Loading...
 

Lucas 4, 31-37

2 C. Leterme Kafarnaüm 2012

Foto © Chantal Leterme (2012)


…page…

Lucas 4, 31-37: Jezus in Kafarnaüm

Matteüs 7, 28-29 // Marcus 1, 21-28 // Lucas 4, 31-37



De tekst

’Bijbel in gewone taal’

(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 1623-1624)

Jezus ging naar Kafarnaüm, een stad in Galilea. Op sabbat gaf hij daar de mensen uitleg over God. Dat maakte diepe indruk op hen. Want zijn woorden hadden macht.
In de synagoge was een man die een kwade geest in zich had. Hij schreeuwde heel hard: ‘Hé, jij daar, Jezus uit Nazaret! Laat me met rust! Je bent zeker gekomen om mij te vernietigen? Ik weet precies wie je bent. Jij bent door God gestuurd.’
Maar Jezus zei streng tegen de kwade geest: ‘Stil! Ga weg uit die man.’ De geest gooide de man op de grond, midden tussen de mensen. Daarna ging de geest uit hem weg, zonder hem pijn te doen.
De mensen waren erg geschrokken en zeiden tegen elkaar: ‘Wat is hier aan de hand? Als Jezus spreekt, dan heeft hij macht over kwade geesten. Als hij ze wegstuurt, dan gehoorzamen ze hem.’
Het nieuws over Jezus werd in de hele omgeving bekend.



Dichter bij de tijd

(Bewerking: C. Leterme)

Jezus ging naar Kafarnaüm, een stad in Galilea.
Hij trad daar
Op de sabbat trad Hij er op als leraar voor de mensen.
Die waren buiten zichzelf van verbazing over wat Hij zei,
want Hij sprak met gezag.

Op een dag was er in de synagoge een man
die bezeten was door een onreine geest.
Die begon luid te schreeuwen:
'Jezus van Nazaret, wat hebben we met elkaar te maken?
Ben Je gekomen om ons in het verderf te storten?
Ik weet wie Je bent: de Heilige van God.'
Jezus zei hem: 'Zwijg stil en ga van hem weg.'
De boze geest slingerde hem tussen de mensen
en ging van hem weg zonder hem enig letsel te hebben toegebracht.
Iedereen was erg verbaasd. Ze zeiden tegen elkaar:
'Wat is dat voor een woord,
dat met gezag en macht een bevel geeft
aan de onreine geesten zodat ze weggaan?'
En zijn faam verspreidde zich over alle plaatsen van die streek.



Stilstaan bij …

Kafarnaüm
(= dorp/stad van Nahum, of dorp/stad van troost)
Kafarnaüm was een stadje aan de noordwestkust van het meer van Galilea, dat vooral door vissers werd bewoond. Het was de woonplaats van Jezus en verschillende van zijn leerlingen: de broers Simon Petrus en Andreas, de broers Jakobus en Johannes, en Matteüs.

Sabbat
(= zevende dag van de week)
Voor de joden was / is de sabbat een verplichte rustdag omdat ook God uitrustte op de zevende dag. Op sabbat mocht men alleen genezen als er gevaar was voor het leven. Maar Jezus gaat ervan uit:
‘niet genezen’ = ‘doden’, ‘het goede niet doen’ = ‘kwaad doen’

Onderricht / Als leraar optreden
In de tijd van Jezus was dat: een stuk uit de Bijbel voorlezen en er uitleg bij geven.
De Bijbel die Jezus kende, kennen christenen nu als het Oude Testament.

Gezag
Het optreden van Jezus (de manier waarop Hij handelde en toonde hoe het rijk van God zal zijn) sprak de mensen aan en gaf Hem gezag.
Jezus kon de mensen zo met zijn woorden raken, dat de heilige boeken betekenis voor hen kregen en ze met andere ogen naar de wereld om zich heen keken.

Synagoge
(Grieks = plaats van bijeenkomst)
Joden komen bijeen in een synagoge om te bidden (God loven en danken) en de Tora (het woord van God) te bestuderen.
Synagogen ontstonden tijdens de Babylonische ballingschap, toen de joden niet meer naar de tempel in Jeruzalem konden gaan.
Een synagoge is niet alleen religieus, maar ook sociaal gezien een belangrijke plaats.
Een dienst in de synagoge kan pas beginnen als er minstens tien joodse mannen aanwezig zijn. Het hoofd van de mannen moet bedekt zijn (bijvoorbeeld met een hoed of een keppeltje).

