsdag, de enige dag in de week waarop God in het scheppingsverhaal tweemaal zei dat wat Hij geschapen had 'goed' was. Omdat de rabbijnen die dubbele zegen zagen als een zegen voor de bruidegom en één voor de bruid, werd dinsdag een traditionele trouwdag bij de joden.
Maar in de Bijbel is 'de derde dag ' doorgaans ook de dag waarop iets bijzonder gebeurt of waarop redding in zicht komt.
In het Nieuwe Testament is de 'derde dag' een tijdsaanduiding die verbonden is met de dood en de verrijzenis van Jezus.
Bruiloft
Bij de joden duurde een bruiloftsfeest een week. Het was een soort dorpskermis, waarop men de brede kring van familie, vrienden, buren en kennissen uitnodigde. Mannen en vrouwen feestten apart.
Omdat men van de gasten verwachtte dat ze een geschenk gaven, was het voor de bruidegom bijzonder pijnlijk om vast te stellen dat men te weinig wijn had voorzien.
In het Oude Testament drukten de joodse profeten met ‘bruiloft’ de relatie uit tussen God en zijn volk: God was de bruidegom van Israël. (Het Hebreeuws gebruikt hetzelfde woord voor ‘bruiloft’ en ‘verbond’)
In het Nieuwe Testament verwijst de bruiloft naar een hoogtepunt: de Messias is er. De toekomst is begonnen.
Kana
Kana was in Galilea een gehucht in het Noord-Oosten van Nazaret, in een heuvelachtig gebied. In de verte kon men er het meer van Galilea zien.
Wijn
Oude Testament
Wijn vrolijkt niet alleen het leven op, maar is in de Bijbel ook teken van leven. Wijn, die levenskracht geeft, diende ook om een verbond te bezegelen, zoals bloed (levenskracht) van offerdieren een verbond bekrachtigde.
Nieuwe Testament
Wijn wordt het beeld van de vreugde in het Rijk Gods. Het is het teken van het nieuw leven waarvan de Messias de oorsprong is, door zijn bevrijdend optreden en van het verbond van trouw vanwege
God door de komst van de Messias.
Vrouw
Dat Jezus zijn moeder 'vrouw' noemt, klinkt vreemd, maar blijkt in het Oosten gewoon: men laat er in het openbaar nooit een familieband merken.
Uur
Matteüs, Marcus en Lucas gebruiken ‘uur’ meestal in de betekenis van een bepaald tijdstip in de dag. Bij Johannes gaat het vaak om een belangrijk moment in het leven van Jezus. Bijvoorbeeld:
- Het uur om naar de Vader terug te keren (DOOD)
- De verheerlijking van Jezus Christus. (VERRIJZENIS)
Met de woorden 'Nog is mijn uur niet gekomen', wil Jezus duidelijk maken dat het niet aan zijn moeder is om te beslissen dat dit het uur is, waarop Hij als Messias zal optreden. Dat zal zijn Vader doen.
Stenen kruiken
Hierin bewaarde men het water voor de rituele reiniging (nl. het wassen voor en na de maaltijd). Stenen kruiken waren niet voor verontreiniging vatbaar zoals gebakken kruiken, die men doorgaans in Palestina gebruikte.
Dienaren / bedienden
Dit woord is de vertaling van het Griekse woord voor 'diakens'. Een vreemd woord in deze context omdat 'diaken' een christelijke term is voor een kerkelijke functie.
Vol water
Elke kruik bevatte ± 100 liter. In totaal gaat het dus over ± 600 liter of 900 wijnflessen. De kruiken werden 'tot boven toe' gevuld. De nadruk ligt op de overvloed en dus symbolisch op de volheid van het heil (geluk). De tafelmeester apprecieerde dit water als wijn van de beste soort.
De overvloed van deze wijn, verwijst naar de overvloed van het goede bij de komst van de Messias.
Bruidegom
Het was de taak van de bruidegom om voor wijn te zorgen. Maar in deze tekst van Johannes is het Jezus, de Messias, die voor de wijn zorgt, en zich zo laat kennen als de echte bruidegom.
Tekenen
Johannes wil met ‘tekenen’ zeggen wie Jezus van Nazaret was en wat Hij voor de christenen uit het jaar 90 na Chr. be-teken-de.
Spreken met beelden
Wijn
Oude Testament
- vrolijkt het leven op
- is teken van leven:
'God zal de aarde een grote vruchtbaarheid schenken en de bergen zullen druipen van de wijn.'
Voor Oosterlingen is leven zonder wijn geen leven.
- bezegelt een verbond.
Wijn (die levenskracht geeft) diende ook om een verbond te bezegelen, zoals bloed (levenskracht) van offerdieren een verbond bekrachtigde.
Nieuwe Testament
- beeld van de vreugde die er is in het Rijk Gods.
- teken van het nieuwe leven waarvan de Messias de oorsprong is, door zijn bevrijdend optreden.
- teken van het verbond van trouw vanwege God door de komst van de Messias
Bruiloft
Oude Testament
Met dit beeld drukten de joodse profeten de relatie uit tussen God en zijn volk: God / Jahwe was de bruidegom van Israël.
Nieuwe Testament
Dit beeld verwijst naar een hoogtepunt: nu gaat God zijn bruiloft vieren met zijn volk, de Messias is er. De toekomst is begonnen.
Water
In een land, waar elke druppel water kostbaar is, is water een sprekend beeld van leven. Omdat de wet die God aan zijn volk gaf gezien werd als een bron van leven voor Israël, vergeleek de Bijbel de Wet met water. Maar Jezus verandert water in wijn... beeld van een nieuwe hoopgevende, leven gevende start.
Overvloed en kwaliteit
Elke kruik bevatte twee tot drie metreten. Dus bevatte elke kruik 80-120 liter. In totaal gaat het over ± 600 liter of 900 flessen. De kruiken worden 'tot boven toe' gevuld. Jezus ziet niet op een liter! De nadruk ligt op de overvloed en dus symbolisch op de volheid van het heil (geluk). Het water wordt door de tafelmeester geapprecieerd als wijn van de beste soort. Met de komst van de Messias verloopt alles in opgaande lijn en wat er komt is telkens onverhoopt beter, anders. De kruiken water, die verwijzen naar het jodendom wijken voor de goede wijn die Jezus geeft.
Als je dit verhaal aan kinderen vertelt ...
... staar je dan niet blind op het feit dat Jezus water in wijn verandert, want hierover wordt helemaal niets gezegd. Het is pas achteraf in het verhaal dat blijkt dat water wijn geworden is.
... vergeet dan niet dat dit verhaal wil aantonen dat Jezus de Messias is. Door al te veel details over de bruiloft toe te voegen en de aandacht te richten op het bruidspaar en hun emoties wordt het moeilijk om de diepere betekenis aan te brengen.
... vertel het sober, zodat kinderen van Jezus geen tovenaar maken.
Bij kinderen van 7-9 jaar kun je dit opvangen door hun aandacht te trekken op de zorg van Jezus voor de nood van mensen
Bij kinderen van 10-12 jaar door het verhaal als een ‘teken’verhaal te benaderen, een verhaal met een be-‘teken’-is.
