Loading...
 

Advent: inleiding

Advent

Inleiding

Het woord

Advent komt van het Latijnse woord ‘adventus’, dat (aan)komst betekent.
Advent is de tijd die voorafgaat aan het feest van Kerstmis (25 december). Die tijd begint op de vierde zondag voor Kerstmis. Het is een tijd van uitkijken en verwachten, die aan de komst van Christus voorafgaat, niet alleen in de geschiedenis (zie: Bijbelteksten van profeteen in de liturgie), maar ook nu in het hart van de gelovigen, en later op het einde der tijden (nieuwe hemel; nieuwe aarde).
Daarom staan in deze liturgische tijd de volgende woorden centraal: uitkijken, alert zijn, waakzaam zijn, voorbereiden ...



Wanneer?

De advent verloopt tussen de vier zondagen voor Kerstmis en Kerstmis zelf. De eerste zondag van de advent, die tegelijk het begin van een nieuw kerkelijk jaar is, valt ten vroegste op 27 november en ten laatste op 3 december. De advent telt altijd drie volle weken. Omdat 25 december meestal niet op een zondag valt, telt het vierde deel van de advent een verschillend aantal dagen.

Dit heeft gevolgen voor wie de advent wil vieren op school:
valt Kerstmis op een zaterdag of een zondag, dan duurt de advent vier volle weken.
Valt Kerstmis op een andere dag, dan duurt de advent op school maar drie weken, omdat de kerstvakantie begint in de week waarop Kerstmis valt.



De advent valt in de donkerste tijd van het jaar. De natuur lijkt dan afgestorven omdat de zon minder licht en warmte geeft. Al wat kleur heeft is verdwijnt. Het wordt kouder.
Een geschikte tijd om zich te bezinnen, na te denken over zijn manier van leven en zich te bekeren: zich te keren naar God en de medemens. Een geschikte tijd om solidair te zijn met wie het moeilijk heeft en zich in te leven in de verwachtingen van mensen die uitkijken naar licht in hun donker leven.



Tot in het midden van de XXe eeuw werd tijdens de advent gevast, net zoals in de vasten (nu: veertigdagentijd). Dit is nog te merken aan de paarse kleur in de liturgie en het wegvallen van het 'Gloria' in de zondagsvieringen.



Weetjes

. In de orthodoxe Kerken duurt de advent zes zondagen. De orthodoxe advent begint op 15 november, veertig dagen voor Kerstmis.

. Met de eerste zondag van de advent begint een nieuw kerkelijk jaar
. Op 1 januari begint een nieuw burgerlijk jaar
. Rond 1 september begint een nieuw schooljaar
. Met Holi (februari/maart) begint een nieuw hindoejaar
. Met Muharram begint een nieuw moslim-jaar
. Met Rosj Hasjana begint een nieuw Joods jaar
. Met de tweede nieuwe maan na de winterzonnewende begint een nieuw Chinees jaar
. Met de eerste volle maan in april begint een nieuw boeddhistisch jaar



Vragen van kinderen

Wat betekent advent? Waar komt dat woord vandaan? Maaike, 11 jaar
(Samuel, uitgeverij Averbode 2003 nr 3, p. 2)

De advent is de periode die loopt van de vierde zondag voor Kerstmis tot de 24 december. Het is voor christenen een belangrijke tijd. Het woord 'advent' is afkomstig van het Latijnse adventus. En dat betekent 'aankomst' of 'nadering'. Tijdens de advent bereiden christenen zich voor op de komst van de Heer. Nu zul je vast zeggen dat Hij tweeduizend jaar geleden al op aarde gekomen is. Dat is natuurlijk waar. Lang geleden kwam Hij op aarde in Betlehem. Maar is Hij ook al aangekomen in je hart? En in het hart van vele anderen?

Tijdens de advent blikken gelovigen dus niet alleen op het verleden - op de tijd toen Jezus nog niet geboren was en vele joden uitkeken naar een verlosser, de Messias. Maar ze kijken ook uit naar wat komen gaat: de verandering van de wereld door de liefde. 'Vanaf die dag zullen er geen tranen meer vloeien ...' zegt het boek van de Openbaring. Tijdens de advent worden christenen eraan herinnerd dat die nieuwe wereld voorbereid moet worden.





Advent in de catechese en godsdienstlessen

Voor de kinderwoorddiensten op de parochie bestaat de advent steeds uit vier zondagen voor Kerstmis, waarvan de vierde zondag sterk bepaald wordt door de verre of nabije datum van Kerstmis.


Op school zijn er meestal drie weken advent. Behalve wanneer Kerstmis op een zaterdag of een zondag valt. Dan zijn er vier weken advent op school. Verdeel daarom de lesinhoud en de activiteiten rond advent over het aantal beschikbare weken.
Besteed hierbij aandacht aan de advent zelf, aan de Bijbel, aan de adventskrans (symboliek), aan bezinningsmomenten, aan de actualiteit én aan het lopende project van Welzijnszorg (Vlaanderen).





