Inhoudstabel
…page…
Eerste kennismaking
Waar?
Syro-Fenicische havenstad aan de Middellandse Zee ten noorden van Beiroet (in het huidige Libanon). Die stad werd gebouwd op een rotsachtig uitsteeksel in zee rond een bron die het hele jaar door in water kon voorzien. De bossen van de Libanon in de nabijheid van Byblos hadden een grote invloed op de ontwikkeling van de stad.
Naam
De stad werd in het Fenicisch en Assyrisch: ‘Gubla’ (Gebal) genoemd. De bewoners ervan noemde men Giblieten. Later kreeg de stad de Griekse naam Byblos, omwille van de handel in papyrus, waarmee men boeken kon maken.
Meer over Byblos
Wanneer? | Gebeurtenissen |
6e millennium voor Christus | Eerste tekenen van bewoning. |
Rond 2850 voor Christus | Byblos is een Egyptische kolonie en handelshaven van vooral cederhout uit het Libanongebergte. Daaruit ontstond een stadstaat, waarvan de koningen vazallen waren van de Egyptische farao. |
15e eeuw voor Christus | Ontstaan van de stedenbond ‘Pentapolis’ (= vijf steden. Nl. (Sidon, Tyrus, Byblos, Aradus en Beiroet). |
6e eeuw voor Christus | De Perzische koning Cambyses wijst Byblos samen met Sidon aan als marinehaven. |
11e eeuw na Christus | De kruisvaarders beheersen het gebied. Ze noemen de oude stad Gibelet. |
1984 | UNESCO verklaarde Byblos tot Werelderfgoed. |
Handelsknooppunt
Tijdens de bronstijd (ca 3000 tot 1000 voor Christus) was Byblos een belangrijk handelsknooppunt en één van de belangrijkste havensteden aan de Middellandse Zee. De stad dreef handel met oost en west, maar vooral met zuid, met de farao’s van Egypte, die een grote behoefte hadden aan kwaliteitsvol recht hout, voor de bouw van boten en gebouwen, terwijl ze zelf geen bossen hadden. (Palmbomen groeien vaak krom en planken uit dat hout verbrokkelen snel.)
In ruil voor het cederhout, werden Egyptische luxeproducten en papyrus (gemaakt van de papyrusplant die groeide op de oevers van de Nijl) achtergelaten.
Byblos, een scharnierpunt tussen het Midden-Oosten en Egypte, werd een regio waarin kooplui en andere reizigers niet alleen goederen maar ook ideeën uitwisselden.
Wetenswaardigheden
Byblos en ‘Bijbel’
De stad ‘Byblos’ gaf zijn naam aan de woorden: ‘Bijbel’ en ‘bibliotheek’.
Byblos stond bekend als dé overslagplaats van het uit Egypte afkomstige schrijfmateriaal papyrus, gemaakt van de papyrusplant, die goed groeide in de Nijl. Omdat men toen in Palestina de woorden ‘papyrus’ en Byblos’ meestal samen hoorde, werd in het Grieks dit materiaal (papyrus) aangeduid met biblion. Zo begon dit woord ook 'geschrift', 'boek' te betekenen en in het meervoud ‘boeken', (‘biblia’).
Jammer genoeg waren de papyrusvellen niet bestand tegen de sterk wisselende weeromstandigheden in Palestina. Vooral de vochtige winters en lentes waren vernietigend. Gelukkig werden vele boeken uit de Bijbel steeds opnieuw gekopieerd, zodat de inhoud ervan uiteindelijk de tand van de tijd kon doorstaan.