Bij de tekst
Historische context
Johannes schreef zijn evangelie rond 90 na Christus. Christenen liepen dan het risico vervolgd en gefolterd te worden. Dit verhaal wilde hen steunen in die donkere tijd, door het perspectief te openen op een toekomst die als een bruiloft zal zijn. Zoals Jezus het jonge paar uit de nood hielp, zo zal Jezus zijn volgelingen uit de nood helpen.
Teken-verhaal
Johannes noemt het gebeuren te Kana een 'teken'.
Een teken verwijst naar iets wat men niet op het eerste zicht ziet. Toch staart men zich meestal blind op het feit dat Jezus water in wijn verandert. Vreemd, want hierover wordt helemaal niets gezegd. Het is pas achteraf dat blijkt dat water wijn geworden is.
Een teken-verhaal wil met tekenen een boodschap brengen. Zo wil Johannes zeggen wie Jezus van Nazaret is en wat hij voor de christenen uit het jaar 90 na Chr. betekent. Nl.
- Hij is de Messias, de Redder (lost de nood van mensen op)
- met Hem begint het Rijk Gods (= nieuw leven vol vreugde)
Omdat de mensen voor wie Johannes schreef vertrouwd waren met het Oude Testament en de verwachtingen van het joodse volk, gebruikte hij hiervoor Oud-Testamentische beelden.
"Jezus manifesteert zich als de ware bruidegom die de wijn van de bruiloft kan schenken daar waar de joodse godsdienst in gebreke bleef. Die moest eerst een verandering ondergaan vooraleer het feest verder kan worden gevierd. Het gebeuren te Kana is echter nog niet de volle openbaring: daarvoor moet worden gewacht tot de dood en verrijzenis. Kana is als een voorspel van die werkelijkheid, het is een teken."
Herman SERVOTTE
Wonderverhaal
Het gebeuren te Kana wordt een wonderverhaal genoemd.
Een wonderverhaal informeert over God en zijn Rijk:
feest en overvloed van wijn verwijzen naar de goedheid van God die zichtbaar wordt in Jezus.
Een wonderverhaal roept op:
realiseer en beleef de vreugde van het Rijk van God.
Wortels in het Oude Testament
. Jesaja 62, 5
Zoals een jongeman een meisje huwt,
zo zal Hij, die u opbouwt, u huwen.
En zoals de bruidegom blij is met zijn bruid,
zo zal uw God zich verblijden om u.
. Hosea 2, 21-22
Ik neem u als mijn bruid, voor altijd,
als mijn bruid in recht en gerechtigheid,
goedheid en erbarming,
als mijn bruid, in onverbrekelijke trouw.
Bijbel en kunst
P. VERONESE
De bruiloft te Kana (1562-63)
Paolo Caliari (Verona, 1528 – Venetië, 19 april 1588) was een Italiaanse kunstschilder uit de renaissance. Omdat hij van Verona afkomstig was, werd hij bekend als 'Veronese'.
Dit enorme doek (het grootste werk in het Louvre) schilderde hij in opdracht van de benedictijnen voor hun klooster op het eiland San Giorgio Maggiore in Venetië. Daar nam het een hele muur van de kloostereetzaal in beslag. In 1797 nam Napoleon het werk in beslag en liet het in stukken naar Parijs brengen, waar hij het terug aaneen liet voegen.
Merk op
. De schilder verplaatste het wonder dat de evangelist Johannes in Kana situeerde – een dorpje in Galilea - naar het majestueuze en weelderige Venetië uit de zestiende eeuw.
. Niet het bruidspaar, maar Jezus en Maria zitten centraal in het schilderij. (Het bruidspaar zit helemaal links op het schilderij)
. Veel mannen zijn gekleed in Oosterse gewaden. (Traditioneel worden ze voorgesteld in Romeinse kleding.)
. De 130 figuren zijn voornamelijk portretten van tijdgenoten. Bijvoorbeeld: keizer Karel V, Süleyman I de Grote, Titiaan, Bassano, Tintoretto ... en de kunstenaar zelf die viool speelt.
‘Het komt niet op het individu aan. Hier komt het op het grote aantal aan: honderddertig mensen heeft Veronese in zijn Bruiloft te Kana afgebeeld, met verschillende gezichten, gebaren en blikken, zodat het oog zich heerlijk kan verliezen in details en constellaties, in de architectuur en de talrijke rekwisieten van dit mensheidstoneel. Toen ik voor dit reusachtige, bijna zeventig vierkante meter grote schilderij stond, gebeurde precies wat zou dreigen te gebeuren als Jezus nu zou verschijnen: ik schonk aan Hem niet meer aandacht dan aan ieder ander.’
Navid KERMANI, Goddelijke kunst, Cossee, 2016, ISBN 9789059366886.
S. WATANABE
Bruiloft te Kana
Sadao Watanabe (Tokio 7 Juli 1913 – 8 Januari 1996), is bekend om zijn illustraties van de Bijbel in de mingei-traditie (volkse kunst) van Japan.
Suggestie
Bekijk rustig het werk.
- Hoeveel mensen zie je erop?
- Wat doen ze?
- Wat zie je op tafel?
- Wat staat er voor de tafel?
Lees nu het evangelie van deze zondag (Johannes 2, 1-11)
Of de tekst 'dichter bij de tijd' op de fiche in de map 'Bijbel in 1000 seconden' die bij dit evangelie hoort.
- Herken je dit verhaal in deze illustratie?
Onderstreep in de tekst wat je ook op de illustratie ziet.
Schrijf eronder wat de kunstenaar toegevoegd heeft.
- Waarom zou hij bepaalde elementen toegevoegd hebben?
- Wie of wat mis je op de tekening als je de Bijbeltekst leest.
- Wat vind je daarvan?
De zes bakken voor de tafel zijn nu eens blauw dan weer rood gekleurd.
- Wat zou de bedoeling daarvan kunnen zijn?
Jezus staat tussen de vaten water / wijn.
- Zou de kunstenaar hier iets mee willen zeggen?
Merk op dat Jezus erg centraal staat in dit kunstwerk.
- Hoe toont de kunstenaar nog dat Jezus 'buitengewoon' is?
(Hij is groter dan de andere mensen die afgebeeld zijn; er is een aureool achter zijn hoofd)
Suggesties
Kleine kinderen
KENNISMAKEN MET DE TEKST UIT DE BIJBEL
Inleiding op de tekst uit het evangelie
- Wie was er al eens op een huwelijksfeest?
- Wat heb je daar meegemaakt? gezien?
- Wordt een huwelijk overal op dezelfde manier gevierd?
(vgl. met andere landen)
In andere landen heeft men eigen gewoonten. In sommige landen (B.v. Marokko) duurt een huwelijksfeest wel een paar dagen.
Ook ten tijde van Jezus had men eigen gewoonten: een huwelijksfeest duurde 7 dagen. Dagen waarin veel werd gegeten, gedronken. Zelfs wie niet rijk was, deed er alles voor om het feest zo uitbundig mogelijk te laten doorgaan. Luister maar eens naar wat Johannes over zo'n feest vertelt.
Stilstaan bij het symbool 'wijn'
Nu je het verhaal gehoord hebt, zullen we eens kijken waarom Johannes dit verhaal lang geleden voor ons heeft neergeschreven.
Hij heeft iets willen duidelijk maken.
Toon een rood hartje.
- Wie weet wat dit betekent?
(Toon eventueel nog andere symbolen)
De wijn in dit verhaal betekent ook iets.
- Wat zou dat kunnen zijn?