Aandachtspunten in de advent

Zorg voor meer welzijn

De advent, de voorbereiding op Kerstmis, is dé tijd waarbij christenen zich bezinnen over vragen als:
- In hoeverre ben ik een mens van goede wil?
- Wat breng ik terecht van het ‘Rijk van God’?
Ze staan dan niet alleen stil bij hun eigen verantwoordelijkheid, maar ook bij de manier waarop de maatschappij haar verantwoordelijkheid opneemt. Zo komen ze op voor de mensen die leven aan de rand van de maatschappij.


Deze manier van nadenken is terug te vinden in de actie 'Welzijnszorg', die projecten steunt om het welzijn van mensen in Vlaanderen te bevorderen. Dit welzijn kent vele facetten:
. zorg voor gezondheid (tegen ziekte)
. zorg voor menswaardig leven (tegen armoede)
. zorg voor aandacht (tegen vereenzaming)
. zorg voor gastvrijheid (tegen discriminatie)
. zorg voor geborgenheid (tegen afwijzing)
Omdat echte veranderingen er maar kunnen komen als er ook beleidsbeslissingen genomen worden, wijst ‘Welzijnszorg’ ook de politici op hun verantwoordelijkheid.
Lees meer



Aandacht voor meer soberheid

Advent evolueeerde voor veel mensen naar de grote aanloop voor de feestdagen, waarin men sterk aangespoord wordt om van alles te kopen (cadeautjes,versiering, luxe eten ...).
De advent zou opnieuw een tijd van bezinning en bewustwording kunnen zijn door in die periode te 'ontspullen' en bewuster stil te staan bij wat men koopt en waarom men dat doet.
Dit kan bijvoorbeeld door tijdens de advent elke dag één item weg te doen (wegschenken, weggooien, verkopen en de opbrengst ervan geven aan een goed doel).
Zo maak je ruimte in je hoofd, in je huis en in je hart.





Adventskrans

Wat?

Sinds de eerste wereldoorlog bestaat in Vlaanderen het gebruik om in de kerk, in de huiskamer, in scholen, in ziekenhuizen en rusthuizen een krans te plaatsen die gemaakt is van (dennen)groen. Op die krans, de adventskrans, worden vier kaarsen geplaatst. Elke zondag van de advent steekt men één kaars meer aan.



Symboliek

Kranszou zijn oorsprong vinden in het zonnerad, symbool voor het jaar, met telkens terug komende jaargetijden, die gekoppeld zijn aan de stand van de zon.
Groeiend licht van de kaarsenverwijst naar het naderende feest van Jezus die als licht in de wereld komt. Omdat christenen geloven in een warme wereld vol licht, een wereld die God voor de mensen droomt, speelt ‘licht’ ook een belangrijke rol in de kerstversiering.
Groenhet enig zichtbare teken van leven in de natuur, is het teken van de hoop dat het leven het haalt op de dood. Voor christenen verwijst dit groen naar Christus die nieuw leven schenkt.
Rood in de krans (kaarsen, lint, besjes of ...) doet denken aan de opdracht om liefdevol om te gaan met alle mensen.
PaarsSommige parochies gebruiken een paars lint en / of paarse kaarsen. Die kleur verwijst naar de advent als periode van bezinning en inkeer.




Andere manieren om af te tellen naar Kerstmis

Klik hier om kennis te maken met de vele manieren om af te tellen naar Kerstmis.





Advent en Bijbel 

In de lezingen is er tijdens de eucharistievieringen op de vier zondagen van de advent veel aandacht voor: profeten, Johannes de Doper, Maria.
Deze teksten willen niet alleen stilstaan bij het verleden. Ze roepen ook op om zich nu in het eigen leven af te stemmen op de komst van die Redder (bezinnen / bekeren), zodat in de toekomst het Rijk van God helemaal gerealiseerd wordt.



Profeten

De kerk vergelijkt de advent, de donkerste periode van het jaar, met de periode voor de komst van God in Jezus Christus (vgl. licht). Daarom zijn de teksten van de eerste lezingen teksten van profeten. Tijdens en na de Babylonische ballingschap, de donkerste gebeurtenis in de geschiedenis van het joodse volk, verwoordden ze het uitkijken naar de komst van een Redder, een verlosser, een Messias. Ze schreven die teksten omdat ze ervan overtuigd waren dat God redding en bevrijding zou brengen voor zijn volk in nood. Die teksten roepen op tot bekering, waakzaamheid en meer inzicht.


Profeten die aan bod komen in de drie cycli:
A-jaar: Jesaja
1e zondag van de advent A: eerste lezing
2e zondag van de advent A: eerste lezing
3e zondag van de advent A: eerste lezing
4e zondag van de advent A: eerste lezing


B-jaar: Jesaja
1e zondag van de advent B: eerste lezing
2e zondag van de advent B: eerste lezing
3e zondag van de advent B: eerste lezing
4e zondag van de advent B: eerste lezing,


C-jaar: de profeten Jeremia, Baruch, Sefanja en Micha.
1e zondag van de advent C: eerste lezing
2e zondag van de advent C: eerste lezing
3e zondag van de advent C: eerste lezing
4e zondag van de advent C: eerste lezing



Johannes de Doper

De profeet Johannes de Doper staat op de grens van het Oude en het Nieuwe testament. Hij kondigde de komst van Jezus aan en riep op tot bekering, een houding waarbij men de rug keert naar een levenswijze waarin geen ruimte is voor een rechtvaardige en liefdevolle relatie met anderen.



