Loading...
 

Genesis 17, 1.9-10.15-22

2  Moeder En Kind

(Morguefile free stock photo license)


…page…

Genesis 17, 1.9-10.15-22: Sara zal een zoon krijgen

De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 30-31)

Toen Abram 99 jaar oud was, kwam de Heer bij hem. De Heer zei: ‘Ik ben de machtige God. Blijf altijd dicht bij mij en doe wat goed is.

‘Jij moet ook iets beloven,’ zei God tegen Abraham. ‘Je moet ervoor zorgen dat alle mannen en jongens besneden worden. Dat geldt voor jouzelf en voor al je nakomelingen. Jullie moeten je voorhuid weg laten halen. Dat is een teken van de beloftes die wij elkaar nu doen.

God zei verder tegen Abraham: ‘Sarai heet voortaan Sara. Ik zal haar rijk en gelukkig maken. Ik zal haar een zoon van jou geven. En er zullen later volken en koningen van haar afstammen.’
Abraham maakte een diepe buiging. Maar hij lachte in zichzelf, want hij dacht: Hoe kan iemand van honderd nou een kind krijgen? En Sara is negentig. Hoe kan zij nog een kind krijgen?
Abraham zei tegen God: ‘Laat al die dingen maar met Ismaël gebeuren. Dat kan toch ook?’ Maar God zei: ‘Nee, Sara zal zelf een zoon van jou krijgen. Die zoon moet je Isaak noemen. Alles wat ik beloof, geldt voor Isaak. En die belofte geldt voor altijd, ook voor zijn nakomelingen. Maar jij sprak over Ismaël. Ook Ismaël zal ik rijk en gelukkig maken. Ik zal hem veel nakomelingen geven. En er zullen twaalf belangrijke leiders van hem afstammen. Maar alles wat ik jou eerder beloofd heb, geldt voor Isaak en zijn nakomelingen. Over een jaar wordt Isaak geboren. Dan krijgt Sara zelf een zoon.’
Toen God dat allemaal gezegd had, ging hij weer weg bij Abraham.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Toen Abram negenennegentig jaar was, verscheen God hem
en zei: `Ik ben God almachtig,
kom naar Mij en gedraag je onberispelijk.

Verder zei ook God nog:
`Jij van jouw kant moet mijn verbond onderhouden,
jij en je nakomelingen, generatie na generatie.
Mijn verbond met jou en je nakomelingen, is:
alle mannelijke personen moeten besneden worden.

God zei ook tegen Abraham:
`Sarai, je vrouw, moet je niet meer Sarai noemen.
Haar naam zal Sara zijn.
Ik zal haar zegenen en een zoon geven.
Ik zal haar zegenen,
zodat volken en koningen van haar zullen afstammen.'
Toen boog Abraham zich heel diep, want hij zei bij zichzelf:
`Kan een man van honderd jaar nog een zoon krijgen,
en kan Sara die negentig is nog een kind ter wereld brengen?'
Daarom zei hij tegen God:
`Laat Ismaël liever van je goedheid genieten.'
God antwoordde: `Neen, uw vrouw Sara zal jou een zoon krijgen,
en je zult hem Isaak noemen.
Met hem en met zijn nakomelingen zal Ik een verbond aangaan,
een altijddurend verbond.
Maar ook je vraag over Ismaël verhoor Ik.
Ik zal hem zegenen, hem zeer veel nakomelingen geven.
Twaalf vorsten zullen van hem afstammen
en Ik zal een groot volk van hem maken.
Maar mijn verbond zal Ik aangaan met Isaak,
die Sara volgend jaar op deze tijd zal krijgen.'
Toen God dit allemaal gezegd had, ging Hij weg van Abraham.



Stilstaan bij …

Abram / Abraham
(= vader van vele volkeren)
Abraham leefde rond 2000 voor Christus. Met hem begint de eigenlijke geschiedenis van het joodse volk. Daarom wordt hij hun stamvader genoemd. De naamswijziging (Abram, Abraham gesproken) valt samen met het ingaan op de roep van God. Abraham wordt door zowel joden, christenen als moslims gezien als hun stamvader:
. voor de joden begint met hem het joodse volk
. voor christenen is Abraham hun geestelijke voorvader.
. voor moslims is hij via zijn zoon Ismaël, de voorvader van de Arabieren.
((ABRAHAM|Lees meer)

Besnijdenis
De besnijdenis, waarbij de voorhuid van de penis wordt weggesneden, is voor de joden het teken van de verbondenheid van God met zijn volk en van hun verbondenheid met God. Niet zoals een slaaf verbonden is met zijn meester, maar zoals een kind met zijn ouders of zoals vrienden met elkaar. Bij de besnijdenis krijgt het jongentje zijn naam, waarmee men duidelijk maakt dat vanaf dit gebeuren zijn werkelijke leven begint.

Sarai
Vrouw en halfzus van Abraham. Haar naam Sarai wordt veranderd in Sara (= vorstin). Volgens de Bijbel was ze tien jaar jonger dan Abraham.
Lees meer

Zegenen
= de ander alle goeds toewensen. (bene dicere)
Zegenen heeft te maken met het geloof / vertrouwen dat God doet wat er in de zegen gezegd wordt: Hij geeft goede dingen zoals geluk, gezondheid of bescherming.

Ismaël
= ‘Moge God verhoren’, ‘God verhoort’ of ‘God heeft verhoord’.

Isaak
Isaak wil zeggen: ‘hij lacht’.
Zijn moeder Sara legt zelf uit waarom ze die naam koos: ‘God heeft gemaakt dat ik kon lachen, en iedereen die het hoort, zal mee lachen’. (Genesis 21, 6)





Bij de tekst

Verbond

Als een verbond gesloten wordt, moeten de partijen zich houden aan hun afspraken.
God zorgt ervoor dat Abraham de vader wordt van vele volkeren, die het land Kanaän zullen krijgen om in te wonen
Abraham en zijn nakomelingen zullen de wetten die God geeft, onderhouden.