- Wanneer drinken de mensen wijn? (Als het feest is, als het zondag is)
Als je wijn ziet, kun je dus denken aan feest, aan vreugde.
Als Jezus in Kana voor veel wijn zorgt, wat kan dat dan betekenen?
Dat Jezus wil dat mensen veel vreugde kennen. Mensen die Jezus volgen, willen dan ook, net als Jezus, ervoor zorgen dat mensen veel vreugde kennen.
De bruiloft te Kana
(C. LETERME e.a., Zes kruiken wijn, Standaard educatieve uitgeverij, 1988, p. 60-61)
In Kana, een dorpje dicht bij Nazaret,
waar Jezus woont,
is een bruiloft.
Maria,
de moeder van Jezus,
is op het feest.
Ze viert mee.
Ook Jezus en zijn vrienden zijn erbij.
Het is geen klein feest hoor!
Het duurt wel zeven dagen lang.
De mensen komen naar het feest
met hun mooiste kleren aan.
De muzikanten spelen vrolijke muziek
en de knechten zorgen ervoor
dat iedereen te eten en te drinken heeft.
De mensen drinken heel wat van de heerlijke wijn.
Dan ziet Maria dat de wijn opraakt.
Ze zegt aan Jezus:
‘Ze hebben geen wijn meer.’
Aan de knechten zegt Maria:
‘Doe wat Jezus je zeggen zal.’
Even later zegt Jezus:
‘Vul die zes grote kruiken met water.’
De knechten doen het.
Dan zegt Jezus:
‘Schep ervan uit
en geef de tafelmeester te drinken.’
De tafelmeester proeft ervan en zegt:
‘Deze wijn is veel lekkerder
dan de wijn die we tot nu toe hebben gedronken.’
Het feest kan doorgaan
En wordt nog veel vrolijker.
De mensen dansen nog lang op de mooie muziek.
Dagen later spreken ze er nog met elkaar over
Hoe heerlijk dat feest wel was.
VERWERKEN
Om bij te tekenen en te kleuren
Vertel over de bruiloft te Kana. Let er hierbij op het spectaculaire in het verhaal niet te benadrukken.
Bespreek daarna deze tekening.
- Wat zie je?
- Wie zie je?
- Wat zeggen de mensen op de tekening?
De kinderen tekenen de tekening verder. (= kruiken tekenen; eventueel ook het huis waar zich dit afspeelt)
Daarna kleuren ze het geheel.
Of kopieer deze tekening waarbij de kinderen ook ontbrekende personen kunnen tekenen.
VERTELLEN
De laatste dag van het schooljaar
(C. LETERME e.a., Zes kruiken wijn, Standaard educatieve uitgeverij, 1988, p. 68-69)
In de klas van Lien is het feest!
Het is de laatste dag van het schooljaar!
Na de middagpauze
zijn alle kinderen terug in de klas.
Eén voor één gaan ze naar juffrouw Mia
om haar een geschenkje te geven:
Peter een mooie bloem,
en Mieke een mooie tekening;
Lien heeft wat lekkers meegenomen
en Nico heeft een konijntje van karton gemaakt …
En allemaal zeggen ze:
‘Dank je wel, juffrouw,
we vonden het fijn om in jouw klas te mogen zijn.’
Alleen Veerle komt niet bij de juffrouw.
Ze zit stilletjes op haar stoel.
Ze heeft helemaal niets bij zich voor haar lieve juf,
haar tekening heeft ze thuis vergeten.
De andere kinderen zijn zo in de weer
met hun geschenkjes,
dat ze niet zien
dat Veerle niets aan de juffrouw kan geven.
Maar de juf heeft het wel gezien.
‘Kom eens hier, Veerle’,
zegt juffrouw Mia.
Veerle gaat stilletjes naar voren.
‘Help jij me de taart aansnijden?’
vraagt de juf.
Dat wil Veerle maar al te graag doen.
Ze mag ook nog de taart helpen uitdelen.
Dat wordt dan haar geschenk voor juffrouw Mia.
De juf is erg gelukkig,
omdat de kinderen zo veel van haar houden.
En ze zegt:
‘Ik vind jullie allemaal heel lief’
en ze geeft alle kleuters een kusje.
De kleuters zijn erg blij om hun juffrouw,
maar ook om het lekkere stuk taart
dat ze van haar hebben gekregen.
Bij het verhaal
Dit verhaal staat stil bij de juf die de nood zag van Veerle en daar in alle stilte iets aan deed.
Te vergelijken met Maria die zag dat de wijn opraakte en de dienaren vroeg om te doen wat Jezus hen zou vragen.
DOEN
Kleuren
Grote kinderen
ONDERZOEKEN
Drank bij een feest
(een idee van Griet Hammels)
Materiaal
Drie glazen per groepje dat je voorziet.
Water; grenadine.
Drie woordkaarten met daarop: BLIJ, VEEL, GOED.
Verloop
Verdeel de groep in een aantal groepjes.
Geef elk groepje drie glazen:
. één met water
. één met water en heel weinig grenadine
. één met water en grenadine
Opdracht
Je kreeg drie verschillende drankjes. Proef van elk drankje.
Beantwoord per groepje de volgende vragen. (Eventueel uitprinten of op een flap schrijven.)
- Welk drankje vond de meerderheid van je groepje het lekkerste? Waarom was dat?
- Als je een verjaardagsfeestje zou geven, welk drankje zou je het liefst schenken aan je vrienden en vriendinnen? Waarom is dat?
- Denk je dat de vrienden die je uitnodigde het belangrijk vinden dat ze een lekker drankje krijgen op je feestje? Waarom?
- Zullen je vrienden tevreden zijn met een slok of hebben ze liever enkele glazen om leeg te drinken? Waarom denk je dat?
De kinderen vergelijken daarna hun antwoorden met die van andere groepen.
Verwachte antwoorden:
1. Drankje drie is het lekkerst. De andere hebben te weinig smaak
2. Drankje drie: ik wil mijn vrienden het lekkerste aanbieden
3. Als je iets lekker te drinken krijgt, is het ook echt feest
4. Ze drinken liever meerdere glazen, het is trouwens feest.
Gesprek
Voor dit gesprek leg je de volgende drie woordkaarten zichtbaar klaar: BLIJ, VEEL, GOED. Dit gesprek kan als volgt verlopen:
Het is belangrijk dat er een lekker drankje geschonken wordt.
- Waarom is dat zo?
(Omdat het de vrienden blij maakt, gelukkig ... BLIJ)
Jullie verkiezen een lekker drankje boven een bitter of smaakloos drankje. Je kijkt niet zomaar uit naar iets om te drinken, maar naar iets wat heel lekker is, dat GOED is.
Jullie willen graag enkele glazen schenken. Je wil dat er genoeg is voor iedereen. Je vindt: beter te VEEL dan te weinig.
De kinderen vinden drie belangrijke elementen in de antwoorden terug:
BLIJ - Iedereen krijgt lekker drinken. Dat maakt hen blij
GOED - De drankjes werden met zorg gemaakt
VEEL - Er is meer dan genoeg voor iedereen
Er zijn dus drie belangrijke dingen waarmee je rekening houdt als je drank op een feestje geeft.
De kinderen verwoorden ook waarom dat belangrijk is.
Feesten
Het woordje 'vieren' komt van de teugels ‘vieren’ of loslaten.