Maria

Maria, de moeder van Jezus, verpersoonlijkt het verwachten en het uitkijken van de Anawim ('De armen van JHWH') naar de komst van de Messias.





Advent en liturgie

Liturgie op zondag

Eigen accenten

In de drie cycli van het liturgisch jaar wordt tijdens de advent telkens een andere invalshoek gekozen:
A-jaar: vrede
B-jaar: licht
C-jaar: kind
Wie met die verschillende accenten rekening houdt, kan een zekere variatie brengen in de inhoudelijke benadering van de advent.



Advent in het A-jaar

1e zondag van de advent eerste lezing: Jesaja tweede lezing: Paulus evangelie: Matteüs
2e zondag van de advent eerste lezing: Jesaja tweede lezing: Paulus evangelie: Matteüs
3e zondag van de advent eerste lezing: Jesajatweede lezing: Jacobusevangelie: Matteüs
4e zondag van de advent eerste lezing: Jesajatweede lezing: Paulus evangelie: Matteüs




Advent in het B-jaar

1e zondag van de advent eerste lezing: Jesaja tweede lezing: Paulusevangelie: Marcus
2e zondag van de advent eerste lezing: Jesajatweede lezing: Petrusevangelie: Marcus
3e zondag van de advent eerste lezing: Jesajatweede lezing: Paulusevangelie: Marcus
4e zondag van de advent eerste lezing: Samueltweede lezing: Paulusevangelie: Lucas




Advent in het C-jaar

1e zondag van de adventeerste lezing: Jeremiatweede lezing: Paulusevangelie: Lucas
2e zondag van de adventeerste lezing: Baruchtweede lezing: Paulusevangelie: Lucas
3e zondag van de adventeerste lezing: Sefanjatweede lezing: Paulusevangelie: Lucas
4e zondag van de adventeerste lezing: Michatweede lezing: Paulusevangelie: Lucas




Liturgie op de weekdagen

Lezingen in de 1e week van de advent

Lezingen in de 2e week van de advent

Lezingen in de 3e week van de advent
Belangrijk: vanaf 17 december worden de lezingen bepaald door de kerstnoveen: kerstnoveen: 17-24 december





Vieren op school of thuis

Advent is een uitstekende gelegenheid om in de klas of thuis met de kinderen een moment van 'vieren' te beleven.
Klik hier voor suggesties.





Suggesties

Grote kinderen

SPREKEN MET BEELDEN

Meer licht!

Materiaal
Papiertjes, schrijfgerei


Verloop
Sta stil bij het feit dat de dagen alsmaar korter worden, dat het buiten steeds donkerder wordt...
- Wat is donker op de wereld?
- Hoe maken wij de wereld donker?
(in de bovenstaande vragen wordt 'donker' symbolisch gebruikt.)

De kinderen schrijven op de papiertjes hoe zij de wereld mee 'donker' maken. Omdat het om een donkere kant van zichzelf gaat, tekenen de kinderen een zwarte rand rond het papiertje.

Vertel dat als we al die 'donkere' dingen laten gebeuren, we elkaar niet mee kunnen zien.
Nodig daarom de kinderen uit om de papiertjes één voor één om te draaien. Aan de achterkant schrijven ze op hoe zij het meer 'licht' kunnen laten worden in die donkere wereld.

Neem dan een aantal papiertjes, en lees de tekst voor met de donkere rand. Keer dan het blad om en lees wat daar op staat. Dat is bekering: wat vroeger donker was in mijn leven, wil ik helemaal anders.
Ik wil meewerken aan een wereld vol licht, een wereld waarin het goed leven is voor iedereen.

Kinderen leren zo dat bekering een ommekeer betekent (toon dat letterlijk met het omkeren van de kaartjes). Die ommekeer houdt meestal in dat men niet alleen meer denkt vanuit het eigen belang, maar ook vanuit het belang van de anderen, de maatschappij, de wereld, de natuur, God.





EVEN TESTEN

Kies de juiste zin

Advent is een tijd van
O feestvieren
O meehelpen aan de droom van God voor de wereld
O ontspanning na drie maanden school

Advent is er voor de vrienden van God. Een vriend van God is iemand die:
O elk mens gelukkig wil maken
O elke dag op vakantie kan
O een keer in de week aan sport doet

Kerstmis nodigt ons uit om
O aandacht te hebben voor geschenken
O God in ons leven toe te laten
O voor ons eigen geluk op te komen

God is te vinden overal waar mensen
O met gezonde mensen omgaan
O met zichzelf bezig zijn
O aandacht hebben voor wie nood en zorgen kent.