Ceders
Ten oosten van Byblos ligt het Libanongebergte, met toppen tussen de 2500 en 3000 meter hoog. Het was in de oudheid bedekt met dichte cederbossen. Het was het meest zuidelijke gebied waar die ceders die wel 40 meter hoog kunnen worden, groeiden. Het hout van de ceder is recht, relatief licht, krimpt amper, is bestand tegen rotten en heeft een aangename geur. Het hout laat zich gemakkelijk bewerken tot schepen, dakbalken en grafkisten (sarcofagen). Het vellen en bewerken van ceders was een belangrijke bron van inkomsten voor de havenstad Byblos, die daardoor kon uitgroeien tot een minikoninkrijk.
Handelstrelaties
Byblos met Egypte
De Egyptenaren kwamen naar Byblos vooral om het cederhout uit het Libanongebergte. In hun land hadden ze geen zo’n hoge, stevige bomen, die ze gebruikten om zeewaardige schepen te bouwen, om hun paleizen en tempels te stutten of om sarcofagen uit te zagen.
Ze kwamen ook voor olijfolie, wijn en cederolie, dat ze gebruikten bij het balsemen van hun doden. Deze goederen werden vervoerd in aardewerken kruiken die in Byblos vervaardigd werden. Die hadden een ruwe buitenkant om te beletten dat ze tijdens de boottochten gingen schuiven.
Egypte met Byblos
Byblos kocht of ruilde papyrus en Egyptische kunstobjecten voor eigen gebruik.
De intense handel die Byblos dreef met Egypte, maar ook met andere machten in en rond het Middellandse Zeegebied, toont hoe sterk de wereld in de bronstijd al was ‘geglobaliseerd’. Historici noemen daarom de tweede helft van het tweede millennium voor Christus in het oost-mediterrane gebied de ‘internationale periode’.
Byblos in de Bijbel
Oude Testament
Jozua 13, 5
‘Dan het gebied van de Giblieten, de oostelijke Libanon vanaf Baäl-gad aan de voet van de Hermon tot aan de weg naar Hamat.’
De Giblieten was de benaming van de bewoners van Gubla’ (Gebal), de vroegere naam van Byblos.
1Koningen 5, 15-20;22-23;31-32
Toen Chiram, de koning van Tyrus, hoorde dat men Salomo als opvolger van zijn vader tot koning had gezalfd, stuurde hij gezanten naar hem toe. Hij was namelijk altijd met David bevriend geweest. Salomo stuurde hem deze boodschap: ‘U weet dat mijn vader David geen tempel kon bouwen voor God. Dat kwam door de oorlogen die men van alle kanten tegen David voerde. Maar nu zorgde God dat het aan al mijn grenzen rustig is. Daarom besloot ik voor Hem een tempel te bouwen.” Geef daarom de opdracht om ceders van de Libanon voor me te kappen en laat mijn werklieden die van u helpen. Als loon voor uw werklieden geef ik u zoveel als u vraagt, want u weet dat er bij ons niemand zo goed bomen kan kappen dan de Sidoniërs.’ (…) Chiram liet Salomo weten: ‘Ik heb uw boodschap ontvangen en zal, wat de ceders en cypressen betreft, geheel aan uw wens voldoen. Mijn werklieden zullen ze van de Libanon naar zee brengen en ik zal ze over zee in vlotten vervoeren naar de plaats die u mij opgeeft. Daar haal ik ze weer uit elkaar en kunt u de bomen in ontvangst nemen. Maar dan moet u ook aan mijn wens voldoen en mijn hof van levensmiddelen voorzien.’ (…) De koning gaf de opdracht om grote blokken kostbare steen te houwen en op maat te kappen voor de fundamenten van de tempel. De bouwlieden van Salomo en van Chiram en de Giblieten kapten de blokken en bewerkten het hout en de stenen voor de bouw van de tempel.
Het hout van de ceders uit Libanon werd gebruikt bij de bouw van de tempel te Jeruzalem.
Ezechiël 27, 9
De oudsten en wijzen van Gebal werken voor u als scheepstimmerlieden. Alle schepen en zeelieden leggen bij u aan om hun schepen vol te laden.
'Gebal' was de vroegere naam van Byblos.