Het moment waarop het paard in volle galop kan gaan en even alles achter zich kan laten.
Dat is vieren ook voor mij, de zorgen van mij af dansen en in ten volle het leven proeven!
We zijn vandaag heerlijk gaan fietsen in het bos. Het rook er naar lente en de bloesem stond in bloei. Dat was pas feest!
Vorige week werd mijn grootvader 96 jaar. Natuurlijk was er feest met lekkere taart. Maar het echte ‘feest’ was dat we met de hele familie bij hem waren en hem konden tonen dat we hem graag zien.
Feest is meer dan taart of wijn, of heel lekker eten, of …
Feest is……………………………………………………………………..
……………………………………………………………………………….
……………………………………………………………………………….
Vul aan met ideeën die je uit de getuigenissen kunt halen.
In het evangelie is er vaak sprake van samen eten of feest. Ofwel feestte Jezus mee, ofwel spreekt Hij erover. Telkens zagen de evangelisten hierin het beeld van hoe het eraan toe zal gaan in het Rijk van God. Zoek de volgende teksten in de bijbel en verbind ze met het beeld van het Rijk van God dat erbij past.
Lucas 5, 27-29 | (A) | In het Rijk van God is iedereen welkom: ook wie ‘verdwaald’ was | (2) |
Lucas 15, 3-7 | (B) | In het Rijk van God is iedereen welkom: armen, gebrekkigen, kreupelen, blinden | (3) |
Lucas 14, 7-14 | (C) | In het Rijk van God is iedereen welkom: zeker wie anders gaat leven en goed maakt wat hij verkeerd deed | (5) |
Lucas 15, 11-32 | (D) | In het Rijk van God is iedereen welkom: ook tollenaars en zondaars | (1) |
Lucas 19, 1-10 | (E) | In het Rijk van God is iedereen welkom: ook wie denkt dat hij ‘geen kind/zoon van God‘ meer is | (4) |
Correctiesleutel
Oplossing: A1.B2.C3.D4.E5
KENNISMAKEN MET DE TEKST UIT DE BIJBEL
Inleiding op de tekst uit het evangelie
(een idee van Saartje Bals)
- Wie was er al eens op een huwelijksfeest?
- Wat heb je daar meegemaakt? gezien?
- Wordt een huwelijk overal op dezelfde manier gevierd?
(vgl. met andere landen)
In andere landen heeft men eigen gewoonten. In sommige landen (B.v. Marokko) duurt een huwelijksfeest wel een paar dagen.
Ook ten tijde van Jezus had men eigen gewoonten: een huwelijksfeest duurde zeven dagen. Dagen waarin veel werd gegeten, gedronken. Zelfs wie niet rijk was, deed er alles voor om het feest zo uitbundig mogelijk te laten doorgaan. Luister maar eens naar wat Johannes over zo’n feest vertelt.
EVEN TESTEN
Wie zegt wat?
Kies uit: Jezus, Maria, de tafelmeester
Verbind dan die persoon met de zin die hij/zij uitgesproken heeft.
- Ze hebben geen wijn meer.
- Doe maar wat Hij u zeggen zal.
- Doe die kruiken vol water.
- Schep er wat uit en breng dat naar de tafelmeester.
- U hebt de goede wijn tot het laatst bewaard.
Meerkeuzevragen
Verdeel de ruimte in vier hoeken. Hoek A, hoek B, hoe C en hoek D.
Stel de kinderen de volgende vragen.
Ze gaan bij elke vraag staan in de hoek van het goede antwoord (vet gedrukt).
Waar vindt deze bruiloft plaats?
A In Jeruzalem
B In Kafarnaüm
C In Kana
D In Betlehem
Over wie wordt niet gesproken in dit Bijbelverhaal?
A Maria
B De leerlingen van Jezus
C De tafelmeester
D Jozef
Wie merkt op dat er niet genoeg wijn is?
A de bruid
B Maria
C Jezus
D De feestvierders
Wie merkt op dat de wijn waar Jezus voor zorgde heel goede wijn is.
A De tafelmeester
B De bruidegom
C De leerlingen
D De dienaren
Johannes noemt het gebeuren te Kana het begin van de tekenen.
Hiermee bedoelt hij dat zo'n verhaal
A eerst getekend moet worden als men het wil begrijpen
B duidelijk maakt wat de betekenis is van Jezus voor de mensen
C betekent dat wijn lekkerder is dan water
D de betekenis van dit verhaal onduidelijk is
Waar of niet waar?
. Jezus was uitgenodigd op een huwelijksfeest in Kafarnaüm. (niet waar)
. Maria en Jozef waren ook uitgenodigd. (niet waar)
. Ook de vrienden van Jezus waren uitgenodigd.
. Tijdens het feest merkte Maria op dat er niet genoeg wijn is.
. Maria zei tegen de bedienden: Doe maar wat Jezus jullie zal zeggen.
. Maria zei tegen de bedienden: ‘Ga naar de kelder’. (niet waar)
. De bedienden vonden drie grote kruiken wijn in de kelder. (niet waar)
. Bedienden vulden lege kruiken met water tot er niets meer bij kon.
. De bedienden gaven van dit water aan de leerlingen van Jezus. (niet waar)
. De tafelmeester proefde van het water dat in wijn veranderd was.
. De bruidegom proefde van de wijn waarvoor Jezus gezorgd had en zei dat die heel goed was. (niet waar)
Het verhaal opnieuw schrijven
Maak hiervoor gebruik van dit werkblad.
De kinderen knippen de tekeningen uit en schikken ze in de juiste volgorde.
Ze schrijven telkens een zin bij de tekening.
SPREKEN MET BEELDEN
Wat past bijeen?
Welke van de volgende woorden passen bij 'wijn' en welke bij 'water'?
Feest, plezier, leven, geluk, dorst, proper, blij, dagelijks.
... het symbool ‘wijn’
(een idee van Ilse Peeters)
Nu je het verhaal gehoord hebt, zullen we eens kijken waarom Johannes dit verhaal lang geleden heeft neergeschreven.
Hij heeft iets willen duidelijk maken.
Toon een rood hartje.
- Wie weet wat dit betekent?
(Toon eventueel nog andere symbolen. bv. een ring, een kruis ... )
De wijn in dit verhaal betekent ook iets.
- Wat zou dat kunnen zijn?
- Wanneer drinken de mensen wijn?
Als het feest is, als het zondag is
Als je wijn ziet, kun je dus denken aan feest, aan vreugde.
- Als Jezus in Kana voor veel wijn zorgt, wat kan dat dan betekenen?
Dat Jezus wil dat mensen veel vreugde kennen. Mensen die Jezus volgen, willen dan ook, net als Jezus, ervoor zorgen dat mensen veel vreugde kennen.
... eerste teken
Materiaal
Kopieerblad
Lees de tekst uit de Bijbel zoals die op het kopieerblad staat.
Nadien vullen de kinderen de invultekst in.
De cijfer bij de woorden die ze moeten invullen, komt overeen met het cijfer bij het schuifraadsel.
Als het schuifraadsel goed opgelost is, lezen de kinderen de woorden: eerste teken.
Ga dieper in op de betekenis hiervan. Volgens Johannes is een wonderverhaal een teken: het verwijst naar de be-teken-is die Jezus voor de mensen heeft.
Beelden voor het Rijk van God
Johannes wil met dit verhaal iets zeggen over het Rijk van God.