Correctiesleutel
Advent is een tijd van: meehelpen aan de droom van God voor de we-reld
Advent is er voor de vrienden van God. Een vriend van God is iemand die elk mens gelukkig wil maken
Kerstmis nodigt ons uit om God in ons leven toe te laten
God is te vinden overal waar mensen aandacht hebben voor wie nood en zorgen kent.



Wat een adventskrans te vertellen heeft

Materiaal
Werkblad


Verloop
Nadat je over een adventskrans hebt verteld en er een hebt gemaakt, test je de kennis over de betekenis ervan met het werkblad.



Symbolen in de adventskrans

Materiaal
Werkblad


Verloop
Nadat je over de symbolen in een adventskrans hebt verteld en zo'n krans hebt gemaakt, test je de kennis over de betekenis ervan met het werkblad.



Quiz: vragen en opdrachten

- Hoe heet de tijd voor Kerstmis?
(Advent)

- Waarom staan er vier kaarsen op een adventskrans?
(Die vier kaarsen verwijzen naar de vier zondagen voor de advent)

- Waarom worden er groene takjes gebruikt voor de adventskrans?
(Symbool voor leven)

- Waarom zijn er zoveel lichtjes met Kerstmis?
(Herinneren eraan dat Jezus 'licht in de wereld' is)

- Wat vieren christenen met Kerstmis?
(De geboorte van Jezus)

- Hoe heet de moeder van Jezus?
(Maria)

- Welke dieren staan er in de kerststal?
(os, ezel, eventueel ook: schapen, kamelen)

- Wat wijst de Wijzen naar de plaats waar Jezus zich bevindt?
(Ster)

- Welke geschenken brachten de Wijzen mee?
(goud, wierook, mirre)


- Zing een kerstlied.
- Beeld het kerstverhaal uit.
- Hoe kun je zelf een licht zijn in het leven van anderen?





BELEVEN

De adventswaslijn

Hang een aantal sokken of washandjes aan een waslijn. Steek in elk sok of washandje een opdracht (en een snoepje?).
(Zie verder voor suggesties van opdrachten)
Je kunt er ook een wijze spreuk, een inspirerende zin uit de Bijbel, een pakkende foto in steken of een voorwerp dat tot nadenken aanzet.
Elke dag wordt er een sok of washandje van de waslijn genomen. Samen wordt bekeken en besproken wat erin steekt.





VERDIEPEN

Voorbereiding op Kerstmis

Advent is ...

Materiaal
Vrijstaande tafel
Evenveel takjes groen als er kinderen in de klas zijn.
Vier blokkaarsen, vier stukken rood lint


Verloop
Wens de kinderen op de eerste zondag van de advent of de eerste bijeenkomst daarna een gelukkig Nieuwjaar. Als kinderen verbaasd reageren, vraag je hen waarom ze dat doen. Vertel dan dat men op zondag een nieuw kerkelijk jaar begonnen is. Het eerste belangrijke moment in dit jaar is Kerstmis. Eén van de twee belangrijkste feesten voor christenen.

- Wat vieren we op Kerstmis?
(Laat de kinderen antwoorden: feest van de geboorte van Jezus)
Om een feest goed te kunnen vieren, moet men het voorbereiden. De voorbereidingstijd op Kerstmis heet: ‘advent’.
Noteer het woord ‘advent’ op een flap of op een bord. Daarrond komen alle woorden die het woord ‘advent’ bij de kinderen oproept.

Daarna lezen de kinderen de volgende tekst en vullen van daaruit de woordspin op de flap verder aan.


UITKIJKEN NAAR JEZUS!
Uitkijken naar Jezus! Daar gaat het om tijdens de advent! En de belangrijkste voorwaarde daarvoor is dat je een vriend van God bent. In het Grieks is dat Teofilus. En laat dat nu net de persoon zijn voor wie Lucas zijn evangelie schrijft (Lucas 1, 3).
Lucas schrijft dus voor al wie zich tot de vriendenkring van God rekent. En daar ben jij ook bij! Anders zou je dit nu niet lezen. Hij wil je God leren kennen als een Vriend. En hij wil je uitnodigen om in Jezus’ voetsporen te treden en je leven te bouwen op dezelfde fundamenten als Jezus deed.

Maar hoe zie je dat iemand een vriend van God is? Heel eenvoudig: aan alles! Want een vriend van God ben je niet zomaar een beetje. Je bent het of je bent het niet! En elke dag opnieuw moet je dat waarmaken: in de manier waarop je naar mensen kijkt en naar hen luistert; hoe je van elke medemens probeert te houden en samen met hem of haar op weg wilt gaan; en in de manier waarop je je handen uit de mouwen wilt steken om elke mens gelukkiger te maken.