Onreine geest
= verpersoonlijkt het kwade, waarvan men in de ban kan geraken (bijvoorbeeld: macht, bezit, geld ...) Dit kan de mens zo vangen en beangstigen dat er van een echt leven geen sprake meer is.

Heilige van God
In de oudheid geloofde men dat men iemand in zijn macht of onder zijn invloed kon krijgen door het uitspreken van zijn naam.

Zwijg stil
Jezus wil niet dat ‘de demonen spreken’, zodat de mensen zich van Hem geen verkeerd beeld zouden vormen.
In de tijd van Jezus gingen de joden gebukt onder de overheersing van de Romeinen. Daarom keken ze uit naar de Messias die de profeten hadden voorspeld, een politieke Messias die de Romeinen uit het land zou drijven en de koning van Israël zou worden.
Maar Jezus was een ander soort Messias.





Bij de tekst

Machtiger dan het kwaad

Vroeger dachten mensen dat een ziekte (fysiek of psychisch) een straf was van God. Jezus doorbrak deze gedachte door zieken te genezen. Zo maakte Hij duidelijk dat zijn Vader de God van leven is, sterker dan alle vormen van kwaad.
Jezus spreekt dus niet alleen met gezag. Als Hij de man beter maakt, wordt duidelijk dat Hij ook gezag heeft over kwade machten.





Bijbel en kunst

ANONIEM

Jezus in de synagoge
Anoniem

Deze afbeelding van een onbekend kunstenaar, valt uiteen in twee delen:

Links
onder de eerste rondboog, staat Jezus op een gouden achtergrond. Goud verwijst omwille van zijn schittering en kostbaarheid naar God.
Achter Jezus' hoofd is een nimbus / aureool te zien, waarin het kruis staat.
Boven zijn hoofd zweeft een duif , symbool van de heilige Geest.


Rechts
onder de tweede rondboog op een witte achtergrond, staan mensen die Jezus aandachtig beluisteren.


Centraal
staat de Bijbel. Die Bijbel wordt voorgesteld als een boek, en niet als een boekrol zoals dat in de tijd van Jezus gebruikelijk was en nog steeds bij de joden.
De kunstenaar lijkt met deze afbeelding te zeggen dat God zich door Jezus laat kennen in de Bijbel.





J. TISSOT

De bezeten man in de synagoge

Tissot

De Franse kunstschilder en graficus James (Jacques Joseph) Tissot (1836 – 1902) maakte vanaf 1886 bijbelillustraties. Daarvoor reisde hij verschillende keren naar het Midden-Oosten om er vertrouwd te raken met het landschap en de mensen die er leefden.





Suggesties

Kleine kinderen

DOEN

Tekenen: Bij Jezus in de synagoge

Vertel over Jezus die les geeft aan de mensen.
Hij gebruikt hierbij verhalen (parabels)
De mensen horen Hem graag spreken.

De kinderen krijgen een kopie van deze tekening. Eerst tekenen ze zichzelf op die tekening. Nadien tekenen ze ook nog andere mensen, die ze er graag bij zouden willen hebben.
Daarna kleuren de kinderen de hele tekening.





Grote kinderen

ONDERZOEKEN

Woorden kunnen krachtig zijn

Woorden als 'dank je', 'wat goed van je', 'wat fijn' ... kunnen blij maken.
Woorden als 'dat kun jij toch niet', 'jij doet ook nooit wat' ... kunnen pijn doen.
De kinderen zoeken voorbeelden van woorden die blij maken en woorden die pijn doen.

Lees dit evangelie voor.
- In welke kolom zou je de woorden van Jezus plaatsen? Waarom?
- Waarom zou men 2000 jaar later dit verhaal over Jezus nog steeds vertellen?
Of: Wat hebben wij eraan om dit verhaal te beluisteren?
(Wij worden opgeroepen om zelf woorden te spreken die blij maken, mensen gelukkig maken)





VERDIEPEN

Wat heeft Jezus te zeggen?

De kinderen formuleren in drie zinnen wat Jezus volgens hen te zeggen heeft.
Dan zoeken ze een voorbeeld uit het leven van Jezus waarbij Hij dat met zijn manier van leven duidelijk maakt.
Daarna zoeken ze in hun leven op welke manier ze doen / of deden wat Jezus zegt.

Hierbij kun je gebruik maken van dit werkblad of van dit werkblad dat een ander accent legt.