Hij doet dat met de volgende woorden.
Verbind ze met de zin die ze verklaart.
Wijn | In het Rijk van God staat er geen maat op de vreugde | ||
Zes kruiken van wel 100 liter | In het Rijk van God is men door en door gelukkig | ||
De beste wijn | In het Rijk van God is het fijn |
Correctiesleutel
Wijn: In het Rijk van God is het fijn
Zes kruiken van wel 100 liter: In het Rijk van God staat er geen maat op de vreugde
De beste wijn: In het Rijk van God is men door en door gelukkig.
Er staat meer dan je denkt
(Een idee van Sara Harding)
Materiaal
Eén of meer 3D-illustraties
3D-bril
Wijnlied
Verloop
Toon de 3D-illustraties
- Wat is hetzelfde bij al deze prenten?
- Weet iemand hoe het komt dat die prenten zo 'raar' zijn, zo wazig?
(De prenten zijn wazig omdat je iets nodig hebt om ze goed te kunnen zien.)
Toon een 3D-bril.
- Wie weet waarvoor dit dient?
Geef de bril aan een van de kinderen en vraag om opnieuw naar een prent te kijken.
- Zie je nu beter? Wat zie je nu meer dan voordien zonder de bril?
Vreemd genoeg is er een verband tussen de prenten en de Bijbel
- Wat hadden we nodig om de prenten duidelijk te kunnen zien?
Neem de Bijbel in de hand en zeg: ‘Om het verhaal over de bruiloft te Kana goed te kunnen verstaan hebben we ook een hulpmiddel nodig.'
- Hoe begint het verhaal?
(De kinderen vertellen het begin van het verhaal in eigen woorden tot: Plotseling is de wijn op.)
Laat het begin van een oud lied horen dat gezongen werd ter ere van de wijn.
- Waarover wordt er in dit lied gezongen?
- Wat doet de wijn bij mensen volgens dit lied?
- Waaraan denken jullie als je het woord wijn hoort?
- (Wanneer wordt er wijn gedronken?)
- (Waarom drinken mensen wijn?)
Schrijf een aantal ideeën van de leerlingen op een flap.
(Wijn brengt vreugde, plezier, feest; Mensen drinken op een goede gezondheid)
Denk nu eens terug aan het verhaal van de bruiloft. Op een bepaald ogenblik is er geen wijn meer voor de mensen op het feest. Zet nu eens je 'speciale' bril op en kijk wat er wordt bedoeld met ‘wijn’. ‘Wijn’ wil iets zeggen. Vervang het woord wijn door de betekenissen die we er aan gegeven hebben. (Wijs naar de woorden op de flap)
- Waar zorgt Jezus dan voor?
Jezus brengt vreugde / blijdschap. Hij wil dat mensen in vreugde / blij zijn. Hij wil duidelijk maken dat zijn komst het begin is van een groot feest.
De wijn komt uit kruiken
- Hoeveel kruiken staan er?... Hoeveel water kan er in 1 kruik?
- Als je weet dat 1 metreet gelijk is aan ongeveer 40 liter.
- Hoeveel liter water staat er dan? (± 600 liter, goed voor 900 flessen!)
Wat zou Johannes hiermee willen zeggen?
De vreugde die de mensen kennen in het Rijk van God is heel groot.
Voor wijn zorgen
Zorg voor:
zes plastieken flessen water, zes bladen, stiften, schaar, lijm of plaklint.
(Eventueel een fles wijn die kan inspireren bij het ontwerpen van een etiket)
Woordkaarten waarop staat: liefde, dankbaarheid, humor, vriendschap, plezier, verdraagzaamheid, warmte, fantasie, waardering, begrip, vrijheid, veiligheid, ondersteuning, blijdschap. (klik hier voor kant en klare woorden)
Vertel:
Wat er tweeduizend jaar geleden precies in Kana gebeurd is, kunnen we niet meer achterhalen. Wat we wel weten is dat de evangelist Johannes een verhaal heeft opgeschreven dat zich daar afspeelt. Het is een verhaal dat iets zegt over Jezus én dat christenen oproept om te handelen zoals Hij dat deed.
Van water wijn maken kunnen we niet – maar we kunnen wel in een kleurloze, ontgoochelende omgeving zo handelen dat die iets vreugdevol, iets feestelijk wordt.
Bespreek:
Confronteer de kinderen met de volgende situaties:
. iemand voelt zich alleen
. iemand is uit zijn land moeten wegvluchten
. iemand verveelt zich
. iemand is bang dat men hem/haar zal uitlachen
. iemand heeft niet genoeg geld meer om eten te kopen
. iemand is heel erg ziek
- Wat zou het zijn als we die personen ‘water’ zouden geven?
- En wat zou men anders doen om te zeggen dat men ‘wijn’ zou geven?
De kinderen zoeken tussen de woordkaarten wat voor hen in die situaties ‘wijn’ zou kunnen zijn, wat voor hen het leven tot een feest kan maken.
Plaats de zes flessen water in het midden van de kring. Nodig de vormelingen om zes etiketten te ontwerpen die ze op die flessen water zullen aanbrengen.
Eerst spreken ze af wat er op zo’n etiket komt te staan:
. Jaartal (jaartal ivm Jezus? Jaar van hun doopsel? Het lopende jaar? …)
. Naam van de wijn (zie de woorden op de woordkaarten - of een woord dat daarvan is afgeleid)
. Plaats waar de wijn gemaakt werd (Kana? Plaats waar de kinderen wonen? Plaats van de parochie?…)
Extra etiket voor wie heel creatief is:
Een klein etiket waarop staat in welke situaties deze wijn het meest tot zijn recht komt. Dit etiket wordt nadien gekleefd aan de andere kant van de fles.
INLEVEN
Foto (bibliodrama)
Bespreek eerst met de kinderen hoe ze het verhaal van de bruiloft te Kana in vier beelden kunnen tonen.
Verdeel dan de grote groep kinderen in vier groepjes, die telkens in de andere hoek van de ruimte een ander moment van die bruiloft uitbeelden.
SPELENDERWIJS
Spel
(naar: S. HOUTMAN, H. KAETHOVEN, C. LETERME, K. VAN CLEYNENBREUGEL, Het kruikenspel in Zonnestraal 1998, nr 21)
Materiaal
- 1 pion per speler
- 1 dobbelsteen
- kopie van het spelblad
Wat je moet gelezen of gehoord hebben
- het verhaal van de bruiloft te Kana
Wat je moet weten over de dobbelsteen
1 oog = je mag één plaats vooruit.
2 ogen = je mag twee plaatsen vooruit.
3 ogen = je mag drie plaatsen vooruit.
4 ogen = ga twee plaatsen achteruit.
5 ogen = sla een beurt over.
6 ogen = wijs iemand een die een plaats vooruit mag.
ZINGEN
Er is een bruiloft aan de gang...
Klik hier om dit lied te beluisteren.
DOEN
Kleuren
Vertel eerst het verhaal over de bruiloft te Kana.
Ga dieper in op de betekenis van wijn.
Bezorg de kinderen de volgende tekening:
Ze verwoorden wat er op de tekening te zien is en koppelen dat met het antwoord dat ze eerder gaven over de betekenis van wijn.
Daarna kleuren ze de tekening.