Reken je jezelf bij de vrienden van God? Goed! Want dan kan deze advent voor jou een tijd van uitkijken zijn. Net zoals Maria uitkeek naar de geboorte van Jezus. Hoe je dat kunt doen? Door mee te helpen aan de droom van God voor de mensen en voor de wereld. Door God de rode draad te laten zijn van je leven. Door zijn liefde in jouw handen en voeten, ogen en oren, een gezicht en een hart te geven. Want christenen kijken anders naar de wereld en naar de mensen rondom hen, omdat hun ogen een spiegel zijn van de vriendschap van God. Hun oren zijn getraind in het luisteren naar het Woord van God en daardoor ook in het luisteren naar de stilte, waarin medemensen hun verdriet en hun angst uitspreken. Hun hart wordt gekenmerkt door barmhartigheid, met plaats voor vergeving en het geven van nieuwe kansen. Hun voeten gaan de weg van de vrede en van de hoop en durven meestappen op kasseien van pijn en eenzaamheid. En hun handen zijn niet vies om zich vuil te maken en op te komen voor wie arm is en weinig kansen krijgt.
(Naar een artikel in Samuel, uitgeverij Averbode, 2009 nr 3)



Geef aan elk van de kinderen een groen takje. Spreek af dat ze die takjes één voor één in een cirkel op de tafel leggen. Plaats er zelf de vier kaarsen tussen en schik de stukken lint zo, dat ze de indruk geven rond een krans gedraaid te zijn.
Bid dan het volgend gebed:

God,
als ik naar de takken van de adventskrans kijk
- fris en altijd groen –
dan denk ik aan mensen
die het opnemen voor medemensen
in de rand van de maatschappij,
medemensen die vergeten worden.
Hun dankbare blik vol liefde
is het rood in de adventskrans
Mensen die ten dienste staan van anderen,
zij zijn de kaarsen op de adventskrans.
Met hun groeiend licht verdrijven zij de donkerte.
Ze luisteren naar mensen zonder stem.
Zij zien hun noden en voelen hun angsten.
Ze protesteren tegen al wat vierkant draait
en buigen alles om tot een krans van leven,
een liefdevolle kring van mensen.



Een hart voor Kerstmis

Vooraf
Teken op een groot stevig papier een groot hart met allerlei ‘deurtjes’ die je langs drie kanten openknipt. Zorg voor een even groot papier voor erachter.
Zorg voor tijdschriften, eventueel ook voor scharen en lijm.


Verloop
Leg het blad met het hart op de grond.
De kinderen zoeken in tijdschriften allerlei prenten van dingen waar ze mee bezig zijn. Ze knippen of scheuren die uit. Als ze iets gevonden hebben, doen ze één van de deurtjes open en steken dat prentje ‘in het hart’.
Stel met de kinderen dat hun hart heel vol is. Zo vol dat er geen plaats is voor Jezus.
Bekijk een voor een wat er op de prenten staat en zoek met de kinderen wat weg kan om plaats voor Jezus te maken.



Licht in het donker

De vier kaarsen van de adventskrans

Ga in een kring zitten rond de adventskrans. Doe dan zonder aankondiging het licht in de ruimte uit.
- Waarom reageren jullie als het licht uitgaat?
- Vinden jullie het fijn als het donker is? Waarom?

Steek een eerste kaars van de krans aan.
- Zien we nu al meer?
- En als we twee kaarsen branden?
- En drie? En vier?
- Wat doet zo'n kaars?
(Licht geven en ook warmte)
- Vind je het fijn als er licht is? Waarom?
(Mogelijk antwoord: als er licht is kun je iets zien en durf je meer dan als het donker is. Je kunt er beter je weg mee vinden: lichtje in een donkere kamer of op de gang …)
- Hoeveel kaarsen/lichtjes hebben we in onze krans geplaatst?
(vier - Ze herinneren aan de vier zondagen voor Kerstmis, de dag waarop de geboorte van Jezus gevierd wordt. Christenen zeggen dat Jezus als een licht is voor de mensen. Hoe meer kaarsen er op de krans branden, hoe meer licht er is en hoe dichter ze komen bij Kerstmis, het feest van de geboorte van Jezus. Elke week die ze dichter bij Kerstmis zijn, branden ze een kaars meer.)



Andere kijk op de wereld

Uitkijken naar een betere wereld

Vooraf
Zorg voor een aantal groene strookjes papier (bijvoorbeeld: 3,5 op 11cm).

Activiteit
Filosoferen
Ga in een kring zitten rond een adventskrans. Hou een filosofisch gesprek over de reden waarom adventskransen gemaakt worden met het groen dat nog in de tuin te vinden is. (Groen is de kleur van hoop)
Tijdens de advent kijken christenen niet alleen hoopvol uit naar het geboortefeest van Jezus, maar ook naar de realisatie van al wat Jezus belangrijk vindt.
- Wat vindt Jezus belangrijk?
- Onder welke dingen die Jezus belangrijk vindt, willen we onze schouders zetten?
Die worden elk op een groen papiertje genoteerd.
Daarna worden de werkpunten één voor één vanop de papiertjes voorgelezen en gestoken / geschikt tussen het echte groen van de adventskrans.