VERTELLEN

Woorden die genezen

(C. LETERME, Een parel voor elke dag, uitgeverij Averbode, 2007, p. 298)

Een wijze soefimeester zei:
‘Woorden kunnen genezen.’

Op een dag
kwam er een man bij hem
die hem vroeg:
‘Geloof je echt
dat woorden de kracht hebben
om te genezen?’
De wijze man antwoordde
– zeer tegen de soefi-gewoonte in –
met een botte wedervraag:
‘Wie bent u
om zo’n domme vraag te stellen?
De man was beledigd en zei:
‘Hoe kan een soefi zo grof zijn?’
De meester zei:
‘Als grove woorden
u zo’n pijn kunnen doen,
waarom twijfelt u er dan aan
dat er ook woorden zijn
die kunnen genezen?’



Bij het verhaal
(C. LETERME in Kerk en leven, Federatie Rotselaar, 28 januari 2015, p. 1)

Mensen zeggen wel eens:
''t Zijn maar woorden',
alsof woorden weinig waarde hebben,
niets kunnen, niets vermogen.

Maar woorden kunnen als messen zijn
en kunnen diepe wonden slaan.
Ze kunnen als gif zijn
en sluimerend hun vernietigende werk doen.
Ze kunnen als bloemen zijn
en iemand opvrolijken.

Ze kunnen iemand vleugels geven
maar ook verpletteren
Ze kunnen iemand doen groeien
maar ook klein maken
Ze kunnen iemand blij maken
maar ook verdrietig.

Voor onszelf weten we maar al te goed
welke woorden we het liefst horen.
Het zouden wel eens dezelfde woorden kunnen zijn,
waar een ander ook van houdt,
waar een ander ook beter van wordt.

Wat belet ons die woorden uit te spreken
die mensen doen groeien,
die ze vleugels geven,
die hen gelukkig maken,
die hen genezen
of minstens minder ziek maken?





Jongeren

VERDIEPEN

Ga uit hem weg!

Fano

Bespreek deze illustratie
- Wie zie je op de illustratie?
- Waarom zouden bij de duivel zoveel microfoons staan?
- Wat kan het betekenen dat Jezus de stekker losgetrokken heeft?
Jezus is aan het spreken. Dat is aan zijn lichaamstaal te zien.
- Wat zou Hij zeggen?


Lees het evangelie van deze zondag.
Tot op zekere hoogte komt de tekst van dit evangelie hoogst waarschijnlijk overeen met wat je bij deze illustratie dacht. Maar het evangelie verrast ook: de duivel zegt eerst dat Jezus de heilige Gods is.
- Waarom zou de evangelist het belangrijk vinden dat de duivel zelf zo spreekt over Jezus?


Merk ook op dat de mensen in de synagoge tweemaal verbaasd waren:
. bij het optreden van Jezus als leraar
. bij het optreden van Jezus als genezer
- Wat zou de evangelist met die dubbele reactie willen duidelijk maken?





Overwegingen

Hubert Sergeant

Zending

Jezus wil mensen bevrijden van angst, agressie, op zichzelf geworpen, ontoegankelijk ...
Het ligt duidelijk in de lijn van zijn zending: mensen terug in zichzelf te doen geloven als voorwaarde om binnen relaties gelukkig te zijn en te maken.





Peter Kastekkere, norbertijn

’Bezeten zijn’

(Homilie 28 januari 2018)

“In onze samenleving zijn nogal wat mensen bezeten, die daardoor zichzelf niet meer in de hand hebben. Een mens kan bezeten zijn door een bepaald doel dat ten koste van alles gerealiseerd moet worden, bezeten zijn van een carrière, bezeten van sport, van televisie, van macht.
Misschien lijkt het op het eerste gezicht nog niet zo erg: we doen er toch ons voordeel mee. Zij zijn vaak de locomotieven van onze samenleving. Dikwijls zijn het de mensen, die onderscheidingen krijgen en in de schijnwerpers staan.
Maar hoezeer doen ze daarmee anderen tekort, omdat ze hen die naast hen staan, vergeten. Dikwijls lijden deze mensen onder de angst dat als hun doel niet gehaald wordt, er niets van hen overblijft. Ze hebben alleen dat ene om voor te leven.
Het evangelie spreekt over bevrijding van mensen, bevrijding van de dood, ziekte, maar evengoed bevrijding van bezetenheid.”