Jongeren
REFLECTEREN
Doordenkers
- Vind je dat Jezus, ook op ónze feesten uitgenodigd zou moeten worden?
- Waarom wel? Waarom niet?
De 'bruiloft te Kana' is het eerste verhaal dat Johannes in zijn evangelie vertelt over Jezus en zijn leerlingen.
- Wat zou Johannes ermee duidelijk willen maken?
Fano
Fano maakte de volgende illustratie bij het verhaal over de bruiloft te Kana:
Leg de betekenis van dit wonderverhaal uit met behulp van zijn illustratie.
BELEVEN
Brief
Je hebt net het verhaal gehoord over de bruiloft waar Jezus te gast was.
Jij was ook een van de gasten op die bruiloft.
Maar je beste vriend, Rob, kon helaas niet komen.
Schrijf nu een brief aan Rob waarin je hem verteld over die bruiloft vertelt
en welke betekenis in jouw hoofd is blijven hangen.
VERTELLEN
De bruiloft
(Naar: C. LETERME, Een parel voor elke dag, Averbode, 2007, p. 20)
Ergens werd er een bruiloft gevierd.
Het bruidspaar wilde veel mensen op hun feest.
Maar het koppel was arm.
Dus vroeg het aan elke genodigde:
'Breng een fles wijn mee.
Bij de ingang zal een groot vat staan
waarin je jouw fles kunt leeggieten.'
Alle genodigden deden dat.
Het feest begon.
De bedienden liepen naar het grote vat,
schepten er volle kruiken uit en schonken de glazen vol.
Groot was de verwondering van de genodigden
toen ze merkten dat ze water dronken.
Want iedereen had gedacht:
'Niemand zal die ene fles water die ik erbij doe,
bemerken of proeven.'
Nu wisten ze dat iedereen
van de ander had willen profiteren.
Toen de fluitspelers zwegen
bij het rijzen van de maan,
ging iedereen in stilte naar huis.
Overweging bij het verhaal
(Naar: C. LETERME in Kerk en leven, Federatie Rotselaar, 16 januari 2019, p. 1)
Op het eerste gezicht lijkt het verhaal hierbij heel goed
op het wonder op de bruiloft te Kana.
Twee keer is er een bruiloft, water en wijn.
Maar in dit verhaal, wordt wijn water. Want iedereen dacht:
‘Niemand zal die ene fles water die ik erbij doe proeven’,
Hierdoor viel dit bruiloftsfeest letterlijk in het water.
Als mensen zich achter anderen verschuilen
om hun verantwoordelijkheid te ontlopen
heeft dat negatieve gevolgen,
niet alleen op zo’n bruiloftsfeest maar ook in de maatschappij.
Het verhaal in de Bijbel vertelt het tegendeel:
Jezus verandert water in wijn.
Hoe dat kan, zouden heel wat mensen wel graag willen weten.
Maar dé vraag zou moeten zijn:
wat heeft Johannes met dit verhaal willen zeggen?
Water verfrist, maakt schoon en geeft leven over de hele wereld.
In streken waar weinig regen valt, is water een zegen
en wordt het het sprekend beeld van leven.
Daarom zegden de rabbijnen dat de Tora (*), als water is.
Want net als water is die Tora voor de mensen een bron van leven.
Wanneer Jezus op een bruiloft in Kana water verandert in wijn.
wil dit zeggen dat er met Jezus een nog betere tijd aangebroken is,
want er zijn voor minstens 900 flessen overheerlijke wijn!
Zo gaf Jezus met zijn komst een hoopvolle, leven gevende kracht
aan de mensen die er zich voor openstelden.
(*) Heel wat mensen kennen de Tora in zijn verkorte vorm als de 'Tien geboden'.
Suggestie
Bespreek: deze parabel gaat ook over een feest.
Vergelijk die parabel met de tekst van Johannes:
- Wat is hetzelfde?
- Wat is verschillend?
- Welk feest is geslaagd? Waarom vind je dat?
- Waarvan kan wijn een symbool zijn?
Merk op
Het verhaal wijst op de eigen persoonlijke verantwoordelijkheid om in een moeilijke situatie er een ‘feest’ van te maken. Wie uitsluitend rekening houdt met de inbreng van de ander, ontloopt zijn eigen verantwoordelijkheid.
Overwegingen
Frans Mistiaen s.j.
Onze hartelijke God schenkt hier voor ons de beste wijn!
Het mirakel van Kana gebeurt,
nog veel sterker dan weleer, hier onder ons, vandaag.
Jezus kan in onze wereld van vandaag
alleen maar de nieuwe, goede wijn van Zijn liefde schenken
als er eerst door mensenhanden
water wordt aangebracht, veel water!
Het water is het symbool van wat wij kunnen aanbieden,
onze inspanningen, onze dienstbaarheid,
die God nodig heeft en die Hij gebruikt voor Zijn werk.
Alledaags, menselijk water
wordt veranderd in goddelijke feestwijn.
Door kleine gebaren, attenties,
brengen wij voortdurend menselijk water aan,
en eigenlijk, soms zonder het te beseffen,
schenken wij daardoor goddelijke liefdeswijn.
Wij bezoeken een zieke,
wij helpen een gehandicapte op straat,
wij bedenken voor iemand een goed woord...
heel eenvoudige dingen misschien,
maar eigenlijk doen wij goddelijk werk
en brengen wij goddelijke vreugde.
Om de diepte van het verhaal te begrijpen
is het goed te weten dat op een joods bruiloftsfeest
de bruidegom moest zorgen voor de wijn.
En wij hebben gehoord hoe de tafelmeester,
bij het proeven van de nieuwe, heel goede wijn,
dan ook spontaan de bruidegom ging feliciteren.
Er wordt daarbij met nadruk gezegd
dat er slechts enkelen zijn die méér weten,
de dienaars nl, zij die het water hadden aangebracht en geschept,
die weten voor Wie dat compliment in feite bestemd is.
want zij weten van Wie die goede wijn eigenlijk komt.
Wel die dienaars in het verhaal zijn wij, die geloven,
die al méér weten,
diegenen die reeds wat meer zijn ingewijd in het geheim,
dat wil zeggen in de echte,
maar voor velen nog verborgen, waarheid.
En daarmee zitten wij in de kern van het verhaal.
Voor de dienaars, die méér weten,
- voor ons dus die dieper kijken en geloven -
heeft Jezus Zich hier laten kennen als de Bruidegom bij uitstek,
als dé Bruidegom van heel het Godsvolk.
Door zo heel fijnzinnig door de dienaren
de echte Bruidegom van het feest te laten ontdekken,
heeft de evangelist Johannes aan ons, beginnende gelovigen,
Jezus willen voorstellen als de Vertegenwoordiger
van een heel nieuwe God,
namelijk van een God die een hart heeft dat bemint,
van een God, die met ieder van ons
innig verbonden wil geraken in een liefdesrelatie.
Toch wel een heel andere God dan de strenge, hoogheilige Jahweh.
Geen enkele cultuur buiten het christendom heeft zo menselijk
durven spreken over de relatie tussen God en mens.
De christelijke God wil met ons ge-trouwd zijn als een Bruidegom.
Onze God is verliefd op de mens.
Tussen de christelijke God
en iedere mens die in Hem probeert te geloven
is er dan ook geen plaats voor schrik of slaafse onderdanigheid,
maar alleen voor die heel tedere, intieme, trouwe verbondenheid,
van respect voor elkaar
en terzelfder tijd van vurig verlangen naar elkaar,
zoals tussen twee verliefden.