Gebed
Jezus,
We zitten hier samen rond de adventskrans
omdat we uitkijken naar Kerstmis, het feest van je geboorte.
We zochten naar het mooiste cadeau dat we Je konden geven.
Het wordt onze eigen bijdrage aan een maatschappij,
waarin iedereen verbonden mag leven met elkaar.
Dat hopen we en daar willen we ook aan werken.
Amen.



Acties in de advent

Vooraf
Zorg voor posters / krantenartikels / aankondigingen waarin sprake van: Welzijnszorg, de ‘Warmste Week’.
Zoek materiaal rond vier projecten (bij voorkeur onderling verschillend) of zoek uit waar je op het internet info daarover kunt vinden.
Knip evenveel sterren uit geel papier als er projecten zullen bestudeerd worden. (De grootte ervan wordt bepaald door de grootte van de adventskrans, waar ze nadien in geschikt worden.)


Activiteit
Gesprek
Verwijs naar de media waarin rond december info komt over Welzijnszorg, de ‘warmste week’ ...
- Wat hebben jullie daarover gehoord? (verwijs eventueel naar het materiaal dat je zelf verzamelde of naar berichtgeving op ketnet)
- Valt het jullie ook op dat deze activiteiten vooral in december gepland worden? Waarom zou dat zijn? (Deze vraag wordt de start van een filosofisch gesprek)
(Het kan natuurlijk dat de koude in deze periode van het jaar mensen doet stilstaan bij mensen die het moeilijk hebben om hun huis te verwarmen, maar deze aandacht kwam er ook omdat christenen rond Kerstmis, meer dan anders, stilstaan bij wie Jezus is en wat Hij belangrijk vindt)

Nodig de kinderen uit om vier ‘acties’ van nabij te onderzoeken:
. Wat doen die organisaties?
. Wat willen ze doen met de middelen die ze zullen krijgen?
. Welke gebeurtenis uit het leven van Jezus zou hen hierbij kunnen inspireren?
De kinderen noteren de naam van de actie op een gele ster.
Daarna presenteren ze de actie die ze van nabij onderzochten aan de anderen van de klas en steken ze hun ster in de adventskrans. Lees het volgende gebed voor na de laatste presentatie:


Gebed
God onze Vader,
Vader van alle mensen.
Veel mensen hebben zorgen:
ze verdienen te weinig of niets,
ze kennen onze taal niet,
hun gezondheid is niet te best,
hun huis is oud en koud.
Jezus hielp mensen in nood:
Hij gaf hen hun gezondheid terug
en gaf hen terug een plaats in de maatschappij.
Hij is voor ons een voorbeeld.
Daarom willen wij meedoen aan acties
die mensen gelukkiger kunnen maken.



Opdrachten voor de advent

Deze opdrachten kunnen gebruikt worden als inspiratiebron bij een gesprek over wat men extra kan doen tijdens de advent.

. relatie met: papa / mama / broer(s) / zus(sen) / grootouders / familie
Ik kijk vanavond geen T.V. zodat ik kan helpen bij het avondeten
Ik zeg aan papa / mama hoe blij ik ben om wat zij voor mij doen
Ik zeg 'sorry' als ik iets fout doe.
...

. relatie met leeftijdsgenoten: school / jeugdbeweging ...
Ik zeg geen foute dingen over iemand
Ik speel vandaag met iemand waarmee ik nog nooit gespeeld heb
Ik feliciteer iemand die iets goed gedaan heeft, ook al is het mijn vriend niet
Ik sluit niemand uit
Ik zoek geen ruzie
Ik nodig iemand uit om te komen spelen
...

. relatie met mensen die het niet goed hebben (thema welzijnszorg)
Ik deel met mensen die mijn hulp best kunnen gebruiken
Ik spreek thuis over de actie van Welzijnszorg
...

. relatie met God / Jezus
Ik maak vanavond tijd om te bidden
Ik lees een stukje in een kinderbijbel
Ik vraag dat papa / mama / opa / oma mij over Jezus vertelt
...





VERTELLEN

Klik hier voor verhalen over licht, uitkijken, aandacht voor anderen, het voorbereiden van Kerstmis ...





DOEN

Adventskransen, adventshuizen, adventskalenders ...

Klik hier voor de verschillende mogelijkheden om af te tellen naar Kerstmis.



'Lichtende' woorden

Materiaal
Lezingen uit de Bijbel, blokkaars en een glas om de kaars in te steken.
(boter)papier dat rond het glas kan gekleefd worden, schrijfgerei


Verloop
Schrijf de zin uit de Bijbellezingen die je het meest aanspreekt over op een vel (boter)papier. Breng dat aan rond een glas waarin je een kaars laat branden.



Woorden om van te leven

Lees vooraf alle ‘lezingen’ van de advent in het lopende liturgisch jaar. Zoek daarin naar zinnen die aanspreken.
Schrijf die zinnen daarna over op stroken papier van 10 cm breed. Gebruik een dikke stift voor de letters, die je schrijft als gedrukte hoofdletters van 8 cm hoog. Het kan boeiend zijn om één of meer letters van een woord, dat extra aandacht verdient, heel breed te schrijven. Hier en daar kun je een letter met een rode stift schrijven.

Hang die tekststroken op in de kerk op ongeveer 1 meter hoogte. Of kleef ze op de grond, bijvoorbeeld op 10 cm van een muur.

Nodig nadien de mensen in de kerk uit om rustig die teksten op te zoeken en te lezen.

Mogelijke teksten in het A-jaar:
. Geen volk zal nog het zwaard trekken tegen een ander
en niemand zal nog leren oorlog voeren.
(1e zondag van de advent: 1e lezing)

. De nacht loopt ten einde, de dag breekt aan.
(1e zondag van de advent: 2e lezing)

. De hele aarde zall vervuld zijn met liefde tot God,
zoals de zeebodem bedolven is onder het water.
(2e zondag van de advent: 1e lezing)

. Aanvaard elkaar als leden ven één gemeenschap.
(2e zondag van de advent: 2e lezing)

. Bekeer u, want het Rijk der hemelen is nabij.
(2e zondag van de advent: evangelie)

. Zij zullen vreugde verkrijgen en blijdschap.
Pijn en gejammer nemen de vlucht.
(3e zondag van de advent: 1e lezing)

. Genade en vrede voor u vanwege God onze Vader
en de Heer Jezus Christus.
(4e zondag van de advent: 2e lezing)


Mogelijke teksten in het C-jaar
. Moge de Heer u overvloedig doen toenemen
in liefde voor elkaar en voor alle mensen.
(1e zondag van de advent: 2e lezing)

. Moge uw liefde steeds rijker worden
aan inzicht en fijngevoeligheid,
om te kunnen onderscheiden waar het op aankomt.
(2e zondag van de advent: 2e lezing)

. Bereid de weg van de Heer, maak zijn paden recht.
(2e zondag van de advent: evangelie)

. God is bij u als een reddende held.
(3e zondag van de advent: 1e lezing)

. Uw vriendelijkheid moet bij alle mensen bekend zijn.
(3e zondag van de advent: 2e lezing)

. Wie dubbele kleding heeft, laat hij delen met wie niets heeft,
en wie voedsel heeft, laat hij hetzelfde doen.
(3e zondag van de advent: evangelie)





TIPS
. Laat je inspireren door wat in 2015 in Mons / Bergen als culturele hoofdstad te zien was.

Mons 1

Mons 2


. Verdeel de groep deelnemers in groepjes die elk een andere Bijbeltekst onderzoeken.



Kleuren

Advent 1





MEDITEREN

Wacht maar
(Kolet JANSSEN in Zonneland 14-92)

Wacht maar tot je groot bent, zegt mijn pa.
Eerst heb ik gewacht op de grote vakantie.
Dan heb ik gewacht op het nieuwe schooljaar.
Nog later op mijn verjaardag.
Nu wacht ik op sinterklaas en op Kerstmis.

Deze middag was ik bij Paulien, mijn buurmeisje.
Haar mama verwacht een kindje.
We wachten allemaal met ongeduld op de geboorte.

Wachten, wachten, altijd maar wachten!
Als je het wachten beu bent,
moet je plannen maken.
Dromen van wat er gaat komen.

Advent betekent: wachten op Kerstmis.
We weten al zo lang hoe het moet,
maar we vergeten het steeds weer.
We proberen het nog maar eens opnieuw.
We maken vrede, delen met anderen.
Zo komt het feest van de vrede dichtbij.




Licht in de nacht
(Vertaling en bewerking van een tekst van pater Philippe Muller)

Donker zijn de nachten van de advent,
talrijk haar companen:
geweld, haat, oorlog,
uitsluiting, economische crisis ....
Wanneer begint de dag van een wereld,
waarin mensen als broers met elkaar omgaan?

We hebben Licht nodig
dat de nacht verandert in dag,
Licht dat doet zien,
waar men kan verzoenen,
waar men brood en liefde geeft,
vriendschap en respect.
Licht van hoop
in de nacht van de wereld.

We hebben Licht nodig
om niet in de nacht te verdwalen,
om te waken en te zien
wanneer de nacht in ons leven sluipt.
We hebben licht nodig om verder te kunnen,
vol vertrouwen in de toekomst.

We hebben Licht nodig …
Maar dat licht is er al! Het is met ons!
Het heet ‘Jezus Christus’.
Bij zijn geboorte bracht Hij
het Licht van God in ons hart.

Laten we de nacht achter ons laten
om kinderen van het licht te worden.
Laten we wakker worden
voor de vele vragen van onze broeders.
Laat in ons hart
de bron van het evangelie terugvinden:
het licht dat verhindert om in slaap te vallen.

Vlug. Sta op!




Wachten
(Naar een gebed van pater Jean Debruynne)

Wachten, wachten, wachten …
Ik hou er niet van!