In het christendom worden wij
door God volledig in onze vrijheid gerespecteerd,
maar zijn wij terzelfder tijd
onnoemelijk beminnelijk in Zijn ogen en Zijn hart.
Een heel nieuwe, menslievende God dus!
Dat is eigenlijk hetgeen het verhaal van vandaag
ons wil duidelijk maken,
door Jezus voor te stellen als dé echte Bruidegom van ons allen.
Onze God is geen afstandelijke, eisende of straffende,
maar een zeer nabije, menslievende en hartelijke God.
En dan nog een woord over Maria.
In Kana vinden wij Maria niet aan de eretafel,
maar eerder dichtbij de keuken en de dienaars.
Hebt u al opgemerkt dat Maria altijd wat opzij staat,
bescheiden, steeds klaar om te dienen?
Het wonder gebeurt op haar voorspraak
en dank zij haar onmetelijk groot vertrouwen.
Jezus noemt haar met eerbied en liefde: "Vrouw",
dé Vrouw bij uitstek.
In Maria herkennen wij de echte Kerk,
de gemeenschap van mensen, - mannen en vrouwen -
die bidden, dienen en in vertrouwen water scheppen,
elke dag opnieuw.
Het is Maria die aan de dienaars
- aan ons dus - elke dag opnieuw zegt :
"Doe maar wat Hij van u vraagt!"
Vandaag is het op de voorspraak
van deze kring van biddende en dienstbare gelovigen hier
dat het wonder weer kan gebeuren.,
Laten wij daarom vooral doen
wat Hij, de Liefde, van ons vraagt:
onze kruiken vol water doen, royaal water aanbrengen.
Dan gaat het over onze edelmoedige inzet de volgende dagen,
onze goede voornemens voor dit jaar,
de vernieuwde trouw van ons leven.
Daarmee kan de Heer weer in brood en wijn
de overvloed van Zijn liefde schenken.
Daarmee bezorgt Hij ons zo'n diepe vreugde,
dat wij weer smaak gaan krijgen in het leven.
Want wij, de dienaars,
die water hebben geschept en die meer weten,
wij weten vooral dat wij een God hebben
die ons, als de meest hartelijke Bruidegom, heel graag ziet!
Marc Gallant, trappist (Orval)
De andere bruiloft (2013)
De tafelmeester, wij zouden zeggen de traiteur, roept de bruidegom naar de keuken. Hij moet hem toch iets kwijt: de bruidegom heeft de beste wijn bewaard tot op het einde van het acht dagen durende bruiloftsfeest. Zoiets doet men toch niet. En nu zullen de mensen nog gaan denken dat de traiteur geen verstand heeft van wijn, noch van bruiloftsfeesten! De bruidegom, valt uit de lucht, hij weet van niets. Wat betekent dat toch? De bruidegom weet van niets, de bruid weet van niets, de tafelmeester weet van niets. Wat gebeurt er hier te Kana?
Een andere bruidegom is opgetreden. Johannes begint zijn hele verhaal met een ander koppel te vernoemen: Jezus en Maria. Zij staan centraal op dit bruiloftsfeest. Zij zijn het die er optreden en ageren.
In zijn evangelie speelt Johannes graag op twee niveaus: wat er gebeurt in de zichtbare wereld, vertelt ons iets over de onzichtbare wereld. “Dat was het eerste teken van Jezus, zo openbaarde Hij zijn heerlijkheid, en zijn leerlingen geloofden in Hem”, zegt Johannes. Hij verwijst daarmee uitdrukkelijk naar zijn proloog: “Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond, en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd” (1, 14). Johannes zet ons op het spoor: we moeten het verhaal van de bruiloft van Kana begrijpen in zijn diepere betekenis. De bruiloft die hier gevierd wordt in aanwezigheid van het vleesgeworden Woord, is een teken van de bruiloft van God met de mensheid, de bruiloft van Christus met de Kerk.
In het Oude Verbond wordt God voorgesteld als een trouwe Bruidegom. Israël, bruid ontrouw aan het Verbond, loopt echter soms andere goden achterna. Maar Jesaja heeft verandering voorspeld: “Zoals een bruidegom zich verheugt in zijn bruid, zal uw God zich verheugen in u” (Jesaja 62, 5). Een nieuwe bruiloft is op komst. Te Kana zijn we voorlopig nog in het Oude Verbond: er staan enorme stenen kruiken die moeten dienen voor de Joodse reinigingsritus volgens de Wet van Mozes. Maar de wijn is op. De vreugde is op. Er moet iets nieuws komen.
Als Maria zegt: “Ze hebben geen wijn meer”, dan begrijpt Jezus dat onmiddellijk als een vraag om wijn voor het bruiloftsmaal van het Nieuwe Verbond. Maar zijn uur is nog niet gekomen om aan de apostelen de beker van het Nieuwe altijddurende Verbond aan te reiken en op het kruis zijn bruiloft te verzegelen met het nieuwe Israël, de zichtbare Kerk. Op het kruis zal Hij de gemeenschap bezegelen van wie in Hem geloven door zijn Moeder aan zijn leerling te geven, en zijn leerling aan zijn moeder. Toch zal Hij nu reeds een teken geven van dat uur. Nu, te Kana, is Maria nog heel alleen heel de Kerk. Als Maria Hem aanstuurt op zijn uur, antwoordt Jezus haar dat zij voorlopig geen aanspraak op Hem kan maken. Haar geloof heeft Hem toegelaten ter wereld te komen. Als zijn uur gekomen is zal zij onder het kruis moeten staan om hem, nogmaals in geloof, uit de wereld te laten gaan. Alleen door het geloof kan het water in de kruiken van het Oude Verbond worden tot wijn voor de bruiloft van een Nieuw Verbond.
Aanvankelijk is Maria te Kana de enige gelovige. Haar geloof is actief: zij zoekt de bedienden op: “Doet u maar wat Hij u zeggen zal”. Het geloof van Maria werkt aanstekelijk. Om zes stenen vaten van honderd liter te vullen, moest er zestig maal met een kruik van tien liter op het hoofd naar de bron gegaan worden om er water te putten. Ze hebben de zes vaten gevuld tot bovenaan toe, stipt Johannes aan. De Kerk van wie in Jezus geloven breidt zich uit van Maria tot die bedienden. De liefde is een werkwoord. Het geloof is liefde, en de liefde is werkzaam. Omdat de bedienden geloofd hebben, vermochten zij zich af te sloven en werden de vaten met water gevuld, zodat Jezus zijn heerlijkheid kon tonen, en zijn leerlingen in Hem konden geloven. Het geloof van Maria heeft de bedienden aangestoken, het geloof van de bedienden heeft de leerlingen van Jezus aangestoken. De levende Kerk bestaat uit mensen die rondom zich liefde en geloof aansteken.
De tafelmeester “wist niet waar die wijn vandaan kwam”, zegt Johannes. Maria wist het wel. De bedienden wisten het wel. Vandaag zijn wij het die betrokken zijn bij de bruiloft van Kana. Wij weten dat de Bruidegom ons op het kruis met God verbonden heeft en dat Hij ons bij de eucharistie het levend Brood schenkt en de nieuwe wijn van zijn Verbond.