Ik hou er niet van mijn beurt te moeten afwachten.
Ik hou er niet van te moeten wachten op de trein.
Ik hou er niet van het goede moment af te wachten
Ik hou er niet van om nog een dag langer te moeten wachten.
Ik hou er niet van te moeten wachten,
want daar heb ik eigenlijk geen tijd voor.

Advent is ook een tijd van wachten.
Maar een wachten dat tijd geeft
om alles anders te bekijken,
om oog in oog te staan met wat verborgen is.
om aandacht te wekken voor wie zorg behoeft.

Wachten …
Wachten kan een hele rijkdom zijn.




Groene takken
Hier in ons midden staat een adventskrans,
een krans met al het groen dat er nog in de natuur te vinden is ...
De gehele herfst lang hebben wind, regen en koude
er werk van gemaakt om de natuur te laten zijn wat ze nu is:
een doods geheel van takken en afgestorven bladeren.
Ook het gekwetter van vogels moeten we missen:
ze zijn warmere oorden gaan opzoeken.

Alles is dood geworden, ook het licht laat ons in de steek:
de dagen zijn zoveel korter geworden
en 's morgens is het nog donker als we opstaan.

Heel vroeger vreesden de mensen,
toen alles zo dor en dood was geworden,
dat er stilaan aan alle leven een einde kwam,
en ze werden net zo treurig als de natuur.
Maar wanneer ze tussen al dat dor gewas rondkeken,
zagen ze ineens de spar en de hulst ...
en die hadden nog al hun groene pracht!
Toen dachten ze:
de dood heeft niet definitief bezit genomen van onze wereld.
Zie maar: de spar, de den, de hulst, en hoog in de boom de maretak!
En ze haalden die takken binnen in huis
omdat ze voor hen een teken waren dat alles nog niet verloren was:
ook in de natuur bleef stil het verlangen leven naar licht en zon.

Dit verlangen naar licht en zon is gebleven ...
mensen veranderen niet zomaar,
en ook de duisternis is gebleven.
En niet alleen de duisternis in de natuur,
maar ook die in het hart van de mens.

De groene takken van deze krans willen tonen
dat we blijvend uitzien naar een leven vol licht, vol vreugde.




Advent
(Carlos Desoete)

Advent is oefentijd
om te leren
ongeziene mensen te zien.
Je laten raken
door het zwijgen
dat over hun bestaan hangt,
en het je aantrekken.
Ook al weet je niet meteen
waar te beginnen,
het is wel duidelijk
dat nieuw leven
niet kan groeien
zolang het voorbehouden blijft
aan wie het meest ervoor betalen kunnen.
Advent is uitgelezen tijd
om midden het leven
Hem te herkennen,
als een spoor van licht.





BIDDEN

Bij de adventskrans

Jezus,
wij hebben een adventskrans gemaakt
met vier kaarsjes tussen groen.
Zo bereiden wij ons voor op Kerstmis:
wij laten elke week een kaars branden.

Een kaars van ons verlangen naar U,
een kaars van onze liefde voor U,
een kaars van onze liefde voor elkaar,
een kaars van uw vrede voor alle mensen.




God, onze Vader,
wij zitten in een kring
rond de adventskrans.
Eén kaarsje brandt
en geeft wat licht.
Met onze handen dichtbij
voelen we warmte.
Zo wilt U ook voor de mensen zijn:
licht en warmte.
U houdt veel van de mensen.
U wilt dicht bij ons zijn.
Daarom vindt U het fijn
dat we Vader zeggen.
(Naar: A. DE GRUIJTER, F. HOLTKAMP, Drie keer wijzer, Praxis 42)




God onze Vader,
heel lang geleden
kwam jouw Zoon op aarde
en vertelde de mensen over Jou.
Dat vieren wij let Kerstmis.
Nu is het advent.
Wij willen ons best doen,
proberen aan anderen te denken,
delen met armen in Welzijnszorg.
Als Jij ons helpt,
wordt de wereld stilaan een paradijs.
(Kolet JANSSEN in Zonneland 14-92)





VIEREN

Gebedsviering

Klik hier voor
. materiaal om een viering samen te stellen die geen eucharistieviering is
. een aantal voorbeelden van vieringen.




EXTRA

Licht

Klik hier voor extra activiteiten rond 'licht'.





Overweging

Anne-Mareike Schol-Wetter

(in Nieuwsbrief aan bijbelgenootschap.nl - donderdag 24 november 2022)

Het beeld van het kindje in de voerbak roept elk jaar opnieuw ontroering op. Maar als dat het enige was, zou Kerst vooral een feest van terugkijken en herdenken zijn. En dat is het nou juist niet!

Voor zover we weten, vierden de christenen in de vroege kerk geen Kerst en deden ze niet aan Advent. Maar ze keken wel vol verwachting uit naar Jezus’ terugkomst op aarde. In Jezus’ woorden en daden hadden ze een glimp opgevangen van Gods nieuwe wereld. En ze konden niet wachten tot die nieuwe wereld volledig zou doorbreken!