Kortom, wij zijn uitgenodigd tot het bruiloftsmaal van het Lam (Apocalyps 19, 9). Christus biedt ons aan één te worden met Hem, door de Geest één met de Vader.
Een nieuwe bruiloft (2016)
Johannes herleest Jezus’ leven in het licht van de Verrijzenis. Na Hem hebben de kerkvaders heel de Bijbel gelezen in dat licht, en daarom stond de paaskandelaar in de basilieken heel het jaar door naast de ambo, de lezenaar. In dit licht beschouwt Johannes vandaag de bruiloft van Kana. Het verhaal begint met de aanduiding ‘op de derde dag’. In het taalgebruik van de eerste christenen is dat een bijna technische uitdrukking die de dag van de verrijzenis van de Heer oproept (1). Is de Verrijzenis de ontknoping niet die ons de volle zin geeft van alles wat er in Jezus’ leven gebeurd is? Zo is de bruiloft van Kana een symbolisch vooruitzicht op de grote openbaring van Jezus’ heerlijkheid, en een aanzet om in Hem te geloven (Johannes 2, 11).
Tot driemaal toe horen we dat het hier gaat om een bruiloftsmaal, waarop “de wijn van het bruiloftsmaal” (2) komt te ontbreken. De term ‘gamos’, bruiloftsmaal, is in de Bijbel verbonden met het thema van het Verbond. In de Bijbel is het beeld van het huwelijk courant zowel om het Verbond van God met zijn volk (3), als om de eenheid van Christus met de Kerk (4) uit te drukken. Anderzijds staat de metafoor van het feestmaal ook symbool voor de vreugde van het messiaanse Koninkrijk (5). Wordt het bruidsmaal van Kana voor Johannes dan een symbool van het bruidsmaal van de Messias met de Kerk op het ogenblik dat Jezus zijn eerste leerlingen aanwerft als kern van de messiaanse gemeenschap? De kerkvaders gaan beslist die richting uit. Het moet gezegd dat deze interpretatie strookt met de insinuaties waar de Bijbelteksten aanzet toe geven.
Het gebrek aan wijn drukt de impasse uit waarin het judaïsme was geraakt, uitgeput in zijn legalisme. De zes stenen waterbakken ten behoeve van het Joodse reinigingsgebruik staan leeg. De bruidegom was verantwoordelijk voor de wijn op het feestmaal. De bruidegom van Kana heeft gefaald. Het feest staat op het punt af te lopen. Dan is het dat Jezus de plaats komt innemen van deze bruidegom. Zijn uur is nog niet gekomen, maar op deze derde dag komt hij met de nieuwe wijn voor het feestmaal van het Nieuwe Verbond, ingeluid door zijn Verrijzenis. Hij begint zijn zending van Bruidegom van het definitieve Verbond met God. Bij het Laatste Avondmaal als Hij de nieuwe wijn schenkt aan zijn leerlingen zal Hij zeggen: ‘Deze beker is het nieuwe Verbond door mijn bloed dat voor jullie wordt vergoten’ (Lucas 22, 20)
Wanneer, nieuwe bruidegom, Jezus tussenkomt door aan het bruiloftsmaal een nieuwe en wonderlijke verlenging te geven, zijn zowel de tafelmeester als de bruidegom, beeld van Israël, niet in staat de nieuwheid te begrijpen die Jezus brengt. De tafelmeester beperkt zich ertoe naar het verleden te kijken en te herhalen ‘wat men gewoonlijk doet’. We zijn aldus reeds in de situatie van na-Pasen, waarin de christenen, door hun geloof in de Verrezen Christus, zich afschrijven van het judaïsme.
Maria wordt verwezen naar het geloof als ze tussenkomt bij Jezus. Zij formuleert haar bede, zoals het de oosterse beleefdheid vraagt, in de vorm van een vaststelling: ‘Ze zitten zonder wijn’. Zij wordt nochtans verwezen naar het geloof: ‘Vrouw, wat hebben Ik en u daarmee van doen? Mijn uur is nog niet gekomen’. ‘Vrouw’ zegt Jezus haar. Zo spreekt men niet tot zijn moeder. Jezus richt zich op die manier tot alle vrouwen (6). Zodoende neemt Hij een zekere afstand van zijn moeder. Hij laat buiten beschouwing dat Hij haar zoon is, en plaatst zich op een ander niveau. Hij is nu omringd met zijn leerlingen en vangt zijn taak aan van Messias. De banden van het bloed worden vervangen door de banden van het geloof.
Wanneer zijn uur gekomen is, zal Jezus op het kruis zijn moeder aan zijn leerling geven: ‘Jezus zag zijn moeder, en bij haar de leerling van wie Hij hield. Toen zei Hij tegen zijn moeder: ‘Vrouw, daar is nu je zoon.’ Vervolgens zei Hij tegen de leerling: ‘Daar is je moeder” (Johannes 19, 26-27). Van moeder van Jezus wordt Maria zijn leerlinge, maar ook de moeder van zijn leerlingen. Maria gaat daarop in: ‘en zijn moeder zei tegen de dienaren: Wat Hij u ook beveelt, doe het maar’ (v. 5). Door haar vast geloof in de tussenkomst van Jezus, wordt Maria zijn eerste leerlinge. Maar ook de moeder van de gelovigen, want door haar geloof ‘was het begin van Jezus’ tekenen te Kana in Galilea. Hij openbaarde zijn heerlijkheid en zijn leerlingen geloofden in Hem’ (Johannes 2, 11).
Het is door Jezus’ moeder dat het bruiloftsfeest tussen God en de mensheid mogelijk geworden is. God heeft eerst Maria’s ‘fiat’ nodig willen hebben, om zijn huwelijk met de mensheid op gang te trekken. Nu vraagt Jezus haar zich te voegen in het geloof voor alles wat zijn zending aangaat. Door haar geloof wordt het Verbond tussen God en Israël heropgestart. Maria leidt het nieuwe Israël, hier gesymboliseerd door de dienaren, naar Jezus. Maar zo wordt zij zelf de vrouw, figuur van het nieuwe Israël, die zich schikt naar haar zoon: ‘Wat Hij u ook beveelt, doe het maar’.
De buitengewone hoeveelheid en hoedanigheid van de wijn in de boordevol gevulde stenen waterbakken van 40 liter elk (v. 8), betekenen dat het messiaans feest begonnen is, en dat de wijn er nooit zal ontbreken. ’Hebben zij alles uitgedronken? vroegen de Kerkvaders zich af. Neen, want wij drinken er nog altijd van.’
_
(1) vgl. Mt 16, 21; 17, 2 3; 20, 19; Lc 9, 22; 18, 33; 24, 7.46 ; Hand 10, 40; 1 Kor 15,. enz.
(2) Jo 2, 3, Grieks : usterèsantos oinou tou gamou
(3) vgl. Jes 54, 5v; 61, 10; 62, 4v; Jr 2, 2; Ez 16; Hos 1 - 2 ; enz.; en de joodse interpretatie van het Hooglied
(4) vgl. 2 Ko 11, 2; Ef 5, 25-27 ; Ap 21, 2.9; 22, 17).
(5) vgl. Jes 25, 6; 55, 1-3; Lc 22, 30; Ap 3, 20; enz.
(6) Jo 4, 21; 20, 15; cf. 8, 10; Mt 15, 28; Lc 13, 12